DAGBLAD VOOR ALKMAAR EN OMSTREKEN.
ƒ1.50
BLOOKER'S
CACAO,
No. 300
Honderd en tiende jaargang.
1908
Deze Courant wordt eiken avond, behalve op Zon- en
Feestdagen, uitgegeven. Abonnementsprijs per 3 maanden
voor Alkmaar f 0,80; franco door het geheele Rijk f 1,
Afzonderlijke nummers 3 Cents.
WOENSDAG
Prijs der gewone advertentiën:
Per regel f 0,10. Bij groote contracten rabat Groote
letters naar plaatsruimte.
Brieven franco aan de N. V. Boek- en Handelsdrukkerij
v/h. HERMs. COSTER ZOON, Voordam C 9.
23 DECEMBER.
Emser Water (Kranchen)
FEUILLETON.
De Roode
DAALDERS
BINNENLAND.
Telefoonnummer 3.
26 CENT PER HEELE KRUIK.
is de prijs van een BUS
inhoudende twee pond
een zuiver poeder van cacao.
W001T LOS verkrijgbaar.
Ver. oud-leerlingen Rijkslandbouwschool te
Schagen.
ODRANT.
TT -
De DIRECTEUR van het POSTKANTOOR te
ALKMAAR geeft belanghebbenden kennis, dat zijn
kantoor op de beide Kerstdagen zal zijn opengesteld
als op Zondagen, maar dat op den 2en Kerstdag de
openstelling zal worden verlengd tot 4.30 's nam.
(spoortijd) en dat gedurende den geheelen openstel
lingstijd dan alle takken van dienst worden behandeld.
Alkmaar, 23 December 1908.
De Directeur voornoemd,
VAN DELDEN.
ALKMAAR, 23 December.
Wanneer de berichten over Venezuela juist zijn,
dan is er alle kans, dat het geschil spoedig uit de we
reld is. In de eerste plaats toch wordt gemeld dat
president Gastro geheel afgedaan heeft. Er is een sa-
inenzweering ontdekt, welke een staatsgreep ten doel
had, waarbij verschillende regeeringspersonen ver
moord zouden worden en de bevolking met het leger
in bedwang zou worden gehouden. Toen vice-presi
dent Gomez de feiten vernam, nam hij terstond maat
regelen om het komplot te verijdelen. Hij begaf zich
Zaterdagochtend te voet naar de kazerne van het mui
tende regiment, dat gekommandeerd werd door den
broeder van president Castro en trad moedig de ka
zerne binnen, waar hij den heer Castro deed arrestee
ren. De heer Gomez keerde naar het Gele Huis te
rug, waar hij Torres Gardenas, oud-minister van bin-
nenlandsehe zaken, aan een kort verhoor onderwierp.
Deze nam de houding aan van een bravado, en ont
kende het bestaan van het komplot, maar de heer Go
mez greep hem bij de schouders en schudde hem heftig,
roepende: „Wij hebben uw komplot om mij te ver
moorden ontdekt!" De heer öardenas trachtte daar
op gebruik te maken van zijn revolver maar generaal
Gomez hield zijn arm vast en riep een wachter, die
hem in de gevangenis wierp. Daarop werd bevel gege
ven, Guzman en Lopez Baralt min. van Binn. Za
ken tot 17 December) in hechtenis te nemen.
Zoodra het bericht der gebeurtenissen door de stad
verspreid werd, liep een geweldige menigte op het Bo-
livar-plein te hoop, en betuigde op zeer ondubbelzinni
ge wijze haar tevredenheid met de wending der zaken.
De vice-president Gomez vaardigde daarna een pro
clamatie uit, waarin hij verklaarde, een geschikte en
vreedzame oplossing te willen vinden^van de interna
tionale geschillen van het land, en in vrede en een
dracht te willen leven met binnen- en buitenland.
En onmiddellijk heeft, volgens een bericht uit Wil
lemstad, de Venezolaansche regeering het besluit her
roepen, dat de overlading te Willemstad van voor Ve
nezolaansche havens bestemde goederen verbood. Deze
maatregel is de voornaamste factor in de gespannen
betrekkingen tusschen Nederland en Venezuela ge
weest.
Goedingelichte personen te Willemstad beschouwen
de herroeping als zoo goed als gelijk staande met de
DOOR
BARONESSE ORCZY
naar het 217de duizendtal van de Engelsche uitgave
DOOR
ED. VAN DEN GHEIJN Jr.
