DAGBLAD VOOR ALKMAAR EN OMSTREKEN. Ontwerp-plan ran uitbreiding der Gemeente. Honderd en tiende jaargang 1908. V R IJ D A G 6 NOVEMBER. Afsluiting Boompoortsbrug. FEUILLETON. BINNENLAND. No. 260. Deze Courant wordt eiken avond, behalve op Zon- en Feestdagen, uitgegeven. Abonnementsprijs per 3 maanden voor Alkmaar f 0,80; franco door het geheele Rijk f 1, wonderlijke nummers 3 Cents. Prijs der gewone advertentiën: Per regel f 0,10. Bij groote contracten rabat Oroote letters naar plaatsruimte. Brieven franco aan de N. V. Boek- en Handelsdrukkerij v/h. HERMs. COSTER ZOON, Voordam C 9. De Roode Pimpernel Telefoonnummer 3. De ziekte van Castro. Landboawongevallenverzekerlng. AARSC COURANT. Het HOOFD van het bestuur de Gemeente ALK MAAR, Gelet op artikel 28 alinea 4, 5 en 6 der Woningwet, Br >n gt ter algemeene ken lis, dat het ontwerp-plan van uitbreiding dezer gemeentemet uitvoerige kaarten en grondteekeningen op de Secretarie dezer gemeente (bureau Gemeentewerken aan de Stads- timmeiwerf) voor een ieder ter inzage is nedergelegd tot 7 November a.s. Alkmaar, 9 October 1908. Het Hoofd van het' bestuur voornoemd G. RIPPING. BURGEMEESTER en WETHOUDERS van Alk maar brengen ter algemeene kennis, dat de brug bij de ijzergieterij (Boompoortsbrug) van Vrijdag 6 November a.s. af tot nadere aankondiging voor het verkeer met rijtuigen en vaartuigen zal zijn afgesloten. Burgemeester en Wethouders voornoemd Alkmaar, G. RIPPING, Voorzitter. 4 Nov. 1908. DONATHSecretaris. ALKMAAR, 6 Noyember. Fenige in het Noorden verschijnende bladen hebben op aardige wijze de wetenschap gediend, een deel der menschheid aangenaam beziggehouden en bovendien reclame voor zichzelf gemaakt: drie vliegen dus in één klap gevangen. In den regel gaat het eerste en het laatste samen, bijv. als couranten expedities uitrusten (noordpool-expedities van Matin en Berl. Lok. Anzei- ger, de Afrika-expedities van de New-York Herald), en ieder uitgever streeft er naar, aan de beide laatste voorwaarden te voldoen,maar moeielijker lijkt het voor een courant, zich met een wetenschappelijke kwestie l>ezig te houden en tegelijkertijd zijn lezers een aange name en vroolijke verpoozing te geven. De in Kopen ji&gen verschijnende „Politiken" en de „Dagens Nyhe ter" te Stockholm, twee groote couranten, hebben evenwel een aardige journalistieke onderneming op touw gezet, waarhij het moeielijke probleem van de diie vliegen in één klap werd opgelost. Deze bladen interesseeren zich hijzonder voor de telegrafische foto grafie, het overseinen van portretten langs de tele graaflijnen. Men is in deze kunst reeds een heel eind gevorderd en herhaaldelijk treft men hiervan de be wijzen aan in geïllustreerde tijdschriften, die afbeel dingen van welgeslaagde geseinde portretten opnemen. Nu zijn er eerlijk gezegd zijn we niet geheel en al op de hoogte, maar we troosten ons met de weten schap, dat we in dit opzicht niet alleen staan drie stelsels, van Schneider, van Ré en van Korn. De bei de bovengenoemde couranten wilden de voortreffelijk heid van het laatste stelsel doen uitkomen en wel voornamelijk, omdat dit stelsel bij deze bladen voor het vervaardigen van cliehé's zal worden toegepast, indien men actueele plaatjes opneemt. Zaterdagavond nu seinde de „Politiken" aan de „Dagens Nyheter" het portrtet van „een gevaarlijken misdadiger" en het laatste blad ontving langs dezen DOOR BARONESSE ORCZY naar het 217de duizendtal van de Engelsche uitgave DOOR ED. VAN DEN GHE1JN Jr. 3) o - Je hebt ze toch niet laten gaan „Sakkerloot!" zei Bibot wiens purperroode wangen plotseling wit werden van schrik. „Die kar hield in de voormalige Gravin de Toumay met haar twee kinderen, allen verraders en ter dood veroordeeld." „En de voerman?" mompelde Bibot, terwijl het hem houd langs den rug liep. „Alle duivels!" zei de kapitein, „het was de Rooie Pimpernel in levenden lijve!" TWEEDE