DAGBLAD VOOR ALKMAAR EN OMSTREKEN. Honderd en elfde Jaargang. Stremming Scheepvaart Gewaarmerkte menschen No. 170. 1909. Deze Courant wordt eiken avond, behalve op Zon» en feestdagen, uitgegeven. Abonnementsprijs per 3 maanden voor /km aar f 0,80? franco door het geheele Rijk f 1, A* aderlijke nummers 3 Cents. Prijs der gewone advertentiën: Per regel f 0,10. Bij groote contracten rabat Groote letters naar plaatsruimte. Brieven franco aan de NL V. Boek- en Handelsdrukkerij v/h. HERMs. COSTER ZOON, Voordam C 9. ZATERDAG 24 JULI Dit nummer bestaat uit twee bladen. B1NNENL AND. Tetaftoeoattmineff BURGEMEESTER en WETHOUDERS van Alk maar brengen ter kennis van belanghebbenden dat het Scheepvaartverkeer door de brug in de Noorderkade over de Hoornsche Vaart op Dins dag 27 Jnli a.s. van des voormiddags 6 tot des namiddags 6 our zal zijn GESTREMD. Kamerverkiezing Schoterland Kamerverkiezing te Harlingen. Ongelukken Belooning. Een aanklacht. Diefstallen In den Biesbosch. Jenever en verkiezingen. Gevallen Gered. Overgeplaatst. Onbewust grondeigenaar. Overdracht Concessie. ^rambotslng. ALKMAARSCHE COURANT. trgs^arif igj $fi&' Burgemeester en Wethouders voornoemd, AlkmaarG. RIPPING. Voorzitter. 23 Juli 1909. DONATH, Secretaris. Een goede honderd a honderdvijftig jaar geleden moet het in onverschillig welke Nederlandsche stadeen lang niet ongewoon schouwspel geweest zijn dat, in het openbaar, op een in een centrum der stad opge bouwde stellage, aan een of anderen armen drommel door den beul de ooren werden afgehakt, hetgeen in dien tijd vrij algemeen werd aangemerkt als een passende, doelmatige een g'oedkoopevergelding voor feiten, die thans hoogstens met enkele jaren ge vangenis worden geboet. Wie er meer van lezen wil, daarvan een van de véél verlichter denkbeelden om trent straf en strafrecht, die in het laatste gedeelte der achttiende eeuw ingang en aanhang begonnen te vinden die neme „De Gids" van April j.l. ter hand en leze daarin het vlot geschreven artikel van mi'. J. A. van Hamel over „Strafrechtspolitiek van voor hon derd jaar". Hij zal dan o. a. getroffen worden door de opmerking: „Al dat geeselen en brandmerken, afsnijden van lichaamsdeelen, had weinig anders ge kweekt dan een laag van onverschillige desperado's en recidivisten, uitgestootenen, voor wie elk geoorloofd middel van bestaan ontbrak. Wat kon een man met vijf brandmerken óp den schouder en de heide ooren afgehakt, nog voor goeds beginnen?" Ja, wat? Met zoo iemand wilde natuurlijk geen ordentelijk bur ger zaken doen, geen fatsoenlijk werkgever wenschte hem in dienst te nemen. er zal hem vaak wel geen andere mogelijkheid hebben opengestaan dan smokke laar, landlooper of bandiet te worden, tot tijd en wijle hij wederom in handen van den rechter mocht vallen om er dan wellicht het leven bij te laten 1 Veel is sedert veranderd. De gestrafte van thans wordt niet meer aan den lijve gemerkt en pleegt hij later nogmaals een vergrijp, wordt hij m. a. w. „recidi vist", dan kan het voorkomen, dat de vroegere veroor deeling den rechter, die over het latere vergrijp te vonnissen heeft, onbekend blijft. Om die reden wer den in 1896 hier te lande „strafregisters" en „anthro- pometrische signalementskaar ten" naar het Bertillon- systeem ingevoerdeen stelsel waarbij de veroordee lingen en de veroordeelden zoodanig worden ge registreerd, dat de justitie betreffende elk en een ie