DAGBLAD VOOR ALKMAAR EN OMSTREKEN.
Feuilleton.
DINSDAG
A\N MIJ DE WRAKE.
BINNENLAND.
No. 119
Honderd en elfde j&ftrgang
1909
Deze Courant wordt eiken avond, behalve op Zon- en
Feestdagen, uitgegeven. Abonnementsprijs per 3 maanden
voor Alkmaar i 0,80; franco door het geheele Rijk f 1,
Wonderlijke nummers 3 Cents.
Prijs der gewone ad verten tien:
Per regel f 0,10. Bij groote contracten rabat. Groote
letters naar plaatsruimte.
Brieven franco aan de N. V. Boek- en Handelsdrukkerij
v/h. HERMs. COSTER ZOON, Voordam C 9.
25 MEI
Arbeiderstuinen.
Telefoonnummer
H. M. de Koningin moeder.
Bezoek aan onze havens.
Tweede Kamer-verkiezingen.
Misdrijf tegen de veiligheid van den Staat
Grootejmanoeuvres.
Alweer een slachtoffer.
De journa'istea-chansonniers.
Door het qpweer gedood.
Na 17 jaar.
COURANT.
Dank zij hot energieke optreden van het gemeente
bestuur van Schiedam, dat over de vele geopperde be
zwaren heenstapte, is Schiedam niet achtergebleven in
de beweging voor arbeiderstuinen, welke in de laatste
jaren in alle landen is toegenomen en waardoor men
den arbeiders in staat wil stellen hun levensstandaard
te verhoogen, hun arbeidsvermogen te vermeerderen en
aan lnin zwaar en moeitevol leven wat meer poëzie bij
te zetten.
De mooie resultaten ten dezen opzichte in het
buitenland, met name in Engeland en Duitschland.
verkregen, lokten aan, en in ons land was het hoofd
zakelijk de Maatschappij tot Nut van 't Algemeen en
eonige corporaties en particulieren, die er het initia
lief toe namen. Zonder uitzondering zag men zijn lof
felijk pogen met succes bekroond. Door gemeentebestu
ren zelf werd evenwel tot nog toe niets dergelijks in
dezen ondernomenaan Schiedam derhalve de eer, de
eerste te zijn, wier gemeentebestuur zelf op dezen
veel voor de toekomst belovenden weg voorgaat.
Eu reeds nu, nadat nog geen twee maanden zijn ver-
loopen, dat de arbeiderstuintjes zijn uitgegeven, blijkt
dat deze eerste proefneming de we mogen wel zeg
gen niet al te hoog gespannen verwachtingen zeer
zeker zal overtreffen. Geschied is dit reeds wat betreft
den grond en de animo voor een dergelijken tuin onder
de werklieden.
Nog niet lang geleden was het opgespoten
terrein tussclien de Oude en Nieuwe Spuitha-
ven in 38 tuintjes verdeeld. Zes en twintig gegadigden
meldden zich direct daarvoor aan, zoodat de vrees, dat
niet voldoende liefhebbers zich zouden voordoen, waar
door het mooie plan reeds in den aanvang in het wa
ter zou vallen, geheel ongegrond bleek. Aan deze ar
beiders werden bij loting 26 perceelen aangewezen,
welke ieder met het naambordje van den huurder prij
ken, terwijl de overige aan tuinlieden werden verhuurd.
Voor elk dezer 26 perceelen, elk 9001200 M2. groot,
moet de werkman een jaarlijksche huur van 4 beta
len, wat heel weinig is in vergelijking met de aan par
ticulieren verhuurde opgespoten gronden van dezelfde
samenstelling, welke aan den Vlaardingschen dijk zijn
gelegen, waarhij voor een dergelijke lap grond gemid
deld een huur van ongeveer 12 gevraagd wordt.
De tuintjes zijn, zooals gezegd, nu ruim 1V2 maand
in bewerking en in enkele wordt door de handigste
menschen reeds spinazie, radijs en dergelijke geoogst,
terwijl in alle de aardappels, die het voornaamste pro
duct vormen, flink beginnen uit te loopen, evenals
hier en daar de groote boonen en andere tuingewassen.
