DAGBLAD VOOR ALKMAAR EN OMSTREKEN. AMBACHTSSCHOOL Aangifte van leerlingen No. 28. Honderd en elfden Jaargang. 1909. WOENSDAG 3 FEBRUARI. ALKMAAR. Metselen en Kleermaken BINNENLAND. Deze Courant wordt eiken avond, behalve op Zon- en Feestdagen, uitgegeven. Abonnementsprijs per 3 maanden voor Alkmaar f 0,80; franco door het geheele Rijk f 1, Wonderlijke nummers 3 Cents. Prijs der gewone advertentiën: Per regel f 0,10. Bij groote contracten rabat Oroote letters naar plaatsruimte. Brieven franco aan de N. V. Boek- en Handelsdrukkerij v/h. HERMs. COSTER ZOON, Voordam C 9. voor den cursus 1909-1910, Telefoonnummer 3. Emser Water (Kriinchen) g- tl. aanvangende APRIL e.k.. op eiken Donderdag Vrijdag en Zaterdag der maand PEBRUAR voorm. van 9—12 en nam. van l1^— 4 uren. Behalve het theoretisch onderwijs, de vakken timmeren, machlnebankwerken en smeden, meu belmaken tn schilderen, tal er ook onderwijs in het H. VAN DER HEIJ. Eerste Kamer. Kamerverkiezingen Nederland en Venezuela. Hulde aan H. M. de Koningin. ALKMAARSCIi COURANT, 26 CENT PER HEELE KRUIK. gegeven worden. MT" De leeftjjd van 12 jaren moet zijn bereikt. Onvermogenden kosteloos, anderen betalen schoolgeld van f 6 -, f 12.-, f 18.-, f 24.-, f 30.-, of f 36.- In het jaar. Leermiddelen en Gereedschappen worden aan allen verstrekt. Nadere inlichtingen geeft de Directeur ALKMAAR, 3 Februari. De Russische politie, die sinds laug berucht, is we gens knoeierijen, is thans weer het onderwerp van vele artikelen en telegrammen geworden, nu de gewezen di lecteur van de politieafdeeling van het departement van binnenlandsche zaken Lopoesjin is gearresteerd, nadat er ten zijnen huize een huiszoeking liad plaats gehad, waarbij blijkbaar voldoende materiaal tegen hem is gevonden om hem van hoogverraad te verden ken. Hij was blijkbaar heel kalm onder het geval, im mers toen hem het bevel tot inhechtenisneming werd voorgelezen, zei hij rustig: „Heeren, doet uw plicht." Lopoesjin behoort tot die leden van den Russischen ouden adel een vrouwelijk lid zijner familie moet de eerste vrouw van Peter don Groote geweest zijn! die door wreedheid c-n oneerlijkheid aanzienlijks *taatsposten krijgen. Ongelooflijk is het haast, wat dezen man ten laste gelegd wordt. Voor de bloedige gebeurtenissen in Kisjeneff rust op hem de verantwoordelijkheid, hij moet de schuld dragen van den dood van zijn bescher mer, minister v. Plehwe, dien hij ongewaarschuwd aan liet gevaar, dat hem bekend was, blootstelde, evenals grootvorst Sergius. De hooge politie-ambtenaar was zeer bevriend met revolutionnairen. Toen die vriend schap hem gevaar dreigde op te leveren, schreef hij aan den minister-president Stolypin een brief, waarin bij om bescherming verzocht, daar hij gedurig door revolutionnairen achtervolgd werd. Die brief luidde aldus: „In den avond van den 11 November vervoegde zich hij mij Evno Azew, dien ik in mijn hoedanigheid van politiechef van Mei 1902—Januari 1905 kende als bij zondere agent van de politie te Parijs. Azew, die zon der zich aan te dienen, binnenkwam, vertelde mij, dal verschillende leden van de revolutionaire partij, waar toe hij behoorde, vernomen hadden, dat hij een agent van de geheime politieke politie was en dat de revolu tionaire rechtbank hem zou veroordeelen. Hij wist, zei- ■de hij, dat dit tribunaal bij mij om inlichtingen zou vragen en dat zijn leven dus in mijn handen lag. Heden ontving ik ook een bezoek van den chef var. oen St. Petersburgschen veiligheidsdienst, generaal Gerasimow; die mij ook kwam vragen, wat ik zou ant woorden, als het tribunaal mij om inlichtingen vroeg. Generaal Gerasimow voegde er bij, dat hij kennis zou krijgen van al wat in de rechtszitting behandeld werd, henevens van de namen der getuigen. Overtuigd, dat de stap van Azew en de verklaring van den chef van den veiligheidsdienst, dat hij op de hoogte zou gehouden worden van al wat er in de ge rechtszitting