DAGBLAD VOOR ALKMAAR EN OMSTREKEN.
Dit]nummer bestaat uit 2 bladen.
De
binnenland.
telling op Texel.
Honderd en tiende jaargang.
1908.
ZATERDAG
12 SEPTEMBER,
Alweer een teeken des tijds.
No. 213.
DIRECTEUR van het Stedelijk Mu;
ziekcorpstevens Directeur van de
Stedelijke Muziekschool
machtTlffh r 7 Z°0lalg de Duiteche regeering de
macht blijft behouden om deze moderne gedachten-
Middenstandstentoonstelling.
Veltman bevindt zich in Amsterdam.
ta Bestrijding van Tuberculose.
wl*" ia
Ned. Schildersbond.
Brand.
Een^jonge avonturier.
Vreemde toestanden.
Verpleging van krankzinnige misdadigers.
Te ALKMAAR wordt teg-n 1 October a.S. gevraagd
een
aanreik van welke betrekkingen een jaarwedde i& ver
bonden van f500, met verplichte deelneming in het
gemeentelijk pensioenfonds.
Sollicitanten gelieven hunne stukken (adres op zegel)
in te zenden aan het Gemeentebestuur vóór 20 Ssp-
tember'a.s.
Burgmeester en Wethouders van Alkmaar,
G. RIPPING?, Voorzitter.
DONATH Secretaris.
Men heeft al wat teekens voor dezen tijd bedacht,
nadat de Duitsche keizer uitgevonden had, dat hij
staat in het teeken van liet verkeer. En zoo is het dan
volstrekt niet nieuw als wij zeggen, dat deze tijd in het
teeken staat van het conflict tusschen de militaire en
de onmilitaire idee. Opzettelijk zeg'gen wij onmilitair,
omdat wij door het gebruik van anti-militair niet den
schijn willen wekken of wij buitengewoon gewicht
hechten aan de twee vormen van anti-militairisme
waarmee men in het dagelijksch leven te doen heeft.
Het anarchistische anti-militairisme is naar onze
meening zuiver ideologie. En voorzoover het in de
praktijk optreedt constateert men het bij dweeperige
naturen of is het een middel voor jeugdige burgers
om aan hun liever-lui-dan-moe-zijn een wetenschappe
lijk, politiek, ethiesch tintje te geven.
Ook het andere anti-militairisme, de onberedeneerde
antipathie tegen alle uitgaven voor de defensie en dus
tegen den militair, hetwelk zeer zeker dieper wortelt
en ook verband houdt met wat wij de onmilitaire idee
noemden, is toch in zoover geen belangrijke ideeën
complex, omdat het al dadelijk niet stand houdt tegen
over de eenvoudige redeneering, dat defensieloosheid
zou leiden tot de allergrootste persoonlijke en geldelij
ke offers, gelijk een ons eventueel annexeerende
groote mogendheid die van haar burgers verlangt.
Wij gelooven dan ook, dat de tegenstelling tusschen
de militaire en de onmilitaire idee dieper zit en ge
wichtiger is, dat die tegenstelling bovendien goeddeels
een verklaring is van de bovengenoemde verschijnse
len.
He militaire idee is in zijn wezen de overtuiging,
dat in de internationale verhoudingen macht moet
gaan boven recht. Alleen door militair sterk te zijn,
zoo leert deze idee, kunnen de staten zich handhaven.
Op de versterking- van die macht moet dus alle inspan
ning gericht zijn en ieder, die aan die versterking mee
werkt, moet zijn leven en zijn gezondheid, zijn persoon
lijk welvaren, zijn gezin willen opofferen aan dien
plicht. Doet hij dat, dan is hij iemand van grooter
beteëkenis dan de gemiddelde en dan heeft hij recht
op algemeene eer en aanzien, dan is de militaire ambte
naar eo ipso hooger dan andere ambtenaren, de mili
taire organisatie een kruidje-roer-mij-niet.
