DAGBLAD VOOR ALKMAAR EN OMSTREKEN. Honderd en elfde jaargang 1909. ZATERDAG 15 MEI Hinderwet. No. 112 Deze Courant wordt eiken avond, behalve op Zon- en Feestdagen, uitgegeven Abonnementsprijs per 3 maanden voor Alkmaar f 0,80; franco door het geheele Rijk f 1,—, Afzonderlijke nummers 3 Cents. Prijs der gewone advertentiën: Per regel f 0,10. Bij groote contracten rabat Oroote letters naar plaatsruimte. Brieven franco aan de N. V. Boek- en Handelsdrukkerij vjh. HERMs. COSTER ZOON, Voordam C 9. Rede-van Foreesi Een toeval. Teletooaaanunef 3, è'j_ OURANT. BURGEMEESTER en WETHOUDERS van ALK MAAR brengen ter algemeene kennisdat zij bij besluit van heden vergunning hebben verleend aan: S. KROM, aldaar, tot het oprichten van eenstcon- wasch- en strijkinrichtiDg in ziju nieuw te maken gebouw op een terrein deel uitmakende van het per ceel Steeweg, ten kadaster bekend gemeente Alkmaar in «actie B No. 3670. Burgemeester en Wethouders voornoemd, Alkmaar, G. RIPPING, Voorzitter. 12 M-i 1909. DONATH, Secretaris. Gisteravond had in het café van den heer Pijper te Ilter-Hugowaard een vergadering plaats van de kies- vereeniging „Burgerplicht" aldaar, waarin als spreker optrad de heer jhr. mr. P. van Foreest, lid der Tweede Kamer van de Staten-Generaal. Dl* voorzitter, de lieer I). de Boer, opende de vergade ring met te eonstateeren dat zij slecht bezet was, zoo- dat het bestuur zich eigenlijk moest schamen over het uitschrijven. Spreker heette den aanwezigen welkom, in het bij zonder den heer van Foreest. De heer van Foreest bracht in herinnering dat hij zes jaar geleden uit een soort van plichtsbesef de ean- didatuur heeft aanvaard. Hij verbond daaraan de voorwaarde, dat hij niet den boer op moest om zijn caudidatuur aan te bevelen. Voor hem is de meer ge bruikelijke weg dat zij, die als volksvertegenwoordiger worden verzocht het land te dienen, moeten optreden voor do kiezers niet goed. Tn de eerste plaats, omdat daardoor velen, die uiterst geschikt zouden zijn, buiten de Kamer blijven, ten tweede, omdat velen beloften af leggen, die ze niet kunnen vervullen, misschien niet willen vervullen. Van een scherpzinnig man hoorde spreker onlangs zeggen dat candidaten dikwijls over eenstemmen met het wild, dat de kleur aanneemt van den grond, waarop het leeft, dat zij bijv. rooder worden, naarmate het district, waarin ze zich bevinden, rooder is. De slechte gewoonte wil spreker niet volgen. Zijn op treden hedenavond is toe te schrijven dat hij verleden jaar zich heeft laten aanleunen in eenige kiesvereeni- gingen als spreker op te treden. Eenigszins is hij toen gefopt, Ilij had gedacht te zullen optreden voor leden der kies- vereeniging. Daar waren toen echter ook andere dan leden, ook de pers was tegenwoordig. Toen hij dat deed werd hem gevraagd ook hier op tè treden. De uit- noodiging heeft hij daarom niet willen weigeren, hij stemde toe, om alleen het beginselprogram van de vrij liberalen uiteen te zetten. Hij wilde niet andere pro grams afbreken noch zijn eigen candidatuur aanbeve len. Op de vergadering der vrij-liberalen heeft spreker zich beschikbaar gesteld voor de propaganda mits niet iu zijn district. Hedenavond wilde spreker dan ook niet optreden voor zijn kiezers, maar voor Nederlan ders. Overgaandetot zijn onderwerp, behandelde spreker het program der vrij-liberalen artikelsgewijze, hier en daar enkele punten nader uitloggend. Het eerste artikel van het program zal de instem ming vinden van iedereen. Dit artikel luidt: De Staat heeft de persoonlijke vrijheid van allen te eerbiedigen en te verzekeren. Hierover behoeft niet gesproken te worden: daarin ligt