DAGBLAD VOOR ALKMAAR EN OMSTREKEN
No. 156
Honderd en elfde {aargang*
1909.
DONDERDAG
8 JULI.
Nationale Militie.
Hinderwet.
BINNENLAND.
Deze Courant wordt eikei» avond» behalve op Zon- en
feestdagen uitgegeven.. Abonnementsprijs per 3 maanden
voor P ikmaar f QMk franco door het geheele Rijk f 1,
M aderlijke nummers 3 Cents,
1 Vijs der gewone advertentiën:
Per regel f 0,10, Bij groote .contracten rabat Oroote
letters naar plaatsruimte.
Brieven franco aan de NL V. Boek- en Handelsdrukkerij
v/h, HERMs, COSTER ZOON, Voordam C 9.
Oproeping Onderzoek Verlofgangers.
fQlisfo&'s-msnmm
Hofberichten.
RECHTZAKEN.
Arrondlssemeuls Rechtbank te Alkmaar.
COURANT
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van ALK
MAAR roepen bij deze op de verlofgangers van de mi
litie te land, GERRIT OORNELIS ALDERS en WIL
LEM SLAGTER, om zich ter bijwoning' van liet onder
zoek bedoeld in art. 130 der Militiewet 1901, op DON
DERDAG 22 JULI a.s. tusschen 10 en 12 ure voor
middags te laten vinden ten huize van den Militiecom
missaris alhier (Metiüsgracht No. 9), g-eldeed in uni
form en voorzien van al de door ben van het korps
medegebrachte kleeding- en uitrustingstukken, bene
vens zakboekje en verlofpas.
Den verlofgangers wordt daarbij herinnerd aan de
navolgende bepalingen der Militiewet 1901.
Art. 117. Het Crimineel Wetboek en het reglement
van krijgstucht voor liet krijgsvolk te lande zijn op
de manschappen der militie te land, die zich onder de
wapenen bevinden, van toepassing, en met opzicht tot
de verschillende gevallen van desertie, op al de bij de
militie te land ingelijfden.
De manschappen worden geacht onder de wapenen
te zijn:
lo. zoo lang zij zich bij hun korps bevinden;
2o. gedurende den tijd, dien het in art. 125 bedoeld
onderzoek duurt;
3o. in het algemeen, wanneer zij in uniform zijn
gekleed.
Art. 127. Do verlofganger verschijnt bij het onder
zoek in uniform gekleed, en voorzien van de kleeding
en uitrustingstukken, hem hij zijn vertrek met verlof
medegegeven, van zijn zakboekje en van zijn verlofpas.
Art. 128. Behoudens het bepaalde in art. 117 kan
een arrest van twee tot zes dagen, te ondergaan in de
naastbij gelegen provoost of het naastbij zijnde huis
van bewaring door den militie-commissaris worden op-
g'elegd aan den verlofganger
lo. die zonder geldige reden niet bij het onderzoek
verschijnt.
2o. die, daarbij verschenen zijnde, zonder geldige
reden niet voorzien is van de in het voorgaand
artikel vermelde voorwerpen;
3o. wiens kleeding- of uitrustingstukken, bij het
onderzoek niet in voldoenden staat worden be
vonden
4o. die kleeding- of uitrustingstukken aan een
ander behoorende, als de zijpe vertoont.
Art. 130. Onverminderd de straf, in art. 128 ver
meld, is de verlofganger verplicht, op den daartoe
door den militie-commissaris te bepalen tijd en plaats,
en op de in art. 129 voorgeschreven wijze, voor hem
te verschijnen om te worden onderzocht.
Art. 131. De verlofganger, die zich bij herhaling
schuldig maakt aan het feit, subs 4o. van art. 128 be
doeld, of niet overeenkomstig' art. 130 voor den mili
tie-commissaris verschijnt, of aldaar verschenen zijnde,
in het geval verkeert sub 2o. en 3o. van art. 128 ver
meld, wordt in werkelijken dienst geroepen en daarin
gedurende ten hoogste drie maanden gehouden. De
duur van dezen dienst wordt door den Minister van
Oorlog bepaald.