Van dit standpunt uit heeft die Fransche officier
ongelijk, die zich dezer dagen in een open brief be
klaagde, omdat hij, een arme vrouw getrouwd hebben
de, nu zoo schriel moet leven, niet kan representeeren
en daarom wordt achteruitgezet door den generaal. De
militaire idee in haar consequentie eischt, dat men
zijn trouw neigingen ondergeschikt maakt aan het le
gerbelang. De motie-Lely, die tegen dezen eisch in
gaat, is dan ook in den grond een onmilitaire motie.
En zoo eischt ook deze militaire idee blinde gehoor
zaamheid, een gehoorzaamheid als van een rad, dat
vanzelf draait als eenmaal het raderwerk aan den
gang is gezet en dat niet discussieert over de vraag, of
het de kracht wel zal overbrengen.
Van het oogenblik af, dat men is gaan twijfelen
aan de waarheid, dat in de volkerengemeenschap
macht gaat boven recht, is de militaire idee in con
flict gekomen met een nieuwere, zich meer aan de mo
derne ethische en politieke begrippen aanpassende be
schouwing, die natuurlijkerwijs in de andere richting
is gaan overdrijven en die niet zelden als nu reeds be
staand aanneemt wat hoogstens een mensch in een be
trekkelijk nog ver verwijderde toekomst is.
Vandaar een reeks conflicten. Eenerzijds de mili
tair, die niet wil toegeven dat zijn rol van de zelfstan-
digste eerste rol, een van de, toch nog steeds belangrij
ke, hoofdrollen zal worden, anderzij is de „onmilitair",
die sterk aandringt op spoedige aanpassing van den
militair aan de nieuwe omstandigheden en op de her
vormingen, welke daarvan het gevolg zullen zijn Van
bevoorrechten vaderlandsredder moet de militair ge
woon staatsombtenaar worden, terwijl als pendent van
een binnen zekere perken blijvende heilzame discipline
terecht verlangd wordt, dat de aanvoerders scherper
en minder uitsluitend „militaire" verantwoordelijkheid
voor zijn bevelen draagt.
Aan de eene zijde dus de militair, van wien een ra
dicale hervorming wordt verlangd, welke hem op een
deel van zijn aanzien zal komen te staan, anderzijds de
onimhtan-, die geen geduld heeft en al theoretiseerend
dikwijls te ver gaat. Is het wonder, dat in de meer
democratische landen met volkslegers als Prankrijk en
Nederland (en Denemarken)een conflict ontstaat, dat
groote afmetingen aanneemt. In Frankrijk behoeven
wij slechts aan het Dreyfusisme en het Hervéisme te
herinneren, in ons land duurt het conflict in de wetge
vende macht, dat tot rare verwikkelingen aanleiding-
heeft gegeven nog steeds voort. En nog weer zeer
onlangs heeft het rapport van den generaal Rost van
onningen geleerd, hoe de militaire gedachtengang
toch nog steeds een geheel andere is dan de onmili-
taire.
Nu doet zich in dit verband een moeielijkheid voor,
die de onmilitairer. m de meer democratisch geregeer-
de landen te veel uit het oog verliezen. Het is deze,
dat m politiek minder ontwikkelde landen het bedoel
de conflict nog met ontstaan is en daar dus nog niet
de uit zijn aard tijdelijk bezwakkenden invloed op de
weermacht heeft gehad, hun eerlijke en sympathieke
pogingen om mee te werken aan de meer democrati
sche inrichting van de militaire macht kon dus wel
eens bij een Statenconflict het tegenovergestelde van
liet gewenschte gevolg hebben. Want in Duitschland
b.v. is de militaire idee nog oppermachtig. Hoogstens
kan men zeggen, dat daar het conflict in voorberei
ding is. Enkele symptomen zijn er wel. Zoo b.v. de
zer dagen weer het perskabaai, dat er ontstaan is naar
aanleiding van den zelfmoord van een burgemeester,
die de hand aan zichzelf had geslagen omdat men hem
om een of ander militair vormelijk bezwaar zijn uni
form als reserveofficier had ontnomen „en hij dienten-
j gevolge onmogelijk was geworden." Dergelijke symp
tomen komen meer voor. Doch daartegenover staat,
dat de militaire idee ginds zóó oppermachtig is, zóó
één met de Pruisische staatsidee, dat het haast ver
metel is ook maar te denken aan de mogelijkheid van
verandering.
