Heden de Eerste CRASBOTER ontvangen.
H
Vulpen
houders.
gesteld op Maandagen 10 en 17 Mei 1909.
Door hel gebruik van
Golden Thee
Golden Koiïie
Golden Cacao
bevoordeelt men zich
op een manier zoo ge
makkelijk dal bet ieder
is aan le bevelen met
deze artikelen kennis
le maken.
infGoud en »Zilver.
m
c. oudes, Sctiapensteeg,
[- fill Hl
Openbare Vergadering
Spreker: de heer G. BAAS Kz.
BLOOKER S
DAALDERS
CACAO;
Oproeping.
I i
Ijn poten omzel
l|n groote Inkoopen
m
l|n sterk concurred ende prijzen
Feuilleton.
Onderwerp: Een onalwijsbare plicht
KOOP,
BUSSEN
g'i
Vraag uw
i
in 1
Zondags open.
I,
AAN MIJ DE WRAKE.
's avonds 8 uur, in een der lokalen van de Christelijke School.
van Zaandam.
„Alkmaar-Packet" langs de Zaan.
Uitgebreide zomerdienst, aanvangende 1 Mei a.s
BEDRIEGERS BEDROGEN
betaalt minder
en krijgt betere kwaliteit.
SPOORBOEKJE ZOMERDIENST
BOEKHANDEL
N.V. HERM's COSTER ZOON
(S-M83/Ï
1 pi
,1
op
Winkeliers, die U andere zeepsoorten
7 a pond. 42y2
I pond. 80
2 pond. 150
„de Bonte Koe", Langestraat, Telef. 174
ataiir
N.V. HERMs. COSTER
ZOON.
Voordam Alkmaar.
I»
Kruidjes en Ktttingen, Horloges en Kettingen,
Parelstellen, Trouwringen, Gouden ijzers. Bloed
koralen, Juweelen Broches, Hangers, Knopjes,
Kruisjes, Kapspelden.
Om te koopen of te rullen, is het ADRES
Alle CHRISTELIJKE Kantoorbedienden en Handelsreizigers worden
tot bijwoning voor deze vergadering DRINGEND uitgenoodigd.
Van ALKMAAR 6 - 8 10 12 2.30 6 7.30 uur.
Van AMSTERDAM 6.30 8 9.30 - 2.15 - 4 - 6- 73.0 uur.
Maand-retours le kajuit f 1.2de kajuit 60 cent.
IN DE HANDEN STOPPEN, ALSÜSuNLIGHT
ZEEP VRAAGT, BEDRIEGEN ZICHZELF, WANT
ZIJ VERLIEZEN HUN DEBIET, U WENSCHT DE
ZOO GUNSTIG BEKENDE SUNLIGHT.
in plaats van losse cacao of poederchocolade,
vierkante bussen van 1 ons. 16 ets.
wpvmmm---vsP
Roode Pimpernel
VOORDAM.
"kantongerecht te alkmaar.
MEVROUW
uit de Stoorazuivelfabriek van MAREES ZONEN.
Beverwijk.
Verkrijgbaar in verzegelde kartonnen doozen vai. 1 kilt
70 CENT.
Alleenverkoop voor ALKMAAR in
Sluit-étiket waarborgt de kwaliteit.
VERKRIJGBAAR BIJ
De geannonceerde veiling te Alkmaar
op Dinsdagen 11 en 18 Mei a.s wout
wegens de feestelijkheden
respectievelijk bij opbod en afslag telkens des avondt
7 uur in het Koffiehuis „de Vergulde Valk", van den
heer IJ. OLDENBURG, aan de Heerenatraat te Alkmaar.
Mr. A. P. H DE LANGE, Notaris.
C. Oudes,
door
BARONES OECZ1J.
Schrijfster van „de ltoode Pimpernel."
Naar het Engelsck.
14)
Zij zeide niets meer. Zij was innig droevig gestemd,
waarom, dat wist zij zelf niet. Misschien omdat zij de
stad naderde; zij hoorde reeds het bekende geraas, het
doffe geluid van de marcheerende troepen, het schreeu
wen van het volk rondom de poorten van Parijs, dat
steeds hoopte, op dezen tijd van den dag, getuige te
wezen van de arrestatie van een of anderen gehaten
aristocraat die uit de stad poogde te ontsnappen.