Art. 133. De.verlofganger der militie, die niet vol
doet aan eene oproeping voor den werkelijken dienst,
wordt als deserteur behandeld.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
G. RIPPING, Voorzitter.
DONATIT, Secretaris.
Alkmaar, 7 Juli 1909.
(Slot).
De 2-jarige cursus van deze school werd gevolgd
door 11 leerlingen, waarvan 45 kosteloos.
De avondschool voor handwerklieden werd door 48
leerlingen bezocht, waarvan 39 kosteloos.
In 1908 kwam tot stand de Handelsavondcursus in
hoofdzaak ten dienste van handels- en kantoorbedien
den. Bij de openstelling daarvan begon alleen de eer
ste klasse op 1 December 1908 met 27 mannelijke en 3
vrouwelijke leerling-en.
Aan de Ambachtsschool werd het aantal leervakken
vermeerderd, waardoor een vermeerdering' van locali-
teit noodig was, welke ook werd verkregen.
Bij het bestuur vatte het denkbeeld grond een geheel
nieuw alles omvattend gebouw te stichten, welke ge
dachten echter nog' geen vastén vorm hebben aangeno
men.
Het diploma werd uitgereikt aan 18 timmerlieden,
15 smeden, 3 meubelmakers en 4 schilders.
Aan het toelatings-examen werd deelgenomen door
70 leerlingen, waarvan 63 slaagden, 12 konden wegens
plaatsgebrek niet toegelaten worden.
December J908 bedroeg het getal leerlingen 189, de
subsidie van het Rijk bedroeg 13935, die van de pro
vincie 3000 en die der Gemeente 4200.
De rekening 1908 sluit in ontvangst en uitgaaf met
een bedrag van 2G462.395, de begrooting 1909 ver
moedt een tekort van 1000, n.l. in uitgaaf 28871
en in ontvangst slechts 27871.
Bij de Huishoud- en Industrieschool waren aan het
einde van 1908 ingeschreven 263 leerlingen, n.l. 105
voor de dagschool, 87 voor afzonderlijke cursussen en
61 voor de avondlessen, n.l. 59 uit Alkmaar en 46 uit
andere gemeenten. 42 leerlingen verlieten in 1908 de
school.
De stadsmuziekschool werd bezocht dooi' 20 leerlin
gen, waarvan 5 kosteloos en de muziekschool, opge-
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van ALK
MAAR brengen ter algemeene kennis, dat heden op
de gemeente-secretarie ter visie is gelegd het aan hen
ingediende verzoek niet bijlagen van de N. Y. Gebr.
KLUITMAN's UITGEVERSMAATSCHAPPIJ EN
KUNSTDRUKKERIJ, gevestigd te Alkmaar, om
vergunning tot het uitbreiden van hare kunstdrukkerij
door het bijplaatsen van een gasmotor van 12 P. K.
ter vervanging van den bestaanden van 8 P. K. en
door het inrichten van een zincografische afdeeling,
waarin een dynamo van 220 volt, 191/2 Amp, een gra-
veermacliine en een fraismachme in het perceel Ken-
nemerstraatweg Wijk E No. 55a.
Bezwaren tegen deze uitbreiding kunnen worden
ingediend ten raadhuize dezer gemeente, mondeling, op
WOENSDAG 21 JULI e. k., 's-voormiddags te elf
uur en schriftelijk vóór of op dien tijd. Gedurende-drie
dagen vóór gemelden dag kan de verzoeker en hij, die
bezwaren heeft ingebracht, op de secretarie dezer ge
meente van de terzake ingekomen schrifturen kennis
nomen.
Alkmaar, 7 Juli 1909.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
G. RIPPING, Voorzitter.
DONATII, Secretaris.
Z .K. H. Prins Hendrik vertrok gisterochtend te
9.03 naar Berlijn, vergezeld van zijn adjudant, jhr. v.
Suchtelen van de ITaere.