En parallel met die hoogschatting van het militaire
gaat ginds de minachting voor de pogingen om ook in
het internationale leven op den duur het recht te doen
triomfeeren. Men gelooft er niet aan, men wil in den
grond niet meewerken en als men in de praktijk nog
doet alsof men de beweging voor goede munt opneemt,
is dat alleen uit internationale courtoisie, uit voor
zichtigheid ook misschien. In den grond gelooft men
er niet aan en kan men er niet aan gelooven, omdat
men de militaire idee niet kan scheiden van het
staatsbes taan.
Een van de groote Duitsche bladen zeide dan ook
onlangs, meer oprecht dan voorzichtig, dat het niet
begreep, waarom prins Bülow de inter-parlementaire
vredesconferentie zou ontvangen. Enkele wijzigingen
in het oorlogsrecht kan Duitschland aanvaarden. Maar
al het verdere gepraat over ontwapening en wereld
vrede en internationaal recht vindt Duitschland onver
schillig onzfc of bepaald gevaarlijke en te bestrijden
dwaasheden.^ En dat de rijkskanselier nu heeren ont
vangt, die zich met zulk gepraat en zulke dwaasheden
bezighouden, zou in het buitenland de meening in
gang kunnen doen vinden, alsof Duitschland van opi
nie veranderd ware.
Aldus de „Hamburger Nachrichten."
jl! denkt «iet iedereen in heel Duitschland zoo als
- dat veel van zijn vroeger aanzien heeft verlo
ren. Uoch de overheersehende meening is dit ia ar
zeer zeker nog wel en de overheersehende meening zal
het nog langen tijd blijven. En zoolang ook Duitsch
land het bovenbedoelde conflict niet heeft doorge
maakt, zoolang daar de feitelijke macht van „den mi-
li'11" I1 I® yerm,inder<1 - dit bedenke men wel,
dat gebeurt volstrekt met alleen of zelfs in de eerste
plaats door de overwinning van onmilitaire partijen in
den Rijksdag zoolang zal vermoedelijk het streven
'streval"^ WfTt werkelb'k internationaal recht
1 felljk Ten aan te moedigen streven, maar
'''I T"bllJven. W ant dat men internationale rechts-
SS ,Zal ku"'f» scheppen desnoods buiten
Duitschland om is al verbazend onwaarschijnlijk,
m zoolang Duitschland op dit punt achterlijk blijft
stroomingen te verwaarloozen, zoolang is het voor de
andere volkeren gevaarlijk de legermacht al te snel te
hervormen tot een onder de gewone voorwaarden
functioneerende tak van staatsdienst.
de zich vn? 7 -deZe ricktin8' werkzaam doch hoe-
z'ch 700r overdrijving, bedenkend dat thans het
v achten is op de politiek minder ontwikkelde staten.
Naar de Tel. verneemt, is het thans zeker, dat er
in 11)09 een niiddenstaiidstentoonstelling zal gehouden
worden in het Paleis voor Volksvlijt te Amsterdam.
GEMENGD NIEUWS.
Staking.
Op de sigarenfabriek van de Wed. Id. M. van Gemert
en Zonen te Best (N.-Br.), werden Maandag twee si
garenmakers ontslagen, omdat zij hun werk niet voor
vier cent per honderd wilden maken. Door den pa
troon werd dit loon met vier cent verminderd, omdat
zij met andere vormen moesten werken, waarmede zij
geen genoegen namen.
terstond werd hiervan het hoofdbestuur van den Ka
tholieken Sigarenmakersbond en den Intern. Bond
verwittigd, zoodat reeds Dinsdag door den heer van
Rijswijk, uit Tilburg, een onderzoek werd ingesteld en
Woensdag een vergadering door het bestuur van den
R. K. en Intern. Sigarenmakersbond met den patroons
werd gehouden, waarop door de sigarenmakers ander
halve cent loon per honderd meer werd gevraagd dan
was toegezegd, en tevens om de twee ontslagenen weer
in het werk te nemen.
