bïTitenland.
STADSNIEUWS*
Vliegen.
De brand te Raamdonksvecr.
Lotellngen en de Duitsche Keizer.
Ees gevaarlijke vrouw.
Gevaarlijke neiging van den Duitschen? Keizer
De raadsverkiezing te Bloentendaal.
Een oud verhaal weer opgerakeld.
Vacantiekoloule te Egmond a/Zee.
Uit Bergen.
Uit Egmond s/d Hoef.
De bliksem.
Er In geïcopen.
Van rattenvergif gesnoept.
Een ongelukkig fietsrijder en hsndige
zakkenroller.
Gemengds Mededeeling®n.
Het drama te Oierleek.
Gereformeerd Tractaat Genootschap Fillppus.
afkeerig van den oorlog, wenschten elkander „Vrede.
De Romeinen, in den tijd van Augustus de gebie
ders der wereld en fier op lvun macht, zeidenW ees
sterk
De levensblijde Oude Grieken, trotscli op de plaats,
die zij onder de volken innamen, riepen: „Verheug
(Hbld.)
wijs zou
Lang vóórdat Blériot en de zijnen hun meesterstuk
ken in de vliegkunst aflegden, waren w«, Hollanders
zegt het Hbld., reeds onovertroffen vliegbeoefenaars
Het is niet eens moeilijk dit te bewijzen uit de Heder-
landsche taal!
Wanneer een moeder tegen haar jongen zegt-
„Vent, vlieg toch niet zoo wild langs den weg, dan
wijst dit op een voorwaartsche, in elk geval een hori
zontale beweging. Ook in den zin: „Zoodra lante
mij zag, vloog ze mij om den hals" hier wordt weer
een gansch andere methode van vliegen aangeduid
is een vlakke, horizontale beweging op te merken. Een
geheel andere uiting en weer een volstrekt andere wij-
ze van vliegen wordt aangetoond in zinnen an
Speyk vloog met vriend en vijand de lucht in," „De
molen vloog dooi' een onbekende oorzaak in biand,^
en „Hij vliegt als een kakkerlak tegen den wand op.
Hier is een öpwaartsche vliegbeweging duidelijk merk
baar. En dat we ook al vliegend weten te dalen, kan-
blijken uit een zinsnede als„Hij vloog de trap af.
Dat we gewend zijn in de vliegkunst een aanmer
kelijke hoogte te bereiken, spreekt het niet duide
lijk uit de zegswijze: „Hij is geen hoogvlieger," waar
in we met min of meer verachting neerzien op iemand,
die het in deze nationale kunst niet ver gebiacht
heeft
En hoe dikwijls hoort men niet een paar vrienden
gemoedelijk tegen elkander zeggen: „Kom eens °ver-
waaien!" Waaruit o.i. duidelijk blijken kan, dat Ble-
riot's resultaat volstrekt geen nouveauté was.
Nog enkele bijzonderheden over den geweldigen
brand, die, als gevolg van een ontzettend onweder,
Zondag te Raamsdonkveer woedde, ontleenen wij aan
de 's-H. Ct. r.,
Ieder redde wat hij kon, doch veel was onmogelijk
bij zoo'n woedend-snellen voortgang. Jammerende
vrouwen met de schreiende, klagende „dutskens
vastgeklemd om den hals zoeken behoud in den pol
der. Mannen zitten wezenloos onder het knetterende
dak. Sommigen moeten met geweld naar buiten ge
voerd worden.
Redden wat er te redden valt.
De een met een goedgevulden geldzak, de ander
met een waardelooze vogelkooi of een kreupelen keu
kenstoel, zonder eenig overleg greep men, wat er voor
de hand lag of stond.
Aandoenlijke tooneelen
Een vrouw heeft een kindje verloren eenige dagen
terug, 't lijkje ligt te midden van den matten schijn
van enkele trillende kaarsjes. En daarboven knettert
en knapt alles in den feilen brand.
Het lijkje is vergeten! Maar de moeder komt tot
bezinningDe moederEn zij rent het brandende huis
in en redt haar doode kindje. Zij jubelde nog van
blijdschap. Even daarna stort het dak in.
Ook in Dordtrecht wordt gezorgd dat lotelingen op
den dag der loting afleiding kunnen krijgen. Ten
hunnen behoeve treden er goochelaars op en leden van
een rederijkerskamer.
De voorzitter der onthouders-vereeniging, dr. E.
Delhez, hield eergisteren een aardige rede, waaraan
het volgende ontleend is.