HOOFDSTUK. DOVER„VISSCHERSWELVAREN.' In de keuken van de herberg waren twee jonge meis jes druk in de weer; ze bliezen en hijgden van hitte en opwinding' en giegelden over enkele hunner eigen grap pen, telkens als Miss Sally hun een oogenblik den rug had toegekeerd. Ln de oude, zwaarlijvige, vadzige Je- ïiüna bromde, onderwijl ze heel methodisch bezig was de soep te roeren, die boven het vuur hing. „AannemenSallyklonk het op vroolijken, zoo al niet melodieuzen toon uit de aangrenzende gelagka- mer- „(lossmnjne!" riep Sall.v goedlachs, „wat moeten zo nu va li me hebben!" „meer en meer gebruikelijken weg" het portret van een vreeselijken Zweedschen „rustverstoorder." De cou ranten namen de conterfeitsels van deze individuën (in waarheid twee erentfeste medewerkers) in hun Zondagmorgencdities op, met een bijschrift, waarin werd medegedeeld, dat in den namiddag tusschen 2 en 4 uur de Deensche (of Zweedsche) misdadiger in Stockholm (of Kopenhagen) in een met name ge noemde fatsoenlijke wijk zou wandelen. De lezers werden uitgenoodigd den man op te sporen. Hij was verplicht, zoodra men hem toeriep„gij zijt den Deen van de „Nyheter" (den Zweed van de Politiken) den Sherlock Holmes onmiddellijk te volgen naar het re dactiebureau, waar dezen zestig gulden zou worden uitgekeerd. Men kan zich voorstellen dat er druk werd deelge nomen aan dezen jacht op een geïmproviseerden mis dadiger. Menschen-van eiken leeftijd en van alle standen liepen met een courantenuitknipsel in de hand op het aangegeven uur op de aangegeven plaats, nauwkeurig iederen voorbijganger opnemend. In Stockholm deden zelfs de kroonprins en diens echtge- noote mede! Natuurlijk hadden er allerlei grappige tconeeltjes en de zotste vergissingen plaats. Vele „onschuldigen" werden tegen wil en dank naar het re- dactiebureau gebracht, waar de zaak dan werd opge lost zonder dat een aanklacht wegens „vrijheidsberoo- ving' of „hinderlijk volgen" werd ingediend. Onge veer een half uur na het begin van deze vreemde jacht werd de „misdadiger" herkend. De Zweed werd ln Kopenhagen door een candidaat in de rechten naar het bureau van de Politiken gebracht, de Deen, die in Stockholm werd gezocht, werd ontdekt door een ne gentienjarig jongmensch, dat in den handel" is, zoo als men het in ons land typisch noemt. Beide „misda digers" vertellen, dat zij, zoodra zij zich in de stad hadden betonden, zicli geen minuut meer veilig had den gevoeld. Overal waren er scherpe blikken op hen gevestigd. De Zweed was evenwel handig geweest: om den tijd te verdrijven was hij tot aan het aangegeven tijdstip in een kunstmuseum geweest en daar had nie mand hem lastig gevallen! Intusschen heeft deze aardigheid duidelijk getoond, hoe ver men tegenwoordig al met de telegrafische fo tografie is gevorderd. En niet alleen aan de weten schap maar ook 'aan de politie hebben de bladen een dienst bewezen. Wie weet welke groote voordeelen er door het systeem-Korn nog aan de politie bij het op sporen van misdadigers kunnen worden verschaft. .Tweede Kamer. Bij de behandeling der Indische begrooting criti- seerdo de heer de Stuers (kath. Weert) scherp de hou ding van den gouverneur-generaal ten opzichte van Atjeh. Hij verweet dezen grof verzuim, blindheid en nalatigheid. Spreker oordeelde diens houding niet verdedigbaar. Hij laakte eveneens de nota van den legercommandant Rost van Tonningen, welke een wreeden, harden militairen geest ademt en allerlei er- „Bier, natuurlijk," mopperde Jemina, „je zult toch niet denken dat Jimmy Pitkin het bij één potje laten zul?" „Ja, en meneer Harry zag er ook zoo dorstig uit," meesmuilde Martha, een der kleine keukenmeisjes, ter wijl ze knipte met haar zwarte oogen, telkens als deze de kijkers ontmoetten van haar kameraad. Sally keek een oogenblik boos en poseerde in ge dachten met haar handen in de zij; liaar vuisten jeuk ten wel^ wat, blijkbaar