DAGBLAD VOOR ALKMAAR F OMSTREKEN.
BLOOKER'S
No. 38
Honderd en elfden jaargang.
1909.
MAANDAG
15 FEBRUARI.
DAALDERS
Uit Hof- en Hoofdstad.
BINNENLAND.
CACAO;
Deze Courant wordt eiken avond, behalve op Zon- en
Feestdagen, uitgegeven. Abonnementsprijs per 3 maanden
voor Alkmaar f 0,80; franco door het geheele Rijk f 1,
Afzonderlijke nummers 3 Cents.
Löjaj
Telefoonnummer 3.
Prijs der gewone advertentiën:
regel f 0,10. Bij groote contracten rabat. Groote
ettei aar plaatsruimte.
Br n franco aan de N. V. Boek- en Handelsdrukkerij
v/h -V RMs. COSTER ZOON, Voordam C 9.
MEN MOGE U NAMAAK
OPDRINGEN,
HOUDT VAST AAN
GE WEET DAT DIE
UITSTEKEND IS.
GEMENGD NIEUWS.
Castro.
J. J. A. Gouverneur.
Een slachtoffer.
De ontrouwe Incasseerder.
Moordaanslag gevolgd door poging tot
zelfmoord.
Moord te Apeldoorn.
Zedenmisdrijf.
Mazelen.
Verduistering.
Gevallen.
Maggi's bouillonblokjes.
ALKMAARSCHE COURANT.
ALKMAAR, 15 Febiuari.
Het jonge Turksclie parlement heeft een rumoerige
zitting gehad. Er was gerekend op Kamer-onlusten,
zooals die in Oostenrijk-Hongarije voorkomen. Buiten
het parlementsgebouw was de jong-turksche lijfwacht
der Saloniki jagers versterkt en daarbinnen.... de
brandweer! Bovendien waren er 800 officieren, velen
van den generalen staf, minder van de garde, het mee-
rendeel uit ar, 'ere garnizoenen, aanwezig om, zooals
zij luide in de wandelgangen verklaarden, de parle
mentsleden te beschermen. Niet weinige van deze
mannen zoo seint een correspondent onteerden
tijdens de zitting dcor hun onwaardig gedrag den rok,
die zij droegen De parlementsleden schenen het ove
rigens alleen wel af te kunnen. De volksvertegenwoor
diging moet merkwaardig veel geleken hebben op een
lastige klasse van oen jongensschool. Wat is de oor
zaak van al deze herrie?
Een conflict tusschen het nieuwe en oude regeer-
stelsel, zooals dit altijd voorkomt, wanneer er als in
Turkije een volslagen omwenteling heeft plaats ge
had.
De grootvizier Kiamil Pasja, een oud man, vergrijsd
in het oude Turksche stelsel heeft eenige minis
ters ontslagen, hetgeen in een parlementair geregeerd
land natuurlijk een onmogelijkheid is. De ministers
hebben geprotesteerd, zeggende dat zij ministers wa
ren van het voik en niet van den grootvizier. De Ka
mer heeft zich de zaak aangetrokken en interpellaties
aangekondigd over „de willekeurige en ongrondwettige
handeling vtn den grootvizier." Kiamil heeft even
wel geweigerd in de Kamer te verschijnen en de inter
pellaties te beantwoorden en daar er nog geen wet op
de ministerieels verantwoordelijkheid bestaat, kon hij
niet gedwongen worden zich te verantwoorden.
En zoo is het conflict een politieke krachtproef ge
worden. Toch schiint het, dat het gedrag van den
grootvizier gedeeltelijk te verklaren is uit de omstan
digheid dat er in Turkije een soort neven- eigenlijk
hoofdregeeriug bestaat, uitgeoefend door het „comité
voor eenheid en vooruitgang." Bovendien beweerde de
grootvizier dat hij bewijzen in handen heeft, dat de
ministers van oorlog en marine met een complot heul
den, ten doel hsbbend om den sultan te onttronen, het
geen evenwel loor do aanhangers van het comité ten
stelligste wordt ontkend.
