I
GIERPOMPEN
Nette bediening. Lege prijzen.
BUITENLAND.
Vraag en Aanbod.
N
F
F
Al) VERTEN TI'EN.
Water- en Stalpompen.
Gesmeed IJzeren Buizen
zonder naad.
Landbouw-werktuigen.
Dijk. Alkmaar. Dijk.
fijnste en sierlijkste modellen.
BouttiS 16
Sultan de waakzame.
T
BRANDKASTEN.
KLUISDEUREN.
EEN GROOTE HOND,
INRICHTING VOOR HET
TWAALFVOUDIGHVDROLISCH
BUIGEN UIT EEN STUK
De beste pompen van den tegen-
woordigen tijd.
Onverslijtbaar. Duurzaam.
Spelend lichte gang.
Opbrengst 300 Liter per minuut.
Gepatenteerde inrichting om
de pomp ledig te laten loopen.
Verstopt nimmer.
^Levering op proef.
In verschillende afmetingen tegen
prijzen vanaf f 20.—, bij den vertegen
woordiger voor Nederland
Vraagt Prijscouranten.
Dagelijks nieuwe ontvangst
rail dit schaak ontgaat ons. Toch zouden wij hem ook
aangebracht hebben omdat, zonder dezen, Pe6 aan zijn
plants gebonden wsh door het dreigend pf4+. Eawij
rinden dit beslist niet fraai omdat naar onze meening
aan eiken witten officier zooveel mogelijk vrijheid van
beweging moet gegeven worden. Toch druiseht de zw.
pion op f4 feitelijk in tegen de wetten der economie en
zijn er weder anderen, die daar meer waarde aan hech
ten.
Ziedaar nu een dier schijnbaar onnoozele quacsties,
die al heel wat geschrijf en gewrijf in de probleemwe
reld teweeg hebben gebracht. Want de schending der
economie is een keerpunt. Doch daarover meer in een
volgende rubriek.
Gemengde Mededeeiingen
Levensbeelden.
August Strindberg heeft het een en ander uit zijn
leven verteld. Het loont de moeite even naar hem te
luisteren, zoodat we aan zijn verhaal het volgende_ont-
leenen
Alles wat ik als kind beleefde- maakte een sterken in
druk op mij, want ik was overgevoelig, zoowel voor het
lijden van mijzelf als voor dat van anderen. Men waag
de het bijv. niet mijn broertjes en zusjes te slaan, als
ik het hoorde of zag: ik zou in staat zijn geweest de
menschen te lijf te gaan. Onbillijkheden en onrecht
vaardigheden krenkten mij dusdanig, dat ik op den
leeftijd van zeven of acht jaren reeds zelfmoord wilde
plegen. Ik schreide overal om en men gaf mij dien
tengevolge een leelijken bijnaam.
Waarheidsliefde en rechtvaardigheidsgevoel waren
mij aangeboren; maar men noemde mij eerzuchtig als
ik er tegen op kwam als iemand met minder verdien
ste dan ik voorgetrokken werd, en men noemde mij
wraakzuchtig, als ik iedere'onbillijkheid niet dadelijk
vergat, terwijl anderen ze mij nimmer vergaven. Om
een richtsnoer voor mijn eigen handelingen te vinden,
hield ik steeds anderen scherp in het oog. Wat ande
ren zich veroorloofden, was, meende ik, ook mij ge
oorloofd, doch dat was niet juist: men was steeds
strenger tegen mij. Ik was geenszins zonder gebre
ken, ik loog een paar malen, uit vrees, uit lafheid, uit
schaamte; kreeg evenwel zulk een gewetenswroeging
dat ik het spoedig niet weer deed. Tot de eerste van
mijn grooteTC leugens werd ik gedwongen doordat ik
de schuld van een ander op mij nemen moest. Maar
eens zeide ik een onwaarheid alleen in een duivelach
tige gril of ingeving, welke ik niet verklaren kan. Ik
stal immers ook fruit, maar merkwaardigerwijs was
mijn verklikker mijn medeschuldige; en nog onver
klaarbaarder was het, dat ik hem niet verklikte, om
de schuld van mij af te schuiven. Waarom ik dat niet
deed, weet ik niet, want zoo buitengewoon edelmoedig
was ik nu juist ook niet. Misschien schaamde ik mij
voor den verklikker, want ik vond zijn daad klein, daar
hij zelf evengoed fruit gestolen had. Toen mijn moe
der mij bang maakte en over politie en rechters sprak
schrok ik verschrikkelijk, ook al omdat men om een
paar pruimen zoo streng kon zijn.
