DAGBLAD VOOR ALKMAAR EN OMSTREKEN.
Honderd en tiende jaargang.
1908.
V R IJ D A G
18 SEPTEMBER.
Hinderwet.
Een ernstig Congres.
FEUILLETON.
De groote Onbekende.
BINNENLAND.
wmmè
No. 218.
Deze Courant wordt eiken avond, behalve op Zon- en
Feestdagen, uitgegeven. Abonnementsprijs per 3 maanden
voor Alkmaar f 0,80; franco door het geheele Rijk f 1,—
Afzonderlijke nummers 3 Cents.
Prijs der gewone advertentiën:
Per regel 0,10. Bij groote contracten rabat Qroote
letters naar plaatsruimte.
Brieven franco aan de N. V. Boek- en Handelsdrukkerij
v/h. HERMs. COSTER ZOON, Voordam C 9.
Telefoonnummer 3.
Zijdie zich met I October
a.s. op dit blad abonneeren,
ontvangen de tot dien datum verschij
nende nummers gratis.
DE UITGEVERS.
Nederland en Venezuela.
Decentralisatie Rijksverzekeringsbank
Banken voor den middenstand.
Gemeenteraadsleden en de Drankwet.
Kamervacature Sneek.
Mr. N. G. Pierson.
Uit Oterleek.
Uit De Rijp.
Uit St. Pancras.
(Slot volgt).
ALKMAARSCHE COURANT.
WH
FAvi
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van Alk
maar brengen ter algemeene kennis, dat heden op
de gemeente-secretarie ter visie is gelegd het aan hen
ingediende verzoek met bijlagen van
J. ASJES Ez, aldaar, om vergunning tot het op
richten van een gasmotor van 4 P.K. tot het in be
weging brengen van een molen, dienende tot het maken
van zeeppoeder in het perc. Sc.hermerpad wijk P No2a.
Bezwaren tegen deze oprichting kunnen worden in
gediend ten raadhuize dezer gemeente, mondëling op
Woensdag 30 Sept. e.k., 's voormiddags te elf uur en
schriftelijk vóór of op dien tijd. Gedurende drie dagen
vóór gemelden^ dag kan de verzoeker en hij, die be
zwaren heeft ingebracht, op de secretarie dezer ge
meente van de ter zake ingekomen schrifturen kennis
nemen.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
Alkmaar, JAN DE WIT Dz.Voorzitter, lo. Burg
16 Sept. 1908. DONATH, Secretaris.
Er is gisteren in dit blad gesproken over de vijftien
de conferentie der Interparlementaire Unie, welke te
Berlijn wordt gehouden. Wij hebben enkele grepen
uit de geschiedenis van deze Unie gedaan en gewezen
pp hare beteekenis. D;e beteekenis wordt licht on
derschat,
Hef gaat met dit congres als met zooveel andere
congressen. Ook hier hoort men dat de leden het voor
zeer gewichtig houden en tegen elkaar zeggen, dat zij
een ernstigen plicht, vervullen. En als zij wat weinig
besluiten en wat veel dineeren en uitgaan, hoort men,
dat het voornaamste doel van zulke congressen niet
ligt in het nemen van besluiten doch in het nader ken
nismaken, in het leeren kennen van eikaars gedachten-
gang en in het opruimen van misverstanden.
Het publiek is sceptisch daartegenover. Het kent die
congressen.
„Het blijft toch altijd kip met peren en ossenhaas"
heette het indertijd in een Amerikaansche September-
revue. En die qualificeering past het publiek ook toe
op dit congres.
Ten onrechte. Het komt ons voor, dat deze con
gressen gebeurtenissen zijn van groot gewicht en dat
zij in hun beteekenis met jndere congressen niet moe
ten worden verward.