Keeren wij thans tot de rumoerige Kamerzitting-
van Zaterdag terug Nadat het protocol van de vorige
zitting onder veel lawaai was voorgeleztn, stelden de
afgevaardigden van alle kanten de vraag, waar de
grootvizier was. Scheldwoorden en hoongelach weer
klonken. De voorzitter kondigde aan, dat hij nogmaals
Kiamil zou verzoeken in de Kamer te verschijnen. Dit
geschiedde sn weldra kreeg men het antwoord, dat de
oude heer niet zou komen. Voorgelezen werden de pro
testen van de ministers van oorlog en marine en in
verband hiermede ontstond een tot een woest gehuil
ontaardende discussie.
Een aanhanger van den grootvizier verliet zijn bank
en ging naar de sprekerstribune, vanwaar uit zonder
dat de president den spreker tot de orde geroepen had,
woorden als „leugenaar", lasteraar," waarmede de
grootvizier bedeeld werd, gekomen waren. Deze afge
vaardigde wendde zich met een stem als een klok tot
den president en zeide: „Achmed KLsa, gij spreekt
van vaderland rn vrijheid, maar ge weet noch wat va
derland, noch wat vrijheid i3 en ge wilt slechts de ti
rannie van uw comité in de plaats van de oude tiran
nie zien regeeren."
Nadat deze spreker overschreeuwd was, voerden nog
eenige andere afgevaardigden het woord en toen werd
er met 198 tegen 8 stemmen een motie van wantrou
wen aangenomen, waarop de voorzitter werd uitgenoo-
cligd den sultan van deze motie kennis te geven en
hem te vragen aan het hoofd van het ministeiie
iemand te benoemen die het vertrouwen der Kamer be
zit. Tegen Let einde der zitting werd ecu mededeeling
van den grootvizier voorgelezen, waarin hij zeide gaar
ne te willen altreden, indien de Kamer de gevolgen
hiervan voor de buiten- en binnenlandsche poli'iek
voor haar rekening wilde nemen. Hiermede was de
zitting afgeloopen. Vóór het parlementsgebouw ston
den wel drie duizend menschen, en ook daar was de
stemming soms zeer opgewonden. Aan het slot der zit
ting had een volksmanifestatie plaats. Die orde werd
echter niet verstoord. Niet alleen stonden bataljons
jagers en andere legerkorpsen den geheelen dag onder
consigne, maar. ook de oorlogsschepen waren gereed om
in actie te komen.
Blijkens een zooeven ontvangen telegram heeft de
voorzitter zich van zijn taak bij den Sultan gekweten
en is tot grootvizier benoemd Hoessein Hilmi pasja,
wien tevens dc samenstelling van het Kabinet is opge
dragen.
De Sultan heeft zich dus geheel gevoegd naar den
wil van het •larlemeut.
De Haagsehe kiekjesman van het N. v. h. Noorden
schrijft over ie arrestatie in den Haag, waarbij de po
litiehonden te pas kwamen
„Drie dronken ra iters zag ik omstuwd door een
groote massa volk telkens met him „latten" er op in
slaan. Het was een spektakel van je weLste en vier po
litieagenten waren totaal onmachtig de woestelingen
te overmeesteren. Tot dat eensklaps een fluitje weer
klonk en two oolitiehonden op de dronken kerels, die
het op ecu loopen zetten, afvlogen. Maar de honden
gaven het ni.t op, en hielden hen bij hun rijlaarzen
vast, zoodat ten slotte de politie er in siaagde de jon
gens veilig achter slot en grendel te brengen. Onder de
kijklustigen waren natuurlijk veel slampampers, die
met groot respect over deze nieuwe politie-agenten-op-
vier-beenen spraken.