De nieuwbakken tuiniers zijn over 't algemeen dan ook
tevreden met de tot nu toe verkregen resultaten. Het
weer is hun tot nog toe gunstig geweest en de grond
blijkt te bestaan uit goede rivierklei, die op den duur
nog beter zal worden, wanneer hij meer bewerkt wordt
en nog meer uitdroogt. De opgespoten grond is n.l.
cenige voeten dieper nog één slijkmassa, en de bewerk
te grond daarboven vormt slechts een korst, welke door
een goede bewerking en langzamerhand door uitdro
ging de voor planten grqei zoo gewenschte losheid
krijgt.
Wel zijn hier en daar perceelen, waar de klei wat
meer met zand is vermengd, doch ook hier valt met
wat meer inspanning volgens deskundigen aan goede
resultaten niet te twijfelen. Daarbij komt nog, dat on
der de bewerkers er verschillenden zijn evenwel lang
niet allen die van buiten komen en eenige kennis
van tuinbouw hebben. Hun voorbeeld, de ervaring en
door
BARONES ORCZIJ.
Schrijfster van „de Eoode Pimpernel."
Naar het Engelsch.
30,
Zij zweeg; op een kleinen afstand van Déroulède
staande reikte zij hem het papiertje toe, dat zij tot nu
toe in haar hand geklemd had gehouden.
Déroulede was op het punt het aan te nemen maar
daar viel zijn oog op Juliette.
Zij zeide niets, zij was opgestaan en stond in een
ondeelbaar oogenblik naast Anne Mie.
Dit alles gebeurde sneller dan ik het kan mededee-
len; er heerschte doodsche stilte in de kamer: Déroulè
de had schuldbewustzijn gelezen op het gelaat van Ju
liette.
liet was niets dan een ingeving, een plotselinge, een
vreeselijke, onverklaarbare openbaring. Plotseling
scheen zij voor hem te staan in al haar ellende, in al
haar zonde.
liet was of er vuur uit den hemel was nedergedaald
en met zijn verwoestende vlammen zijn idealen, zijn
geluk en haar goddelijkheid plotseling had vernietigd.
Zij was verdwenen. Zijn madonna had opgehouden te
bestaan.
Daar stond voor hem een schoonc vrouw, over wier
hoofd hij al (le schatten van zijn liefde had uitgestort,
die hij had bijgestaan en beschermd, die hij had opge
nomen in zijn huis, en die hem op deze wijze betaalde.
Zij had zich een toegang weten te verschaffen tot
zijn huis, zij had hem heimelijk bespied, achtervolgd en
hem voorgelogen. Het was alles te plotseling, te snel
in zijn werk gegaan. Alles was te verschrikkelijk, dan
•lal hij zelfs in de verste verte kon gissen welke haar
bedoelingen waren. Zijn geheele leven, het verleden,
liet tegenwoordige en de toekomst; alles werd uitge-
wischt. Zijn schoonste droom was in rook vervlogen.
de verbetering van den grond zullen het hunne er toe
bijdragen om de Volgende jaren nog gunstiger resulta
ten te behalen.
Dat de proefneming zal mislukken, schijnt dus ge
heel uitgesloten. Integendeel, er melden zich reeds
meer liefhebbers aan voor dergelijke tuintjes, en wan
neer alles zoo goed gaat als het zich laat aanzien, dan
zullen wellicht door de gemeente nog andere terreinen
voor dit doel beschikbaar worden gesteld. Misschien,
dat we hier dan ook nog eens zoover komen als in het
land der werkmanstuinen, Engeland, waar in 1890
reeds bijna een half millioen dergelijke tuinen werden
geteld, die menigen werkman in staat stelden om in
tijden van groote slapte in zijn vak, het hoofd boven
water te 'houden.
H. M de Koningin.
Zondagmiddag bracht 11. M. de Koningin per rijtuig,
vergezeld van een hofdame, een bezoek aan H. M. de
Koningin-Moeder jn haar paleis in het Voorhout.