De sterkste indrukken van mijn jeugd zijn natuurlijk
de dood van mijn moeder en de komst van mijn stief
moeder binnen het jaar. Dat was onbeschrijfelijk!
Mijn moeder had nooit veel van mij gehouden, zij
verwendde anderen van ons, maar ik treurde om haar,
had het gevoel, als was bij haar verscheiden de ver
wantschap met vader en de broers en de zusters ver
broken ja, als was ik van het gelieele menschengeslacht
vervreemd. In mijn vader zag ik steeds een vijandelij
ke macht en hij hield ook niet van mijHet was niet
aangenaam jong te zijn. Maar genoeg daarvan.Tot
voor korten tijd bracht ik den dag aldus door:
Ik stond om zeven uur op (kan niet langer liggen
blijven, want dan begint het bed ondermij als het ware
te branden). Zette mijn eigen koffie, ging uit om
mijn morgenwandeling te doen, want de ochtend geeft
ons zoo iets als jeugdige kracht, als, in zekeren zin,
(Een hondsche lijdensgeschiedenis.)
buitengewoon w&ttke&nm, te koop aan
geboden. Nadere inlichtingen aan het
BUREAU VAN BIT BLAD.
Bovenstaande advertentie heb ik onlangs in do Alk-
maarsche Courant geplaatst. Om buitenlezers de
moeite te besparen zich tot het -bureau van de courant
te moeten richten, deel ik thansmede, dat ik, de steller
der advertentie, in het Payglop No. 31 woon en dat
ook de meid last lièeft om mogelijke liefhebbers mede
te deelen het adres van Sultan.
Ik heb n.l. den „waakzamen Sultan" in den kost ge
daan aan het andere einde van de stad en gevoel me
als eerlijk man verplicht het „waarom" mede te dee
len. De eventueele kooper van Sultan zal later niet
de kans hebben me voor de voeten te gooien, dat hij
een kat pardon, een hond in den zak heeft gekocht.
Ik weet dat ik 'laarbij om zoo te zeggen, mezelf in
het licht sta maar de waarheid boven alles!
„Hoe vind je mijn hond", vroeg me op een goeden
dag een bekende, toen ik hem toevallig in den Hout
ontmoette en ik inderdaad het reusachtig stuk vee,
dat naast hem liep, met nieuwsgierige blikken mon
sterde.
Ik kon het dier niet negeeren en gaf daarom toe,
dat ik het dier bekeek. Toch had ik het liever geloo
chend en volkomen onverschilligheid voor het hostie
gehuicheld.
„Een prachtdier", ging de ander voort „en waak
zaam! gewoon onbeschrijfelijk! Sultan, hoor je dat?"
vToeg hij den hond op dreigenden toon, en deze begon
dadelijk onheilspellend te grommen, hoewel er eigen
lijk geen enkele aanleiding was om zich nijdig te ma
ken.
„Zie je", zei mijn geleider opgewekt, „een waak
zaam dier het let op alles!" Dat was beslist juist,
want dadelijk daarop begon Sultan verwoed te blaffen,
omdat in de nabijheid een onschuldig muschje neer-
fladderde. Natuurlijk vloog het diertje dadelijk weer
op en de „waakzame hond" hield werkelijk twee minu
ten later ook met blaffen op.