Hoewel deze manoeuvre uitstekend slaagde, hoop ik
toch niet, dat de politie een druk gebruik bij arresta
ties van deze hulp zal maken. Er is iets beestachtigs
in en vooral de uitwerking ervan op het straatpubliek
was allerverdeifelijkst. Er waren er onder, die op het
gezicht van deze, met honden vechtende mannen, me
de wilden gaan doen, hetgeen verklaarbaar is. De aan
blik wekt het beestachtig instinkt in den mensch op en
daarom zou ik zeggen, dat de politie beter deed, bij
straat-arrestatiën hare honden thuis te houden.
Het is nu wel aardig, zooals die honden „werken"
kunnen bij het opsporen van verborgen dieven, maar
daar blijve het bij. Hoe goed gedresseerd ook, in do
hitte van het gevecht kunnen zij evengoed als een an
dere hond een dronken man naar den keel vliegen, en
menschen te laten verscheuren door dieren, als zij
dronken zijn, en niet meer weten wat zii doen, is een
teruggang tot den tijd der slavenhouders.
De heer hoofdcommissaris zal goed doen die liefheb
berij overigens niet te laken voor het africhten
van politiehonden ender zijn personeel een weinig te
temperen. Ik meen dit hier te moeten zeggen, omdat
ik zelf getuige was van het tooneel en er enthousiaste
beschrijvingen in de plaatselijke bladen van gelezen
heb."
De AmsterJamsche briefschrijver van het Utr. Dag
blad vertelt het volgende:
't Werd me aldus, en nogal vermakelijk verteld.
„De gemeente denkt er aan het brandrisico harer
gebouwen en eigendommen zelf te gaan dragen: gelijk
cok groote stoomvaartmaatschappijen en dergelijke
ondernemingen reeds lang doen.
Schreven dus B. en W. de hoofden der verschillende
bedrijven en diensten aan, begrooting in te zenden
van de waarde der onder hun beheer staande eigen
dommen. Zulk een aanschrijving ontvingen ook de
directeuren van het Stedelijk Museum en het Museum
Willet-Holtnuizen.
Dlit vernam de zoon van een hier ter srede gevestigd
kunsthandelaar, zelf teekenaar, essayist over zijn vak
en redacteur van een onzer groote periodieken, en hij
klopte bij zijn vrienden de museum-directeuren aan
met de vraag of hij de taxatie mocht verrichten, van
wege het daarmede te verdienen aardige stuivertje.
De heeren vonden het goed en de jonge man sloeg
aan 't taxeeren
Wie iets van de macht van optellen en vermenigvul
digen weet, zal beseffen dat de taxateur weldra zich
midden in een millioenen-studie bevond. En al re
kenende voor de gemeente maakte de volontair-expert
ook zijn eig< zekeringpercentsgewijs zeer matigjes,
doek persaldo >oor ieder der beide musea twee duizend
gulden groot.
De directeuren in draf! Niets aan te doen: zenden
de nota naar liet Stadhuis. Worden hij den burge
meester ontboden, vaderlijk vermaand en persoonlijk
verantwoorde!: k gesteld voor liet gebeurde. Niemand
had huil gelast een taxateur in dienst te stellen, de
gemeente wist er niets van, kon dus niei betalen.
Alsnu onderhandelingen tusschen dgedupeerde
museumdirecteuren en den expert deze blijft op z'n
stuk staan. Was de zaak om de duiten begonnen!
De burgemeester heeft er intnsschen nog eens over
ia gedacht, verzoekt de wanhopige kunstbeheerders nog
eens op het stadhuis, deelt mede dat hij nog een fonds-
je heeft, waaruit aan ieder 500 gulden kan overschie
ten. Maar de heeren moeten zich wèl hoeden aan hun
taxateur te laten blijken, dat 't geld van de gemeente
komt. Net doen of ze 't uit hun eigen armoedje bij
elkaar hebben geschraapt.