zou plaats hebben, voor mij een directe bedreiging inhouden, acht ik het mijn plicht, Uwe Fxeellentie van deze feiten op de hoogte te stellen en u eerbiedig te verzoeken mij wel te willen besehermen tegen de geheime politie, die mijn persoonlijke vei ligheid bedreigt." Reeds lang waren de gedragingen van den politie ambtenaar opgevallen. Hij reisde veel naar het bui tenland en verloor dan dikwijls belangrijke papieren. /VItijd had de man last van geheimzinnigheden. Men herinnert zich misschien nog, dat verleden jaar in Oc tober plotseling zijn dochtertje verdween, toen zij in gezelschap van hare zuster en hare gouvernante uit den schouwburg kwam. Ondanks de nasporingen der politie, bleek zij nergens te vinden. Na een week ech ter ontving haar vader een brief, dat zij opgelicht was en ziek en gewond was opgesloten in een kelder van een huis te Londen. De vader begaf zich onmiddellijk daarheen en het meisje verscheen weder op oven geheimzinnige wijze i Is zij verdwenen was. Er deden toen allerlei geruchten de ronde over deze zaak. Er werd gemompeld over een liefdesavontuur, maar er werd ook beweerd, dat men hier te doen had met een wraakneming van Russische terroristen. De bijzonderheden van deze ontvoering zijn echter steeds een geheim gebleven en de politie heeft nooit tiet huis kunnen vinden, in welks kelder het meisje op gesloten was geweest. In den laatsten tijd werd Lapoesjin nauwkeurig be waakt, maar niet voor zijn veiligheid. liet voorspel van de inhechtenisneming moet een po litieken achtergrond hebben. De lieer Stolypin had den saar gevraagd, den winter te St. Petersburg door t< brengen. Daardoor zou het vertrouwen van het buiten land in Rusland toenemen en zouden de kansen op een leening verbeteren. De Tsaar wilde er niet van weteai, omdat de versterkte bescherming voor St. Petersburg nog noodig was. Daarop stelde de heer Stolypin zich met de menschen in verbinding, die sedert lang be weerden, dat de onlusten werden uitgelokt, en daarbij kreeg hij nog meer bewijzen tegen dezen onbetrouwba- ren man in handen. Trouwens zelfs Doemaleden hebben zich in hooge mate onbetrouwbaar getoond, hebben meegedaan aan het verwekken van onlusten, die dan in bloed gesmooru werden. Of de heer Stolypin werkelijk de man is, die Lopoes jin aan het gerecht heeft overgeleverd valt te betwij felen. Het is immers haast niet mogelijk, bij gebeur tenissen in Rusland aan rechtvaardigheid en gerech tigheid te denken. Veel meer ligt de veronderstel ling voor de hand, dat de bureaucratie begon in te zien, dat deze persoon gevaarlijk voor haar kon worden en daarom maar moest worden verwijderd. Nog altijd heerscht in Rusland de bureaucratie. Se- nert meer dan drie jaren heeft het Tsarenrijk een grondwet, maar zij is slechts een stuk perkament, waarop een aantal artikelen zijn neergeschreven. In de praktijk schijnt er in Rusland in die drie jaren inam- weinig te zijn veranderd, ondanks alle mooie woorden en alle schoone voornemens. De heer Laan klaagde b|j de algemeens beschou wingen over de Staatabegrooting over de groot-* om slachtigheid onzer wetgeving en uitte de hoop, dat b|j de aanstaande verkiezingen de geloofsquaestie met de gehate scheiding des volks niet meer op den voor grond zal worden gebracht en dat, wat de uitslag ook wezen moge, het kabinet een economische actie zal zjjn, een actie, gericht op de materieele welvaart va z het land. De heer Stork weersprak ten stelligste de bewe ring in het voorloopig verslag, dat de Twentsche nij verheid bloeit tengevolge van bescherming, en dat de metaalnijverheid over 't algemeen in noodlijden den toestand verkeert. Spreker was over 't algemeen in de gegeven om standigheden tevreden met het tegenwoordig kabinet, al had hij liever een andere partijgroepeering gezien. Spreker verdedigde uitvoerig de vrij-liberale partij tegen de beschuldiging van te voeren en conserva tieve reactionnaire