Zij kwamen onder dc boomen vandaan op den open
weg; zij lette er niet op dat zij langzamerhand al de
bloemen liet vallen die zij dien dag had geplukt.
Eerst de blauwe lupinede takjes vol knoppen wa
ren zwaar en vielen het eerst op den grond, gevolgd
door de witte margrieten, die een lijkwade vormden op
liet groene gras. De roode papavers waren liet minst
zwaar, de kleverige steeltjes hield zij het langst vast.
Eindelijk liet zij die ook een voor een vallen als groo-
te droppels bloed, glinsterend wanneer zij op zijde wer
den geduwd door haar lange witte japon.
Déroulède was in gedachten verdiept en scheen geen
acht op haar te slaan. Bij de poort ontwaakte hij uit
zijn gepeins en haalde de passen voor den dag van Ju
liette en Petronelle; zonder pas mochten zij de stad
niet binnen. Hij zelf, de Burger-Afgevaardigde, mocht
gaan en komen waar hij wilde.
Juliette huiverde toen de zware poort achter haar
gesloten werd. liet scheen dat zelfs de herinnering
werd buitengesloten aan dien gelukkigen dag, die teil
minste gedeeltelijk volmaakt aangenaam was geweest.
Zij kende Parijs niet goed en wist niet recht waar
die sombere conciergerie lag, waarin een onttroonde
Koningin de laatste dagen van haar leven moest door-
brengen met de folterende gedachte aan het verleden.
Maar toen zij de brug overliepen herkende zij al de to
rens van de groote stad: Notre Dame, den sierlijken
spits van de Sainte Chapelle, den somberen omtrek
van St. Gervais en achter zich het Louvre, waaraan
zoovele grootsche historische herinneringen verbonden
waren. Hoe gering scheen haar eigen leed bij liet groo
te drama te vergelijken, waarvan de laatste acte nog
niet eens was begonnen. Wat beteekende haar eigen
wraak,haar eed, haar beproevingen in vergelijking van
dien Nemesis met vlammend zwaard, die een troon had
weggevaagd, het doodvonnis uitsprak over duizenden
en duizenden, die lange geschiedenis van vernedering,
koningsmoord, broederschap, een geschiedenis die nog
lang niet ten einde was?
Zij voelde zich klein en onbeduidendzij schaamde
zich over het genot van dien dag, over haar opgewekt
heid en luchthartigheid, zij schaamde zich voor haar
gevoel van medelijden en bewondering voor den man,
die haar familie zulk een bitteren smaad had aange
daan, en zij voelde zich te zwak, te besluiteloos 0111 zich
te wreken.
Het majestueuse gebouw van het Louvre scheen den
spot te drijven met haar zwakheid; de rustig voort-
stroomende Seine met haar wankelende plannen. De
man die naast haar liep had haar en de haren veel
meer leed gedaan dan de Bourbons aan hun volk. Het
Fransche volk wreekte zich en aan het einde van dezen
laatsten gelukkigen dag van haar leven had God haar
nogmaals de middelen aan de hand gedaan 0111 haar
plan ten uitvoer te brengen.
HOOFDSTUK VI.
- "vl «.\w"vr -v -
Eenige uren later op dien dag zaten de dames stil
zwijgend en in groote spanning bijeen.
Niet lang 11a het souper was er iemand gekomen
om Paul Déroulède te spreken; hij zat nu reeds twee
uur met hem op zijn kamer. Het was een lange man,
met een flauwe, matte uitdrukking in de oogen, welke
tegenover den Burger-Afgevaardigde aan de tafel zat.
Op een stoel naast hem lag een zware manteljas met
stof en modder bedekt, tengevolge van een lange reis,
maar de man zelf was onberispelijk gekleed, smaakvol
en modieus in zooverre men de mode van dien tijd
smaakvol kon noemen, een jas met kort middel en lan
ge panden, een dubbel vest en kostbare kanten jabot.
I11 tegenstelling met Déroulède was hij zeer lang, en
blond, zijn goedhartige blauwe oogen hadden een ee-
nigszins onbeteekenende, flauwe uitdrukking. In de
uitspraak der Fransche klinkers meende men een heel
licht vreemd accent te bespeuren, de a's en o's klon
ken niet geheel zuiver; een opmerkzaam toehoorder
zou hem zeker voor een Engelschman houden.