om in aanraking te komen met Martha's rozige wangen, maar van zachtmoedigen aard zijnde, wijdde ze haar aandacht aan de gebakken ardappelen in de pan. „Aannemen, Sally! hola SallyI" Deze uitroepen gingen gepaard met een begeleiding van tinnen kannen, waarmede de eikenhouten tafels der gelagkamer werden bewerkt. „Sallyschreeuwde dezelfde stem, „moet het bier soms nog gebrouwen worden?" „Ik geloof, dat vader hen wel zal bedienen," mom pelde Sally, toen Jemina een aantal kroezen begon te vullen met ale, een eigen brouwsel, waarvoor het ka pelletje „Vissclierswelvareu" sedert de dagen van Ko ning Karei beroemd was geweest. „Vader weet toch hoe volhandig we het hier hebben." „Je vader maakt zich veel te druk met over politiek te praten, in gezelschap van meneer Ilempseed, als dat hij zich zal bekommeren over jou en je keuken," brom de Jemina binnenmonds. Sally ging naar den kleinen spiegel die in een hoek hing van de keuken, streek haastig heur haar glad en schikte haar muts op zijn Zondags over haar donkere krullen; toen nam ze de bierpotten bij de ooren, drie in iedere sterke bruine hand en bracht ze lachend en blozend naar de gelagkamer. Daar was zeker geen zweem van de herrie en be- c lijvigheid die de vier vrouwen in de warme keuken bezighield. De gelagkamer van „Visscherswelvaren" is thans een \ertrek, dat men als een curiositeit aan vreemde lingen laat zien. Een oud lokaal was het reeds in de achttiende eeuw, toen de Londensche diligence dage- gerlijke dingen tracht goed te praten. Spreker oordeelde, dat „Wekker" door zijn brochure aan het land een dienst heeft bewezen. Wel zijn er door „Wekker" genoemde feiten terecht weerlegd, maar veel te veel baldadige en schandelijke feiten, door „Wekker" gesignaleerd, zijn erkend moeten wor den. Trouwens spreker oordeelde, dat ons Indisch le ger niet dient voor het vuile werk van 's nachts naja gen, brandstichten enz., waarvoor 't wordt gebruikt. Of in Atjeh onder van Ileutsz, de toestand beter was dan onder van Daalen zou spreker niet beslissen. Spreker critiseerde, dat de belastinginning gepaard is gegaan met een bloedbad. Dergelijke wijze van re- geeren is geen kunst. De heer de Savornin Lobman (chr.-hist.), nagaande den bevredigenden toestand op het oogenblik op Bor neo, Celebes, Bali, Timor, Lombok, Flores, betoogde, dat aan gouverneur-generaal van Heutsz dien toestand tc danken is, en wat Atjeh en Sumatra betreft, welnu die zich daar niet wil onderwerpen aan het recht en de orde, moeten dan maar voelen. Tiet stelsel van van Heutsz berust op de erkenning onzer souvereiniteit met handhaving van het gezag der hoofden. Orde en rust moet desnoods met geweld worden ver kregen. Zijn er bij het oorlogvoeren wreedheden ge pleegd, dan geschiedde zulks tegen den wil van van Heutsz en van Daalen. Zelden heeft spreker een meer tendentieus stuk gelezen als dat van „Wekker." Spre ker oordeelde, dat geen noodelooze wreedheid is ge pleegd. Ook Van Daalen verdiende z. i. niet de blaam, die sommigen op hem leggen. Tusschen hem en van Heutsz blijkt slechts een verschil van inzicht. Maar dit heeft niets met zijn karakter te maken. Zij, die er voortdurend op uit1 zijn den gouverneur- generaal naar omlaag te trekken, moesten bedenken, dat zij hierdoor bestendigen het bloed vergieten en het uitstellen van den toestand van rust en orde. De lieer van Deventer (v. d. Amsterdam IX) meen de, dat de gouverneur-generaal niet scherp genoeg op den toestand in Atjeh heeft toegezien, niettegenstaan de hij wist, dat van Daalen niet bezat alle eigenschap pen, noodig voor de vervulling van zijn taak, waarbij nog kwam, dat van Daalen geen raadsman naast zich liad. Het volle vertrouwen, dat van Heutsz ondanks dit alles in van Daalen bleef stellen, moest spaak loo- pen. Spreker betoogde, dat pacificatie van Atjeh is te gengehouden door het door ons gevolgde stelsel van pacificeeren