„Wat n kerel hè?" prees zijn baas en voegde er
bij: „En hoe bevalt je zijn kleur?"
Z'n kleur beviel me heelemaal niet. Was het wel
een kleur? Ik geloof het niet. In elk geval een mis
kleur een mengsel van eenige soorten geel vuil-
bruinachtige streepen goorgeel en ja, wat nog
meer hm, laten we zeggen, hij had een kleur als een
internationale straathond. Alles bijelkaar had het üier
geen mooi vel 1
Ik zou zijn kleurschakeeringen wel wat graag wat
nader onderzocht hebben, maar ik vertrouwde hem
hij a 1 te waakzaam mijn aankijken hin
derde hem hij knorde alweer.
„Heb je den hond allang?" vroeg ik wat bevreesd,
want het bestie merkte dat ik van hem sprak en loens-
de met wantrouwende blikken naar inij.
„Sedert eergisteren antwoordde de baas van Sul
tan.
„Een prachtik koopje, kost maar 40 gulden!"
„Hij is weggegevenantwoordde ik en nam af
scheid van mijn kennis en „meneer zijn hond", die
wedergeboorte, 's Middags is de dag al half voorbij en
's namiddags is hij vuil, ik zou haast zeggen ongescho
ren. Als zij, die lang slapen, eens wisten wat ze ver
liezen
Na een uurtje of anderhalf kom ik weer thuis en
wee dengeen, die me dan aanspreekt! Omhiddelijiv be
gon ik te werken, onafgebroken door tot twaalf uur en
voortdurend tabak rookend. Dan is het voorloopig ge
daan, ga ik slapen, open, lees en schrijf brieven, .slaap
weer, ben te moe om te eten, vast daarom tot drie uur,
ook uit berekening, omdat de maaltijd mij dan beter
smaakt. Dan eet ik: een croquetje met één borrel, scep,
vleesch (of visch), een half fleschje bier. Anders niets,
geen koffie, 's Zondags drink ik wijn, om de stem
ming, want wijn smaakt me alleen in gezelschap of als
er een bijzondere aanleiding is. Vervolgens neem ik
een flinke middagslaap (dat heb ik van mijn twaalfde
jaar af gedaan), sta om zes uur op en moet het ver
schrikkelijke probleem oplossen, hoe ik mij den tijd
tot tien uur alleen kan verdrijven.
Dikwijls speel ik piano, ben evenwel geen pianist
doch timmer er maar zoo'n beetje op los, zooals ik het
van me zelf geleerd heb.
Wat ik lees? Ik heb juist Walter Scott weer met
veel pleizier gelezen, Victor Hugo met nog meer en
Dickens met niet minder genoegen. Toen ik eenige ja
ren geleden beu was van de overbeschaving las ik alle
romans van Marryat en kreeg den indruk, dat deze
man wel heel gelukkig moet zijn geweest. Couranten
heb ik in geen anderhalf jaar gelezen. Men krijgt daar
door een bree<Jeren kijk op hetgeen in de wereld ge
schiedt, omdat men niet afgeleid wordt door allerlei
beuzelarijen. Van de groote gebeurtenissen verneem ik
iets in een weekblad en dat is mij voldoende. Andere
genoegens ken ik niet. In de café's durf ik mij niet
meer te vertoonen sedert mijn persoon veler aandacht
trekt. Van mijn jeugd af aan was ik schuw en thuis
gevoel ik me het prettigst. Ik heb geen hoog denk
beeld van de menschen, ik houd niet bijzonder van hen
en dat verlangen ze zeker ook niet, want wij zijn niet
menschlievend, hetgeen ik soms betreur, maar dikwijls
heel goed vind. Tegen weloverlegde slechtheid, tegen
opzettelijk liegen, tegen verfijnd leedvermaak verzet
ik me nimmer, maar daartoe is eigenlijk ieder mensch
verplicht.
I KX8JQ3K*NnimC PAAXSiiltTÏc.