De twee mannen hadden eenigen tijd ernstig zitten
praten, de lange Engelschman keek zijn vriend op
merkzaam aan en een vroolijk glimlachje speelde om
zijn mond. Déroulède liep onrustig en opgewonden de
kamer op en neer.
„Maar ik begrijp er niets van, beste Blakeney, hoe
het je gelukt is Parijs iu te. komen!" zei Déroulède
eindelijk en hij legde zijn hand op den schouder van
zijn vriend. „Het Gouvernement is „Roode Pimper
nel" nog volstrekt niet vergeten."
„Ja, daar heb ik wel aan gedacht antwoordde Bla
keney, met een prettigen lach. „Ik heb Toinville van
morgen mijn handteekening gezonden."
„Je bent krankzinnig, Blakeney!"
„Nog niet heelemaal, beste vriend, 't Was op mijn
woord van eer niet alleen uit roekeloosheid dat ik dien
duivel van een man mijn roode handteekening nog
eens wou laten kijken. Ik wist wat jullie dwazen van
plan zijn. daarom ben ik even overgekomen met mijn
Day dreau 0111 te zien of ik niet mee kon doen aan de
grap."
„Noem je dat een grap?" vroeg Déroulède op bitte
ren toon.
„Ach, hoe wou je anders dat ik het noemde? Een
dwaze, onwijze, malle tragedie, waarbij maar één ont
knooping mogelijk is: de guillottine voor jullie alle
maal."
„Wat kom je hier dan doen?"
Allen, die iets te vorderen hebben van-, verschul
digd zijn aan- of borgtochten bezitten ten laste van
den boedel van wijlen den Heer F. K: SSLER, vroeger
te Z*and*m en Alkmaar, laatstgewoond hebbende te
SANTPOORT, gem. Velsen en aldaar overleden 18
Felruari j.l., 1 wordt verzocht daarvan vóór 15 Mei
a.s., opgave te doen ten kantoe van Notaris G.
D. BOERLAGE, te VELSEN
Gedeponeoril»
Depót
JA COBA BROERS, firma A. Bakker, Houttii 18.
INGEZONDEN STUKKEN.
Aan de Redactie van de Alkmaarsche Courant.
Geachte Heer Redacteur
Bij de prettige stemming, die hier Vrijdagavond
heersehte, merkten we op, dat er zoo weinig vaderlond-
sche liederen werden gezongen, wij meenen dat hieraan
te moeten toeschrijven dat 011s volkslied niet geschikt
is om loopemie gezongen te worden.
Het zal zoo prottig zijn als wij met de feesten op 11
en 12 Mei niet voortdurend moeten hooren „Japie is
getrouwd, enz. Hierbij een versje op een vroolijke
wijs. Als U het de moeite waard acht wilt dan zoo
goed zijn het in uw courant te plaatsen met beleefd
verzoek aan liet feestvierend publiek het op de feestda
gen te zingen.
(Wijze: de Boeren van Transvaal). Hebt gij de
vreugdekreet gehoord enz.
't Is feest vandaag een blijde dag
Ter eer van 't Koningskind,
Uit ied're woning waait de vlag
E11 elk is blij gezind.
Wij allen deelen in de vreugd'
Van onze Koningin.
Een luid hoezee klink' nu alom (bis)
Voor 't Koninklijk gezin, (bis.)
Refrein.
Lang zal ons klein Prinsesje leven
Hiep, hiep hoera, (bis)
Heel Neerland zal dat vreugde geven
Hiep, hiep hoera, (bis)
Zitting 30 April 1909.
J. C. B. te Alkmaar, overtreding arbeidswet, 2 maal
■I 2.boete of 2 maal 2 dagen hechtenis.
J. de J. Cz. te Egmond aan Zee, strooperij, J 1.
boete of 1 dag hechtenis.
J. V. Pz. te Uitgeest, straatschenderij, 5.boete
of 3 dagen hechtenis.
M. C. K. te Allernaar, Drankwet, 5.boete of 2
dagen hechtenis.