Wij betreuren het dan ook, dat er nog geen middel
is gevonden om de kosten voor de deelnemers aanmer
kelijk te verminderen. Wanneer wij bijv. in de couran
ten lezen dat vanuit Nederland o.a. de heeren Van
Leeuwen, Z. van den Berg, Breebaart, Borgesius,
t IlooftVan Houten, Lely, Marchant, Hubrecht, Van
Nierop, fcjmidt, Stork, J'reub en Tydeman naai- Berlijn
zijn gegaan om de conferentie bij te wonen dan wijst
dit reeds voldoende erop, dat deze bijeenkomst alleen
maar toegankelijk is voor de bezitters van goedgevul
de beurzen. Iemand, die voor de propageering van het
idee van den wereldvrede een ruime geldsom overhad,
zou niet beter kunnen doen dan een fonds stichten,
waaruit minder bemiddelde Kamerleden hun verblijf
zouden kunnen bekostigen. En verder zou het een be
langrijke stap in de goede richting zijn als de staat
van de plaats, waar het congres samenkomt, de deel
nemers gratis vervoerde en gratis, eenvoudig logies
aanbood. Van Duitschland is zoo iets niet te ver
wachten, omdat men daar in hoogere ambtenaren-krin
gen een zeer sceptisch standpunt inneemt ten aanzien
Een Roman in 48 uren.
Naar het Duitach van OSCAR T. SCHWERINER.
26)
„Ala,verbeterde de echtgenoot van, den kolonel,
wier oogen van opgewondenheid en nieuwsgierigheid
uit hunne kassen schenen te komen.
„Nee, zei de Frances lachend, „anders kon ik niet
hier zijn."
„Maar het heette toch
De kolonel hield plotseling- op.
„Nu vroeg Frances verwonderd.
„Dat u was.uitgestapt," eindigde de ander lachend.
Fik verder gesprek werd door het geroep in het sta
tion afgesneden:
„Reggio! Eeggio! Tien minuten!"
Die reizigers stapten uit. Maar tien minuten tijd,
die moesten gebruikt worden. Naast het station
schommelde ook reeds de pont op het water in de
straat van Messina, de Zeestraat van de Scylla en de
Charybdis, waardoor eens de uit de legenden welbe
kende Odyssens voer. Wat spiegelde de blauwe hemel
zien in het blauwe water! Wat glinsterde en schitter-
de dat en wat stemde dat vroolijk. De reizigers ren
den hierheen en daarheen, probeerden met hunne ver
rekijkers het tegenoverliggende Sicilië te bekijken en
zouden het liefst de stad ingeloopen zijn. Maar daar
klonk het gefluit van de locomotief alweer. Dus terusr
naar de wagons.
En van de raampjes uit bekeken de reizigers het
van het werken dezer congressen, ondanks de sympa
thieke redevoering van den Rijkskanselier, prins Bü-
ow. Doch van de andere landen, met name van de
kleine staten, met name van Nederland, het land der
vi edesconferenties, zou zoo iets toch zeer zeker mogen
worden verwacht. Het is dan ook te hopen, dat de
kleine staten stappen in deze richting zullen doen en
dat zij de gastvrijheid ten aanzien van deze gewensch-
te gasten zoo ruim mogelijk zullen betrachten. Er
wordt gefluisterd doch het is ook alweer tegenge-
j sproken, als wij ons niet bedriegen dat men zal
trachten de volgende interparlementaire conferentie
te 's-Gravenhage te doen houden en die dan te' doen
samenvallen met de opening van het vredespaleis.
Mocht dit gebeuren, dan hopen wij dat Nederland op
dit gebied een mooi voorbeeld zal geven. Het aldus
uitgegeven geld zou zekeT niet vergeefs besteed zijn.
Want deze geregelde samenkomsten van de afge
vaardigden, dus feitelijke beschikkers over oorlog en
vrede, kunnen heel veel doen om de heeren persoon
lijk en dus de volkeren dichter bij elkaar te bren
gen en om misverstanden op te heffen. Maar boven
dien kan daar heel wat voorbereidingswerlr gedaan
worden voor de eigenlijke vredesconferenties.