Als gelukkige stervelingen gaa nde directeuren naar
huis, trachten de vordering te delgen mot de tweemaal
vijfhonderd gulden in kwestie.
De expert, niet voor niets expert, snapt echter spoe
dig wat er achter zit. Waar vijfhonderd gulden van
daan kan komen, redeneert hij, kunnen or ook 2000
vandaan komen. Handhaaft zijn eisch op tweemaal
tweeduizend zilverlingen, als wijlen Shylock dreigend
deze hij niet-bctaling op zijn lijfelijke schuldenaren te
zullen verhalen.
Er groeit een proces uit.
Zoo zegt men
Aan den brief uit de Amstelstad van de Opr. Haarl.
Ct. ontleenen v,e het volgende:
„Door dwang tot zorg voor behoorlijke woning zijn
in Amsterdam bijna al de kelderwoningen verdwenen,
waar bijna nooit daglicht doordrong en die hij hoog
water vol liepen, zoodat alle man en alle vrouw aan
liet leegscheppen ging. En in zulke kelderwoningen
had men bewaarschooltjes, waar de mamsel in hetzelf
de vertrok het eten kookte en soms de half natte
wasch mangelde. Dc kinderen werden er zoet gehou
den door vreemde middelen en wie der dreumissen het
zoetst was, dat wil zeggen, het meest versuft werd,
kreeg een wafeltje.
Als mamsel of de juffrouw jarig was, ging ze met
de kinderen uit wandelen. En zoo kon men in vroeger
tijd door Amsterdam's straten soms een optocht bleek-
nouzigo, verslapte kindertjes zien, elkander aan het
hesje of rokje vasthoudend, lijzend zingend: „Hansie
sokke, treek-i 1,'.' dc rokke, trekke bij de staart, hansie
is geen duitje waard!' Voorop ging mamsel, kleurig
ids een pauw, n.et omslagdoek en hoed met vele linten.
Mamsel was dien dag goedgeefseh, kwam ze den man
in 't wit tegen, zijn luchtig gebak „aanpresenteerend"
met het geroep„Een cent een bommelebom, en een
cent oen bommelebom!" of den Jodenman „peperemunt
en een apie-op een-stokkie" verkoopend, dan werd bij
hen van het lekkers ingeslagen en in de groote karre-
kies opgeborgen, die de juffrouw in de hand hield, om
aan de kinderen uitgedeeld te worden als ze in een der
mindere theetuinen aan den Schans of een der Buiten
singels feest gingen vieren. En na den inkoop ging
het armzalige troepje weer verder denzelfden dreun
van „Hansifi«okkie" zingend of ook wel van: „En
m'nheer van Son is een brave kapitein, hij regeert
zijn Vollekie, zoo groot als klein, En mijnheer van Son"
enz. enz."
Do Vossische Zeitung meldt, dat generaal Castro's
herstel nu £oo ver gevorderd is (de won l was Donder
dag voor het eerst geheel gesloten), dat hij zich reeds
binnen ze3 of zeven dagen naar het Zuiden (vermoede
lijk naar San Sebastian) zal begeven.
Castro wordt nog altijd met bedelbrieven enz. ge
woonweg overstroomd. Een dame verlangt geld voor
een piano, een andere is, naar zij schrijft, voor de rest
van haar leven gelukkig, indien zij het inkomen krijgt,
dat Castro in een kwartier heeft. Een man vraagt
maar 300.000 ink. om een stuk grond te kunnen Loo
pen. „U behoeft mij voorloopig maar 100.000 mk. te
sturen, de rsst kan in maandelijksche termijnen vol
daan worden."
Daar een var. de schrijvers van een bedelbrief al
die menschen denken blijkbaar van Castro's geld: non
olet wegens een stuk, dat verloren gegaan is, Cas
tro zelfs met een vervolging heeft gedreigd, neemt hij
in het geheel geene brieven meer aan. Zij gaan alle
maal terug aan den afzender.