Daarna deed Hare Majesteit met Koningin Emma een
rijtoer door het Haagsche Bosch.
Door de Oranjevereenigiiig, die de leiding heeft
bij de feestviering ter gelegenheid van de komst der
Koninklijke Eamilie op liet Loo, is het verzoek gericht
aan H. M. de Koningin, te Apeldoorn te willen af
stappen, ten einde II. M. een feestelijken intocht te
bereiden. H. M. heeft te kennen gegeven liever door te
gaan per trein tot het Paleis Het Loo en nader te zul
len bepalen een dag voor feestviering.
II. M. de Koningin-Moeder is gisterochtend per ge
wonen staatsspoortrein, waarin zich het salonrijtuig
der Nederl. Centvaalspoorwegmij. bevond, naar Segen-.
hans bij Neuwied vertrokken.
Hare Majesteit denkt aldaar tot a.s. Vrijdag te ver
blijven.
Z. K' H. Prins Hendrik.
Bij Z. K. II. den Prins der Nederlanden bestaat het
voornemen a.s. Vrijdag per auto Weesp te bezoeken,
ten einde daar de Koninklijke Van Houten's Cacaofa
brieken te bezichtigen.
Nederland en Venezuela.
Naar de „New-York Herald" uit Willemstad ver
neemt, heeft de regeering van het eiland Curagao aan
Celesteno Castro, den broeder van den Venezolaan-
schen ex-president Cypriano Castro doen weten, dat hij
binnen zes dagen het eiland moet verlaten.
Sinds den 17den Mei vertoeft Celestino Gastro te
Willemstad.
De Braziliaansche regeering heeft een harer ver
dienstelijkste ingenieurs, den heer Olympio de Assis
opgedragen de inrichtingen en organisatie der voor
naamste Europeesche havens te bestudeeren.
De volgende maand wordt hij in Nederland ver
wacht, waar hij de havenwerken van Amsterdam,
IJmuiden en Rotterdam, wellicht ook Dordrecht en
andere havens zal bestudeeren.
In het kiesdistrict Enkhuizen hebben de politieke
partijen candidaat gesteld: de liberalen mr. II. Goe
man Borgesins; de Roomsch-Katholieken en de anti
revolutionairen: den heer J. Oosterbaan; de soeiaal-
1 lij vergat alles behalve haar snood verraad; hij dacht
er zelfs niet aan dat hij eenmaal, langen tijd geleden
haar broeder in een duel had gedood.
Zij deed zelfs geen enkele poging om haar schuld te
verbergen. Een smeekenden blik wierp zij hem toe,
zij vertrouwde op zijn ridderlijkheid, hij zou haar ver
dere schande besparen. Misschien begreep zij dat een
liefde als de zijne, niet ten eenenmale kon sterven.
Hij was steeds vol medelijden geweest voor anderen;
op dat gevoel van medelijden deed zij een laatste be
roep: hij moest haar de vernedering besparen tegenover
Madame Déroulède en Anne Mie.
En hij, nog steeds onder de betoovering van die
oogenblikken_ van zoo straks, toen hij nederknielde aan
haar voeten, hij begreep haar verzoek; een oogenblik
sloot hij de oogen om het stralend vizioen van een rei
ne engel niet meer te zien, de engel die zijn afgod ge
weest was en hij richtte kalm het woord tot Anne Mie.
„Geef mij dat papiertje Anne Mie" zeide hij op koe
len toon. „Misschien ken ik het schirft van mijn bit-
tersten vijand."
„Dat is niet meer noodig", antwoordde Anne Mie,
met de oogen nog steeds op het gelaat van Juliette
gevestigd; zij ook had daarop gelezen wat zij wensehte
te weten. Het papiertje viel uit haar hand. Déroulède
bukte en raapte het op. Hij streek het glad en zag
dat het een wit papiertje was; er stond niets op.
„Er staat niets op dat papiertje", zeide hij.
„Keen", antwoordde zij, „niets anders dan de ge
schiedenis van haar verraad."
at je gedaan hebt, Anne Mie, is heel boos en
heel slecht."