Men versta fins wel. Officieel bestaat die „confe
ren tie der Interparlementaire Unie" niet. Zij is een
i ei eeniging van „geachte leden," niet van regeeringen
oi parlementen. Doch inderdaad kan zij zich wennen
om den officieuzen arbeid te doen, die er tusschen
twee officieele vredesconferenties moet worden ge
daan.
Niemand minder dan prof. T. M. O. Asser, de hoog
ste autoriteit zeker, heeft aangespoord tot ijverige stu
die op dit gebied. Welnu, wie zijn eerder geroepen
tot deze studie clan de volksvertegenwoordigers der
i ei schillende landen, die ook op de officiëele vredes
conferenties zijn vertegenwoordigd? Het heet, dat de
derde vredesconferentie in 1915 in 's-Gravenhage zal
bijeenkomen. Men heeft dus nog den tijd. Maar er
moet dan ook een massa voorbereid worden. Welnu,
dat deze interparlementaire conferenties dan de „af-
deelingen mogen zijn, waarin de openbare en offici-
è'ele behandeling ter eigenlijke vredesconferentie wor
den voorbereid.
Dat ook den toonaangevenden op deze conferenties
iets dergelijks voor oogen staat, blijkt in de eerste
plaats daaruit, dat het voorstel inkomt, om het inter
parlementaire bureau van Bern naar den Haag over
te brengen, een bezoldigden secretaris, buiten de par
lementsleden gekozen, aan te stellen, een archief aan
te leggen en een tijdschrift uit te geven. De 25.000 a
30.000 gulden jaarlijks, welke daarvoor noodig zijn,
moeten voor de eerste vijf jaren al gevonden zijn.
Maar bovendien blijkt het streven om aan het werk
der vredesconferenties voorbereiding en dus tot zekere
hoogte continuïteit te geven daaruit, dat men de op
de vorige Haagsche vredesconferentie niet afgehandel
de kwestie weer aan de orde heeft gesteld en eveneens
die kwesties, welke ter volgende conferentie zullen
worden behandeld. Hieronder hoort de kwestie van
de geregelde opkomst der Haagsche conferentie, van
de competentie van het scheidsgerecht en zijn rechts
gebied, van het prijsgerecht en van de particuliere
eigendom in den zeeoorlog enz.
Ten slotte blijktdit streven om de Haagsche confe
renties voor te bereiden uit de plannen om de boven
bedoelde^ kwesties niet in deze parlementaire conferen
tie al af te handelen maar haar oók daarin weer com
missoriaal te maken.
Men ziet het: de interparlementaire conferentie
neemt zijn taak heel wat ernstiger op dan zoo maar
het een of andere congres, dat niet zelden met de kip
met peren plus den ossenhaas tevreden is. En daarom
achten wij het samenkomen van deze conferentie van
de Interparlementaire Unie een zaak van het aller
grootste gewicht, vooral ook voor de kleine staten.
Met hot oog op een mogelijken oorlog tusschen
Nederland en Venezuela, worden in de Verenigde
Staten heden aangeworven, die bestemd zijn, op te
treden voor geheime diensten in Venezuela, in het
be,f°8 Nederland, tot het oogenblik, dat de vij
andelijkheden uitbreken, waarna genoemde lieden de
leiding zullen nemen van een „vreemdelingenlegioen"
dat zal hebben te strijden tegen Castro.
Door P. P. Joubert, die in het Astor-Hotel, te New-
York is afgestapt, werd de juistheid van dat bericht
bevestigd.
Onder den naam Fisher, plaatste hij de volgende
advertentie in de „New-York Herald":
Op avonturen-beluste jonge Amerikanen worden
verzocht, mij te melden, of ze bereid zijn naar een
tropisch gewest te gaan, in dienst van een onder
neming, waaraan nogal gevaren verbonden zijn. Ver
langd worden welgeschapen jonge lieden, berekend
voor den militairen dienst en uit goede familie enz.
i „New-\ork Herald' publiceert den volgenden
orief, ontvangen als antwoord op een schrijven aan
dfcfi_ steller der advertentie.