ten koste van den Atjeher-zelf. Gelukkig heeft van Heutsz thans ingezien, dat dit beginsel on juist is. In het belang der pacificatie achtte spreker gewenscht afschaffing van alle heerendiensten in At jeh. Spreker oordeelde de belastingheffing in de Padang st he Bovenlanden naar den vorm goed, maar keurde de wijze van invoering af, als overhaast en ontactisch. V oorts bepleitte hij minder belasting, beperking van beerendiensten, goed onderwijs. De heer Thomson (lib. Leeuwarden) leidde uit het rapport van den legercommandant af, dat men in At jeh wel degelijk noodelooze wreedheid heeft gewild. Spreker hield zich overtuigd, dat van Heutsz van alles op de hoogte was. Men moet er voor zorgen, dat diens kliek niet alle posten inneemj. Echter moet van Ileutsz thans maar recht maken, wat door hem krom is gemaakt. De fout schuilt in de kleine troepen macht in Atjeh. Spr. wijst op voorbeelden van wreedheden in de rap porten zelf genoemd. De feiten staan in de stukken, die op de griffie lig gen, en nu zegt men, dat Van Daalen dat alles niet heeft geweten. Spr. gelooft er geen minuut aan. Van Daalen heeft alles geweten, gelijk spr. en anderen het wisten. "Ten slotte komt spr. tot de dumdumkwestie. Dum dums worden trots alle ontkenningen wel degelijk in het Indische leger gebruikt. Oogluikend werkt men er mee, dat wordt in het rapport met allerlei nonseng- verhalen bestreden. De heer van Kol (s. d. Enschede) vestigt er uitvoe- g de aandacht op, dat de toestand in Indië te wijten aan de uitspattingen van het imperialistisch kapita lisme De vergadering wordt verdaagd tot Vrijdag 10l/4 lijks van daar vertrok. De eikenhouten zoldering en balken waren al zwart van ouderdom, zoomede de stoe len met hun hooge ruggen en de lange geboende tafels waarop tallooze tinnen kroezen phantastische figuren hadden achtergelaten. Vóór het vensterraam, waarvan de ruiten in lood waren gevat, stak een reeks potten met schitterend roode geraniums helder tegen den eikenhouten achtergrond af. Dat meneer Jellyband, de kastelein van „Visschere- vvelvaren te Dover, een welgezeten man was, wist iedereen. Het metaal op het fraai ouderwetsch buf fet, het koper op den schoorsteenmantel blonk als zil ver en goud de vloer, met rooden zandsteen inge legd, was even helder als de kleur der geraniums in het vensterkozijn. De kamer, verlicht door twee blinkend gepoetste lam pen die van de balkenzoldering afhingen, zag er bi zonder vroolijk en gezellig uit, en door de wolken van tabaksdamp waren de roode gezichten van Mr. Jelly- band's stamgasten plezierig om naar te kijken. I oen Sally binnenkwam, lachend door haar fronsen de" blikken heen en een paarlenrij hagelwitte tanden latende zien, werd zij met uitbundig gejuich ontvan gen. „Kijk, daar hebben we Sally! Hallo, Sally! Hoera! leve de mooie Sally „Ik dacht dat je doof geworden waart in die beu ken," mompelde Jimmy Pitkin, met de palm van zijn hand langs zijn droge lippen strijkend. „Komaan, zoo is het in orde!'' lachte Sally, de op nieuw gevulde bierkannen op de tafel zettend, „dat was me een heele herrie, hoor 1" Het liep tegen het einde van September 1792; het weer, dat prachtig en warm was geweest gedurende -de geheele maand, had plotseling een keer genomen, want twee regendagen hadden het zuiden van Engeland overstroomd. Op dit oogenblik kletterde het hemel- ater tegen de in lood gevatte ruiten en vallende in den schoorsteen, deed de bui het vroolijk vuur sissen in den haard. „Groote goedheid! Heb je ooit zoo'n wtc.r gezien in September, Mr. Jellyband?' vroeg Mr. Henjipseed. In de Ouragaosehe Ct. wordt gelezen Wij vernemen uit zeer vertrouwbare bron, dat pre sident Gastro volgens de jongste berichten uit Caracas zeer ernstig ziek was, en dat, in verband daarmede verwacht werd, dat de vice-president de leiding der staatszaken op zich nemen zon. Aan diezelfde bron wordt het bericht