STADSNIEUWS,
BUITENLAND.
Gevonden.
Geheimzinnig.
Poging tot diefstal.
Een jeugdige driftkop.
JDe drank.
Een steiger Ingestort.
Zwerversleven.
Het Volksdagblad
Uit Limmen.
Ons nieuwe feuilleton.
In beslag genomen.
Inspectie.
Een jubileum.
De Hagespelers.
Aanbesteding.
Voetbal.
Arrondissements-Rechtbank te Alkmaar.
Badhuis „Het Witte Kruis."
Nederl. Protestanten Bond, afd. Alkmaar.
ontving lijn vader brieven, doch daarna vernam hij
nieta 'meer. Een onderzoek door tusschenkomat van
den Nederlandachen consul te New-York leidde tot
niets. Ten slotte ging de vader zelf naar New-York
en na vier dagen vergeefs zoeken liet hij op den hoek
eener straat zijn schoenen poetsen. Toen hij den
schoenpoetser betaalde, zagen de mannen elkander
aan envader en zoon hadden elkander herkend.
De jongeman had zijn vermogen verloren en als
schoenpoetser moest hij in zijn onderhoud voorzien.
De vader keerde verheugd met zijn wedergevonden
zoon dezer dagen te Amsterdam terug.
Uit Nizza wordt geseind, dat aldaar is aangehouden
een 15-jarige knaap uit Holland wiens opsporing door
de Nederlandsclie justitie was verzocht.
Deze knaap moet de 16-jarige de V. zijn, die er den
fiden October met 4200, toebehoorende aan zijn pa
troon, de firma Kupscli en Abas te Amsterdam van
door ging.
Moord
Men wil dat eenige Bosschenaren, die verleden
week gezamenlijk de kermis te Nijmegen bezochten,
daar met Nijmeegscbe kermishouders zouden hebben
getwist en gevochten. Nu Zaterdag een der Bossche
naren, de heer D., 2e-keurmeester op de vischmarkt te
's-Hertogenbosch, in het ziekenhuis op de Papenhulst
aldaar is overleden, wordt verondersteld dat tusschen
het gebeurde te Nijmegen en dit sterfgeval verband
staat.
De looper P. van de firma B. Co te Amsterdam
haalde gistermorgen 1500 van de Twentsche Bank
aldaar. In de Torensteeg moest hij een boodschap
doen, waarbij hij tot de ontdekking kwam dat de
1500 spoorloos waren verdwenen. Hoe, is onbekend.
Nader verneemt men nog dat de looper P. het ont
vangen bedrag ad 1500 in de buitenzak van zijn jas
had geborgen. Ter hoogte van de Gasthuismolen-
steeg gekomen, wenselite hij zich nog te vergewissen
of hij dit bedrag nog bij zich had, toen hij tot zijn ont
steltenis bemerkte, dat hij deze som niet meer bij zich
had. Een quitantie op een andere bankinstelling was
eveneens verdwenen. Deze bank werd telephonisch van
dc vermissing hiervan in kennis gesteld.
Het bedrag van 1500 bestond uit 1 bankbiljet van
1000, 1 van 300 en een van 200. Serie en letters
dezer biljetten zijn bekend, echter niet de nummers.
Toen Zaterdagavond de heer Blom, die een zaak in
goud- en zilverwerken en in naaimachines Kinker
straat te Amsterdam heeft, uit was en het dienstmeis
je met de kinderen alleen thuis was, werd in den naai
machine-winkel door een verdacht uitziend individu
gebeld en verzocht een naaimachine te mogen zien.
Het meisje deed wijselijk niet open, waarna ongeveer
na een half uurtje vier kerels aanbelden aan de goud
en zilverzaak, bewerende, dat „ze iets te zeggen had
den."
Het meisje deed natuurlijk wederom niet open, doch
toen geprobeerd werd de deur te forceeren telefoneer
de zij de politie, die onmiddellijk verscheen.
Inmiddels hadden de ongewenschte bezoekers, die
blijkbaar geen goede bedoelingen hadden, het hazenpad
gekozen.
Te Nieuwpoort ontstond Zondagavond een hevige
twist tusschen twee jongens, waarbij de 10-jarige J
M. met een mes vreeselijk werd toegetakeld. Hij kreeg
een snede over het achterhoofd van 10 cM. lang, en
een over zijn voorhoofd niet minder erg. De dader is
bekend.