gelijk vrij gemakkelijk te weten kan komen of hij al méér veroordeelingen (vnn Nederlandsche rechters) heeft ondergaan, en zoo ja, welke. Is het ooren-afsnijden vervallen, evenals ook het brandmerk, en zijn de strafregisters en signalements- kaarten geheim voor het publiek de toestand waar bij iemand die ééns een veroordeeling ondergaan heeft in menig geval voor zijn leven als een minderwaardig' element op de arbeidsmarkt gewaarmerkt blijft, is blij ven bestaan. Het merk is, om zoo te zeggen, negatief en bestaat daarin: dat hij geen bewijs van goed zede lijk gedrag krijgen kan, althans geen „schoon". en in de meerderheid der geval-len behoeft een werkne mer nu eenmaal zulk een „schoon" bewijs om een eenigszins duurzame en aannemelijke kostwinning te erlangen; de werkgevers, vooral die in het groot-be drijf, plegen dat als vereischte te stellen. Ook in som mige onzer wetten wordt het als vereischte voor be noembaarheid gesteld, zoo b. v. niet alleen voor aan stelling tot onderwijzer, maar ook voor dienstneming bij het leger, hetzij voor het Indische dan wel ook voor het leger hier te lande. Doch. in onze geheele wetgeving zal men tevergeefs zoeken naar een omschrij ving wat zulk een bewijs is, door wie het afgegeven wordt en wanneer het geweigerd moet worden. Usan- tie is: dat het wordt afgegeven door een burgemees ter, en dat het door dezen wordt geweigerd, althans van een bijzondere desbetreffende aanteekening wordt voorzien, indien hem bekend is dat de persoon wel eens door den strafrechter veroordeeld is geworden, onverschillig om welke reden of tot welke straf, en on verschillig ook hoe lang die veroordeeling reeds tot het verledene moge behooren. Dit „bewijs" nu in zijn tegenwoordigen vorm is een doorn in het oog van ons „Genootschap tot zedelijke verbetering der gevangenen", en een lid dier vereeni- ging, mr. G. T. J. de Jongh, rechter-commissaris te Amsterdam, heeft onlangs voor een vergadering van dat Genootschap over dit onderwerp een ook in bro churevorm „Bewijzen van goed zedelijk gedrag", Haarlem, J. L. E. I. Kleynenberg, 1909, verschenen, praeadvies uitgebracht, dat opgewekte beraadslagin gen heeft uitgelokt en waaraan ook het „Weekblad van het RechP' (van 7 Juni 1909 No. 8845) een arti kel heeft gewijd. De zaak is deze: de uit de gevange nis ontslagen gevangene heeft, zelfs dan indien hij niet de beste voornemens bezield de gevangenis ver laat, vaak al te veel moeite om in den strijd om het bestaan een positie te heroveren, waarin het gevolg geven aan die voornemens hem mogelijk wezen zal; en ook degenen, die hem daarbij wenschen te steunen, stuiten maar al te vaak op diezelfde moeielijkheden, door het niet-kunnen erlangen van een „schoon" be wijs van goed zedelijk gedrag veroorzaakt. Een enkele maal moge het, in een of andere kleinere gemeente, waar het nog wat ouderwetseh-gemoedelijk toegaat, voorkomen dat een burgemeester aan een oud-gestrafte die, na zijn straf, zich geruimen tijd fatsoenlijk gedra gen heeft, toch maar wel een „schoon" bewijs afgeeft (geen bepaling die het hem verbiedt!), in de groo- tere gemeenten, waar men elkander zoo niet kent, is het anders. „Wordt toch op een kleine plaats" al dus mr. de Jongh, met een aardig gevonden vergelij king, over het bewijzen-afgeven „dit bedrijf als handwerk gedreven, in de groote steden is het fa briekswerk geworden. Van persoonlijk inzicht van het