Aan deze eischen werd tot heden nog niet door den
patroon voldaan, zoodat heden nogmaals een vergade
ring met den patroon zal gehouden worden om te vra
gen, of hij al of niet op deze voorstellen zal ingaan.
Mocht de patroon bij zijn besluit blijven, dan zal tot
staking worden overgegaan.
(N. Tilb. Ct.)
Men- herinnert zich ongetwijfeld schrijft de Tel.
de geruchtmakende ontsnapping van Veltman, een
tweetal maanden geleden, uit het krankzinnigenge-
7] 77 ^edemblik. Destijds had het allen schijn,
alsof Veltman de wijk had genomen naar het buiten-
at- 1 'lanS zdjn er echter duidelijke aanwijzingen,
dat Veltman zich te Amsterdam bevindt. Verschillen
de personen hebben gemeend, hem te herkennen. De
recherche heeft dan ook uitgebreide voorzorgsmaatre
gelen genomen, om den ontvluchten krankzinnige
op het spoor te komen. Doch nu doet zich het eigen
aardige. verschijnsel voor, dat slechts een tweetal re-
cheicheurs Veltman kennen. Hun herinnering is ech
ter eTgtlauwt-jeS; het zal hun des te zwaarder vallen,
wijl Veltman zijn snor heeft laten staan.
Eigenaardig is het tevens besluit de Tel. dat
er geen goed portret van Veltman bestaat. Dit is te
wonderlijker, wijl V. tijdens zijn gevangenschap erg
veranderd is, en men er te Medemblik nimmer aan ge-
•uaent heeft, den moordenaar te vereeuwigen.
Frans Rosier.
De laatste berichten uit Medemblik luiden dat
Frans Rosier aan het eten is gegaan. Hij heeft er
zelf om gevraagd en nuttigde o. a. een schoteltje snij
boontjes. Frans zal nu wel den gewonen kost blijven
mee-eten.
De bedoeling van Frans is klaarblijkelijk, de genees-
lieeren te overtuigen, dat hij niet krankzinnig is. Op
die wijze hoopt hij dan naar Leeuwarden te komen.
Tegenover <le gebroeders Bos heeft hij dan ook na zijn
aanhouding gezegd: „Ik hoor niet thuis in Medem
blik. Ik moet naar Leeuwarden. Daar kan ik mijn
tijd uitzitten."
Men weet, dat de tijd, in Medemblik doorgebracht,
den misdadigers niet in korting wordt gebracht op hun
straftijd. In Leeuwarden worden de heeren, met an
dere tvoorden, spoediger aan de maatschappij terugge
geven.
Frans heeft zich volgens de Tel. openhartig uitgela
ten over zijn schuilplaats. Hij zegt, gezeten te hebben
in de verwarmingsbuis onder de broederzaaL
Geen aangename'reis.
Gistermorgen werd aan den Hoek van Holland een
luchtballon opgemerkt welke ongeveer 5 Engelsche
mijlen van de kust laag boven zee dreef. Vermoeden
de dat hulp gewenscht werd, stoomde de stoomloods-
boot 6 Hellevoetsluis in de richting van den ballon,
nam de twee luchtvaartreizigers die zich er in bevon
den, alsmede den ballon zelf aan boord en ontscheepte
ze aan den Hoek van Holland.
De reizigers waren zoo uitgeput, dat. zij onder ge
neeskundige behandeling moesten worden gesteld.
De ballon bleek te Londen opgelaten te zijn.
Gevaarlijk.