Hu het bezoek van Keizer Wilhelm aan Middachten
in gansch ons land zulk een belangstelling wekt, wilde
spr. uit de omgeving des Duitschen Keizers een twee
tal bijzonderheden mededeelen.
Allereerst werd verhaald, hoe een Duitsch officier,
uit principe voorstander van geheelonthouding, op
's Keizers verjaardag niet durfde weigeren Champag
ne te drinken, alvoren hij 's Keizers meening daarom
trent had gevraagd. Deze antwoordde, dat nergens
was voorgeschreven, met welken drank zijn gezondheid
moest worden gedronken. Zoo zijn velen bevreesd voor
Keizer Publiek. Doch ook in niet-onthouders-kringen
moet de onthouder zijn principe getrouw blijven. Te
dien opzichte hoopt spreker, dat onder het opkomend
geslacht meer durf zal komen.
En in de tweede plaats wees dr. Delhez er op, hoe
de beide chauffeurs des Keizers geheel-onthouders
moeten zijn. Dit bewijst, dat ook die omgeving be
kend is, dat degelijkheid en kunde alleen niet bescher
men tegen de gevaren van den alcohol.
Vrouwenkiesrecht In de Herv. Kerk.
Door bet Comité voor vrouwenkiesrecht in de Herv.
Kerk is aan de Synode opgezonden een adres met het
verzoek, het Algemeen Reglement aldus te wijzigen,
dat ook vrouwelijke lidmaten stemrecht krijgen.
5468 mannelijke en 9488 vrouwelijke lidmaten uit
142 gemeenten steunen bet verzoek.
(Stand.)
kunnen zijn. De consequentie van deze stel
ling zou zijn dat men in plaatsen, waar de meerder
heid van den Raad rechts is, zou moeten zorgen dat
niet de gelieele Raad rechts werd, opdat er althans
nog één niet-rechtsche zou overblijven om wethouder
van onderwijs te worden.
Het verheugde spr., dat hij gekozen was in vi„ na
dat VIII hem uitgeworpen had, omdat hier de gele
genheid bestond voor de vrijzinnigen, om te toonen of
zij het eens waren met hun politieke leiders, die nu
voor hun pantalon gehad hebben. (Daverend .applaus).
Jacobus Polak minder stemmen nog dan de vrij
zinnig-democraat m. De Jongh Het is een groote
nederlaag geweest, maar een, die dubbel en dwars
verdiend was. Met alle christelijk gevoel waarover hij
beschikt zegt spr. toch: „Ik gun het ze! (Hernieuw
de toejuichingen.)
In voorloopige hechtenis is gesteld de echtgenoote
van den behangersknecht D. Klaasen te Zutphen. Zij
waren Zondag samen op den IJssel bij de Bronsbergen
aan het bootje varen, toen plotseling de vrouw haai
man in het water duwde met, naar beweerd wordt, het
kennelijke doel, hem te verdrinken. Met zeer veel
moeite wist de man zich te redden.
Uit het verslag van het Hbld. over het Keizerbe-
Zijne Majesteit, die voor historische reliquieën en
curiosa zoo veel gevoelt, scheen bijzonder^ getroffen
door de schoonheid van twee bekers, die^ tijdelijk door
graaf Bentinck van Amerongeii naar Middachten wa
ren overgebracht, juist omdat men de belangstelling
er voor van den Keizer wel vermoedde. Deze bekers
waren bij een der rampen, waardoor het kasteel in
den loop der tijden is getroffen, spoorloos verdwenen,
maar onlangs door een schoonzuster van graaf Go-
dard Bentinck in Engeland teruggevonden, zoodat ze
nu tot groote vreugde weer deel van het vaderlijk
goed uitmaken. Immers zijn beide bekers na den
roemi'uchten slag bij Fehrbellin, waar Frederik Wil
lem van Brandenburg de Zweden versloeg, ten ge
schenke .gegeven aan een der voorvaderen der Ben-
tincksche familie voor betoonden moed. Keizer Wil
helm zei tegen den dienstdoenden inspecteur der rijks-
veldwacht dat deze, als hij (de Keizer) weer terug
kwam, wel al zijn politiemannetjes mocht meebrengen
om te zorgen, dat die merkwaardige reliquie niet naar
Duitschland medegenomen werd!
Haar men mededeelt, is de raadsverkiezing van
Bloemendaal, naar aanleiding van het protest van mr.
Tideman, vernietigd.