„Ja, misschien wel, maar ik vermoedde de waar
heid en ik wou zekerheid hebben. God heeft mij dezen
weg aangewezen, Hij heeft mij doen weten wat ik doen
moest en hoe ik u moest overtuigen."
„Ik zou den naam van God hierbij maar niet noe
men, Anne Mie. Wil je naar mijn moeder gaan? Zij
is niet wel en voelt zich zwak."
Stilzwijgend had Madame Déroulède in haar arm
stoel gezeten, dit tooneel bijgewoond, maar het was of
zij er geen deel aan had genomen en of het buiten haar
democratische arbeiderspartijden heer J. G. van
Kuykhof en de christen-democraten: den heer A. P.
Staalman. Naar alle waarschijnlijkheid zullen de bei
de eerstgenoemde candidaten in herstemming komen.
GEMENG.J NIEUWS.
Ned. Herv. Keik
Bedankt voor het beroep te Venhuizen door ds. K.
II. Riepma te Pingjum.
Auto-ongel uk ken.
Zondagavond passeerde de Gooische stoomtram
van Laren naar Amsterdam, tusschen Naarden en
Ilakkelaarsbiug de op den weg staande automobiel van
den heer L. L. uit Amsterdam. De conducteur, die op
de treeplank stond, werd door de auto gegrepen en
ernstig gewond tegen de straat geworpen.
Zondagmiddag omstreeks kwart voor twaalven
reed de heer M. D. te Rotterdam met een automobiel
aldaar. Toen hij wilde uitwijken voor een melkwagen,
*eed de auto hét trottoir op. Daar passeerde juist de
60-jarige dienstbode M. B., zij viel, sloeg met het hoofd
tegen de straat en werd, ernstig verwond, in bewuste-
loozen toestand naar het ziekenhuis vervoerd, alwaar
zij twee uren later overleed.
Meningitis.
Gisteren heeft zich te Rotterdam bij een vierjarig
kind een geval van meningitis cerebospinalis voorge
daan.
Een rumoerige vergadering
Zaterdagavond trad de heer Z. Gulden uit Amster
dam te Zuilichem als spreker op om zijn candidatuur
voor de Tweede Kamer (kiesdistrict Druten) te verde
digen. lie. volk was zeer rumoerig en dreigde met
messen. Slecht door bescherming van den wethouder
H. en diens zonen konden de heer G. en zijn partijge-
nooten het doip ongehinderd verlaten.
Den auditeur-militair bij den krijgsraad te Haarlem
zijn op het door hem gedane verzoek door het ministe
rie van buitenlandsche zaken de twee brieven toegezon
den, waarin de sergeant der genie, thans te Amster
dam gedetineerd, zijn aanbiedingen deed om geheimen
te leveren betreffende onze inundatie.
De daarop door den auditeur genomen conclusie is
thans door dezen opgezonden naar den plaatselijken
commandant van het garnizoen te Amsterdam.
De voorbereidende werkzaamheden voor de groote
manoeuvres, die begin September in de Neder-Betuwe
en in de provincie Utrecht gehouden zullen worden,
zijn begonnen. Ie Ochten hebben eenige eigenaars
van groote boerderijen aangeboden elk 70 a 100 man
schappen in kwartier te nemen.
Een botsingTmet den trein.
Zaterdagmiddag is bij het grensplaatsje Empel de
van Bocholt komende trein in botsing gekomen met
een rijtuig. Den koetsier werden beide beenen afge
reden terwijl het rijtuig werd verbrijzeld.
1. e Renkum is Zondagmiddag een 19-jarig jonge
ling, '1 K. genaamd bij het zwemmen in den Rijn ver
dronken. Zijn lijk werd eenigen tijd daarna opgehaald.
de cabaret „De Kattebel" te Soerabaja beeft haar
omging. Het was of al haar denkvermogen verflauwd
was sedert de 3tem van Merlin haar gewaarschuwd
had dat haar zoon zich in gevaar bevond. De ontdek
king van Juliette's verraad had haar koud gelaten;
haar zoon bevond zich in gevaar; vanwaar dat gevaar
kwam was haar onverschillig.