Terwijl een 16-jarige molenmakersleerling uit Wouw
te St. Maartensdijk bezig was met werken op een ko
renmolen, stak hij zijn hoofd door een kleine opening
in de kap. Dat lichaamsdeel kwam in aanraking met
een draaiende wiek en de knaap kreeg een schedel
breuk.
De openingsrede.
Men deelt mede, dat de Minister van Binnen-
landsche Zaken Woensdag als tijdelijk voorzitter van
den iMmsterraud „aar Het Loo is g-weest om over
m«tH*7'de «,ebru,ken H- M. in kennis te stellen
met den inhoud der Op .ningsrede voor de zitting van
de Staten-Generaal op a.s. Dinsdag en dat H M per-
so nhjk met den Minister dit staatsstuk heeft besproken.
Den 4en Mei van dit jaar werd te Haarlem opgericht
de „Noorr -Hollandsche Vereeniging tot bestrijding
van de Tuberculose». Aan de bij Kon. Besluit van I
volg nde g g 6Urde 8tat«ten ontleenen wij het
De Vereeniging stelt zich ten doel in de provincie
Noord-Holland de bestrijding van de tuberculose als
volsziekte te .©vorderen.
Zij tracht dit doel te bereiken
a. door, m samenwerking en overleg met deNider-
landsche centrale vereeniging tot bestrijding der tuber
culosa het oprichten van plaatselijke verenigingen tot
bestrijding van de tuberculose in de provincie Noord-
Holland in de hand te werken;
b' 'wr ïa Wsar *en plaatselijke vereeui-
ging tot bestrijding der tuberculose niet bestaat en
voorloopig «iet zal worden opgericht, de afdeelingm
van de Noord-Hollandsche Vereeniging Het Witte
Kruis commies voor wijkverpleging en soortgelijke
vereen,gingen aan te sporen de bestrijding van de
tuberculose ook m haar werkplan op te nemen
c. door in plaatsen waar geen vereeniging, als be
doeld in b, bestaat, de oprichting er van, ten behoeve
bevorderen, erC trijditg <kar *r ^ise' tö
d. door ten band te vormen tusschen alle vere ui-
TtX7 uaQ v"reen'gi g in Noord
ten doel' sTellen- be^rijding van de tuberculose
e. door alle zoodanige verenigingen, in os-erleg en
samenwerking met do Nederlandsche centrale vereeni
ging tot bestrijding der tuberculose, met raad en daad
I P-l^aD' Vn6t de geld[nid<Me«, Welke te har,r
beschikking wordsn gesteld,
Leidunu 7" de Vürben'giög kunnen zijn r. clitsper-
wTke V ezittende de Verenigingen en stichtingen
Welke zich direct of indirect do bestrijding van de
tuberculose als volksziekte ten doel steilen
Iu elk? gemeente zal slechts één vereeniging ltd
kunnen zijn, tenzij door de algemeene vergadering tot
f 2DbO ejna2ijkHh7 C0"tribu,ie minste
Lij 7 Ta U8 bTk'n,i> dat ieder lid zooveel
maal dit bedrag verschuldigd is als bet volgens den
den nader opgegeven maatstaf stemmen uitbreng'
Onder voorzitterschap van den beer P. van Hemert,
te Rotterdam, 1S Woensdag en Donderdag te Gronin
gen de algemeene vergadering van den Bond van Ned.
öchilderspatioons geh.uden.
Uit bet jaarverslag van den lsten secretaris, den
heer H. M. Sonmans, te Rotterdam, bleek, dat het
aantal leden 1284 bedraagt tegen 1318 in het vorige jaar.
lot hoofdbestuursleden werden gekozen de heeren
P. v. Hemert, te Rotterdam, met 707 stemmen. Aid
Aan Hattboven, te Breda, met 461 stemmen, J. P.
Gutman, te Utrecht, met 311 stemmen, en A. van
Reekum, te Rotterdam, met 246 stemmen.