Gisteren, 14 Februari, was het 100 jaren geleden, dat
wijlen J. J. A. Goeverneur, de bekende kinderdichter,
werd geboren.
Zeer verdienstelijk maakte de overledene zich o. a.
als vertaler van wetenschappelijke geschriften, zoowel
als van romans. Den 18en Maart 1899 overleed hij.
De heer TV. Gesink, wethouder van TVisch en meer
dan 25 jaren lang Gemeenteraadslid, heeft als zooda
nig ontslag genomen. De heer G. had zich laten over
halen tot het nemen van een groot aantal aandeelen in
een Maatschappij tot vervaardiging van alkoholvrijen
wijn, te Berlijn gevestigd, cn tenslotte bleek het, dat
hij met een oplichterstroepjc te doen had, dat hem al
zijn geld afhandig maakte. Hij moest zich toen fail
liet geven.
De ontrouwe gelddrager J. op der Heijden, van de
lucasso-Bauk te Rotterdam, die zich Zoterdag bij de
Amsterdamsehe politie aan het bureau Spaarndam-
merstraat aanmeldde, en 's avonds naar Rotterdam
werd overgebracht, bleek van de circa 1900, die hij
verduisterd had, nog slechts 400 in zijn bezit te heb
ben. IIij bad in gezelschap van vrouwen in een paar
dagen dus 1500 verteerd. Hij deelde mede, dat hij
een dezer dagen in beschonken toestand in een der po
li tic] x>sten te Amsterdam had doorgebracht, en toen
reeds bekend zou hebben de verdwenen gelddrager te
zijn, wat men echter niet geloofde. Het in die rich
ting ingesteld onderzoek heeft deze mcjedeeling niet
bevestigd. Hij had zijn, uls bijzonder kenteeken aan
gegeven, lange afhangende snor afgesneden. Zaterdag
middag werd lij naar 't huis van bewaring overge
bracht.
Gisteravond, omstreeks zes uur, liep op den Dam te
Amsterdam achter het eommandantshuis een paartje.
Plotseling hnalJe het jongeinensch een scheermes voor
(ion dag en bracht hij daarmede het omstreeks 20-jarig
meisje een snede in den hals toe. Hevig bloedende
zakte het meisje in een. Door eenige voorbijgangers
cn politieagenten werd zij opgenomen en binnengedra
gen in het café van den heer Mustert op den Dam, bij
de Vischsteeg.
Hier werd het bloed gestolpt met behulp van zak
doeken; later brachten twee broeders van den gemeen
telijken geneeskundigen dienst, die nog al lang op zich
hadden laten wachten, een eerste verband aan.
Per rijwielbrancard werd het meisje toen naar het
Binnengasthuis vervoerd. Inmiddels had het jonge-
rnensch aan de politieagenten, die hem in verzekerde
bewaring brachten de vraag gesteld of hij haar nog
eenmaal mocht zien. Toen hij hierop een weigerend
antwoord ontving, gaf hij ook zichzelf een snede in
den hals. O Ge hij werd naar het Gasthuis gebracht.
Aan het g *bc arde bleek het volgende te zijn vooraf
gegaan. Het 20-jarige meisje en haar vrijer waren in
het café van Mustert geweest. Toen de jongen zich
naar het bovenzaaltje liad begeven om daar wat piano
te spelen, plaatste zich bij haar een andere bezoeker,
naar werd mede gedeeld, een gehuwde dansmeester, op
wien het meisje verliefd moet zijn. Dit werd de aan
leiding tot een woordenwisseling. De oorzaak van den
aanslag moet daarom gezocht worden in jaloezie.