1'iL- Tfl.tr.
ktri
-
Goedkooj er dan
Holl.IJ. Spoor zelf.
7 cent per 100 K.G. j
ven de loods (sta
tion! naar huis.
Vrijmaken van
buitenl. zendingen. I
Expeditie.
Van I5 regels 25 Cents, bij vooruitbetaling.
I B. L. SIMON, Alkmaar. Steenhouwerij Ko-
ningsweg 67. Grafteekenen, Schoorsteen
mantels enz.
rpe koop: DRIE-KWARTEN en 2 HALVE
PRAMEN, waarvan één nieuw. Tevens nier ve
«n gebruikte SCHUITJES. Te bevragen bij J. BRUIN,
St. Panera s. Aan 't zelfde adres HUIZEN en
BOUWTERREIN te koop.
l?-u Burgerwaschvtouw vraagt beleefd 1 2
WASSCHEN. Adres te bevragen bureau dezer
courant.
|?GMOND AAN ZEE. Bonds-Luuchroom-Restaurant.
Plats'^ du; Jour van 12 tot 2 uur, f 0.60. Restau
rant a la carte den geneeien dag. Dagelijks veieche
Saucijzen- en Amandelbroo< j-s, Appelbollen, Gebakjer.
Aanbevelend G. S. GROENEWOUD, Hofleverancier.
juist weer een proef van zijn waakzaamheid aflegde
door eenige vallende bladeren van de boomen woedend
aan te blaffen.
„Het is heusch ongezellig hier in huis. Alle buren
zijn op reis en wij zijn thans samen, behalve h^t
dienstmeisje, alleen in het gekeele huis."
Zoo sprak mijn vrouw, drie dagen na de bovenstaan
de ontmoeting, terwijl zij de krant weglegde, waarin
ze weer een moord uit roofzucht, twee inbraken en een
aanranding op klaarlichten dag bestudeerd had. „Ik
sidder van angst zoolang' je niet thuis bent
„Onzin", antwoordde ik, „je hoeft hier toch waar
achtig niet bang te zijn."
Daarmede was de zaak voor ditmaal afgedaan, maar
den volgenden dag las mijn vrouw weder eenige be
angstigende verhalen en begon hetzelfde liedje op
nieuw, om den derden dag er weer mede voor den dag
te komen, wat vrouwen in die gevallen eigen is.
Toen werd ik nijdig.
„M'n hemel, wat moet ik er dan wel aan doen?"
knorde ik, „moet ik soms een bewaker huren, die je
dag en nacht met geladen revolver bewaakt
„Natuurlijk", pruilde mijn vrouw, „een zwakke
vrouw behoeft jullie, lieeren der schepping, maar een
kleine opmerking te maken, die niet aangenaam is of
dadelijk is zij prijs gegeven aan spotternij."
„Schei toch uit. Ik spot niet", antwoordde ik opge
wonden. „Zeg me dan ook wat je wilt geef ma een
wenk
Maar dat was al niet meer noodig. Op hetzelfde
moment kreeg ik een idéé, daar kwam me mijn kennis
voQr den geest, die met „Sultan den waakzame",
placht te wandelen.
Wat nu riep mijn vrouw, toen ik plotseling
mijn hoed greep en de deur uitstormde. Maar ik gaf
geen antwoord en liep het huis uit.
Een half uur later kwam ik met Sultan terug. Hij
had in dien tijd van baas verwisseld en was mijn onbe
twistbaar eigendom geworden en verplicht zijn geheele
waakzaamheid aan mij en mijn gezin te wijden.
Het was als volgt gebeurd: ik had mij zoo onbevan
gen mogelijk bij mijn wandelenden kennis aangesloten
en tegen zijn viervoetigen geleider de grootst moge
lijke onverschilligheid in acht genomen. Ik sprak
van het weer, van de regeeringspolitiek, van de dienst
boden-ellende, en kwam eindelijk langs groote omwe
gen op Sultan. De eigenaar van het prachtstuk keek
me even snel van terzijde aan en een eigenaardige
glans lichtte in zijn oogen.