H. M. de Koningin, vergezeld van freule Sloet V.
Marxveld en baron v. Tuyll van Seróoskerken, was in
rijtuig met vier paarden, bespannen a la Durnont met
voorrijder, naar het station Apeldoorn gereden ter ont
vangst van IT. M. de Koningin-Moeder. De burgemees
ter ontving II. M. in de wachtkamer le klas. Do trein
kwam 12 minuten te laat aan en in dien tijd wandelde
II. M. heen en weer op het le perron. Bij aankomst
van den trein werd de salonwagen afgehaakt en voor
het le perron gereden. H. M. de Koningin-Moeder
was vergezeld van freule v. Ittersum en jhr. Schim-
melpenninck.
Buiten het station was veel publiek, dat H.H. M.M.
hartelijk toejuichte.
H. M. vertrok gisteravond te 8.36 naar Baarn.
Zitting van 6 Juli 1909.
V erduistering.
Johannes B., kaashandelaar, destijds te Zwaag wo
nende, stond terecht dat hij van af het najaar 1908
tot het voorjaar 1909 geld verduisterd had ten nadeele
van Jacob de Waal te Hoom in wiens dienst hij als
provisie-reiziger werkzaam was.
Bekl. had het recht namens de Waal geld te ontvan
gen en te quiteeren en tcekende dan'steeds p. o. Ont
ving hij geld voor de Waal dan moest hij dit direct af
dragen, steeds deed hij dit ook. Echter niet met de be
dragen van 28.125 ontvangen van Zeeman, 9.75
ontvangen van de Groot, 10 ontvangen van Purmer,
42.50 ontvangen van de Haas. Hij betaalde het een
met het ander en het gat werd steeds grooter.
De president vraagt beklaagde of hij had af te dra
gen dadelijk als hij ontving en merkte op dat hij op
't laatst oude posten voldeed met pas ontvangen geld.
De getuige Jacob de Waal, kaashandelaar te IToorn,
richt door de afdeeling Alkmaar van de maatschappij
ter bevordering van Toonkunst door 76, 21 minder dan
verleden jaar.
Het Stedelijk Muziekkorps, bestaande uit 39 leden,
verwisselde van Directeur door het verleenen van eer
vol ontslag op verzoek aan den heer J. M. Otto en de
benoeming als zoodanig van den heer II. A. Maas.
In de lijst der vereenigïngen ter bevordering van
Kunsten én Wetenschappen werd opgenomen de ver-
eeniging tot oprichting en instandhouding van een
openbare leeszaal en boekerij, die den 17 November
werd geopend en van af dien datum tot 31 December
werd bezocht door 195 vrouwen en 3564 mannen.
De algemeene toestand van het armwezen was niet
onbevredigend. De ontvangsten van het Burgerlijk
Armbestuur waren 19109.38r', de uitgaven 17748.265
batig saldo 1361.12.
Direct aan geld werd bedeeld een bedrag van
13327.80 en 4635 brooden en 47000 turven; aan het
stedelijk ziekenhuis werd 1584 'betaald voor verzor
ging van zieken.
ITet aantal weezen behoorende tot het burgerwees
huis bedroeg op 1 Januari 1909 21, waarvan 17 in het
huis werden verpleegd, 8 jongen en 9 meisjes.
Het gedrag en de gezondheidstoestand der weezen
was over 't algemeen goed.
Het college van regenten nam collectief ontslag
naar aanleiding van door den Raad aangenomen motie
in de vergadering van 25 November.
Met leedwezen vermeldt het verslag het overlijden
van de weesmoeder, mej. van der Hilst.
Er werden ultimo December in het R. Cath. wees
huis voor rekening van liet Burger weeshuis verpleegd
12 weezen, waarvoor in 1908 werd betaald 527.80.
Omtrent den landbouw, voor deze gemeente van zoo
weinig beteekenis, vermeldt het verslag niets. Voor
den zuivelbereider was het jaar 1908 beter dan voor
den vetweider. De bloembollenteelt is ook voor deze
gemeente -van weinig beteekenis, de prijzen waren voor
sommige producten minder goed.