Daarna kwamen de verschillende voorstellen aan
de orde.
De afdeeling „Alkmaar" meende, dat bij de tot
beden gevolgde mamer van inlegheffing voor 'bet fonds
tit overneming van bet bedrijfs-ongevallen-risico, wil
lens of onwillens, het eene deel der leden bevoordeeld
wordt boven bet andere, waardoor art. 3 alinea 1 van
bet reglement niet ten volle wordt toegepast, wat
schade zou kunnen aanbrengen aan den bond.
Uit verschillende gegevens blijkt, dat bet Rtjk re
kening houdt met verschillende vakken door de leden
uitgeoefend en de plaats hunner inwoning, wat de
bond niet doet. Hierdoor ontstaat, dat de rijkspremie
(zonder goedschrijven), dikwijls hetzelfde bedraagt,
mogelijk lager is dan de inleg na goedscbrijving bij
den bond, althans het verschil zoo gering, dat het
menig collega tegenhoudt lid van den bond te worden.
De beer De Groot, uit Alkmaar, lichtte het voorstel
nog nader toe, door te zeggen, dat de leden uit de
groote steden minder betalen dan die uit de kleine.
Namens den raad van bestuur zei de heer Van Rij
dat de vraag van Alkmaar niet goed gesteld isdat
art. van het reglement verward is met art. 3 van
de statuten. Verder weerlegde spreker de verschillende
bedenkingen van de afdeeling „Alkmaar". Deze ver
gadering kan niet anders dan de wenschelijkheid uit
spreken aan de fondsvergadering komt het recht van
beslissing toe. Hbt fonds zal niets anders kunnen doen
dan zijn gevar„nprocent te houden op 35 per duizend.
De voorzitter meende, dat men niet mag overgaan
leden te koopen zij moeten zich ook buiten dit bezwaar
aansluit en.
De heer De G-root verklaarde zich tevreden gesteld.
Aldus werd bij acclamatie besloten.
Aan den Zaairweg te Wormerveer brak gisteravond
een vrij hevige brand uit iu de manufacturenzaak van
den beer H. Stolp. Het geheel van hout opgetrokken
gebouw stond spoedig in lichtelaaie en ging met den
geheelen inventaris in vlammen op.
Ook de belendende woning van den heer C. Alen
werd geheel door het vuur vernield. De smidswinkel
en de smederij van den heer Spekman, een belendend
perceel, kregen veel brand- en waterschade.
Omtrent de oorzaak van den brand is niets bekend.
Men meldt aan de Tel. uit Oldenzaal, d.d. 10 Sept.:
Hedenmorgen kwam alhier met den ijlgoederentrein
van uit Bentheim een jongen, genaamd W. v. d. B.,
ou 15 jaar, wonende te Scheveningen, aan.
In tegenwoordigheid van een marechaussee verklaar
de de jongen het volgende
Ten huize zijner ouders, te Scheveningen, waren ge
durende het speelseizoen van Schumann eenige arties
ten gehuisvest, en dezen hadden den jongen zoo ver
weten te brengen, dat hij, met toestemming zijner
ouders, mede naar Berlijn zou vertrekken, om aldaar
bij Schumann verder werkzaam te zijn.
Volgens zijn verklaring, zouden zijn ouders hem he
dennacht nog naar den trein gebracht hebben.
De chef, die met het aannemen van werklieden be
last is, werd met dit alles niet in kennis gesteld, zoo
dat, toen deze persoon den jongen in kwestie te Ben
theim geivaar werd, hij onmiddellijk gelastte, dat de
jongen teruggezonden moest worden.
De stationschef alhier gaf hem over aan den mare
chaussee, belast met den stationsdienst, zoodat de
jongen nog heden naar zijn plaats van inwoning werd
teruggezonden.