Te Rijssen heeft zich het treurige verschijnsel voor
gedaan, dat tegen een ruim 13-jarig meisje door de
politie procesverbaal is opgemaakt moeten worden we
gens openbare dronkenschap.
De instorting van een steiger voor de in aanbouw
zijnde brandweerkazerne te Scheveningen wordt toege
schreven aan te zware belasting op een gegeven oogen-
blik, en op één punt, met werklieden, waardoor een
strop losliet of brak en de plank, waarop de werklieden
met dezen omlaag viel. Yan de zeven werklieden gin
gen weder vijf, die meer geschrikt dan gedeerd waren,
aan den arbeid; een, die een geringe kneuzing aan den
aim heeft, ging nog niet aan den gang, terwijl een
ander, die een beenkneuzing beliep, niet kon werken
liet ongeval is goed afgeloopen, daar de steiger laag
bij den grond was, ter hoogte n.l. van de eerste verdie
ping, aan welke het metselwerk aanving.
Op 10 October j.l. vond men op een zolder van het
abattoir in Amsterdam in betreurenswaardigen toe
stand, een zekeren Dorfmeijer, die een zwervend leven
leidde. Hij had in geen 4 dagen gegeten en was zeer
uitgeput. Men bracht hem naar het O. L. Vrouwen
gasthuis, waar hij ter verpleging werd opgenomen. On
danks de zorgvuldige behandeling, die hij daar onder
vond, is de ongelukkige er niet meer bovenop geko
men en gisteravond overleden.
De Raad van Commissarissen van Het Volksdagblad
zag zich zooals wij gisteren reeds meldden genood
zaakt het besluit te nemen tot opheffing van dit anar
chistisch orgaan.
In een woord aan de lezers zegt de Redactie:
„Slechts willen wij er even op wijzen, dat alle pogin
gen om het- blad langer in stand te houden niet tot het
gewenschte resultaat hebben mogen leiden. Dit valt
te meer te betreuren, omdat juist in den laatsten tijd
de behoefte aan een vooruitstrevend dagblad, onafhan
kelijk van eenige politieke partij, ten zeerste gevoeld
werd,"
Dank wordt gebracht aan den heer Van Hall, „die
zonder eenig voorbehoud, gedurende 13 jaar steeds zijn
beurs openstelde voor een blad, waarbij alleen arbeiders
belang hadden. Zulke kapitalisten zijn zeker met een
kaarsje te zoeken."
Verslag van de vergadering van den raad der
gemeente Limmen, gehouden den 3 November 1908
des voormiddags ten 9!/2 uu
Voorzitter-secretaris de heer S. G. C. Baron vo
Fridagh.
Afwezig de he ir A. de Groot.
De Voorzitter opent de vergadering, waarna de no
tulen door hem worden voorgelezen en onveranderd
goedgekeurd.
Da heer de Groot komt inmiddels ter vergadering,
Ingekomen zgn
a. -een reclame van v. Amersfoort in zake zijn aan
slag in den Hoofdei^ken Omslag.
Geiteld in handen der commissie van aanslag met
opdracht voor de volgende vergadering advies te geven
b. een schrijven van Gedeputeerde Staten vermei
dsnde de benoeming van de heeren A. de Groot ec
Jb. Kleef tot zetters voor de Directe Belastingen.
c. een schrijven van Gedeputeerde Staten inhou
dende de goedkeuring van de gemeente-rekening
dienst 1907 met eenige kleine administratieve bemer-
k'd^en schrijven van id., houdende goedkeuring van
het'raadsbesluit in de leening aangegaan ten
behoeve van straatverlichting:en school verbouwing.
e Een schrijven van idem tot goedkeuring van het
proces-verbaal van kasopname bij den gemeente-
ontvanger waaruit bleek dat toen conform de boeken
in kas was f 1212.521/2.
f. een schrijven van den heer Verheggen, benoemd
onderwijzer, inhoudende het bericht, dat hij zgne be
noeming tot onderwijzer aanneemt onder dankbetuiging.
Deze mededeelingen worden voor kennisgeving &an-
gbg°^en schrijven van den Bond van Staatspansio-
n.ering houdende verzoek om adhaesie te betuigen
met het? door den Bond aan H. M. de Koningin ge
zonden adres strekkende ter verkrijging eener wet,
waarbij zonder premiebetaling ©0n Staatspensioen aan
een ieder wordt toegekend.