Anne Mie voldeed aan Deroulede's wensch en begaf
zich naar de oude dame. Het arme, mismaakte kind
voelde reeds de reactie van haar daad. Zij had dit
plan op touw gezet geheel alleen, om de verraadster te
beschamen. Anne Mie wist niets van Juliette's drijf-
eeren, het kon haar ook niets schelen. Maar dit wist
zijeen verschrikkelijke misdaad, aan een Judasver-
raad gelijk, was bedreven tegen den man, het voor-
wei1]) van haar aandoenlijke, hopelooze liefde.
Al de opgekropte jalouzie welke haar nu drie weken
lang had gefolterd, dreef haar aan tot de ontmaske
ring van haar medeminnares.
Geen enkel oogenblik had zij aan Juliette's schuld
getwijfeld. De God der liefde moge blind zijn, dat
had de overlevering immers uitgemaakt, maar de dui
vel der jalouzie heeft honderd oogen, scherper dan die
van een lynx,
Anne Mie was weggeduwd door de soldaten toen
Merlin zich naar Deroulede's kamer begaf; toch volgde
zij ben tot aan de deur. Poen de gordijnen waren open
geschoven en het zonlicht de kamer instroomde, had
zij Juliette uiterlijk kalm en waardig op de kanapé
zien zitten. Bij ingeving, een instinctmatig gevoel,
veroorzaakt door haar ongelukkige liefde, begreep zij
alles wat er in Juliette omging. Haar geheime wen
ken aan Merlin, niets ontging haar. Zij merkte iedere
stembuiging op, zij begreep en hoorde en zag alles. En
temidden van haar schrik en angst voor den man dien
zij liefhad, gevoelde zij en oneindige vreugde bij de
gedachte dat zij dezen afgod van zijn troon kon stoo-
ten, haar, die haar zijn liefde ontstolen had, zou zij op
aarde doen nederdalen.
Anne Mie had geen groot verstand; zij was kinder
lijk en eenvoudig-, van ingewikkelde tegenstrijdige ge
voelens wist zij niets. Haar jalouzie alleen had haar
het listige plan doen vormen, Juliette op deze wijze te
openings-voorstelling gegeven, waar _de bekende jour
nalisten-chansonniers Pisui8se en Blokzijl zich deden
hooren.
Een getrouwd man te Meerlo is Zondag bij het on
weer gedood.
Een geheimzinnig geval.
Het geval van den vermomden man, die Zaterdag
avond zich voor den Ilaagschen politie-inspecteur Ver
dam uitgevende, den heer B. Sander Ezn. te Amster
dam kwam meedeelen, dat in diens bankinstelling in
gebroken zou worden, doch de vlucht nam, toen de po
litie gewaarschuwd werd, en daarop werd gearresteerd,
blijkt zegt de Tel. thans nog geheimzinniger
te zijn dan het aanvankelijk leek.
Bij onderzoek is n.l. gebleken, dat de aangehoudene
•iemand van goede familie en goeden stand is. Zijn
vader heeft een groote houtkooperszaak te Sneek en
ook te Amsterdam heeft hij verschillende familieleden
tot den gezeten burgerstand behoorende. Zelf is hij
reiziger van beroep en verdient als zoodanig 4000
per jaar. nij heeft een vrouw en twee kinderen, en
staat te Velp, waar hij woont, als een gezeten burger
bekend.
Omtrent de beweegredenen, welke hem tot zijn daad
hebben gewend, tast men nog in het duister. Er zijn
nog geen redenen, om aan plannen tot inbraak te ge-
looven. Er werden geen inbrekerswerktuigen op hem
gevonden. En wel werd na de jacht een revolver op
straat gevonden, waarvan hij erkend heeft, dat het de
zijne was, doch hij gaf voor, dat hij sedert een verblijf
in Rusland de gewoonte had,.een revolver bij zich te
dragen.
Tijdens de revolutie heeft hij n.l. een tijd lang voor
de zaak van zijn vader in Rusland gereisd.