41) o
Plotseling, als bij ingeving, gevoelde ze dat de wa
gen stilstond en de soldaten met het afzetten der ge
weren halt maakten. Zij hadden hun bestemming be
reikt. Geen twijfel of rechts af, dicht in baar nabij
heid, lag het voetpad dat leidde naar den rand van het
rif en naar de hut.
Het gevaar niet achtend, kroop ze dicht naar de plek
waar Chauvelin stond, omringd door zijn kleinen
troep; hij was van de kar gestegen en deelde eenige
orders aan de manschappen uit.
De plaats waar zij halt hielden, moest zoo wat een
honderd meter van de kust verwijderd zijn, het geraas
der branding liet zich op eenigen afstand hooren.
Gbauvelin en Desgas, gevolgd door de soldaten, had
den een scherpen hoek gemaakt, rechtsaf van den
weg, waarschijnlijk naar het voetpad, dat naar de
klipper, leidde. De Jood was met kar en paard op den
breeden weg blijven staan.
Met uiterste behoedzaamheid, letterlijk op handen
en voeten kruipend, was Marguerite ook rechtsaf ge
slagen. Om dit te doen, moest zij zich een weg banen
door het doornig struikgewas, zich moeite gevend niet
het minste gerucht te maken, een poging waarbij ze
aan gezicht en handen geen kwetsuren kon vermijden.
Gelukkig was zooals het in dit gedeelte van Frank
rijk voorkomt bet voetpad aan beide zijden met een
heg omzoomd, waar achter een droge sloot. Daarin
hield Marguerite zich schuil, aan alle bespiedende blik
ken onttrokken; toch gelukte het haar tot op drie me
ter afstand de plek te naderen waar Chauvelin zich
bijlegging van liet geschil tusschen de twee regeerin
gen.
En blijkens het pas verschenen Oranjeboek over
de kwestie, dat vijftig bladzijden van twee kolom klei
nen druk bevat heeft onze regeering steeds zich ge
steld op het standpunt, dat het decreet van 14 Mei
moest worden ingetrokken, zou er van een minnelijke
oplossing der bestaande geschilpunten sprake kunnen
zijn.
Thans is de kans hiervoor groot, nu president Oastro
blijkbaar niets meer te zeggen heeft. Een bekwaam
rechtsgeleerde, aldus meldt Reuter uit New-York
heeft een aanklacht ingediend bij het Hooge Bonds-
gerechtshof, waarbij medeplichtigheid ten laste wordt
gelegd aan poging tot moord en wordt voorgesteld
hem in staat van beschuldiging te stellen.
En de Venezolaansche bank heeft aan haar corres
pondenten te Berlijn en te Parijs geseind, dat de on
gelimiteerde kredietbrief die zij aan den heer Castro
verstrekte bij zijn vertrek naar Europa vervallen is.
Hieruit blijkt voldoende dat de ster van Castro is
verbleekt. Hij noemde zich zelf graag „de Napoleon
der Andes." Maar evenals Napoleon is hij, toen hij
het toppunt zijner macht bereikte, gevallen.
(Vervolg.)
Ter vervanging van den heer G. Nobel werd tot
secretaris benoemd de heer P. Hopman, te Heiloo
ter vervanging van den heer H. K. Koster de heer
P. J. Er ik s, te Hoorn. Beide heeren namen de benoe
ming aan. In de commissie van 4 leden, buiten het
bestuur tot herziening van statuten en huishoudelijk
reglement, werden benoemd de heeren A. Gronemac,
C. Bast, J. Buis en H. E. Eriks, die zich de opdracht
lieten welgevallen.
De heer C. Best, te Alkmaar, kwam in debat met
den heer G. Nobel, betreffende zijn inleiding, ten
bevond, bezig met instructies aan zijn trawanten uit
te deelen.
„En nu," sprak hij op zachten, maar niet minder
gebiedenden toon „zeg me nu eens waar is de hut
van Vader Blanchard?"
„Zoo wat een achthonderd meter van hier, langs
liet voetpad," antwoordde de korporaal die het peloton
had aangevoerd, „ze ligt halfweg, hier beneden het rif
afloopend."
„Heel goed. Jij zult ons geleiden. Alvorens wij af
dalen, kruip jij naar de hut, zoo stil als een slang kan
schuifelen, en ga je na of die koningsgezinde verraders
erin zijn. Begrepen?"
„Ik begrijp het, burger."