De Voorzitter doet in Vkort mededeelmg van den
inhoud van dit adres en zegt dat Burgemeester en
en Wethouders van oordeel zijn dat de Raad zich met
met "politiek moet bemoeien derhalve adressen als
het onderhavige, uitgaande van eene politieke partij,
niet in behandeling moetf nemen en stelt voor het
voor ken iisgeving aan te nemen.
Zonder eenige bespreking"wordt in dien zin besloten.
h. eene opgave van het hoofd der school van het
aantal leerlingen dat de herhalingsschool bezoekt,
wordt voor kennisgeving aangenomen.
i. een verzoek van het bestuur der Katholieke Soci-
ale Actie om bij de door haar'te geven lessen in boek
houden een ezel en bord te mogen gebruiken, daar
ook niet-katholieken"van" ditVonderwijs kunnen genie
ten wordt zonder eenige bespreking dit verzoek toe-
j. een verzoek van J. Krom, plaatsvervangend tele
foonkantoor-houder om verhooging van zijn salaris tot
f40
De Voorzitter zegt dat Burgemeester en Wethouders
adviseeren gunstig hierop te beschikken onder aanha-
ling van gegevens die de rechtvaardigheid billijken.
Zonder bespreking^ wordt met algemeens stemmen be
sloten dit verzoek in te willigen, ingaande 1 Januari
1909 eventueel kan nog worden besloten zoo zegt
de Voorzitter, Krom eene gratificatie te geven voor
reeds dit jaar bewezen diensten.
k. een bericht van S. Kuijper dat hij bedankt voor
de" betrekking van lantaarnopsteker.
Wordt voor kenniss-eving aangenomen.
Burgemeester, en Wethouders stellen voor Jb. bchol
die'reeds een maand tot hun genoegen werkzaam is
te benoemen tot lantaarnopsteker, na opening der
stembriefjes blijkt dat Jb. Schol met algemeene stem
men is benoemd.
I. een schrijven van J. Verheggen, houdende ver
zoek om voorloopig buiten de gemeente te mogen
wonen daar hij te Limmen geen geschikte woning
kan vinden.
De Voorzitter zegt dat Burgemeester en Wethouders
voorstellen hem tot l Mei 1909 vrij te stellen van de
verplichting om in de gemeente te wonen, daar zijne
in het adres genoemde redenen gegrond zijn.
Zonder eenige bespreking wordt het voorstel van
B. en W. aangenomen.
Burgemeester en Wethouders stellen voor het leer
plan van liet lierhalingsonderwijs te wijzigen in ver
band met het meerder aantal onderwijzers, zoodat het
herkalingsonderwijs voor meisjes Zaterdagsmiddag*
wordt gegeven.
Zonder eenige bespreking wordt dit voorstel aange
nomen.
De voorzitter deelt mede dat de heer G. J. Meijer,
Hoofd der School, tot nu toe steeds hoofd van bet her-
halingsonderwijs is geweest, zonder daartoe benoemd
te zijn, en dat burgemeester en wethouders derhalve
voorstellen den heer Meijer te benoemen tot Hoofd van
het Herhalingsonderwijs en hem daarvoor buiten zijn
gewoon salaris een vergoeding te geven van 2.50 per
maand.
Dit voorstel wordt aangenomen zonder eenige be
spreking.
De voorzitter stelt aan de orde de benoeming van
bet personeel voor bet herhalingsonderwijs voor de
cursus 19081909.
Na opening der briefjes dat het geheele personeel is
benoemd met den heer Meijer als hoofd.
De door burgemeester en wethouders den raad voor
gestelde af- en overschrijvingen op verschillende pos
ten der begrooting 1908, alsmede de betalingen uit den
post van onvoorziene uitgaven deze laatste voort
gesproten uit de exploitatie der straatverlichting
worden zonder eenige besprekingen goedgekeurd.
De voorzitter doet voorlezing van een schrijven van
Gedeputeerde Staten, waarin deze den raad voorstellen
het salaris van den Gemeente-ontvanger te verhoogen
met 50 en alzoo te brengen op 225, op grond dat
het bedrag der begrooting en het bevolkingscijfer
zulks rechtsvaardigen.