Waarde heerIn antwoord op uw schrijven deelen
we u mede, dat we gaarne zoo spoedig mogelijk een
ontmoeting met u zouden hebben. Ons plan is hoogst
eenvoudig. Mr. P. P. Joubert, Astor-Hotel, is de
Fisher van de advertentie. Hij is een oud-Boeren
strijder, die in relatie staat met rijke Hollandsche
heeren, wier doel is, in Amerika lieden aan te werven
voor den strijd in Venezuela. Deze lieden moeten van
groote geestkracht en moed zijn en zullen over heel
Venezuela worden verspreid, met het doel zich op de
hoogte te stellen van de toestanden in Castro's repu
bliek.
Breekt de oorlog eenmaal uit, dan zal vermoedelijk
een vreemdelingenlegioen worden aangeworven. Dit
zal komen onder bevel van de lieden, die het aan-
werven.
Voorloopig wordt het ongewenscht geacht, dat de
regeering van de zaak afweet. Verzoeke daarom den
inhoud van dezen brief geheim te houden.
Joubert verklaarde nog, volgens de „New-York
IIei aid dat hij reeds 60 lieden heeft aangeworven
en zijn taak zal aanvangen, zoodra met heu contrac
ten zijn afgesloten. „Ik vertegenwoordig een aantal
rijke Hollanders en een groep vermogende lieden van
Johannesburg".
Verder verzekerde Joubert, dat hij niet handelde
in naam van de Nederlandsche regeering.
Men meldt aan de N. R. Ct.
De Rijksverzekeringsbank te Amsterdam zal, bij
wijze van proef, deeentraiisatiebureau's vormen voor
Friesland, Groningen, Drente en Rotterdam. Het be-
jiuur der Bank is reeds begonnen met het organiseeren
van de administratie voor de vestigen bureau's.
Het bureau te Rotterdam zal vermoedelijk in het
voorjaar van 1909 gereed zijn en de diensten van
circa 150 ambtenaren en beambten te vorderen.
aan den parlementairen arbeid in dit zittingjaar. Ook
is de waarschijnlijkheid groot, dat de heer Pierson niet
geneigd zal blijken bij een eerstvolgende verkiezing'
zijn mandaat (hij heeft zitting voor Gorinchem) to
doen vernieuwen. (Ned
De regeering meent dat met geldelijke bijdragen in
de kosten van oprichting van banken voor den Mid
denstand nog niet het laatste woord op dit gebied
gesproken is, en na overleg met het bestuur van den
N--derlandschen Bond van Vereenigingen voor den
Handeldrijveüden en Industrieelen Middenstand gele
genheid behoort te bestaan, om, behalve door het toe
kennen van subsidus in de kosten van oprichting van
banken, ook op andere wijze een betere regeling van
het kredietwezen van den middenstand te bevorderen.
Daarom bestaat het plan om, aanvankelijk bij wijze
van proef, een of meer personen te belasten met het
verstrekken van voorlichting op het gebied van het
credietwezen, en, naar gelang dit noodig en mogelijk
,5™' °°k omtrent andere vraagstukken den
Middenstand betreffende, bijv. de organisatie en de
inrichting van het bedrijf, zoo op comptabel als tech
nisch gebied.
Teneinde proefnemingen in deze richting mogelijk
te maken is het bedrag op f 8000 gebracht.
De vraag, gedaan door een der inspecteurs van het
toezicht op de naleving der Drankwet, of een gemeen
teraadslid geacht moet worden een openbaar ambt te
bekleedenheeft de minister van Binnenlandsche
Zaken gemeend, bevestigend te moeten beantwoorden.