„Luistert nu allen goed," ging Chauvelin voort, tot
de gezamenlijke soldaten het woord richtend, „want
hierna zullen we geen gelegenheid meer hebben van
gedachten te wisselen, let dus op ieder van mijn woor
den, alsof jelui leven ermee gemoeid is, wat je geheu
gen betreft. En dat zou wel eens het geval kunnen
zijn," voegde hij er droogjes bij.
„Wij luisteren aandachtig, burger," zei Desgas, „een
soldaat der Republiek vergeet uooit een gegeven be
vel."
„Jij, die voortkruipt tot aan de hut, moet trachten
goed erin te gluren. Als de Engelscbman er is met
die verraders, een kerel, lang als een boonenestaak, of
zoo een die bukt om zijn lengte te verbergen, dan fluit
je schérp, als een signaal voor je kameraden. Jelui met
zijn allen," ging hij voort, de soldaten gezamenlijk
weer toesprekend, „snelt de hut in en ieder grijpt zijn
man aan, voordat een ervan den tijd heeft een schot
te lossen of zich te weer te stellen; zoo een het al doet,
dan schiet je hem in beenen of arm, maar den langen
kerel zul je bij alle duivels! niet het licht uitblazen.
Verstaan jelui me goed?"
„We verstaan, burger."
„De vent is waarschijnlijk heel sterk, er zullen 'wel
vier of vijf man van jelui minstens noodig zijn om
hem de baas te worden."
Er ontstond een kleine pauze. Ohauvelin vervolgde:
„Zoo de royalisten nog zonder bun leider zijn, wat
gunste van het Centraal Bureau.
Spr. erkende in het algemeen het nut van coöperatie,
maar niet bij het Centraal Bureau en hij haalde aan
de gegevens, indertijd door den heer MGchers in een
brochure neergelegd, waaruit kon blijken, dat de
door /den heec Nobel genoemde voordeelen lang niet
zoo schitterend waren. Spr. hoopte, dat het deze zaak
nogeens zou onderzoeken.
De heeren K. Koster en P. J. Eriks gaven verdere
inlichtingen, waarna de heer Nobel repliceerde.
D heer H. K. Koster beantwoordde de vraag wat er
gedaan kan worden tot verbetering van zaaigranen.
De Vereeniging werkt meer op Veeteelt dan op
landbouw, is een verwijt, zeide spreker, dat in den
laatsten tijd herhaaldelijk wordt gehoord, vandaar dat
hij dit onderwerp wilde behandelen.
Spreker zou willen dat Dr. Broekema te Wagenin-
gen gevraagd werd om zomerzaal granen te laten ver
bouwen op land van een lid der vereeniging.
Ook Groningen stelt granen ter beschikking, de
groei moet gadegeslagen worden en de opbrengst is
voor f 0.50 bov9n de marktwaarde voor leden verkrijg
baar.
Spreker gaf in overweging dat de Vereeniging 2
HL. zaaigraan zou aankoopen, een lid trachtte te
vinden die onder de door hem genoemde voorwaarden
het zaad wilde verbouwen en een commissie benoemde
om den groei en den oogst te controleeren.
De heer C. Nobel dacht dat een samenwerking met
den heer de Gier, leeraar aan de School even goed,
ja zelfs meer gewenscht zou zijn dan met den heer
Dr. Broekema te Wageningen, daar deze meer een
studie heeft gemaakt van de klaver.
Voorts merkte de heer Nobel op dat de Vereeniging
Hollands Noorderkwartier reeds proeven neemt op
het land van den heer Kaan te Wieringert^aard.
De heer de Gier gaf inlichtingen omtrent het on
derzoek van verschillende soorten gerat en tarwe.
De heeren de Gier, Koster en Rezelman werden
benoemd in een commissie tot het doen van het on
derzoek zooals de voorstellen beoogde.
De heer C. Nobel zeide daarop zijne medewerking
toe en hij vertiouwde dat ook de commissie belast
met het aanleggen van de proefvelden wel bereid zeu
gevonden worden dit te doen.
De heer P.Jz. Eriks, assistent-zuivelconaulent te
Hoorn, gaf een beschrijving van de bereiding van
reincultuur of zuursel. Tot verduidelijking van zijn
betoog had spreker de benoodigde instrumenten mee
gebracht. Hij betoogde dat de bereiding lang niet
zoo kostbaar en tijdroovend was als het zich blijkbaar
liet aanzien, en dat de uitkomsten van het gebruik
bewezen, vooral bij hen die hadden te kampen met
„los", dat de bereiding van reincultuur al meer en
meer moet geschieden. Hij verwees verder naar de
brochure van Dr. Seheij, die op aanvrage gratis te
verkrijgen ia.