De voorzitter zegt dat het salaris van den Gemeen
teontvanger in Januari 1906 is verhoogd van 120 op
175, dat hij gaarne den ambtenaren wil geven wat
der ambtenaren is, doch dat de Gemeentefinanciën een
verhooging tot 225 niet gedoogen. Hij erkent de
meerdere werkzaamheden van den ontvanger, vooral
ook die welke zullen voortvloeien uit de nieuwe belas
tingverordening betreffende de progressieve inkom
stenbelasting en voorgenomen handhaving van de ver
volging, en zou daarom voorstellen het salaris te bren
gen op ƒ200, daar liij het onbillijk zou vinden dat een
Gemeenteontvanger in een gemeente als Limmen
meer tractement bad dan een ambtenaar ter seereta
rie, wiens werk veel omvangrijker is. De beer Kleef
doet nog eens opmerken dat de Gemeente-ontvanger
pas in 1906 verhooging heeft gehad. De voorzitter
zegt daarop dat ook andere ambtenaren, zooals bet
Hoofd der School en de ambtenaar ter secretarie on
langs verhooging hebben gekregen en stelt voor het
salaris te verhoogen tot 200.
Het voorstel van het college van burgemeester en
wethouders is het salaris van 175 te handhaven. De
heer de Jong stelt voor het op 225 te brengen.
De heer Vis stelt voor tot op 200.
Niemand vraagt daarover meer het woord, waarna
de voorzitter het voorstel van Gedeputeerde Staten in
stemming brengt dat met algemeene stemmen wordt
verworpen.
Het voorstel van den voorzitter om het salaris tot
op 200 te verhoogen, wordt aangenomen met 5 tegen
2 stemmen.
Tegen de hh. wethouders, Breedveld en de Groot.
De voorzitter stelt voor evenals vorige jaren -be
houdens machtiging van den directeur der Rijkspolitie
aan de rijksveldwachters, die gedurende dekermi.,
en den Koninginnedag surveilleerden, een gratificatie
toe te kennen van 1.50 per dag.
Zonder eenige bespreking wordt dit voorstel aange
nomen.
De voorzitter doet daarna eenige mededeelingen, be
treffende de nu afgeloopen verbouwing der openbar
school in hoofdzaak inhoudende dat er wel toestem
mi ng is verleend de school in gebruik te nemen, doch
dat de arrondissements-schoolopziener en de Rijks
bouwkundige nog niet die goedkeuring hebben ver
leend, welke aanspraak doet maken op de uitkeering
der rijkssubsidie.
Burgemeester en wethouders zullen trachten, de zoo
even genoemde autoriteiten zegden hunne medewer
king toe, subsidie te verkrijgen tot het aanbrengen van
dubbele ramen aan de Oostzijde van het schoollocaal.
Na den gebruikelijken rondvraag, waarbij niemand
het woord verlangt, sluit de voorzitter de vergadering.
Morgen wordt ean aanvang gemaakt met een nieuw
feuilleton. Na de door velen gewilde licht-humoris-
tische novellen, hebben wij thans weer eens een span-
nenden roman genomen.
Het nieuwe feuilleton heet „De Roode Pimpernel"
en het is de geautoriseerde vertaling uit het Engelsch
en wel naar het 217de duizendtal. De groote oplage
in Engeland in korten tijd, bewijst wel het best, hoe
het daar in den smaak gevallen is.
Verhaald wordt een boeiende episode uit de Fransche
revolutie, hoe aristocratischs families het schavot wis
ten te ontkomendoor naar Engeland te vluchten
hoe listig die vlucht soms geschiedde en hoe de
Franschen alles deden om degenen, die bij de vlucht
behulpzaam waren in handen te krijgen. „De roode
pimpernel" is het bloempje, dat de Engelsche helpers
der Fransche aristocraten zich tot symbool hadden
gekozen en waaraan de Fransche ..burg-ars" steeds,
en dikwijls op het meest onverwachte oogenblik
werden herinnerd.
Meer zullen we er maar niet van zeggen, omdat
wij daardoor het genot, dat dit feuilleton onzen lezers
ongetwijfeld zal geven, zouden kunnen bederven.'Even
wel willen we nog [even opmerken, dat het begin,
waarin het exposé wordt gegeven, het zwakste ge
deelte is, zoodat men hierna den verderen roman niet
moet beoordeelen.
club niet bestand, de halfs verdienen een pluimpje,
want zij waren het, die de voorhoede van Achilles heel
was last aandeden. Ook de baks en doelverdediger
waren goed.