hoofd der gemeente in een bijzonder geval is hier geen sprake meer. Alles is papieren administeatie gewor den." En ook: dat derhalve de geheele verklaring omtrent het goede en zedelijke gedrag feitelijk neer komt op de negatieve omstandigheid, dat de declarant geen vonnis te zijnen laste heeft. Verder strekt het onderzoek zich in de groote steden niet uit." Wie zijn loon grootendeels aan Wijntje en Trijntje besteedt, wie zijn vrouw verwaarloost en zijn kinderen exploiteert, wie alle mogelijke immoraliteiten begaat, maar -buiten bereik van de justitie weet te blijven, die krijgt wèl een bewijs, en een „schoon" ook en heeft dus een beduidenden voorsprong bij het zoeken van werk, op den oppassenden man die, lang geleden wellicht, éénmaal, hoe licht ook, gefaald heeft en toen betrapt en veroordeeld is geworden. Het gaat dezen laatste niet ongelijk aan zijn voorganger van 11/2 eeuw geleden, wien door den beul een oor was afgekapt: ook hij is, zij het dan ook niet aan den lijve, voor de groote werkgevers gewaarmerkt. Deze splitsing van ons volk in tweeën: wie wèl en wie niet door den rech ter gestraft is geworden het feitelijk waarmerken van al wie tot de wèl gestraften behoort, en het uit- stooten van al de gewaarmerkten uit tal van eerlijke broodwinningen dat is het door mr. de Jongh ge signaleerde euvel. Een andere maal iets over hetgeen hij er tegen zoude wenschen te doen. ^Officieel zijn gisteren candidaat gesteld voor de Kamerverkiezing in het district Schoterland de hee ren Bergmeyer (soc.-dem.) en Limburg (vrijz.-dem.) Men meldt: Wij vernemen, dat pogingen aangewend zullen wor den om den dag der stemming voor de Kamerverkie zing in het distriet Schoterland één dag later gesteld te krijgen, wijl op 3 Augustus de groote paardenkeu- ring te Leeuwarden gehouden wordt, die altijd druk bezoek heeft van veehouders. Gisteren had de stemming plaats ter verkiezing van een lid van de Tweede Kamer. Uitgebracht werden 5712 stemmen. Hiervan verkregen de heeren mr. ds. J. Ankerman c.-h., 3331, A. Plate, vrij-1., 1716, en ds. A. van der Heide, 665 stemmen. Gekozen is dus mr. ds. J. Ankerman. QEMENGö NIEUWS. Baby's. Een Engelsch scheldwoord luidt„Rubber." Het is tamelijk welsprekend. Doch, gelijk bij élk scheldwoord, moet men het te pas weten te brengen. Dit deed on langs een jonge moeder, tot nadeel van haar baker en haar eigen moedertrots, verkeerd. Een heer, die in de tram tegenover haar gezeten was en wat spottend zat te staren naar het kindje op haar schoot, voegde zij verontwaardigd toe: „Rubber!" „Ha, ha, mevrouw!" kwam het antwoord: „blij dat u me dat zegt; ik was heusch bang, dat het echt was." Journalisten opvatting Uit de Nieuwe Meerbode, christelijk weekblad voor Watergraafsmeer, Muiderpoort en omstreken: „Aangezien wij deze week ons blad moesten wijden aan de Cretensche kwestie, die deze dagen moest opge lost worden, zijn wij niet in de gelegenheid het verslag van de Watergraafmeersche Gemeenteraadszitting op te nemen. Onze lezers zullen ons, naar wij hopen, ver ontschuldigen. Red." De Cretenser quaestie is wellicht minder belangrijk voor de lezers van dit weekblad in den Watergraafs meer, dan de interessante verhandelingen van den ge meenteraad van die plaats. Toch aarzelt de redactie niet daaraan den voorrang te geven, wat eenigszins begrijpelijk wordt, als men weet dat de „Nieuwe, Meer bode" een Griekschen uitgever