11. G. de W., A. S. te Alkmaar, overtreding Rijwiel-
reglement, de le 10.boete of 3 dagen hechtenis, de
2e 1 boete of 1 dag hechtenis.
J. L. Jz. te Egmond Binnen, C. K. Jz., A. Z. Jz., J.
Z. Ez., T. Z. Wz. te Egmond aan Zee, loopen over ver
boden grond, de le 2.boete of 2 dagen hechtenis,
de 2e 5.boete of 3 dagen hechtenis, de 3e 3 boe
te of 3 dagen hechtenis, de 4e 1.boete of 1 dag
hechtenis, de 5e 6 boete of 3 dagen hechtenis.
L. K. Az„ J. T. te Egmond Binnen, J. S. Lz., C. Z.
Tz„ C. G. Dz„ P. C. IIz., A. D. Jz., G. S. Jz., J. I).
Jz. te Egmond aan Zee, Jachtwet-overtreding, de le,
8e en 9e ieder 4 dagen hechtenis, de 2e teruggave aan
zijne ouders, de 3e 6.boete of 3 dagen hechtenis,
de 4e 3 boete of 14 d agen hechtenis, de 5e 10 boete
of li dagen hechtenis, de 0e 10 boete of 8 dagen
hechtenis, de 7e 5.boete of 2 dagen hechtenis.
G. I>. te Petten, P. Z. Oz. te Egmond aan Zee, J.
B. te Uitgeest, J. v. W. te Bergen, J. K. H., T. D., 1).
B., J .de M., B. W. B., G. R. te Alkmaar, dronkenschap
de le 2 dagen hechtenis, de 2e 3 dagen hechtenis, de
3e dagen hechtenis, de 4e 2 dagen hechtenis en 1
jaar opzending, de 5e 2.boete of 2 dagen hechte
nis, de (ie 5 boete of 3 dagen hechtenis, de 7e 3
boete of 2 dagen hechtenis, de 8e 5 boete of 3 dagen
hechtenis, de 9e 3 boete of 3 dagen hechtenis, de 10e
1 boete of 1 dag hechtenis.
..Ja, wat zal ik je zeggen, vriend", vroeg Sir Percy
Blakeney op dien onnavolgbaren toon die hem eigen
was. „Oiji dat vervloekte Gouvernement van jullie wat
anders te geven 0111 over te denken, terwijl jullie alle
maal druk bezig bent je hoofd in een strik te steken."
„Wnarpm denk je dat wij dat doen?"
„Daar heb ik drie redenen voor, vriend mag ik
je een snuifje aanbieden? Neen Ik wel! En
gracieus als een volmaakt dandy kuipte Sir Percy een
stofje af van zijn onberispelijke kanten manchetten
„Drie dingen zijn er", ging hij bedaard voort, „een
gevangen Koningin, op het punt voor de rechtbank
gedaagd te worden en ter dood veroordeeld, liet tempe
rament van een Franschman van sommige Fran-
sclien ten minste en het idiote van de menschen
over het algemeen. Die drie dingen doen mij denken
dat eenige heethoofden, republikeinen, met uw per
soon aan het hoofd mijn waarde Déroulède, op het
puilt zijn iets heel doms en onbekookts en iets heel
onverstandigs te beproeven, het gekste dat nog ooit in
het ontvlambaar brein van een Franschman is opgeko
men."
Déroulède glimlachte.
indt je het zelf niet grappig, Blakeney, dat je
hier in mijn huis zit en iemand veroordeelt van zulk
een onwijs en dwaas en onverstandig plan?"
„La la ladan zal ik niet blijven zitten, maar op
slaan antwoordde Blakeney met een lach, terwijl hij
zich oprichtte in zijn volle lengte en zijn lange, loome
ledematen uitrekte. „Mag ik je even doen opmerken,
mijn waarde vriend, dat het verbond van Roode Pim
pernel nooit het onmogelijke beproefd heeft en de Ko
ningin trachten te bevrijden uit de klauwen van die
moordenaars, is het onbereikbare willen beproeven,
denkt daaraan."
„E11 tocli zijn wij van plan daar ons best voor te
doen."
Wordt vervolgd.
N. V. v. h. HEliMs' COSTER ZOON, Alkmaar.