„Ik zou ook wel zoo'n hond willen hebben", bracht ik
zoo onnoozelweg in het midden en keek daarbij uiterst
opmerkzaam een anderen kant uit, alsof daar dingen
van groot gewicht gebeurden, terwijl er toch absoluut
niets te zien was.
„HmDaarop zou wel een weg te vinden zijnant
woordde hij snel, dat ik hem verbaasd aank eek. Hij
deed echter of hij er niets van merkte en zei„Ik ken
je zoo goed als een dierenvriend, dat ik aan niemand
liever dan aan jou het mooie dier gun!"
Eu, de schoonheid van Sultan imponeerde mij hee
lemaal niet maar zijn waakzaamheid!
i 1 je den hond dan verkoopen?" vroeg ilc schuch
ter.
„Als ik jou er een plezier mee kan doen:", ant
woordde hij, „aan een ander zeker niet!"
„1 raatjes dacht ik; „hij zal waarscR jnlijk geld
noodig hebben". En hardop vroeg ik: „'En
/gevraagd in het Magazijn „de Pxassge" een
M LOOPJONGEN. Zaadmarkt 64.
T BURKUNK. Baarstraat, hoek Ged. B aio sloot A
13b, blijft zich beleefd aanbevelen voor de
bediening van Diners, Soupers, enz., alsook tondzeggT
vtn geboorten en vriendenbood bij overlijden.
"Mevrouw Dr. SLEESWIJK t„ Bloemendaal v r a a g t
met M.-i eene DIENSTBODE ais meid-alleen, met
behulp van loopmeüje en werkvrouw, loon f 120,
wascbgsld f 26.
e koop te Bergen (N.-Heen VERGUNNING
en een BOUWTERREIN aan de Groote Dorp
straat bij J. BLANKENDAAL.
e koop 2 beste GASLAMPEN met dubbele brar-
der», geheel compleet, voor elk redelijk bod. Te
bevragen P»yglop No. 9.
yILVERPEL KIPPEN. Uitstonde legators. Broed-
eieren te koop k tien ce:.ts per stuk bij S. LA.-
KEMAN te Stompetoren.
og steeds verkrijgbaar uit het V*t. P.jik ke-
k«nde Soiiboonen, Spercieboonen en echte Miir zer
Zuurkoo'. Uitgewogen buagroentfn Snij!» ener, Sr-er-
cieboomn, Spinzzie en Andijvie tegen roccu-refrer.de
p-iizen Aanbevelend G. W. v. d. POL, Schoutenst-axt
fruithandel K, v. d. POL, Ridderstraat, T-i-f.
211 Ksapsche Peror, Pruimen en Perziken. Aan-
(kaar sche Appelen en versch gestoomde Sausjes.
rui than dei ROELOF v. d. POL. Laat 169.
Voorhard-m Kaspsche Perer, Pruimen en Per
ziken, Fransche Tomaten en Druiven.
1 VAN DER. HOEK, Achteratraat, is steeds ouim
voorzien van gebruikte Ledikanten, Fornuizen
en Kachels, Verder ja adres voor alle soorten Lond
en Tuinbouwgoreedacisappen.
C DE VRIES, Koopman, Kaetgrstcht 7, t.o. de Stads-
werf, besteedt de hoogste waarde voor ge
dragen Mannen- en Vrouwenkleederec. Inkoop var.
Huisraad en Inboedels, Rijwielen, Nasum&chiuer,
Flegschen. hselo KruikeD, enz. Aan huis te ontbieden.
T^ruithaudel K. v. d. POL, Ridderstraat Tel.
211 Verkrijgbaar Kaapache Annans.*, Hollandsche
Kiopïla en rijpe Tomaten.
PRIJSCOURANTEN en ATTESTEN
OP AANVRAGE.
NICO VAN VUURE
ZAADMART 78 ALKMAAR.
Fabriek en Magaziin
vraag je er voor?"
Ik kon daarbij de gedachte niet van me afzetten,
dat hij me „snijden" zou. Maar ik vroeg hem in mijn
hart om vergiffenis toen hij antwoordde: „Nu, wat hij
mij gekost heeft, 40."
Dat vond ik aardig van hem, maar ik wilde nu door
zijn onbaatzuchtigheid mij niet laten beschamen en
bood hem nog 10 als vergoeding voor onderhouds
kosten.
„Geen kwestie van!" riep hij, „dacht je dan dat mij
deze kosten niet rijkelijk vergoed worden door het ple
zier, dat ik van het dier heb gehad?"
Eu zoo betaalde ik 40 en hield Sultan aan den
halsband vast, tot zijn oude baas, die zich overigens
vlug en zonder omzien verwijderde, aan mijn blikken
onttrokken was. Daarop bracht ik Sultan zegevierend
naar huis, terwijl mijn zakdoek als ketting dienst deed.
Aan mijn vrouw kon ik het verloop van de gelukkige
gebeurtenis niet zoo rustig mededeelen. Dat liet Sul
tan niet toe. Hij had bij zijn binnenkomst een Ja-
pansch poppetje ontdekt, dat hem waarschijnlijk niet
beviel en hij blafte tegen het grimmig bruine gezicht
zoo verwoed, dat ik slechts onder uiterst bezwarende
omstandigheden en met groote tusschenpoozen bij
stukjes en beetjes aan het woord kon komen.
Ten slotte slaagde ik er in het verhaal te beëindi
gen en ik had den hartroerenden dank van m'n vrouw
in ontvangst te nemen
De Chineezen moeten een verschrikkelijke doodstraf
toepassen. De veroordeelde misdadiger krijgt eenige
bewakers bij zich, die hem, wanneer hij wil gaan sla
pen, zoo hinderen, dat hij geen oogenblik kan rusten.
Op den tienden dag is de ongelukkige gewoonlijk na
genoeg krankzinnig den veertienden dag overleeft
hij niet.
Mijne vrouw en ik hebben bewezen sterkere zenuwen
te bezitten, want wij leden die kwelling 3 weken lang.
De waakzame Sultan zorgde daarvoor perfect beter
dan duizend Chineezen. Wij sloten sedert den dag,
dat wij zoo gelukkig waren in zijn bezit te komen, geen
oog meer.
Lieve hemel, wat hebben we door de heillooze waak
zaamheid van het bestie al niet doorgemaakt. Het
eerst viel daaraan het zwakke dienstmeisje ten offer.
Ze was 4 jaren bij ons, wat zeer lang is; zij had de
zeurigheid van mijn vrouw en mijn heftigheid met ge
duld verdragen, maar tegen de waakzaamheid van
Sultan hield zij maar 8 dagen stand. Op den negenden
dag was zij reeds zoo nerveus, dat wij haar op aanra
den van den dokter moesten ontslaan. Haar toestand
was begrijpelijk. Zoo gauw de bel ging, ja, als het
meisje maar over den gang sloop flink stappen
durfde zij allang niet meer brak de „waakzame" in
een waanzinnig geblaf los, alsof hij zoojuist een ver-
sehrikkelijken misdadiger ontdekt had. Zoo behandel
de hij ook den slagersjongen, den melkman, den brie
venbesteller, ja zelfs de krantenlooper. Deze was z. i.
beslist rijp voor het schavot, wat hij telkens te kennen
gaf door een afschuwelijk Boe-oe-oe-oe! Boe-oe-oe-oe 1
„Een toon, die een steen vermurwen, maar een mensch
razend maken zou."
De krantenlooper en de melkboer zeiden dan ook den
lijfden dag reeds, dat zij geen voet meer over den
drempel wenschten te zetten.