Zelf beweert de aangehoudene, dat zijn optreden bij
den heer Sanders alleen een grap is geweest. Hij is
thans ter beschikking van de justitie gesteld.
Men meldt uit Groningen:
In den herfst van het jaar 1892 strandde de kof Aal
tje, kap. Morra van West-Rhauwerderveen, op de
Bosehplaat, ongeveer 150 M. van den westkant. De op
varenden werden, na van Zaterdagmiddag tot Zondag
middag in doodsangst in den mast te hebben doorge
bracht, door gebr. T. en J. Visser van Westnieland ge
red. Het schip met de lading, bestaande uit pannen,
verdween langzamerhand in het zand. Thans, bijna 17
jaar later, is het weer voor den dag gekomen, doordat
de plaat, die aan de westzijde afslaat en aan de oost
zijde aangroeit, zich naar 't oosten heeft geplaatst.
Rottum ondergaat een dergelijke verplaatsing. De gebr.
isser, indertijd door aankoop eigenaar van wrak en
lading geworden, zullen trachten hun eigendom te
bergen.
Een nieuw krankzinnigengesticht.
Begunstigd door prachtig zomerweder had gister
morgen de plechtige opening plaat3 van het Centraal
Israëlietisch Krankzinnigengesticht, in het Apeldoorn-
sche bosch gelegen aan den Zutphenschen straatweg.
In 1907 werd de eerste steen voor de stichting gelegd,
die zal plaats bieden aan 300 patiënten. De talrijke
gebouwen, waaronder een omvangrijk administratiege
bouw, mannen- en vrouwenpaviljoenen, een synagoge,
directeurswoning, zijn als 't ware gegroepeerd om een
breed park. Het geheele terrein is ruim 33 heet. groot.
Voor de plechtigheid aanving werden de hoofdgebou
wen bezichtigd door den minister, den commissaris der
Koningin in Noordholland en enkele andere heeren.
ontmaskeren. Zij wilde het jonge meisje vrees en
angst aanjagen, haar dreigen dat alles ontdekt zou
worden, haar beschamen in tegenwoordigheid van
Paul Déroulède. En nu was dat alles geschied; zij
had haar geheele plan ten uitvoer gebracht. Paul wist
dat hij zijn liefde aan een onwaardige had geschon
ken, aan een leugenaarster en een verraadster, en Ju
liette stond voor haar, doodsbleek, vernederd, een
toonbeeld van ellende en schaamte.
Anne Mie had gezegevierd; toch voelde zij zich diep
ongelukkig in haar zegepraal. Het was of haar hart
werd vaneen gereten. Zij had Paul's afgod van zijn
voetstuk gerukt, maar één blik op zijn gelaat zeide
haar, dat zij ook zijn leven voorgoed had ongelukkig
gemaakt. Het was of hij een oude man was geworden.
De ernstige blik was uit zijn oogen verdwenen; spra
keloos staarde hij voor zich uit, het witte stukje pa
pier, dat het middel was geweest om zijn droom te ver
nietigen, zenuwachtig verfrommelend in zijn vingers.
De energie, waarvan zijn geheele wezen getuigd had,
alle kracht die hem steeds kenmerkte, scheen verdwe
nen te wezen. Onverschilligheid, wanhoop, lusteloos
heid was alles wat er in hem was overgebleven.
„Mat had hij haar lief! zeide Anne Mie zuchtende
in zich zelve, terwijl zij de sjaal om Madame Dérou-
lède's schouders legde.
Juliette had geen enkel woord gesprokenalle leven
scheen uit haar geweken. Zij was niet meer dan een
beeld, haar geest was dof, haar hart dood, haar leven
een werktuigelijk bestaan. Maar zij zag op tot Dérou
lède. Dit eene zintuig leefde nog: haar gezicht.
Zij keek hem voortdurend aan en zij nam ieder voor
bijgaand teekeu van zielelijden op zijn aangezicht
waar; den blik van begrijpen van haar schuld, de ont
steltenis bij de vreeselijke ontdekking en nu die af
schuwelijke doodelijke ledigheid en eenzaamheid van
zijn ziel.
Wordt vervolgt.