Daarbij wordt uitdrukkelijk opgemerkt, dat in die
meemng geen aandrang behoeft te worden gezien, om
in de bestaande toestanden in te grijpen, door intrek-
king van de tot op dit oogenblik aan raadsleden ver
leende vergunning, terwijl het evenmin de bedoeling
is, dat deze voor vernietiging in aanmerking zullen
worden gebracht.
GEMENGD NIEUWS.
Uit Schermerhorn.
De rederijkerskamer „Amicitia" die op 1 Sep. IJ.
50 jaren heeft bestaan, zal op nader te bepalen dag
dit gouden jubileum feestelijk herdenken.
De vijf jaar geleden toegestane sulsidie voor den
bouw van eene nieuwe pastorie voor de Ned. Herv.
gem. is dezer dagen door het bestuur der Synode in-'
getrokken, zoodat weer op nieuw zal moeten worden
aangevraagd, en dus met den bouw nog niet kan
woraen begonnen.
Naar wij vernemen, heeft mr. S. de Vries Czn. he
den liet schrijven verzonden waarin hij ontslag neemt
als Kamerlid. Hij motiveert dit hiermee, dat „het
wethouderschap hem onvereenigbaar blijkt met het
lidmaatschap van uw college." (Stand.)
In dp Kamerzitting van gisteren kwam o. a. in een
bericht van verhindering van den heer N. G. Pierson.
Naar zeker met leedwezen zal worden vernomen, zijn
het gezondheidsredenen, die den heer Pierson zullen
beletten een voortdurend werkzaam aandeel te nemen
zeldzame schouwspel, hoe de trein langzaam op de
pont werd gebracht en hoe deze nu werd losgemaakt.
Ken kwartier later waren zij midden in de Zeestraat.
Kn nu deed zich wel het meest grootsche schouwspel
van de heele reis voor. Hoe meer de pont de Sicili-
aansche kust naderde des te mooier werd het. De he
mel was helder, zoodat'de kust door de zonnestralen in
goud bedrenkt scheen te zijn. Een bergketen scheen
zich langs het water uit te strekken als een beschut
tende muur En op dezen keten stond een prachtig
witte koepel als een reuzenpyramide. De met sneeuw
bedekte Etna.
En de boot scheen regelrecht op de rotsen te wil
len loopen. Bijna ademloos drongen de passagiers
naar de vensters, m den heelen trein heersclite de stil-
e van een kerk en ook de stemming.
1 nnand en Frances hadden zich in hun „gevangenis"
teruggetrokken, hadden alles vergeten en keken naar
buiten, sprakeloos bewonderend.
De pont hield dicht bij de rotsen stil, die zich plot-
velmg schenen te openen. Twee lichttorens wezen den
weg De faro grande en de Faro piccolo. Om den
en heen. Steeds weer doemen nieuwe rotswan
den op Plotseling een vesting. Het fort San Salva-
tor. Ah, daar was de haven!
De boot gleed erin, langs de Corso Vittorio Emanue-
S!at-,0r', aa" de Piazza d<'r Terranuova.
loen leed de trein langzaam van de rails van de pont
op de rails van het station.
..Messina Tien minuten tijd
Ook hier wemelde het station van menschen, Van
inboorlingen en van reizigers van de Berlin-Palermo-
express. an t deze wilden nog een laatsten blik uit
de onmiddellijke nabijheid op den rotswand werpen, op
cit straat van Messina.
Over de Piazza Terranuova liepen zij, tot aan fort
Don Blasco, beklommen de wallen en keken bewonde
rend om zich heen naar de zee, naar de stad. Het
uitzicht was heerlijk, maar het duurde niet lang. Een
gillende, langgerekte fluit van de locomotief riep hen
vlug naar den trein terug.
„Hier komen wij gauw weer terug!" troostte de een
den ander.
In hun „gevangenis" had Frances zich tot Armand
gewend: „Stappen wij uit?"