Aan het „N. v. d. D." meldt men nog over den mcord
van Vrijdagnacht
Vrijdag, ongeveer half één, werd de vrouw van den
1'akker A. G. S., woonachtig aan de Koningslijn, Nieu
wen Enk, te Apeldoorn, gewekt door het steunen van
baar man, die met hun driejarig eenig kind naast haar
te bed lag.
Het bleek, dat de man geheel bebloed was; het bloed
stroomde hem bovendien uit neus en mond. Na zijne
vrouw, die hem trachtte op te beuren, nog even t*
hebben aangezien, gaf de ongelukkige den geest.
Aanvankelijk Jacht de vrouw, dat haar man door een
bloedspuwing getroffen was, doch spoedig bleek haar,
dat aan misdaad moest gedacht worden. De man was
verraderlijk in de borst en hartstreek gestoken. Spo
ren van inbraak cf diefstal werden niet waargenomen.
De vrouw, die vast sliep, heeft niets van het gruwelijk
misdrijf in haar onmiddellijke nabijheid bemerkt. Het
kind, dat rustig in vaders armen sliep, was ook geheel
met bloed bedekt.
Nadat de politie gewaarschuwd was, heeft deze het
lijk naar het drodenhuis van het nabijgelegen zieken
huis doen overbrengen, in afwachting van de komst
der justitie.
Inmiddels werd de woning onder bewaking van de
politic gesteld, en is een inwonende 22-jarige knecht
naar het bureau geleid, om gehoord te wordeu.
Natuurlijk is men algemeen zeer onder den indruk
van deze misdaad, die tot dusver een zoo uiterst ge
heimzinnig karakter draagt. De echtelieden leefden
in goede harmonie en hadden in de volksbuurt, waar
hun zaak gevestigd was, een flink bestaan.
Togen den tandarts II. II. te 's-Gravenhage is Za
terdag door den officier van justitie voor de rechtbank
aldaar tien jaar gevangenisstraf geëischt, wegens mis
drijf tegen de zeden.
De mazelen heerschen te Loosduinen epidemisch.
Eenige kleinen zijn er aan gestorven. De openbare en
bijzondere bewaarscholen zijn gesloten en de beide
hoogste klassen van alle zes scholen gingen voor 14
ciagen naar huis op verzoek van dr. den Houter, in
specteur der volksgezondheid.
Op het poütie-bureau in de Lange Torenstraat te
Rotterdam, bevindt zich in bewaring A. G. T., ambte
naar aan de gemeentelijke Bank van leening aldaar.
Hij wordt verdacht zich in den loop der drie laatste
jaren, teil nadeele dezer gemeentelijke instelling, aan
verduistering van gelden te hebben schuldig gemankt.
Het totale bedrag er van beloopt ongeveer 4000.
Te Hoorn is een verpleegde in het R.K. Diaconie
huis op de binnenplaats van het gesticht gevallen,
waardoor hij een breuk aan de heup bekwam. De onge
lukkige is aan de gevolgen overleden.
Als een groote vooruitgang van de op een hooge trap
van ontwikkeling staande industrie van voedingsmid
delen is zondei twijfel het nieuwste product van de
alom bekende f.rma Maggi aan te zien. Maggi's bouil
lon blokjes zijn namelijk natuurlijke, voor het gebruik
gereed zijnde bouillon van da beste kwaliteit in vasten
Vorm. Zij lossen slechts door overgieten met warm
water direct tot een helderen, weismakenden bouil
lon op, die zoowel voor soepen, sausen, koken van
groenten enz als ook voor drinkbouilloii evenzoo ge
schikt is als het beste zelfgetrokken vleeschnat, maar
veel goedkouper te staan komt. (Prijs van een blokje
voor een Kop van 2 d. L. slechts 2V2 et.)
Ontvlucht.
Nadat Donderdagavond een 13-jarig meisje te Ze-
venaar wat laat was thuisgekomen en door hare moe
der was berispt, omdat het kind, op beiofte eener be
looning, met een paar mannen was meegegaan, om