heeft, den heer Alex Th. Pappadopoulo. Waaruit men alweer kan zien hoe juist de bewe ring' van Mad. de Staël is„Tout savoir, e'est tout pardonner Aan boord van het Duitsche schip „Carl," liggende in de Rijnhaven, was men gister bezig met het lossen van rollen papierhout in den langszijde liggenden lich ter „Transporteur." De twee bootwerkers B. K. en R. de K, die zich op den lichter bevonden, wilden met een haak den trijs grijpen, doch grepen mis en vielen toen beiden in de Rijnhaven. Zij werden spoedig op het drog gebracht, doch bij B. K. bleken de levensgeesten reeds geweken. Van Kol nnnr In die. Naar men uit Den Haag meldt, zou het niet herko zen Kamerlid van Kol, van plan zijn, zich metterwoon in Indië te vestigen. Laan van Meerdervoort voor Bronevo. Een gymnasi ast komt aangefietst, vermoedelijke leeftijd 14 jaar, de eene hand houdt het stuur, de andere een college- tasch met themaboeken. Over Zorgvliet waait de zeewind en blaast zijn hoedje de lucht in. Afstappen, hoed achterna hollen. Het publiek staat stil en lacht, ook het gymnasiastje lacht, zijn blonde piekhaartjes fladderen in den zee wind. Een klein jongetje met een groote besteldoos van een hoedenmagazijn ziet niets van dit alles. Hij gaat heelemaal achter de doos schuil, tot hij iets tegen zijn kuiten voelt aankomen, hij staat stil, kijkt om en de hoed vlijt zich neer. Het jongetje, spontaan hulpvaardig, raapt nu den hoed op en brengt hem aan het gymnasiastje. Dan draait hij zich om, gaat weer achter zijn doos schuil en wandelt met een jongen van een concurreerend maga zijn verder. Het pas bewezen gedienstigheidje is totaal verge ten. Aardig maatschappelijk tafreeltje. Helaas, nu komt het. Een agent maakt de besteljongens er op attent dat er achter hen nog iets gaande is. Dat is ook zoo. Daar staat het gymnasiastje met een miniatuurbeurs in de hand en wenkt. Het hoedenoprapertje nadert half-onwillig, niet be grijpend dat het hem geldt. Maar daar komt hij dade lijk achter, als hij de somma van tien centen in zijn hand voelt glijden. Grijnzen; aan de pet tikken; af. Als dit dubbeltje zich wreekt, is Pro Juventute er gelukkig nog. maar wie zal voor het gymnasiastje zorgen (N. Ct.) Naar de Midd. Ct. verneemt, is door den heer J. Pelle te Middelburg, bij den officier van justitie een klacht ingediend wegens beleediging', naar aanleiding van de jongste in het derde district vanwege het be stuur der afdeeling Middelburg van de S. D. A. P. aan de kiezers gezonden circulaire. Daarin wordt beweerd, dat een der leden van de kiesvereeniging Nederland en Oranje van den heer Pelle geld gekregen heeft om onder de antirevolution- nairen voor den heer Schorer te werken. De ontvanger van Glnnlken Naar men verneemt zal tegen den ex-ontvanger van Ginniken, die zich te Antwerpen schuil moet houden, een bevel tot gevangenneming en tot uitlevering wor den uitgevaardigd. Men zegt dat het te kort in kas ruim 4000 be draagt. Woensdag j.l. werd door de politie van Dubbeldam een bekend inbreker IL. P. onder Willemsdorp gearres teerd. In verband met deze arrestatie wordt aan de „Dord. Ct." uit Sliedrecht het volgende gemeld: Het zal nu ongeveer twee jaren geleden zijn, dat in de volksketen van de Biesboschpolders en het Berg- sche veld herhaaldelijk diefstallen met braak werden gepleegd en in de omgeving dier polders roeibooten werden vermist. Vrij algemeen werd van deze euvelda den verdacht