In de „Deutsche Wochenzeitung" leest men het vol
gende over een bericht, dat wij opzettelijk niet overna-
men
Kort na het huwelijk van Koningin Wilhelmina
werd mij door Duitsche bladen herhaalde malen ge
vraagd, toch eens iets over het leven op Het Loo mee
te deelen. Wie iets van het Hederlandsche Hof weet,
is er van overtuigd, dat de vervulling van zulk een
wensch even moeilijk is als de oplossing van de kwa
dratuur van den cirkel. Om echter den Duitschen
collega's ter wille te zijn en tevens mijn journalistieke
eer te redden, zoog ik uit mijn, in wanhoop gekrom-
den, duim een kleine geschiedenis, in den trant van
Harun al Raschild, waarvan de prinsgemaal de held
was. Prins Hendrik, de steeds vroeg in bosch en veld
wandelt, komt een vrouw tegen, die bezig is hout te
stelen, zonder dat ze hem herkent, redt haar uit de
klauwen van den vorstelijken boschopziener en zendt
haar 's avonds een lading turf thuis.
Dit verhaaltje sloeg in; alle Duitsche bladen na
men het over. Arme Prins Hendrik, die in dien tijd
In de Tel. wordt geschreven:
Donderdag a.s. zullen er van het „Kerdijkhuis" en
het „Zeehuis" te zamen Weer een 150 kinderen ver
trekken, die gedurende 4 weken door de goede zorgen
van het Centraal-Genootschap voor het Herstellings
oord en de Vacantiekolonies te-Egmond aan Zee van
zëe en duin hebben genoten en Zaterdag a.s. zullen
er weer 168 komen, naar we hopen voor hen om ook
te genieten als hun voorgangers.
Gisteren hadden de verpleegden een feestje, een
afscheidsfeestje, hun aangeboden door de directie van
het Dagblad „De Courant." We gingen eens een
kijkje nemen, want het is een waar genoegen het werk
van het Genootschap na te gaan.
Al spoedig hoorden we, dat de verpleegden zelven
niets van het feestje wisten, het zou een verrasing
worden. Ha het rustuurtje, 's middags half drie,
moesten de kinderen van het „Kerdijkhuis," gewapend
met vlag en schop, de kinderen van het „Zeehuis" af
halen.
Spoedig was het clubje van honderd-vijftig bijeen
en gingen ze ordelijk, twee aan twee, met hunne bege
leidsters en onder leiding van het Kamerlid Ketelaar,
ver aan het strand bij de duinen.
De onderwijzer in den heer Ketelaar kwam hier ten
volle uit; hij deelde de kinderen in en nu moesten ze
van zand tafels maken. In een half uurtje waren er
twaalf flinke tafels gereed en nu moesten de kinderen
weer mee, want ze wisten nog niets van het feestje.
Weer twee aan twee, zingende verder. Daar werd
een groote kring gevormd, de heer Ketelaar in het
midden en zoo werden vele kinderspelletjes gedaan.
Intusschen werden de zandtafels van lakens voor
zien en daarop de versnaperingen. „Het is een werk
om moe van te worden," zeiden we tegen de dames.
„Toch niet, mijnheer, integendeel, het is een heerlijk
werk voor die kinderen, het is zoo dankbaar." Den
heer Ketelaar werd een sein gegeven, dat alles gereed
was en nu namen 150 blijde gezichten aan de tafels
plaats. Het was een verrukkelijke aanblik^ Vooral
van de tafel met 14 lieve meisjes van 5 en 6 jaar. Aan
de eerste tafel zaten de groote jongens van 12 en 13
jaar, waaronder er waren, voor wie hun verblijf aan
de kolonie als 't ware een uitzet voor hun leven was,
want, zei de volijverige heer Bos, „die jongens zijn nu
van school af, en moeten, als ze thuis komen, meteen
naar de fabriek, voor het eerst, maar ook voorgoed."
Ha afloop van het feestje werd er nog een wande
ling door het duin gemaakt, toen door het dorp, om
eindelijk vermoeid en opgeruimd ter ruste te gaan.
Ze zullen het navertellen, de kleinen, hun leven
lang
En nu een verzoek: Het Genootschap doet veel en
een machtig goed werk, maar afscheidsfeestjes kan
het niet geven. Toch is het zoo verrukkelijk voor de
kinderen en er is zoo betrekkelijk weinig voor noodig
om zoo een feestje hun te verstrekken.