bourgeois politiek, om zoodoende de r|jken te bevoorrechten. De economische zwakken z|jQ niet door wetten te helpenwèl kan men er tegen waken, dat de economisch sterken geen mis bruik maken van hunne macht. Met nadruk kwam spreker op tegen de voorstelling als zou de partij der vr|j-liberalen een groep van egrïsten z|jn. Da heer Van Velzen bepleitte bespoediging van de ouderdomsverzekering, opmerkende, dat het zeer hard is voor een goeden arbeider, wanneer h|j zich op z|jn ouden dag tot onderstandskassen moet wenden. Da heer W oltjer, lettende op het standpunt, dat dezer dagen door den heer Treub, en ook zelfs door de sociaal-democraten wordt ingenomen ten aanzien van religie en metaphyaica, vroeg of dit soms verband hield met de aanstaande verkiezingen. Spreker zette uitvoerig uiteen, dat de tegenwoordige politiek beheerscht wordt door de verhouding van het individu tot de gemeenschap. Spreker betoogde, dat in de verhouding van het in dividu tot de gemeenschap het zwaartepunt gelegen behoort te z|jn in de ordinantiën Gods. Dit geldt zoo wel voor het sociale als voor het politieke leven. Da heer Scholten heeft reeds in de stukken uiteengezet dat de werkuren der ambtenaren uitgebreid moeten worden en herhaalt dit. Ieder ambtenaar, zegt de Reg. in haar Mem. van Antwoord, is verplicht zooveel mogel|jk te praesteeren. Hiermede gaat spr. accoord, maar 41/2 a 5 uur wer ken per dag is niet zooveel mogel|jk praesteeren. Hij hoopt, dat de Reg. verandering in de werkw|jze der ambtenaren zal krengen, In de tweede plaats dringt spr. a&n op het maken vsn een wetenschappelijke balans voor het weduwen en weezenfonds der ambtenaren. De heer Van Leeuwen w|jst er op, dat wij tot 1906 gewerkt hebben met overschotten op de begroo- j tingen, waaruit tal van onvoorziene uitgaven konden gedekt worden. Die t|jd is voorb|j en de financiën dienen ernstig onder de oogen te worden gezien, om h>t tekort te dekken. Een amortisatie van ongeveer 4 miilioen op een schuld, van 1128 millioen is onvol doende, waar bij komt, dat tal van zaken onvoldoende zijn geworden, die indertijd uit leeningen zijn betaald. Dat onze Staatsschuld niet is toegenomen is in zeke ren zin juist, maar voor een groot deel is dit toe te schrijven aan de omstandigheid dat w|j de beschikking hebben gekregen over verschillende fondsen, als uit gifte van muntbiljetten, het spoorwegfonds, het weduwefonds, de bijdragen van dg domeinen, enr. Nogmaals herhsïlt Spr. dat niet genoeg wordt geamortiseerd. Met klem adviseert spr. den minister van Financiën tot zuinigheid en tot blijvende versterking der middelen. De heer Godin de l eaufort is het eens, dat tot versterking der middelen moet worden over gegaan. Voor grooter amortisatie van Staatsschuld ziet spr. vooralsnog geen reden. De heer Van Nierop acht den toestand van 's lands financiën zorgeischend, maar niet zorgwek kend. Met enkel accres van de middelen z|jn we er niet alleenwanneer het accres dermate is, dat het gel|jken tred houdt met de uitgaven, zijn we er, maar die toestand voorziet spr. niet. De heer Van Nierop is het niet eens dat ver leden jaar niet genoeg is gearmortiseerd en zal heden elf uur z|jn rede voortzetten. Het hoofdbestuur van de Liberale Unie heeft het hier volgend advies aan de afdeelingen der Unie verzonden „Uit meerdere f fdtelingen is tot ons de vraag ge komen, hoe het hoofdbestuur denkt over de houding met het oog op de a.s. verkiezingen, m-er bijzonder met betrekking tot de vr|jzinnig-democraten aan te nemen. „Het spreekt vanzelf dat bij de beantwoording van deze vraag op den voorgrond moet staan dat onzer zijds alles moet worden vermeden, wat str|jd kan uit lokken tusschen fracties die zoo dicht b|j elkander staan. Deze str|jd, die op den uitslag der verkiezin gen in vrijzinnigen geest zeer nadeelig zou werken, zal o.i. alleen worden voorkomen, door wederzijds elkanders districten te eerbiedigen. „WÜ geven daarom aan onze afdeelingen het advies al het mogel|jke te doen om de districten, waar thans Unie-liberalen zitting hebben, voor dezelfde richting te behouden en tot bereiking van dat doel voor str|jd niet terug te deinzen, maar aan den anderen kant in de districten, thans door vr|jzi, mg-democraten in genomen, geen Unie-liberaal csndidsat te stellen." Men meldt uit den Haag De ter zake bij uitstek kundigen, met wie, bl|jkens het regeeringsantwoord aan de Eerste kamer omtrent de begrooting van buitenlandsche zaken, overleg ge pleegd is over den repressaille-maatregel tegen Vene zuela, waren, zooals wij vernemeD, de minister van staat mr. T. M. C. Asser, de bekende geleerde op het gebied van internationaal recht en de luitenant ter zee le kl. Surie, adjunct-gedelegeerde ter Vredescon- feieitie van 1907, thans toegevoegd aan de gevol machtigden op de conferentie betreffende zee-oorlogs recht te Londen. Minister Sabron. De minister van Oorlog, generaal Sabron, heeft wegens gezondheidsredenen verlof moeten aanvragen en dit verkregen. Gedurende z|jne afwezigheid zal de minister van marine, vice-admiraal Wentholt, tij delijk met de waarneming van de portefeuille van oorlog worden belast. Het huldeblijk van de echtgenooten der officieren van het Nederlandsche leger aan Hare Majesteit de Koningin zal bestaan uit een zilveren presenteerblad met eene inscriptie. Het provinciaal huldeblijk in Limburg zal be staan uit een klok voor de kinderkamer. De over blijvende gelden zullen bestemd worden voor de kweek school voor vroedvrouwen, te Maastricht op te richten. Voorgesteld wordt in het comité van dames zitting ts doen nemen de vrouwen van burgemeesters uit de 13 voornaamste plaatsen der provincie. RECHTZAKEN. Arrondissements-Rechtbank te Alkmaar. Zitting van 2 Februari 1902. Verzet. De eerste beklaagde Johannes Gerardus de J. te Alkmaar was den 12en Januari bij verstek veroordeeld ivegens wederspannigheid tot 2 weken gevangenis- .traf. Beklaagde was van dit vonnis in verzet geko men en stond thans opnieuw terecht. Hem was teil laste gelegd, dat hij den len December zich verzet had tegen den agent van politie Arie de Boer, die be laagde, omdat hij dien avond zonder licht reed met een hondenkar en hij de bekeuring een valschen naam pgaf. naar een politiepost wilde overbrengen Beklaagde deelt mede in verzet gekomen te zijn, omdat hij het „wel wat erg voor een getrouwd man vond om 14 dagen de kast in te gaan." Evenals de ovrige maal waren in deze zaak gedag- lard Arie de Boer, agent van politie en Dirk Bleijen burg. Zij verklaren wederom, dat beklaagde een val schen naam opgaf en zich daarna verzette om mee te gaan naar de politiepost in den Accijnstoren. De officier van justitie eischt bevestiging van het vonnis van 12 Januari. Mishandeling. Beklaagde Cornelis S. was niet, verschenen. Hem was bij dagvaarding ten laste gelegd, dat hij den 31 sten December Klaas Limmen te Heer-Hugowaard in het- aangezicht had geslagen. Klaas Limmen, koopman te Oudkarspel als getuige* gehoord, vertelt hoe de zaak zich heeft toegedragen. Zonder eenige aanleiding sloeg beklaagde hem, zoodat zijn gelaat pijnlijk opzwol. IGaas Leegwater, landbouwer te Oudkarspel was de tweede getuige in deze zaak. Hij deelt mede den 31sten December in 't café van Bakkum te Heer-Hugowaard 1e zijn geweest. Daar had de mishandeling zonder eenige aanleiding plaats. Do officier van justitie acht het wettig en overtui gend bewijs in deze zaak geleverd en eischt ter zake van mishandeling 1 week gevangenisstraf. W ederspannigheid. Ook de volgende beklaagde Dirk de B. te Oallants- oog was niet verschenen. Hij bevond zich den Ier. Januari in staat van dronkenschap des avonds om 10 uur en verstoorde de orde door te vechten, te vloeken en te tieren. De veldwachter Pieter Strooker te 't Zand en de agent van politie Pieter Kooger te Oallantsoog, ge tuigen dat zij dien avond beklaagde dronken vonden. Toen zij hem wilden medenemen, begon beklaagde zich lievig te verzetten door te slaan, te trappen en Ie rukken. 