ontleend, dat de Nederlandsche nota van 3 September 11. de tweede nota, op den 25en dier maand door den Duitschen mi- nister-resident aan den Venezolaanschen minister van Buitenlandsche Zaken was overhandigd. Van een weigering om die nota aan te nemen is, tot zoover de ontvangen berichten gaan, geen sprake geweest. In een volgend nummer leest men: Volgens tot 10 dezer loopende berichten was de Pre sident van Venezuela nog steeds bedenkelijk ziek, al dus wordt ons uit zeer vertrouwbare bron meegedeeld. Lit diezelfde bron vernemen wij, dat tot op gemel- den datum nog niets bekend was ten aanzien van de voornemens van de Venezolaansche regeering in ver band met de jongste Nederlandsche nota. In de Dinsdag te Utrecht gehouden ve-gadering van het permanent comité tot bestudeering en voor bereiding van een onderlinge landbouw-onge vallen ver zekering, welko vergadering werd geleid door den president van het comité, den heer K. Czn. de Boer, werd met algemeene stemmen besloten, in afwachting van de totstandkoming eener wettelijke ongevallen verzekering, te beproeven reeds zoo spoedig mogelijk een vrijwillige ongevallenverzekering voor de land- bouw-arbqiders tot stand te brengen. In verband met de reorganisatie der industrieele ongevallenverzekering verwachtte men algemeen dat de inwerkingtreding van de wettelijke landbouwonge- vdienverzekering nog verscheidene jaren zou kunnen duren. In dezelfde vergadering werden na uitvoerige dis cussies de hoofdlijnen van z Ik een vrijwillige onge vallenverzekering vastgesteld en besloten, na uitwerking van dit plan, dit aan de besturen van verschillende landbouwmaatschappijen en andere landbouworgani saties, waarvan een afgevaardigde in het comité zit ting heeft, ter behandeling toe te zenden. GEMENGD NIEUWS. De Rijksverzekeringsbank. Met ingang van 1 Mei 1909 zal wanneer alles meeloopt het nieuwe tijdelijke gebouw der Rijks verzekeringsbank aan de Hobbemakade te Amsterdam worden in gebruik genomen. In verband daarmede zal dan niet meer noodig zijn het onophoudelijk overbrengen van stukken enz. tusschen de onderscheidene huizen en gebouwen thans Hij zat in een der stoelen, dicht bij den haard en keek met droevig gezicht door het vertrek naar de vochtstroompjes die langs de vensterruiten dropen. „Neen," antwoordde Mr. Jellyband, „dat ik weet. niet. En ik woon in deze streek toch al bijna zestig jaar." „Nu, in de eerste drie jaar van die zestig zult u er ook niet veel weet van hebben, Mr. Jellyband," bracht Mr. Hempseed kalmpjes in het midden, „ik herinner me ten minste niet, dat een kind ooit notitie nam van het weer, althans niet in dit district waar ik al vijfenzeventig jaar mijn leven slijt, Mr. Jellyband." Het verpletterende van dit wijs betoog was zoo handtastelijk, dat Mr. Jellyband voor het oogenblik in zijn gewone vaardigheid van argumenteeren te kort schoot. „Het lijkt meer op April dan September, dunkt u niet?" vervolgde Mr. Hempseed mismoedig, toen dikke regendroppels sissend op het vuur vielen. „Ja, het heeft er veel van, maar wat kunt u ver wachten, Mi-. Hempseed, van een regeering als wij hebben?" „Ik verwacht niets, Mr. Jellyband." „Zeer juist, Mr. Hempseed," hernam Jellyband, „daar- ik zei: wat kunt u verwachten? Daar heb je nu. die Fransche duivels aap. de overzij van het Ka naal, die hun Koning en adel vermoorden, terwijl Mr. Pitt, Mr. Fox en Mr. Burke elkaar in de haren zitten over de vraag of wij Engelschen die kikvorscheneters in hun goddeloos bedrijf maar hun gang moeten laten gaan. „Laat ze moorden!" zegt Mr. Pitt." „Steek er een stokje voorl" zegt Mr. Burke." „En ik zeg ook: laat ze moorden, maar geef ons niet zoo'n regen in September, want dat druischt aan te gen alle wetten en tegen de Schrift die zegt—" „Hemel! Mr. Harry, wat laat je me dansen!" (Wordt vervolgd.)

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1908 | | pagina 1