De tuinbouw, waarvoor 25 TLA. werden gebezigd
deeldp mede dat beklaagde sinds Augustus 1908 bij
hem in dienst was, dat hij het recht had geld te ont
vangen en te quiteeren, doch dat hij dit geld direct
moest afdragen.
Getuige begon achterdocht te krijgen omtrent de
boekhouding van beklaagde en sprak Zeeman eens
aan die hem steeds prompt betaalde onder mededee-
ling dat er nog 2 posten open stonden. Zeeman ver
klaarde toen aan beklaagde te hebben betaald.
Toen getuige beklaagde hierover onderhield, gaf
deze op, toen hij bemerkte dat er geen ontkomen meer
aan was, dat hij het geld had verloren, wat getuige
niet geloofde.
Bekl. zegt dat hij het geld van Zeeman wel heeft
afgedragen. De president merkt op dat dit kan zijn,
doch dan in den vorm van oude posten.
Beklaagde zegt op een vraag van den president dat
hij nooit boekt, maar alles op een kladje schrijft.
Bekl. houdt vol dat hij het geld heeft verloren.
De getuigen D. Zeeman te Zijpe, L. Groot te
Schoorldam, F. Purmer te Heiloo en D. de Haas te
Zaandam verklaren bekl te kennen en aan hem de
hiervoren genoemde bedragen te hebben betaald en
niets geen kwaads van hem weten.
De getuige a décharge van Dalen verklaarde dat
getuige hem den 29 Maart gezegd heeft dat hij 120
aan bankpapier had verloren. Bekl. had toen gezegd:
't is toch al zoo slecht en nu moet dit er nog bijko
men.
P. Schotvanger, kastelein te Castricum zeide dat
hij in Januari aan bekl. op diens verzoek een porte
feuille leende, die hij nooit terug ontving. Bekl. zeide
dat hij haar had verloren, hij sprak niet over geld.
De officier van justitie hechtte geen geloof aan de
bewering van bekl. dat hij het geld had verloren; hij
moest dit toch in de eerste plaats zijn patroon hebben
verteld, toen hij merkte dat 't mis liep verzon hij het
geld te hebben verloren, alles met elkaar in verband
brengende achtte hij de feiten bewezen.
Bekl. verdiende pl. m. 8 per week en dit was voor
iemand alleen ruim voldoende.
Zijne eisch was 3 maanden gevangenisstraf.
De advocaat van beklaagde, mr. Prins, achtte het
ten laste gelegde niet bewezen en vond in verschillen
de handelingen van bekl. grond in de bewering dat
hij het geld heeft verloren en vraagt vrijspraak.
Diefstal.
Wegens diefstal van een pijpje ter waarde van
slechts 30 ets. stond terecht Arie V., arbeider te Pet
ten.
Bekl. bekende de pijp te hebben weggenomen uit een
doos in de winkel van If. de Boer te Kolhorn, dat hij
dezen niets had vergoed en dat hij later de pijp heeft
weggegooid.
Getuige Klaas de Boer te Kolhorn zegt dat bekl.
bij hem in den winkel kwam dat hij daardoor de schel
ook hoorde gaan en dat hij toen hij in den winkel
kwam, de pijp miste.
De. getuige Jan Langendijk, veldwachter te Barsin-
gerhorn, zegt dat hij het onderzoek bleek dat bekl. de
pijp tusschen zijn kousenband had verstopt en na het
politie-onderzoek de pijp had weggegooid.
De officier eischt onder het in aanmerking nemen
van de omstandigheden 14 dagen gevangenisstraf.
Mishandeling.
Johannes D., die niet was verschenen, Gerrit K. en
Gornelis S. beiden arbeiders te Bovenkarspel, hadden
den 29 Mei bij gelegenheid van de Julianafeesten al
daar Willem Weel, arbeider te Grootebroek met een
biljartqueue mishandeld.
was gunstig, pl. m. 2800 M2. oppervlak plat glas was
in gebruik bij warmoeziers.