Door dus voltallig op te komen heeft Alcmaria Vic-
trix in de wedstrijden van Achilles en U. S. C. (ver
leden Zondag) getoond dat ze ook wat kan en dat ze
ker voornemens is het geschrijf van afkeuring in
andere bladen over de verloren wedstrijden te logen
straffen.
Door de politie is een koe iu beslag genomen die
op de najaarsmarkt tweemaal verkocht was.
De generaal-majoor W. Cool, inspecteur van het
militair onderwijs zal Vrijdag a.s. de Cadettenschool
inspecteeren.
Gisteravond heerschte er een feestelijke stemming
in het zaaltje van „de Nieuwe Doelen", waar het
teekengenootschap „Kunst zij ons doel" Maandag
s avonds hare gewone teekenavonden houdt. Daar
was een jubileum te vieren. De heer F. Wigman
heeft 30 jaren lang getrouw als werkend lid die
teekenavonden bezocht en de laatste 20 jaren de functie
van penningmeester waargenomen. Het bestuur
meende dezen dag niet onopgemerkt te mogen laten
voorbijgaan voor den jubilaris, zoodat hem gisteravond
namens het teekengenootschap „Kunst zij ons doel",
bij monde van den voorzitter, den heer J. Cock, een
eikenhouten bureau-stoel werd aangeboden.
De heer Wigman, geheel onvoorbereid op dit fraaie
geschenk, was zeer verrast en sprak eenige woorden
van hartelijken dank.
Mogen we er nog even aan herinneren, dat het
artistieke gezelschap, onder leiding van den heer
Ed. Verkade, morgenavond een volle Harmonie-zaal
ten volle verdient?
Door de genie te Amsterdam is heden aanbesteed
het aanbrengen van bliksemafleiders op artilleriege
bouwen aan de Hembrug. Laa sto inschrijving was
van J. van" Ree te Alkmaa voor f 1280. Begrooting
f 1450.-
A. V. Ill - V. Z. V. V. II.
De 3 elftallen van Alcmaria Victrix zijn Zondag in
liet strijdperk geweest, en.niet zonder succes. La
ten wij eerst het derde nemen. Dit trok naar Zaan
dam, tegen V. Z. V. V. II en kwam met eene overwin
ning van 41 thuis. Lang niet voltallig en dan op
vreemd terrein winnen, is wel een pluimpje waard
A V. II - Spsrt I.
Nu het tweede elftal. Voor liet eerst voltallig ston
den zij daar en wachtten op het beginsignaal, met het
vaste voornemen het eerste elftal van verleden week
tegen U. S. C. na te doen. Sport 1 uit Zaandam was
de tegenstander en een stevige. Alkmaar's voorhoede,
in 't begin te zelfstandig, wat bang voor de groote te
genstanders, kreeg langzamerhand meer 't idee van
't samenspel, de halfs zetten beter op en na een goed
schot van den rechtsbinnen hadden de Alkmaarders de
leiding.
liet „nog lang niet gewonnen" brachten de Zaan
dammers in praktijk en de backs en halfs hadden het
zwaar te verantwoorden, 't Spël verplaatste zich nog
al, van voor naar achter, meestal op Alcmaria's ge
deelte. Even voor de rust maakte Sport gelijk.
(Stand 11.)
Er kwam meer publiek en de tegenstanders van Alc-
mnrial stonden ook langs 't lijntje, en bij den weder
aa*vang scheen dat wat invloed op het tweede te heb
ben. Beter werd er gespeeld, voordurend was 't„Sport"
doel in gevaar en de Alkmaarders kregen weer de lei
ding, (2—1), en behielden deze. Niet minder dan
doelpunten behaalden zij nog, zoodat Alcmaria Vic
trix II won met 81.
A. V. I Achilles I.
Na Alcmaria Victrix I tegen Achilles I uit Rotter
dam, voor den Beker. Veel, zeer veel publiek zelfs,
was aanwezig, en toen dan ook de heer Kappenburg
het aanvangssignaal gaf (Achilles had den uittrap)
werd deze wedstrijd met spanning gevolgd, 't Was
ook mooi, fair spel van beide kanten, echt 2de klasse
spel. De Alkmaarders, met liun sterkste samenstelling
in 't veld gekomen, gaven Acliilles (verleden jaar den
kampioen der Westelijke 2de klasse) heel wat te doen
Voor Alcmaria Victrix zijn de 25ste October en de
dag van gister mooie dagen geweest.