De heer Bruin verklaarde, dat hem reincultuur zeer
goed voldeed.
De heer H. Eriks was echter een andere meening
toegedaan.
De Voorzitter bracht daarna dank aan den inleider.
De heer G. Nobel gaf een verklaring van den in
houd van het arbeidscontract voor zooveel het den
landbouw betreft. Deze zeer breedopgezette rede ein
digde met de verklaring, dat de humaniteit van den
werkgever en het plichtsgevoel van den arbeider de
grootste fundamenten moeten zijn voor een goede
vei standhouding.
De heer Muijs, leeraar aan de Lmdbouwwinter-
achool kwam ter vergadering.
hoogst waarschijnlijk het geval zal wezen, dan waar
schuw jij je kameraden die op den loer liggen en jelui
verschuilt je met je allen achter de rotsen om de hut.
Je wacht daar in doodsche stilte den langen slungel
van een Engelschman af; dan val je gezamenlijk op de
hut aan, maar niet voordat de kerel goede en wel er
binnen is. Denkt er vooral wel om, dat jelui stil moet
te werk gaan, als de wolf die 's nachts een schaapskooi
binnensluipt. Het afvuren van een pistool, een
schreeuw of iets van dien aard, zou een waarschuwing
zijn voor liet lange heerschap, om de klippen en de hut
te mijden, en" voegde bij er met nadruk bij „bet
is jelui plicht den rijzigen Engelschman vannacht een
been te lichten."
„U zult stipt gehoorzaamd worden, burger."
„Gaat nu zoo stil mogelijk aan jelui werk, ik volg
in de achterhoede."
„Wat moet er met den Jood, burger?" vroeg Desgas,
toen de soldaten één voor één, zwijgend als schimmen,
langs het hobbelig, eng voetpad begonnen te kruipen.
„Dat is waar ook! Ik zou den Jood heelemaal ver
geten," zei Chauvelin, en zich in de richting wendend
waar deze nog altijd stond
„Hei daar...." riep hij.... Aaron, Mozes, Abra
ham, of hoe je vervloekte naam moge luiden. waar
ben je?"
„Benjamin. Rosenbaum, Edelachtbare. Benjamin
Rosenbaum," herhaalde de oude man in allen deemoed.
„Het is me minder aangenaam je geluid te hooren,
njaar wel heb ik je eenige wenken te geven, die je wel
zqo verstandig zijn zult blindelings op te volgen."
„Al naar het UEdelachtbare behaagt..
„Hou je brabbeltaal voor je. Je blijft hier staan,
hpor je? met kar en paard tot we terugkomen. Geen
kik of mik zul je geven, versta je? En ook ga je niet
van je plaats, tenzij ik je verlof geef. Heb je me begre
pen
„Maar Edelachtbare protesteerde de Jood erbar
melijk.
..Geen kwestie van „maren" of argumentf-eren" zei
Uhauvelin op een toon die den stakkert deed sidderen'
van het hoofd tot de voeten. „Als ik bijmijn terug-
De Vragenbus leverde 8 vragen op.
Ie. wanneer van melk van aan mond- en klauw
zeer lijdende koeien kaas wordt gemaakt, is deze
kaas dan schadelijk?
De heer Eriks ass. zuivelconsulent te Hoorn zeide,
dat de opgedane ondervinding niet direct een beves
tigend antwoord op dö vraag gaf. D melk is slecht
door den toestand der dieren, de kaas kan uit den
aard der zaak niet goed zijn.
2e. Hoe staat het met het fabriceeren van melk
poeder
De heer C. Nobel verklaarde, dat de melkpoeder
wel vervaardigd kan worden, doch dat men van den
poeder weer geen melk kan maken.
De heer Eriks bevestigde dit door de ondervin
ding met ontvangen melkpoeder-tabletten cpgedaan.
Wat is er bekend van de bestrijding van de var
kenspest De heer Muis gaf inlichtingen omtrent de
verleden en dit j aar gedane inentingen, waaruit bleek
dat de enting tegen de pest geen resultaten naar
wensch opleverden. Eerst 10 dagen na de enting kan
men de werking der inenting controleeren, daar de
ziekte veelal al in de dieren zit voordat men het kan
merken. Die resultaten waren zoo gering dat de en
ting in het vervolg niet meer zal plaats hebben.