één eisch waarmee ieder vrije Nederlander het De heer Henk Doorman stond voor de keukenkachel en was geheel alleen bezig een beetje water aan de kook te brengen, want het was al na middernacht, hij was zooeven pas uit de stad thuisgekomen en wilde in dit late uur noch het dienstmeisje, noch zijn vrouw las tig vallen. Er moest iets met liet gascomfoor niet in den haak zijn, want het wilde niet branden, ofschoon de hoofd kraan tocli open stond. Eindelijk wierp de heer Door man de zeventiende lucifer, die hij tevergeefs boven liet comfoor had gehouden met een krachtige uiting in het vuilnisvat en probeerde daarna om de kachel aan te maken. Dat moest een gemakkelijk werkje zijn. Hoe dikwijls had hij niet buiten in het veld een vuurtje aangesto ken. Behoedzaam nam de heer des huizes een paar ringen van de kachel af, legde een paar houtjes dwars over el kaar en wilde ze aansteken maar merkwaardig, het wilde alweer niet. liet hout moest dus vochtig zijn! Misschien vond hij wat papier daar lagen kleine stukjes papier op de kachelplaat, andere menschen moesten zich daarmede toch ook behelpen. ITenk bleef plotseling strak on star op de blaadjes papier, die daar zoo onschuldig in een hoekje lagen, kijken. Zij waren beschreven hij zag, dat het 't handschrift van zijn vrouw was. De heer Doorman was gewoonlijk niet nieuwsgierig welke heer is dat maar men zal moeten toegeven, dat het nu toch heel natuurlijk was, dat hij een der beschreven blaadjes papier omkeerde en las. Slechts twee woorden waren het, in het groote, steile schrift van zijn Margot en deze woorden luidden: „Eenig geliefde. Donkerder en donkerder werd Henk Doorman's voorhoofd. Het was hem, alsof er eenige tartende ka bouters neen een heel leger duivels achter hem stonden I Wat beteekende dat? eens is. Met artikel 2 is het anders. Het luidt: Inrichting en werking van het Staatsbestuur behooren onafhankelijk te zijn van eiken invloed van kerkelijke leerstellingen. Hiermede kan niet iedereen 'het eens zijn. De vrij liberalen zijn van meening, dat de ordonnantiën Gods niet de hoofdfactor van den staat zijn. Er zijn er velen, die den godsdienst net zoo hoog stellen als wie ook, maar zij zijn van meening dat men goed en eerlijk kan regeereif, ieder vrij latend in zijn overtuiging, zonder dat men de kerk in het staatsbestuur mengt. De kerk hoort niet thuis in de landsregeering. Er bestaat evenwel een nauw aaneen gesloten rechterzijde of ze het altijd eens zijn betwijfelt spreker, maar ze was- schen huil vuil goed in familie die als een aaneen gesloten phalanx opkomen. Bij de linkerzijde is dit niet het geval. Er zijn daar zulke uiteenloopende ver schillen van denkbeelden, dat het noodzakelijk is, dat zij zich in fracties verdeelen, die niet altijd samen gaan, ook niet bij de stembus gelijk ook hier in het district Alkmaar weer is gebleken, waar twee candi daten van de linkerzijde zijn gesteld. Het verschil tusschen de fracties is al dadelijk neer- gelegd in artikel 8 van het program der vrij-liberalen. Als waarborg voor de onpartijdige behartiging der onderscheidene volksbelangen naar mate van hun ne beteekenis voor de gemeenschap, behooren de Sta ten-Generaal te .bestaan uit twee Kamers, op verschil lende wijze verkozen en met zoodanige grondwettelijke bevoegdheden bekleed, dat aan beide nagenoeg gelijk invloed op de wetgeving zij verzekerd. Is aan die eischen voldaan, dan kan het kiesrecht voor de Tweede Kamer worden verleend aan de manne lijke Nederlanders, wien de geschiktheid tot uitoefe ning niet op grond van persoonlijke hoedanigheden of omstandigheden moet worden ontzegd en aan die vrouwelijke