Nu waren de Rotterdammers, dan weer de Alkmaar
ders de sterkeren. Alcmaria had vaak pech, dikwijls
schoten de voorwaartsen, maar Achilles' doel en doel
verdediger scheen onkwetsbaareven te hoog, tegen de
lat, of de keeper weerde ze. Achilles linkerzijde brak
door, tot voor Alkmaar's doel, terug ging de bal, de
center-voor van Rotterdam schoot, de back stopte,
hield de bal met de beenen even vast, werd aangeval
len, even eene schermutseling voor 't Alcmaria-doel
do bal gleed langzaam in de goal. Acliilles had dus de
leiding.
Alcmaria trachtte terug te halen, brak dikwijls door,
centerde van rechts naar links, prachtig zelfs, maar
daar stond een back, een echte.
Weer werd de bal opgebracht tot vlak voor 't Rot-
terdamsch doel, nu was de kans groot, de doelverdedi
ger viel, het „och" van 't publiek was terecht, de
kans was verkeken.
De rust ging spoedig' in (10 voor Achilles) en ook
na de rust bleek Achilles de sterkste. Nog driemaal
wist zij te doelpunten, zoodat bij 't einde de Rotter
dammers met 4—0 wonnen.
Alcmaria Victrix heeft met zijn nieuwe opstelling
eer gehad. De voorwaartsen waren uitmuntend, de
linksbuiten was beslist te klein, tegen een 2de klasse-
Uitspraken van heden.
H. O. S., Alkmaar (gedetineerd), verduistering, 4
maanden gevangenisstraf.
O. B., Hoorn, wederrechtelijk binnendringen, 1 mnd.
gevangenisstraf.
J. W,. Heer-Hugowaard, wederspannigheid, J 10
boete of 10 dagen hechtenis.
A. L. en F. E., Alkmaar, wederspannigheid, ieder
7 boete of 7 dagen hechtenis.
P. B., Enkhuizen, strooperij met beh. v. e. vaartuig,
6 boete of 3 dagen hechtenis.
N. V., Anna-Paulowna, mishandeling, 5 boete of
2 dagen hechtenis.
In de week van 26 tot 31 Oct. zijn in het Badhuis
van het „Witte Kruis" genomen58 kuipbaden78
regenbaden le klas, 130 regenbaden 2e klas, tezamen
266 baden.
Men schrijft ons
't Is een verblijdend verschijnsel dat telken jare de
kerkgebouwen der Remonstr., Doopsgez. en Luth.
gemeenten veel te klein blijken te wezen om een goede
plaats te verzekeren aan de zeer groote schare, welke
opgaat om getuige te zijn van de herdenking der
„Hervorming".
Zóó was het wederom Zondagavond j.l. Geen plaatsje
bleef onbezet in het Remonstr. kerkgebouwvoor
velen moest er eene gezocht worden.
't Was een waardige feestviering.
De Ev. Luth. predikant P. van der Veen van Am
sterdam boeide allen van het begin tot het eind door
zijn eenvoudig, maar tevens diep j ernstig en kloek
woord.
Diepe overtuiging, innige vroomheid spraken er uit.
Moge zijn prediking weer vele vrijzinnig-godsdiensti-
gen met nieuwe geestdrift voor de heilige zaak hebben
vervuld, opdat van allen wederom meer warmte, meer
belangstelling uitgaan-
Wij danken den man, die ons door zijn woord heeft
gesticht en die krachtig op onze grootsche roeping
ons wees, gelijk zeker allen evenzeer het'zangkoor en
zijn directeur in stilte hulde hebben gebracht voor
wat ook zij deden ter verheffing van ons samenzijn.
Van zulke samenkomsten moet een groote zegen
uitgaan.