De heer Koster kon omtrent het door hem aange
schafte varken, op de excursie van verleden jaar geen
gegevens verstrekken, daar het dier spoedig is ge
storven.
De heer Buis zeide, dat hij er gelukkiger mee ge
weest is. Het door hem aangeschafte dier is goed
gegroeid, en is dan trouwens een zeer mooi dier, de
beer later aangekocht voldoet even goed, ja z.i. nog
beter aan de gestelde verwachtingen.
De heer C. Nobel bracht in herinnering dat de
Rijks-Landbouwwinterschool te Schagen heden 12
jaar bestaat.
Hij verhaalde eenige feiten uit de geschiedenis der
school er in hoofdzaak op wijzende dat er bij hare
oprichting een zeker wantrouwen bestond. Men vreesde
dat de boerenzoons daardoor geen boer zouden blijven,
dat zij meer heerenboer zouden worden. In de eerste
jaren kwam dit wantrouwen tot uiting, ten minste
de school kwijnde totdat er na eenige jaren een ken
tering ten goede kwam, in die mate dat de school
eene noodzakelijke uitbreiding moest ondergaan. Dank
zij de bemoeiingen van het Gemeentebestuur kwam
de uitbreiding tot stand.
De vergadering van heden bewees ten volle dat de
boerenzoons geen boeren alleen in naam waren ge
worden, het verhandelde getuigde van kennis, opge
daan door ervariDg, door werken.
Ook deze vereeniging kan met genoegen eu trots op
haar verleden terug zien, dank zij het bestuur de
kern van iedere vereeniging, waarin immer mannen
zaten, die met liefde en toewijding landbouwbelangen
behartigden.
Hij bracht ten slotte hulde aan bet bestuur en
wenschte de vereeniging geluk met haar jubileum en
hoopte dat de nu trouwens niet geringe krachten wel
ke van haar uitgaan, steeds door eendrachtelijke sa
menwerking moge vermeerderen.
De heer G. Nobel nam afscheid van de vereeniging
als secretaris, niet als lid, en als zoodanig zou hij, waar
Git verlangt werd, gaarne haar tot steun en toelich
ting zijn. Hij bedankte voor de steeds ontvangen me
dewerking.
De voorzitter dankte den heer Nobel voor hetgeen
deze ten dienste van de vereeniging had gedaan.. Hij
billijkte zijn heengaan en hoopte dat bij nog langen
tijd in het belang der vereeniging werkzaam zou willen
zijn.
komst je niet hier vind, ik verzeker je, dat, waar je
jok schuilvinkje mocht spelen, ik je toch zal snappen
en een parate executie je deel zal zijn. Je hebt me ver
staan?"
„Maar Excellentie
„Ik vraag of je me verstaan hebt!"
De soldaten waren allen weggekropen; de drie man
nen stonden alleen op den donkeren eenzamen weg.
Marguerite bevond zich tusschen het struikgewas,
klisterend naar Chauvelin's bevelen, die haar als een
doodvonnis in de ooren klonken.
„Ik heb UEdelachtbare verstaan," protesteerde de
Jood, opnieuw een poging doende Chauvelin wat dich
ter te naderen, „en ik zweer bij Abraham, Izaak en Ja
cob, dat ik de bevelen van UEdelachtbare stipt zal op
volgen. maar als er nu eens roovers komen zwerven
qp dezen eenzamenweg, dandan zou het kunnen
gebeuren dat ik moet schreeuwen of wegloopen in mijn
angst. Moet er dan een vreeselijke straf over mij ko
men voor iets dat ik niet kan beletten?"
Chauvelin dacht een oogenblik na.
„Denk je, dat je paard en kar hier veilig alleen kun
nen staan?" vroeg hij barsch.
„Ik geloof, burger," bracht Desgas in het midden,
„dat ze zonder hem veiliger zullen zijn."
„Maar wat moet ik met dien ezel dan uitvoeren?"
„Zoudt u hem maar niet naar Galais terugsturen,
burger
„Neen, want we zullen bem noodig hebben, om straks
de gekwetsten te vervoeren," zei Chauvelin met grirn-
migen grijns.
Andermaal een pauze Desgas, het besluit afwach
tend van zijn chef, de oude Jood jammerend naast zijn
ersleten knol.
„Komaan, sloomig, laf, oud wammes," zei Chauvelin
ten laatste, „je moet maar achter ons aansloffen. Hier,
burger Desgas, bind den kerel dezen zakdoek stevig
voor den mond."
B
Xaui
(Wordt vervolgd).