II. P., geboren te Giessendam, maar het grootste deel van zijn leven gewoond hebbende te Slie drecht. P. was meer algemeen bekend onder den naam van de „Kikker." Ook werd hij wel de „Vico" ge noemd, wat hij te danken had aan het valschelijk op geven van den naam Adrianus Vico, bij gelegenheid, dat hij aangetroffen werd in een gestolen roeiboot van 's-Rijks Waterstaat. P. is het type van een misdadi ger. Hoewel indertijd aangehouden als verdacht bo vengenoemde diefstallen te hebben gepleegd, kon hij daarvoor niet worden veroordeeld. Toch werd hij voor geruimen tijd onschadelijk gemaakt, daar zijne veroor deeling tot l1/2 jaar opzending naar een rijkswerkin richting wegens landlooperij volgde. (Na den dood zijner moeder had P. geen domicilie meer te Sliedrecht doch leidde een zwervend leven). De diefstallen in de polders hielden met P.'s verdwijning op. Hij was steeds de gevreesde man van den Biesbosch en de schrik der schippers op de Merwede en de Nieuwe Merwede. Tal van vonnissen, wegens diefstal, al of niet gepaard met inbraak, heeft hij ondergaan. Er is een tijd geweest, dat hij er zijn werk van maakte in kleine huizen en schepen in te breken, daarin bijgestaan door nog enkele personen, die hij onder zijn invloed had weten te brengen. Van deze dievenbende trok de Kikker dan als aanvoerder op. Wij herinneren ons nog het aaneengeboeid opbrengen van „de Kikker," de „Bokkum" en „de Muis," terwijl later als vierde medeplichtige „de Koe" het il- lustre gezelschap volgde. Nauwelijks werden hier ver leden week de diefstallen bekend of men hoorde zeg gen: „de'Kikker is zeker los." Werkelijk blijkt hij te zijn gearresteerd. Van de diefstallen van 10 op 11 Juli maakten wij reeds melding. Later zijn er nog andere gepleegd, ge paard gaande met het openbreken van volksketen. O.a. voor enkele dagen nog onder Made en Drimmelen. Ook thans valt weer, evenals voor twee jaren, het vermissen van roeibooten met de diefstallen samen. Zoo werd verleden week van A. de V., alhier, onder Papendrecht eene roeiboot vermist. Tusschen Zondag en Maandagnacht is een groote visschersboot met huik van C. Baggerman, te Werkendam verdwenen. Ook te Drimmelen is een roeiboot zoek geraakt, terwijl daar een ander aangedreven is. De Dubbeldamsehe politie heeft waarschijnlijk een goede vangst gedaan. Naar de T. Ct. verneemt, is het er te Poederoijen bij de stemmingen en herstemmingen voor den ge meenteraad op z'n Limburgsch toegegaan. In dit dorp je van 1000 zielen is toen voor 300 jenever geschon ken. Een geheelen nacht door duurde het drinken. De gevolgen bleven op den avond der herstemming niet uit. Bij het gekozen lid, den heer J. Hasselman J. G. Nzn. en twee zijner geestverwanten, die voor hem geijverd hadden, werden de ruiten ingeslagen. Gisterenavond is het 7-jarig zoontje van den heer J. F. S., wonende aan de Veerhaven no. 5 te Rotter dam, van uit de ouderlijke woning geklommen op het dak van het huis van den heer K. S., aan de Veerha ven no. 4. Op dat dak is de jongen door een glazen lantaarn en een luchtkoker gevallen en terecht afko men in de badkamer van den heer K. S., waa*rmen hem zwaar gewond en gekneusd vond liggen. Terwijl de ouders de schuit voorttrokken geraakte een 3-jarig dochtertje van den schipper in de Kastan je Watering te Delft. Door het geschrei van een 5- jarig zoontje bemerkte de schipper het gevaar waarin zijn kind verkeerde. Hij