Wie geeft er iets voor dat doel? De geringste gave
zal in dank worden aanvaard, en, zoo de redactie van
dit blad het goedvindt, hier worden verantwoord. Hog
tweemaal zullen de kolonies in dit seizoen bevolkt
worden en met een dikke honderd gulden zullen er dan
nog twee afscheidsfeestjes kunnen worden gegeven.
wanneer ze ooit woer levend dit ondermaansche be
treden. Eiken middag worden vanuit den Chineeschen
kamp groote papieren ballons met zulke luchtreizigers
opgelaten.
De dieren hangen aan een parachute, die met een
touwtje aan den ballon is bevestigd. Aan dit touwtje
is een lont bevestigd, die bij het loslaten van den bal
lon wordt aangestoken. Blijft de lont branden, tot
dat het vuur het touwtje bereikt, dan valt de para
chute en komt het hevig spartelend dier hier of daar
weer ergens op den grond terecht; gaat de lont uit,
dan blijft natuurlijk het dier net zoo lang zweven
totdat de heete lucht van den ballon is afgekoeld,
maar inmiddels is de ballon zoover afgedreven dat de
oplater niet meer weet wat van het dier geworden is.
Aan de politie om de dierenbeulen op te sporen en een
eind te maken aan deze gruwelijke vertooning, merkt
het blad terecht op.
Een levende torpedo.
De marine-kadet Whitting, die op de duikboot
„Porpoise" dient, wilde eens proefondervindelijk er
varen, hoe de manschappen van den duikboot zich
konden redden, als het ongeluk wilde, dat hun de uit
gang onder het water versperd werd. Om dit nu haar
fijn na te gaan, kroop hij in de buis van een torpedo
en liet zich met gecomprimeerde lucht als torpedo af
schieten. Op het oogenblik dat dit gebeurde, bevond
de „Porpoise" zich zestig voet onder de oppervlakte
van het water. Whitting kwam echter geheel onge
deerd aan de oppervlakte. Het verhaal is bepaald
niet minder waar dan dat van baron von Miinchhau-
sen, die zich op een kanonskogel uit den mond van
een stuk geschut liet wegblazen. Tel)
Een goede collecte.
Een telegram uit Hew-York meldt: Terwijl een
schare van zesduizend menschen Zondagavond te Or
chard in Maine bad en zong, ging een predikant rond
om te collecteeren voor het Christelijk Zendingsver-
bond en haalde 132,000 op. De grootste gift was
van 15,000.
Wel u&nbod,
Een advertentietje van drie regels, waarin een loop
jongen werd gevraagd, bracht dezer dagen meer dan
500 sollicitanten voor een winkel van electrische toe
stellen in Hew-York. Zij varieerden in ouderdom tus-
schen de tien en de vijftig jaar, en behoorden tot de
meest uiteenloopende naties. Toen de chef de winkel
deur opende, stortte zich de zwerm, als een woest
dooreenkrioelend kluwen in den winkel, terwijl ieder
zijn best deed om de eerste te zijn. Het natuurlijk ge
volg was, dat een der kolossale ruiten werd ingedrukt.
De aanwezige verkoopers barricadeerden eindelijk
met veel moeite en inspanning de deur, en telefoneer
den om de politie, die er slechts door gebruik maken
van den wapenstok in kon slagen, de wilde horde te
verjagen.
erschillende Duitsche hoven bezocht! De houtdieveg- I voorwerpen.
i rrie. 1 Tirni..1
Bij geruchte vernamen we dat in verband met de
van 16 tot 26 Augustus tusschen IJmuiden en het
Ylie te houden manoeuvres van de zeemacht in veree-
niging met de landmacht in deze gemeente inkwartie
ring zal plaats hebben.
Ter gelegenheid van de kermis werd Maandag bij
het café van den heer Bult een harddraverij gehouden,
waarvan de uitslag was als volgt:
le prijs wed. P. de Waard. Ie premie P. Meijnen.
2e premie R. Groot. 3e premie J. Groot.
De toegekende prijzen bestonden uit fraaie kunst-
De raadsverkiezing te msterdam
De uitslag van de gisteren gehouden gemeente
raadsverkiezing in district VI te Amsterdam is als
volgtUitgebracht 3666 geldige stemmen. Volstrekte
meerderheid 1834. Hiervan verkregen de heeren dr.
P. C. F. Frowein (S. D. A. P.) 187 stemmen, mr. G.
T. J. de Jong-h (v.-d.) 779, Jacobus Polak (lib.) 563 en
mr. S. de Vries Cz. (antirev.) 3137 stemmen, zoodat
gekozen is mr. S. de Vries Cz.