Nederlanders, welke aan te bepalen ver- eischten beantwoorden. Onder persoonlijke hoedanig heden of omstandigheden zijn bij elke kiesrechtregeling te rekenen gebrek aan stoffelijke onafhankelijkheid en verwaarloozing van de verplichtingen jegens den Staat, met name het niet voldoen van verschuldigde belastingen. Ziehier een groot punt van verschil tusschen vele der liberalen en der democraten, hetzij sociaal- hetzij vrijzinnig-democraten. Onder de uiterste linkervleugel der liberalen worden ook reeds gevonden die, met het oog iip liet zich op een rooder terrein bevinden, de leu ze algemeen kiesrecht voor iedereen op den voorgrond stellen. De vrij-liberalen willen het kiesrecht zoo uit gebreid mogelijk zien, d. w. z. dat zij, die het uitoefe nen eenige bewijzen van geschiktheid moeten geven, maar geen kiesrecht voor hen, die niets bijdragen tot instandhouding der staatsmachine. Spreker vergelijkt den staat met een groot gezin, bestaande uit een vader met veel zoons. De vader vn dient, er zijn ook zoons, die voor de huishouding bijdragen, maar ook, die niets verdienen. Een recht geaard vader overlegt met zijn zoons, welke staat ge voerd kan worden. Maar aan de zoons, die niet ver dienen, zal hij geen stem in den familieraad geven. Tot op zekere hoogte is het 't zelfde in den staat. Wil men medezeggingschap hebben, dan is een eerste vereisehte dat men, hetzij ook weinig, bijdraagt. Maar er zijn zoovelen, in de groote steden, die meer verdienen dan zij, die zware lasten betalen, maar geen belasting betalers zijn en die schreeuwen het hardst om alge- nn en kiesrecht. Bevat de leuze om algemeen kies- re<hl waarheid? Is de drang zoo groot? De algemeene vergadering van hedenavond bewijst het. Ook spreker Een ontzettende ontdekkingDaar had hij nu ein delijk een bewijs voor de verdenking, die hij reeds zoo lang had, n.l. dat Margot hem bedroog. O, en hoe zij steeds over zijn „zoo onbegrensde jaloe zie" geklaagd had! Hoe dikwijls hem verklaard, dat slechts een wantrouwend meusch jaloersch kan zijn. En hij had zich bedwongen (tenminste dat meende hij) en haar niets meer laten merken van zijn kleine zwakheid in 't bijzonder niet sinds die akelige Tine in de villa aan den overkant woonde. Want die nare vriendin had zulk een fijn ironisch lachje voor hem gehad lieve hemel, hoe zou men ook van zulk een uitgedroogde oude jongejuffrouw veel lie felijkheid kunnen verwachten En nu nu hield hij het bewijs in handen wie was deze: „eenig geliefde?" Wel drommeH, waarom moest het papier ook juist verscheurd worden op de plaats, waar de naam van den ellendeling had gestaan? Zonder zich om zijn waardigheid te bekommeren, boog Henk zich over de kachel heen en roerde de asch om. Daar scheen nog een klein stukje papier te liggen, dat niet verbrand washij blies erin en deecl tegelij kertijd een stap achteruit, want de asch had de vrijheid hem in het gezicht te vliegen. Nee, er was niets meer uit te herkennen. Maar was dit blaadje niet genoeg?Mijnheer Doorman nam het papiertje op en hield hét dicht' bij de lamp. Er was geen twijfel mogelijk, dit was het dikke doffe postpa pier, dat Morgot gebruikte hij had het haar zelf cadeau gedaan. En het was haar hand, die er op ge schreven had: „Eenig geliefde." Het voorhoofd van den lezer geleek thans een don derwolk. Had hij het niet altijd beweerd, dat vrouwen- trouw niet bestaat Natuurlijk had hij dat eigenlijk niet zoo ernstig gemeend, neen integendeel. Een beetje plagerij was daar bij geweest, het kon geen kwaad als Margot en haar vriendin dachten, dat hij vroeger zoo'n drommel was geweest, die het vrouwelijke geslacht door en door