1 maand gevangenisstraf werd geëischt. Beleediging. De 4e beklaagde, Jaeoba Catharina Johanna van O. te Helder was eveneens niet verschenen. Zij had den I011 December Anna Wilhelmina Dekker te Helder be leedigende scheldwoorden toegevoegd. Anna Dekker deelt mede, dat haar man den len December met een korporaal op zijn erf te Helder stond te praten. Zij zag, dat beklaagde het gesprek afluisterde, wat zij minder gewenseht vond en maakte daarom haar man hierop opmerkzaam. Naar aanleiding hiervan begon beklaagde te schelden. Getuige Hendrikus J. C. Schreuder was dienzelfden middag ook op het erf van de woning van de eerste getuige aanwezig en hoorde de scheldwoorden, dia naar Anna's hoofd werden geslingerd. f 10 boete of 1 Odagen hechtenis luidde de eisch. Overtreding Drankwet. Gijsbertus Cornelis K. te Medemblik is in eerste in stantie gedagvaard voor den kantonrechter te Modem- blik, omdat hij in een eafë aan de Kaasmarkt no. 29 "ildaar iemand jenever had toegediend, zonder daartoe vergunning te hebben. Bij vonnis van 18 December was hij door den kantonrechter veroordeeld tot 15 boete of 10 dagen hechtenis. Beklaagde was van dit vonnis in hooger beroep gekomen en stond daarom 1 hans voor de arrondissementsrechtbank alhier terecht Beklaagde is van meening ten onrechte veroordeeld ie zijn en deelt mede, dat hij in het café woont van Slachter, die verleden jaar is gestorven. Beklaagde beschouwt zich als de knecht van de weduwe Slachter, die tot Mei de huur van. het huis betaalt. Zij geeft bekl. geen vast loon, maar een loon, dat afhangt van ae verdienste. Beklaagde beweert, dat de borrel, die hij ingeschonken had, toen de politie binnenkwam niet voor een klant, maar voor hem zelf bestemd was en met in perceel 29, maar in perceel 28 te wonen. Be klaagde leest zijn verdediging, die hij op papier heeft, voor. De officier van justitie hecht niet veel geloof aan b.et verhaal van beklaagde, dat het glas jenever voor hemzelf bestemd was; immers dat zegt iedereen die voor een dergelijk feit terecht staat. Z. E. A. is het evenwel niet eens met de dagvaarding van den kan tonrechter, eischt dat diens vonnis vernietigd zal wor den en dat beklaagde van alle rechtsvervolging zal worden ontslagen. Mishandeling. Jan B. was ook niet verschenen ter terechtzitting. Hem was ten laste gelegd, dat hij den öden Januari te Harenkarspel Dirk Leek een slag tegen het aange zicht had gegeven. Twee getuigen waren in deze zaak gedagvaard; de eerste, Dirk Leek deelt aan de rechtbank mede, dat hi,, te hulp was geroepen, omdat Jan B. die dronken was, de orde verstoorde. Hij hield op den openbaren weg een rijtuig aan, (door tegen het paard ho! te roepen) dat door Trijntje bakker bestuurd werd. Getuige ontzette het rijtuig. Achter liet rijtuig stond Andries Dekker met zijn liots. Bekl. pakte Andries aan en Dirk Leek moest de ze ook helpen, waarop bekl. Dirk aanpakte en hem sloeg. De tweede getuige Trijntje Bakker te Oude-Niedorp vertelt den 6en Januari met een rijtuig te Harenkar spel te zijn geweest. Op den terugweg belette Jan B. haar verder te gaan. Dirk Leek hielp haar. Zij zag, dat bekl. Dirk daarna een klap gaf. Wegens deze mishandeling eischte de officier van justitie 10 boete of 10 dagen hechtenis. Den laatsten beklaagde, Jan H„ landbouwer te An- dijk was ten laste gelegd, dat hij den 4en Januari Ma- rijtje Sterk die in zwangeren toestand verkeerde, had mishandeld. Als getuige waren gedagvaard bovenge noemde Marijtje Sterk, benevens haar vader, Luit Sterk, beidon te Andijk. Daar de eerste getuige met het oog op haar toestand niet aanwezig kon zijn, werj de zaak voor onbepaalden tijd uitgesteld. In alle zaken is de uitspraak bepaald over 8 dagen.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1909 | | pagina 1