Door den kantonrechter te Haarlem werden gister
een drietal agenten beëedigd als buitengewoon gemeente
veldwachter, waarvan er twee reeds 20 jaar dienst
achter den rug hebben. Al dien tijd hadden die agenten
processen-verbaal opgemaakt zonder daartoe bevoegd
te zijn. Want de aanstelling tot agent alleen geeft daar
toe geen bevoegdheid, alleen de beëediging tot buiten
gewoon gemeente-veldwachter verleent die. Intusschen
zijn op hun verbalen tal van vonnissen gewezen.
Het „Weekblad van het Recht" schrijft, naar aan
leiding van het gebeurde met Frans Rosier:
„Vermoedelijk en natuurlijk volkomen terecht, zal
het gestichtsbestuur wel het uiterste doen om eene
nieuwe ontsnapping onmogelijk te maken. Daartoe
zal het uoodig zijn ook de allergeringste vrijheid van
beweging aan Rosier te onthouden. Hij zal zijne cel
met meer verlaten. Levenslange afzondering zal het
lot moeten zijn van den ongelukkigen, nog betrekke
lijk jongen man. De maatschappelijke veiligheid
eischt het; liet zal niet anders mogelijk zijn. Toch
doet die waarschijnlijke toekomst de vraag bij ons rij
zen: zou, indien voor de verpleging van krankzinnige
misdadigers ten onzent beter ivare gezorgd, niet eene
andere verplegmg mogelijk zijn, waardoor de maat-
ïappe ij Ae vei ligheid nog beter ware verzekerd en
aan de eischen der humaniteit wat meer zou kunnen
woid»n voldaan'. Er ligt, zoo schreven wij in W. 8338
m verband met de aanhouding van Rosier na zijne vo-
v!7 'J- f +PPmgrierJll8t in dien stri->d van één tegen
velen iets tragisch, dat onwillekeurig treft. Onze in-
druk van toen is door iet thans gebeurde nog ver
sterkt. Rosier stelt het probleem van de verpleging der
nkzinnige misdadigers opnieuw aan de orde."
(Van onzen eigen verslaggever.)
Vrijdag 11 Sept
hene onbeschrijfelijke drukte heerschte vanmorgen
op het^ haventerrein bij de aankomst der booten van
Enkhuizen en Helder. Sommigen te voet, anderen
per tiets, doch de meesten per rijtuig, togen allen naai
de tentoonstelling, waar 's middags om 1 uur het Con-
cours-Hippique, het attractienummer bij uitnemend
heid voor eene landbouwtentoonstelling, zou aanvan
gen. Onder de groote menigte vreemdelingen merk
ten ij o. a. op bijna 300 leden der coöperatieve veree-
mging „Akkerbouw te Andijk, die onder de opwek
kende tonen van Andük's fanfarecorps- het dorp Den
Buig binnentrokken. Zij herdachten het 25-jarig be
staan hunner vereeniging door een uitstapje naar
texei. Het scheen wel, alsof het weer dezen dag eens
wilde goedmaken, wat ze de vorige dagen verkorven
had. een niet te sterke wind en een heerlijk zonnetje.
Nauwelijks was de tentoonstelling echter geopend, of
de lucht begoii te betrekken; weldra stroomde het van
den regen, zoodat ieder zoo spoedig mogelijk een goed
heenkomen trachtte te vinden. Aanvankelijk scheen
het zelfs, alsot het concours niet zou kunnen doorgaan
Gelukkig begon de lucht op te klaren, en kon het
hoofdnummer voor dezen dag, vrijwel zonder regen af-
loopen. Vooral het eerste nummer van liet Concours
was zeer belangwekkend. Wel 28 paarden namen er aan
deel oor de andere nummers had de deelneming
grooter kunnen zijn. Voor het best en schoonst in tuig
gaand span paarden voor een vierwielig rijtuig, kon
den zelfs geen vier prijzen worden toegekend.
Na atloop van het Concours gaf het volledige Staf-
muziekkorps der Koninklijke Marine te Den Helder
kapelmeester A. L. Hazebroek, een Matinée-Musicale
in de prachtige muziektent. Het uitstekend geschool-