bestudeerd had en zijn wantrouwende meening aan de ze grondige ervaring te danken had. is als de voorzitter, teleurgesteld. Er zijn evenveel vertegenwoordigers Van de pers, als kiezers uit de Heer-Hugowaard. Is algemeen'kiesrecht noodig? Zij, die het kiesrecht ten platte lande niet hebben, willen het niet hebben. Wat kost het een moeite om hen, die kiezers kunnen zijn, te bewegen zich op te geven ter secretarie! Zij m< eten met groote overredingskracht bepraat worden. En dan wordt er geroepen: het volk snakt zoo naar algemeen kiesrecht Sprekers vaste overtuiging is dat het geroep om al gemeen kiesrecht, afkomstig is van volksleiders, om in de groote steden de massa zonder belastingbetalen tot kiezers te maken en dan gekozen te worden. Tegen liet vrouwen-kiesrecht heeft spreker geen be zwaar. Hij wil het kiesrecht niet geven aan iedere vr /uw, maar aan haar, die de geschiktheid hebben. Er zijn duizenden kiezers, die niet in staat zijn te kiezen, en er zijn vrouwen, die uitstekend op de hoogte zijn. Spr( ker herinnert aan een aardig feit. Indertijd toen ae naam van den eandidaat nog ingevuld moest wor den, kwam er een kiezer, die niet eens wist aan wel ken kant de naam gezet moest worden, en die zijn ean didaat liet bepalen door het lot, door een briefje te trekken uit den boezelaar van zijn vrouw! Eén voorwaarde willen de vrij-liberalen stellen aan het kiesrecht: dat er twee Kamers zijn, op verschillende wijzen gekozen en nagenoeg met dezelfde macht. De democraten willen liefst de Eerste Kamer afschaffen, de vrij-liberalen willen de Eerste Kamer de bevoegdheid gevén te voorkomen, dat de Tweede Ka mer dwaasheden tot stand brengt, waardoor het belang van het land niet wordt bevorderd. Het vierde artikel luidt: De wetgeving strekke tot verheffing van het stoffelijk, geestelijk en zedelijk peil van het geheele volk. Bij de wetgeving, die meer in het bijzonder gericht is op economische versterking van de zwakkeren in de samenleving, worde bovenal gestreefd naar ontwikke ling en verhooging van zelfstandige kracht. De Staat trede door ambtenaarsbemoeiing en straf bepaling eerst dan dwingend op, wanneer persoonlijk initiatief en vrije samenwerking voor de behartiging van eenig algemeen belang op den duur zouden te kort schieten. Hulp, welke het gevoel van persoonlijke verantwoor delijkheid van den burger voor zich en zijn gezin ver zwakt, vinde, op het gebied van het armwezen, van overheidswege geenerlei aanmoediging. Omtrent de eerste alinea zijn allen het eens. Maar het verschil komt op den voorgrond bij de derde ali nea. Vrij-liberalen zijn liberaal, maar zij hebben de vrijheid lief boven al. De vrijheid in zijn meest uitge- breiden zin is, dat ieder kan doen en laten wat hij wil. In een geordende samenleving is dit in het onbepaalde niet mogelijk. Bij een groot deel der linkerzijde komt meer en meer de eisch alles te laten doen door den staat, zoo min mogelijk het persoonlijk initatief toe te laten. De vrij-liberalen hebben bezwaar tegen het drij ven der .sociaal-democraten, die alles willen hebben van den staat (staats-exploitatie van alles, staats-be- moeiïng, in alles, waardoor een leger van ambtenaren ontstaat en de menschen in hun beweging worden be lemmerd) en der vrijzinnig democraten. Kratèn, dat macht hebben beteekent, geeft dit reeds aan. Liet men de democraten hun gang gaan, dan zouden de bureau craten de macht hebben. Daarvoor zijn de vrij-liberalen bang. Zij houden niet van kratessen, menschen die alles te zeggen willen hebben. Zij willen alleen in onver mijdelijke gevallen den staat handelend en voorkomend laten optreden, maar overigens het