begaf zich te water en mocht het genoegen smaken, zijn kind, dat reeds gezonken was, te redden. Erwtenplukkers. Eergisteren hebben 70 erwtenplukkera bij den land bouwer Ebbers te Finsterwolde het werk gestaakt. Ge vraagd wordt 2 cent plukloon per K.G. Gisteren staakten ongeveer 120 erwtenplukkers aan de boerderij van de gemeente Groningen te Reinder- wolderpolder. Zij vragen eveneens loonsverhooging. Den 16en Augustus a.s. zal de 6e compagnie van het 4e regiment vesting-artillerie te Den Helder in garnizoen, overgeplaatst worden naar 's-Qravenhage. Men schrijft uit Schoterland: Iemand in deze gemeente kreeg een aanslagbiljet in de grondbelasting. Hij had geen grond, betaalde dus niet. Het gevolg was: een waarschuwing. Nu ging hij eens ter bevoegder plaatse zeggen, dat men bij hem aan het verkeerde adres was. Wat verwonderd keek hij op toen men hem zei, dat hij als eigenaar te boek stond van een groot stuk land, dat door een ander steeds als eigendom beschouwd is. Deze wil daarvan geen afstand doen en de rechter zal nu moeten beslis- De Raad der gemeente Beverwijk beeft goedgekeurd de overdracht der concessie van de stoomtram Haar lem—Beverwijk op naam van de Noord-Zuid-Holland- sche Stoomtram-Mij. te Amsterdam, in 1903 overge schreven ten name van de Holl. Spoorweg-Maatschap pij. Een verzoek om verlenging der concessie tot 1950 werd gewezen van de hand. Onder St. Oedenrode (N.B.) is een wagen met hooi, wegens het schrikken van het paard, met de Meierij- sche Stoomtram in aanraking gekomen. De wagen botste tegen de tramruiten, die stuk wer den geslagen. Een der inzittenden werd gekwetst door een glas scherf die hem den neus afsneed. Onmiddellijk werd den getroffene een eerste ver band door het trampersoneel aangelegd, en verdere hulp uit Eindhoven gevraagd. Deze werd door een geneesheer uit deze laatste plaats verleend. De voerman van den wagen kwam met den schrik vrij. Een heistelling omgevallen. Op het terrein van de Nieuwe Zijds-kapel is gister middag een der beide heistellingen omgevallen. Het gevaarte viel gelukkig in de breedte van het terrein, ei sloeg alleen een groot gat in den zijwand van de di rectie-keet. Persoonlijke ongelukken kwamen niet Van de Langedljk. De volgende week zal te Breda en te Utrecht voor onderwijzers een cursus worden gegeven in het houden van openluchtspelen. De hoofden van scholen te Oud karspel en St. Pancras, de heeren W. Vis en T. Engel, zullen daar aan deelnemen, waarvan de eerste te Breda en de tweede te Utrecht. 1 Evenals vorige jaren had de vereeniging „In 't be lang der jeugd, tot wering van schoolverzuim" aan de kinderen, die minder dan een bepaald aantal ver zuimen hadden, in het afgeloopen jaar een feest be reid. De hoogste klasse der openbare lagere school maak te eergisteren een reisje naar Amsterdam, waar Artis werd bezocht, en de laagste klassen waren gisteren naar Bergen en Bergen aan Zee, waar, begunstigd door uitstekend weer, ruimschoots werd genoten van het heerlijke natuurschoon. De beide reisjes hadden zonder eenig incident plaats en vielen zeer in den smaak van de kinderen, voor wie het een goede spoorslag is te zorgen, voor zooveel dit van hen afhangt, dat zij niet willekeurig verzuimen. Beide avonden werden de kleinen onder zeer groote belangstelling van de zijde der inwoners afgehaald van

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1909 | | pagina 1