Omtrent den handel in vee vermelden wij dat die
in paarden zeer gunstig was, wat de runderen betreft
was deze goed en de prijzen hoog. Veel vee werd er
naar het buitenland, vooral naar Spanje gezonden; de
handel in schapen en lammeren was slecht, de prijzen
waren gedrukt, ook was die in vette en magere var
kens minder goed. De prijzen daarvan waren gedrukt.
In 1908 werd 51920.575 aan marktgelden opge
bracht. De aanvoer van kaas gedurende dat jaar be
droeg 7.818.305 K.G., welke cijfer nog nimmer werd
bereikt.
deed ook wat handel en industrie betreft haar invloed
gelden.
In 1908 werden 97876 stuks vee op de markten aan
gevoerd. De in 1908 alom heexschende werkeloosheid
Het marktwezen nam in 1908 toe. Het aantal fail
lissementen was 19. Het aantal verzonden en ont
vangen telegrammeji was gelijk aan dat van 1907.
In de gemeente werkten 43 gasmotoren en 1 gaskof-
fiebrander.
üp de zaadmarkt werden gewogen 1572 en gemeten
787 mudden, samen 2359 mudden tegen 1725 in 1907.
418 monsters erwten werden op de markt in de be
staande inrichting gekookt.
Op de botermarkt werden aangevoerd 248290 stuk
ken boter van 1/2 K.G.
Aan het telegraafkantoor werden behandeld 77827
telegrammen.
Door den interlocalen telefoondienst werden 31324
gesprekken verzonden.
Door het postkantoor werden ontvangen 716823 ge
frankeerde 2623 ongefrankeerde brieven, 14576 ge
frankeerde en 139 ongefrankeerde stadsbrieven,
568853 enkele briefkaarten, 4621 dubbele briefkaarten,
1.208973 stuks drukwerken a 1/2 cent, 379253 a 1 cent,
920095 ('inslagen, 12452 monsters, 119311 dienstbrie
ven, 34 aangeteekende drukwerken en monsters, 19951
aangeteekende brieven, 3738 met aangegeven waarde
van 1.447.146.7772> 28 binnenlandsche berichten van
Weel getuigde nu dat dit was gekomen omdat hij
K. en D., die bij de herberg van de wed. Duin te Broe
kerhaven ruzie hadden, wilde scheiden, en waarop hij
toen door beklaagden werd mishandeld.
Deze verklaring werd bevestigd door de getuigen
Martha Deen te Broekerhaven en Doede Deen te Bo
venkarspel.
De officier van justitie achtte door deze verklarin
gen het ten laste gelegde bewezen en in aanmerking
nemende dat beklaagde D. en S. reeds vroeger met de
politie kennis maakten, eischte hij tegen dezen 14 da
gen, tegen K. een week gevangenisstraf.
Verzet tegen de politie.
Jan B. te Uitgeest had op den éden Juni in een
dronken toestand een volksoploop verzameld. Toen hij
door den veldwachter Schouten zou worden gearres
teerd, verzette hij zich niet alleen maar gaf Schouten
een klap in 't gezicht en tierde maar „dat hij voor
geen 100 agenten bang was." 't Liep zoo erg dat
Schouten van de gummistok gebruik moest maken.
De beklaagde was niet verschenen, en de veldwach
ter Schouten bevestigde het hierboven in het proces
verbaal genoemde, waarna de officier van justitie te
gen beklaagde, die in het laatste jaar reeds 4 maal
is veroordeeld, een gevangenisstraf van eene maand
eischt.
Beleediging van de Politie.
TIendrik M. en Jacob B. te Alkmaar was ten laste
gelegd dat zij in den nacht van 30 op 31 Mei de agen
ten Stormvogel en van Rooijen hadden beleedigd. Be
klaagden waren niet verschenen.
De agent II. Stoorvogel verklaarde dat zij in den
bewusten nacht ter assistentie werden geroepen bij
Nol in het café bij de Vier Staten.
Na ruzie in het café te hebben gemaakt, kwamen
de beklaagden buiten, waarna ze hem uitscholden, o.
in. zeiden ze: leelijke snotneuzen, moeten jelui hier
den baas wezen.