Maar hij was er tegen. Zij hadden zich in Reggio
aan de reisgenooten als voorbereiding van de aan-
kemst in Palermo getoond, om aan het station moge
lijk niet-begeerd opzien te voorkomen. Dat was ge
noeg. Nu zou men in den restauratie-wagen daarover
spreken en bij aankomst in Palermo zou men het mis
schien weer vergeten zijn.
Kn dus waren zij stilzwijgend voor het venster ge-
7 Tf1*' zett® 6e trein zich weer in beweging. De
Zuid- Italiaansche Compagna volgde op de Siciliaan-
scne. Ken oogenblik bleven de beide minnenden nog
op hun post. loen wendde Frances zich tot Armand
en greep zijn hand.
.Mag ik nu antwoord op mijn vraag hebben?" vroeg
zij, terwijl zij lachend naar hem opkeek. Zij scheen
uit andere regionen naar de aarde terug te keeren.
naagWelke? O ja!" Hij had haar niet da
delijk begrepen. „O ja. Waarheen „de groote onbe
kende de diamanten liet verdwijnen?"
Zij knikte met het hoofd.
„Ja, beaamde zij. „En de geschiedenis met het te
legram! En en alles!"
,.Ga zitten," zeide hij tot haar, terwijl hij zelf het
gc-ede voorbeeld gaf.
In den restauratie-wagen had men five o'clocktea
aangericht. De reizigers, heeren en dames met de
De heer K. Zwiep te Stompetoren werd herkozen als
secretaris der commissie tot wering van schoolver
zuim. (Leerplichtwet.)
De plaatselijke afdeeling van „Floralia" te De Rijp
heeft weder hare jaarlijksche tentoonstelling gehouden.
et aantal inzendingen mocht niet zoo groot zijn ge-
woest als de vorige jaren, de kwaliteit was echter veel
beter. Men zag er tal van prachtexemplaren, terwijl
bepaald slechte stellen niet werden gevonden. „Flora-
ia kan met genoegen op deze tentoonstelling terug
zien.
De heer D. G. W. L. Roder, predikant bij de Ned
Herv. gemeenten van West- en Oost-Graftdijk heeft
toezegging van beroep ontvangen naar de Ned. Herv
gemeente te Wehl (Gelderl.)
Het bestuur van de banne St. Pancras heeft Woens-
dag zijnen najaarsschouw gehouden.
theekopjes in de liand, stonden en zaten om den kolo
nel Kranzler en diens vrouw heen en luisterden naai
zij n woorden.
„Begrijpt u het?" vroeg hij aan 't einde van zijn ver-
haal.
„Kunt u zich niet vergist hebben, kolonel?" vroeg
iemand.
De kolonel keek den vrager verwijtend aan. En nu
ging men vermoeden. Wat was er gebeurd. De com
missaris van politie weg Cronheim weg-. Cronheim.
aha, Cronheim, die w»s het! Die stapte met den com-
missaiis en de danseres uit. Die was gevangen ge
nomen. Zeker! Dat andere het vinden van de dia
manten in de handtasch van miss Jackson, haar ge
vangenneming dat was alles comeidie geweest, onf
zich zeker van den dief te maken.
Zoo was het! En nu kwamen ook zij, die het reeds
eerder gezegd hadden. Miss Jackson, het idee! Uitge
sleten! Cronheim natuurlijk. En dus was het raadsel
opgelost en was ook de belangstelling in miss Jackson
verdwenen. Een uur later had men zich weer tot de
thee, de -koek en het Siciliaansche landschap gewend.
In hun gereserveerde coupé sloeg Frances zich voor
de tweede maal van dezen middag met de vlakke hand
tegen het voorhoofd.
„Wat eenvoudig. En dat ik niet op dat idee ben
gekomen Weet je Armand, je hebt mij bewezen, dat
ik eigenlijk voor mijn beroep zoo goed als niet deug!"
Hij sprak haar met een lachend gelaat tegen.