Over bet Keizer-interview zouden er nog
een reeks scherpe oordeelvellingen van couranten te
vermelden zijn. Wij moeten evenwel volstaan met een
ironisch artikel van Lantier in de Eigaro hier weer te
geven:
„Hetgeen men vooral bewonderen moet, dat is ae
buitengewone ontmoeting van een zoo aan zijn inval
len toegevend souverein, van een „Engelschen vnend,
die zoo slecht den Engelschen geest kent en van een
kanselier die zoozeer zijn vacantie verdedigt, dat hij
zelfs niet de correspondentie van zijn meester leest I
Fin de medewerkers, ministers, kamerheeren, adjudan-
ten of secretarissen, die deze drie personages van de
komedie omringen, hebben zulk een eerbied, dat zij (le
gewoonte verliezen te begrijpen en den moed om te
waarschuwen.
De-ze zaken vallen niet voor in een land der lanta-
sie, zooals Fransche schrijvers uitdenken voor hunne
satiren, maar aan het hof van een machtigen staat,
onder de leiders van een groot volk, waar de „ernst
in eere is en waar onze „lichtzinnigheid" een voor
werp van verachting' is.
Ik wacht met nieuwsgierigheid op de beschouwin
gen van de Duitsche pers. Onder andere „bijzonderhe
den" van ons ras ik durf niet meer zeggen „gebrp-
ken" of „goede hoedanigheden" noemt men het ge
voel voor de juiste maat. Het zou wreed zijn aan te
dringen en bij deze gelegenheid de Duitschers met het
eerst te doen lostrekken.
Maar als men de keizerlijke woorden nagaat, vraagr-
men zich af of wij niet dikwijls zeer onrechtvaardig
geweest zijn ten opzichte van hen die Duits chianti lei-
den. Wij zijn boos geweest over hun weinig vriendelij
ke handelwijzen; wij konden niet vermoeden dat zij
zich dan verbeeldden ons plezier te doen. Ze rekenden
op onze dankbaarheid wanneer zij ons het meest kwet
sten. Wij hebben, blijkbaar, onrecht gehad, hen met te
bedanken.
Hebben zij niet gemeend dat zq ditmaal Engeland
zeer aangenaam zouden aandoen door openbaar te ma
ken dat de groote meerderheid der Duitschers de En
gelschen verfoeit en dat het Engelsche leger nooit de
zaken tot een goed einde gebracht zou hebben indien
de Duitsche generale staf niet als een aalmoes een
veldtochtplan om de Boeren te overwinnen, aan de
hand gedaan had?
Hebben zij niet gemeend dat zij een onbegrensd ver
trouwen in de oprechtheid van hun politiek zouden in
boezemen, toen zij toonden dat men met Duitschland
geen gesprek aanbinden kon zelfs geen uitgelokt
gesprek zonder zich meteen bloot te stellen aan een
onbescheidenheid uit eigenbelang?
Bij dit alles is hun goede trouw niet te betwisten,
want anders zouden zij niet zoo onschuldig weg beken
nen. Wij trachten dikwijls hen te doordringen, lien
te zien zooals zij zijn. Welnu, daar zijn ze, door zich
zelf geschetst.
Laten wij, voor de toekomst onthouden dat dezelfde
woorden te Berlijn nog niet hetzelfde beteekenen als
te Londen en te Parijs. Ik zeg „nog niet," want de
droeve verbazing die de Duitsche openbare meening
beroert sedert het artikel van de Daily Telegraph
toont aan dat een ontzaglijke vooruitgang plaats heeft
en dat het Duitsche volk liet benauwd begint te krij
gen in de oude middeleeuwsche wapenrusting die bij
haar de plaats van regeering inneemt.
Onze Richelieu die, in zijn tijd, even machtig was
als de heer von Bülow, had genie, en hij had zich tot
leefregel gegeven neergeschreven op zijn aan toeken-
boeken met zorg alle brieven te lezen, teneinde er
onmiddellijk en met juistheid op te antwoorden. Zon
der den Duitsehen kanselier te willen kwetsen door de
ze vergelijking, moet men althans constateeren dat hij
zijn correspondentie ietwat verwaarloost."
In het Lagerhuis heeft de heer William Redmond
den minister van oorlog Haldane de vraag gesteld
of het veldtochtsplan ter btëindigeng van den Boeren
oorlog, dat Lord Roberts feitelijk had gevolgd, ont
vangen was van den Duitsehen Keizer en of de minis
ter, indien dit zoo was, het document zou willen
bekend maken.
De minister antwoordde, dat do archieven van het
ministerie van oorlog zulk een document niet bevat
ten en dat men zich evenmin herinnert, dat het in
het bezit is gekomen van iemand, die in betrekking