vrije initiatief laten Maar zijn Margot wie had dat gedacht! Zij schreef brieven aan een ander gaf hem een lief naampje o, het was verschrikkelijk. Een lachje stoorde Henk in zijn gepeins. Margot stond en négligéc in de keukendeur en keek hem aan. „Wat nu, mannie? Zeg, wal doe je hier? Je maakt een verschrikkelijk lawaai, wou je nog een warm slaap drankje maken? Maar dat is niet noodig hoor, ik heb alles al klaar gezet in de eetkamer, kokend water, den theeketel en rum. Eigenlijk moest je niet meer drin ken na zoo'n lange vergadering. Maar ik ken je zwak heden en heb dus Verbaasd hield ze op. Henk had haar een boozen blik toegeworpen en snauwde baar haast toe, toen hij zei „Dankje. Ik heb je naehtdronk niet noodig!" „Je zegt? Maar wat is er Henk? En waarom zeg je me geen goeden avond? Wat doe je vreemd!" Hij keek haar aan, zag hoe vriendelijk haar gezichtje boven het fijne kantwerk lachte en zooals reeds zoo dikwijls, voelde hij zijn wantrouwen verdwijnen. Wie weet, misschien was toeh dit papiertje het was im mers niet zeker of op die plaats juist het bovenschrift gestaan had. In elk geval 'moest Margot nu nog niets merken was zij schuldig, dan zou ze wel doorgaan met het afschuwelijke spel, totdat hij haar voorgoed kon ontmaskeren; was zij daarentegen onschuldig, dan mocht zij heelemaal niet merken hoe de jaloezie hem weer te pakken had gehad. „Was je vandaag alleen?" vroeg hij reeds een beetje vriendelijker, terwijl hij met haar naar de gezellige eetkamer ging. „Ja, natuurlijk. Er komt haast niemand hier, zoo als je weet. Alleen Tine is hier geweest. Ik heb wat zitten haken en een paar brieven geschreven." Zij lachte en hij lachte mee. Dat was eigenlijk zeer karakterloos van hem, maar hij kon er niets aan ver anderen. Den volgenden morgen ging hij vroeger dan anders uit en zeide dat hij later zou terugkomen. Natuurlijk zou hij heel vroeg weer thuis zijnmen kon niet gelden. Over artikel vijf bestaat geen verschil aan de linker zijde. Immers het zegt De Staat bevordere den bloei van handel, nij verheid en landbouw ter verhooging van de economi sche kracht van het volk: door handhaving van het vrijhandelsstelsel; door het verstrekken of steunen van handels-, am- bachts-, vak- en landbouwonderwijs; door bevordering van een, zooveel mogelijk allen dee- len van het land ten goede komend, snel en goedkoop verkeer. W*t inzonderheid de nijverheid betreft: door het opleggen van lasten en belemmeringen, welke wegens hoogere belangen noodzakelijk zijn, in het oog te houden, dat vrijheid van beweging levens voorwaarde is voor haar ontwikkeling zoowel in het binnenlandsch verkeer als bij de mededinging op de buitenlandsche markt; Wat inzonderheid den landbouw betreft: door medewerking en steun te verleenen aan het streven naar verbetering van aard, hoeveelheid en af zet der voortbrengselen van den nationalen bodem en door de economische zelfstandigheid en welvaart van boerenstand en plattelandsbevolking te helpen verzeke ren. Groot is ten dezen aanzien het verschil tusschen rechts en links. Rechts wil beschermende maatregelen voor handel en industrie. Spreker vreest dat de rech terzijde bij deze verkiezingen de baas zal worden en dat acht hij het grootste gevaar om deze reden. Ons land is een land van handel en landbouwers, gaat dit zijn vrije ruilverkeer belemmeren door hooge rechten, dan wordt daardoor aan de welvaart een groot nadeel toegebracht. Ook ten aanzien van de nijverheid is er verschil tus schen demoeraten en vrij-liberalen. De democraten zouden in hun welgemeende liefde voor den werkman het den industrieel onmogelijk ma ken te werken. De industriëel