Opmerkelijk mag genoemd worden het luttel stem-
mencijfer waarmede de candidaat van Vooruitgang, de
heer Jacobus Polak, uit de stembus is gekomen (563).
Waar het een man geldt van de qualiteiten en de re
putatie van den heer Polak, daar mag deze uitspraak
der kiezers wel bijzonder teekenend heeten. Zal,
vraagt de H. Rott. Ct., de raad in zijn veranderde sa
menstelling, haar sanctioneeren
In het R. K. Gildehuis is gisteravond de verkiezing-
van mr. S. de Vries Czn. door geestverwanten en coa-
litiegenooten gevierd.
De heer de Vries verklaarde, dat toen de heer Ruys
zijn voornemen te kennen had gegeven te bedanken,
hij lang geaarzeld had. Zijn vrienden hadden gezegd
„Laat den boel maar liggen en laat Gulden of Kete
laar de zaak maar opknappen."
De actie der sociaal-democratische onderwijzers
(aldus de heer Dc Vries verder) heeft aan de openba
re school meer kwaad gedaan dan spr. in het jaar, dat
hij wethouder was. Het verheugde hem, dat de bur
gerij met zoo verpletterende meerderheid getoond had,
dat zij niet wenscht dat in de openbare school de toon
wordt aangegeven door de sociaal-democratische on
derwijzers.
Deze verkiezing heeft bewezen, dat als de kiezers
maar goed worden ingelicht, zij inzien dat van het
Stadhuis uit moet worden geregeerd, en niet door hen,
die zelf geregeerd behooren te worden. Het was vol
gens mr. De Vries de vraag of op den duur toegestaan
kan worden dat ambtenaarsvereenigingen als zooda
nig zich met verkiezingen inlaten.
De openbare school, zoo bétoogde mr. De Vries
voorts, is van en voor allen. Het is absoluut onjuist
dat de anti-revolutionnair geen wethouder van onder-
ge vervolgde hem overal. Zelfs keizer Wilhelm vroeg
vol deelneming naar haar.
Ik hoorde dit van den toenmaligen secretaris van
den Prins, den heer von Engel, aan wien ik toevallig
werd voorgesteld. Ik nam me toen heilig voor, nooit
meer hofberichten uit den duim te zuigen en ben aan
dat voornemen getrouw gebleven. En nu duikt in
een Arnhemsch blad de geest der dievegge weer op en
spookt door de Hederlandsche bladen, om, zoo moge
lijk, opnieuw een reis in het buitenland te beginnen.
Verdwijn, onzalige geest; hij, die u heeft opgeroe
pen, gebiedt het u!
In verschillende couranten lezen we berichten over
het inslaan van den bliksem. Zoo meldt met uit de
Bilt aan het Utr. Dagblad:
Op de akkers schoot de bliksem in een arbeiderswo
ning, door den schoorsteen naar binnen. De man,
vrouw en drie kinderen zagen het, maar hoofde niets.
De man werd achterover geworpen en de vrouw sloeg
voorover op de tafel. De bliksem, die schijnbaar geen
uitweg kon vinden, doorliep het geheele huis.
Een doek, die van den kinderwagen was gevallen,
begon te branden, terwijl een parapluie, die aan het
kabinet hing', ontvlamde. De bliksem is zelfs gegaan
in een gesloten blikken sigarenkistje, in het kabinet
staande, waarin hij gaatjes sloeg ter grootte van een
erwt en een haverkorrel. Vervolgens is de bliksem
door den muur en door de deur naar buiten geslagen,
waar een jonge kat werd doodgeslagen. Den man,
een zekeren L. K, is de schrik zoodanig op het lijf ge
slagen, dat hij vanmorgen haast niet kon loopen.
Een 17-jarige jongen vervoegde zich bij de politie
te Hijmegen teneinde nachtverblijf te bekomen. Al
spoedig bleek uit zijn genummerde kleeding, dat hij
in een of andere inrichting thuis behoorde, waarom
een onderzoek werd ingesteld, waaruit bleek, dat hij
den 7en Augustus j.l. uit het opvoedingsgesticht de
„Kruisberg" te Ambt Doetinchem was weggeloopen.
Op last van den commissaris van politie is hij we
der naar het gesticht teruggebracht.