De agent van Rooijen bevestigde de verklaring van
zijn collega en zegt nog dat ze den sabel hebben ge
trokken en dat ze er op in geslagen hebben, daar beide
beklaagden nog al flink aangeschoten waren.
Volgens hem is M. niet zoo erg best bekend staande,
B. daarentegen schijnt niet zoo lastig te zijn.
De officieT acht het ten laste gelegde bewezen en
eischt tegen M 14 dagen en tegen B. 3 weken gevan
genisstraf.
Uitspraak Donderdag 8 Juli.
GEMENGD NIEUWS.
Het lintje.
Wat de wijze betreft, waarop- mej. Westmeyer met
dr. Kuyper in aanraking kwam, daaromtrent verneemt
de „N. Ct.": „dat zij op een goeden dag eenvoudig
naar het departement van Binnenlandsche Zaken is
gestapt en daar aan den minister, diqn zij persoonlijk
niet kende, om een ridderorde voor den heer R. Leh-
mann is gaan vragen. Het verbijsterde ligt niet in
den stouten stap van deze even ondernemende als ta
lentvolle dame, maar hierin, dat zooiets tot een blijven
de relatie met een minister heeft kunnen leidenEen
zeer nauwe relatie, gelijk thans meer en meer blijkt
al voegen wij er, ook met het' oog op daaromtrent
verspreide geruchten, aanstonds bij, dat onze inlichtin
gen ons slechts veroorloven aan te nemen, dat die be
trekking louter tot zakelijke trancacties (Lehmans-
verlangens, verkiezingsgeld, postzegel-albums, kamer
schutten, enz.) zich bepaalde."
Ons werd verzekerd uit een bron, die publicatie wet
tigt, schrijft het „Vad.", dat mej. Mathilde Westmey-
ontvang, 9 expresse postwissels, 1224 expresse brieven
en andere stukken en 3 berichten van betaling.
Een bedrag van 675.109.11 werd op 56179,bin
nenlandsche kwitantiën uitbetaald, als onbetaald wer
den aan de afzenders teruggegeven 15898 kwitantiën
tot een bedrag van 225.111.86, op 190 buitenlandsche
kwitantiën werd een bedrag van 623042 ingevorderd.
Op 48695 postwissels werd 804.448.56 betaald.
Op 523£S postwissels werd 746.094.77 gestort.
In de Rijkspostspaarbank werden in 1908 812 spaar
bankboekjes nieuw uitgegeven. Het bedrag der inlagen
was 529.853.74 en dat der terugbetalingen
482.567.75.
Aan de depothouders werd voor 32.132.25 aan ze
gels enz: geleverd.
Er werden 31203 postpaketten verzonden en 28052
ontvangen.
Omtrent het hier gevestigde Agentschap van de Ne-
derlandsche Bank is het volgende te vermelden
Verwisseling. Een bedrag van 1.352.010 aan bank
biljetten werd tegen specie verwisseld, 7.561.975 aan
bankbiljetten tegen bankbiljetten en 1.078.965 specie
tegen bankbiljetten. Totaal 9.992.950 tegen
9.654.790 in het vorig boekjaar.
Disconteering. Het aantal disconteeringen bedroeg
16.222 stuks tot een bedrag van 133.983.13 aan wis
sels met drie handteekeningen en 23.305.916.781/_,
aan ander handelspapier, te zamen 23.439.899.911/3
tegen 22.601.022.20 in het vorig boekjaar.
Op 31 Maart 1908 bedroeg de discontorekening
3.494.784.20 tegen 3.971.897.50 op 31 Maart 1907.
Beleeningen. Het bedrag der nieuw gesloten belee
ningen op effecten en goederen was 303.300, gepro
longeerd werd voor een bedrag van 997.100, afgelost
321.500. Saldo op 3 IMaart 1908 was groot 253.100
tegen 291.300 op 31 Maart 1907.
Het gemiddeld opereerend kapitaal was: binnen
landsche wissels 3.792691, beleeningen op effecten
en goederen 303.661, op specie niets, aan voorschot
ten in rekening courant 72.661, totaal 4.169.013
tegen f 4.438.085 in 1906/07.