Toen spraken we met hen af, dat zij de te leveren
waren om den hoek van de deur op de drempel zouden
deponeeren en ons daarvan door een extra ruk aan de
schel zouden waarschuwen. Het gevolg hiervan was,
EnHeeningsVorrlchhing
DR.G.M.
Heu verbesserrtsSaiiq
Ventil D R.G.M
Ohinstede
bezit alle goode hoedanigheden die de koopers kunnen
vtrl*ng--n.
van de
dat dikwijls de melk was opgedronken en de krant
weggenomen of dat de melk er verbazend blauw en dun
uitzag en de kranten wel eens erg gelezen schenen.
Ook moest het meisje 's morgen en 's avonds meer dan
40 keer naar beneden hollen omdat onze buurjongens
de bovengenoemde afspraak hadden opgemerkt en ons
door hun bellen opschrikten.
En dat was allemaal nog niets wanneer het maar
geholpen had. Maar op alle personen, die dagelijks bij
ons kwamen beproefde Sultan doorgaans met goed ge
volg zijne waakzaamheid, zoodat ten slotte ook het
nieuwe dienstmeisje „last van d'r senufen" kreeg en
vertrok.
Het verschrikkelijke dier was waakzamer dan 10
anderen en kreeg minstens iederen dag zes aanvallen
van die beruchte waakzaamheid. Eens lag hij in een
erapaud op mijn studeerkamer uren lang naar een
buiten staande kar te loeren. Plotseling wordt hij
waarschijnlijk niet lekker, hij krijgt het idee, dat de
kar gevaarlijk is voor de gemeenschap en vliegt door
het raam, de vensterruiten verbrijzelend. Een slagers
jongen die juist voorbij fietst, wordt omgerend, in het
voorbijgaan in zijn been gebeten en toen verwisseld
voor het bakje met knakworst, gehakt, lapjes enz. dat
over de straat vloog.
Het gevolg was natuurlijk een groote oploop. De
jongen gilde als een bezetene en danste steeds door op
één been in het rond. Toen kwam er een agent van
politie, waarop ik het geraden vond naar buiten te
gaan eri de schade te vergoeden.
Voor het ontbijt van mijn hond betaalde ik 2.34,
voor de beet in het jongensbeen een rijksdaalder, die
het jammergehuil deed verstommen. De agent heweer-
de iets van „beter vasthouden" en trok af, door de
straatjongens nagejouwd.
Zulke gebeurtenissen beleefde ik overdag, maar dan
de nachten. Laten we daarover liever zwijgen, laat ik
u niet vertellen hoe het losslaan van een deur, het pie
pen van een venster, de stap van een voorbijganger,
de wind in de schoorsteen de waakzaamheid van Sul
tan opwekte en hem een geluid deed uitstooten, zoo
schrikbarend, zoo vreeselijk, dat wij er eene nachtmer
rie van kregen en dat de buren tot vertwijfeling
bracht.
Eén post bracht ons 45 klaagbrieven en bedreigin
gen met politie en justitie en na 14 dagen bekende
mijn vrouw dat ze liever zes inbraken had beleefd dan
deze vreeselijke en huiveringwekkende waakzaamheid.
Den 25sten Augustus kwam onze huisbaas van zijn
reisje terug, den 27sten had hij ons de huur opgezegd
en den 29sten verlieten we het huis, waar we negen
jaar gewoobd hadden.
De laatste heldendaad van Sultan, voordat we hem
bij een dierentemmer in den kost deden, was dat hij
tegen den verhuiswagen zoo te keer ging, dat de
paarden op hol sloegen en onze meubels in een diepe
gracht deponeerden.
Ik heb niet overdreven en misschien zijn er men
schen, die niet bang zijn voor Sultan is er onder de
lezers een kooplustige voor dezen waakzamen duivel,
dan herhaal ik, dat ik hem goedkoop, zeer goedkoop
van de hand wil doen.
Onder ons gezegd ik geef hem zelfs cadeau, en
als het op een paar gulden mocht aankomen dan