moet baas zijn in zijn fabriek. Zeker er moeten maatregelen genomen wor den voor bescherming, maar men moet hiermede niet te ver gaan, en in het oog houden, dat de vrije bewe ging een levensvoorwaarde is. Het is een eigenaardig verschijnsel, dat zeer velen op landbouwgebied euvel gaan aan den wil, alles te plukken uit de staatsruif. Men wil voor alles subsidies. Bij het laatste begrootingsdebat is zoo juist gezegd, dat er geld moet beschikbaar worden gesteld voor deaf- deeling landbouw en de gelden worden steeds groo- ter en onder de bekwame leiding van den bekwamen directeur-generaal uitstekend besteed, spreker consta teert het met genoegen maar men moet niet maar steeds meer subsidies geven. Ten aanzien van het onderwijs, stellen de vrij-libe ralen openbaar onderwijs als hoofdzaak. Het aantal voorstanders van bijzonder onderwijs neemt toe en he laas zijn vele onderwijzers bij het openbare onderwijs daaraan schuld. De staat mag eischen, dat niet van de persoonlijke overtuiging des onderwijzers wordt mis bruik gemaakt op de school. Er zijn een massa onder wijzers die kinderen van andersdenkenden, ook van on verdacht liberalen, van de school hebben doen verdwij nen, door hetgeen zij zeiden of leerden. Toch wordt door de liberalen de openbare school als eisch gesteld en men zal zich met kracht blijven verzetten tegen het plukken van de staatskas ten bate van bet bijzonder onderwijs. Een onverbiddellijke eisch is bovendien, dat de voorwaarden voor beider onderwijs dezelfde zijn. Ge schiedt dit niet dan krijgt men gesubsidieerde scho len, waar niet wordt gegeven, wat geëischt kan worden, gelijk helaas nu ook weer bij het middelbaar onderwijs weten.Toen hij om vijf uur heel zachtjes de gang binnenstapte, was zijn vrouwtje niet thuis; haar hoed en haar lichte mantel zocht hij tevergeeft aan den kap stok. Het dienstmeisje lachte, naar het hem toescheen, verlegen, toen hij vroeg of ze ook wist, waar mevrouw was. „Dat weet ik niet", antwoordde het meisje, „maar mevrouw zei, dat mijnheer stellig niet vroeg thuis zou komen." „Aha", dacht de jaloersehe echtgenoot, „precies zoo als ik het me voorstelde. Nu zullen we eens zien of we meerdere draden in handen kunnen krijgen." In de salon stond haar schrijfbureau. Een stille kracht scheen hem er heen te trekken. ,,'t Is een gemeenheid van me", mompelde hij, „maar de vrouw brengt je er toe. Voor 't eerst van mijn le ven zal ik nu spionneeren. Maar het moet 1- klaarheid en waarheid iu de eerste plaats!" En allereerst woelde hij met zijn vingers in Mar- got's easette en vond niets dan een blad vloeipapier, waarop eenige regels stonden. Met dit blad papier in de hand ging Henk voor den spiegel staan -hij wilde de regels ontcijferen, hopend daardoor zekerheijl te krijgen. En daar was de waarheid, zwart op wit, in spiegel schrift. Duidelijk las hij „Dat die goeie Henk een man is, die zijn vrouw niet verdient, weet ik al lang. Daarop volgde nog iets onleesbaars en ten slotte vond hij een naam: Eduard. Ja, er stond zelfs „liefste Eduard." Inwendig kokend, uiterlijk zoo bleek als het witte papier, borg hij het vloei in zijn portefeuille en zette toen zijn onaangenaam werk voort. Hij opende een lade van het bureau en vond allereerst een sierlijk borduurwerk met zijn monogram, maar daaronder lag weder een belangwekkende brief, geschreven met on bekende hand. Het. leek een echte zakenbrief, want hij las: „Tot mijn spijt kan ik je over het gewenschte voor werp geen nadere inlichtingen geven het kost on geveer twee duizend gulden. Ik vind dat die droge

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1909 | | pagina 9