Vier kinderen te Velp vonden op een puinhoop een
doosje met twee poeders, en als goede vrienden deel
den ze de gevonden lekkernij en aten ze op. Maar het
bekwam hun slecht. De poeders waren een zwaar ver
gift voor rattenéén poeder was voldoende om 30 van
deze dieren te dooden. De kinderen werden al gauw
ernstig ongesteld, maar door een spoedig toegediend
tegengif, zullen waarschijnlijk de vier snoepertjes het
leven er af brengen.
Op den straatweg bij hotel „De Roskam," te Worth-
Rheden is Maandag een wielrijder uit Arnhem over
een hond gevallen. Hij kwam daarbij met zulk een
hevigen smak op den weg terecht, dat hij hersen
schudding' kreeg en bewusteloos bleef liggen.
Dr. Van der Feltz bracht hem met zijn auto naar
het ziekenhuis te' Velp, alwaar bleek, dat de toestand
niet levensgevaarlijk was.
Tijdens den oploop, dien dit ongeval veroorzaakte,
wist een zakkenroller zijn slag te slaan en twee porte-
monnaies, inhoudende 6 en 7 gulden te rollen.
Morgen zal het 5-jarig bestaan der Harmonie-ver-
eeniging „Lamoraal," directeur de heer Somer uit
Alkmaar, herdacht worden, door het geven van een
concert i nden tuin van den heer J. Belleman.
Japan heeft op de mededeeling van China be
treffende den ombouw van den Antoeng-Moekden-
spoorweg geantwoord, dat het zich neerlegt bij het
voorstel, dat de lijn van de standaard-spoorbreedte zal
zijn en spreekt den wensch uit, dat de onderhandelin
gen over de andere punten van het geschil te Moek-
den zullen hervat worden.
Te Peking heeft men nu een gunstiger kijk op den
toestand gekregen.
In Spanje ontving men officiëeletele
grammen uit Penongomera (een Spaansche plaats in
Hoord-Afrika) meldende, dat inboorlingen eergisteren
en gisteren 't vuur op die plaats geopend hadden. Het
Spaansche geschut beantwoordde dit met succes,
waardoor de vijand, van wien een tentdorp werd ver
nield, zware verliezen leed. Aan Spaansche zijde zijn
geen verliezen.
In Rusland maakt men zich vroolijk over een
onhandigheid van een diplomaat. Prins Golinisjtsjeff-
Koetoesoff, verbonden aan het ministerie van buiten-
landsche zaken, bracht op verzoek van prinses Belo-
selski-Beloreski, bij zijn terugkeer van een zaken-reis
uit Parijs zes zijden toiletten, tien tailormadecostu-
mes en vier hoeden van reusachtige afmetingen mede
in een koffer, die van vier groote staatszegels was
voorzien, ten bewijze dat er staatspapieren in waren.
In Wirrballen vertrouwde men het zaakje echter niet,
vond de koffer wel wat licht. Den Prins werd ver
zocht een verklaring van het Russisch gezantschap te
Parijs over te leggen. Dat vond de prins krenkend
en daarom werd de koffer naar St. Petersburg gezon
den. Hij verzocht het ministerie van buitenlandsche
zaken de koffer niet uit te pakken en zond een lijst in
van het gezantschap, waarin echter wijzigingen aan
gebracht waren. Een bediende van de Prinses
trachtte inmiddels het zaakje op te knappen langs den
gebruikelijken weg van omkooping, maar toevallig
hielp dit niet. In tegenwoordigheid van den chef der
douane, nadat de prins op zijn eerewoord verklaardhad
dat er slechts staatspapieren in de koffer waren, werd
het voorwerp geopend. De te betalen 400 roebel in
voerrechten en de 2000 roebels boete, zullen wel niet
de zwaarste straf vormen.
Zelfs bij het smokkelen heeft de Russische diploma
tie zich nu weer onbekwaam getoond!
Ckinaesche wreedheid.
De ballonopstijgingen, die te Semarang plaats von
den, hebben een nawerking, waarop de aandacht der
politie zeer zeker mag worden gevestigd. Zooals men
weet, liet de luchtreiziger zich met een parachute
naar beneden vallen en dit schijnt zulk een emotie bij
een aantal Chineezen in den kamp aldaar te hebben
opgewekt, datzij zich thans dagelijks op eigen gele
genheid dat genot verschaffen.
Een luchtreiziger geëngageerd, die eiken middag
opstijgt? Volstrekt niet, zegt de „Locomotief", de
luchtreizigers, die zij de hoogte inzenden zijn honden
en katten, die zich al zeer gelukkig mogen achten
Morgen zal het lijkje van het meisje, dat op zoo
vreeselijke wijze te Öterleek ter dood gebracht werd,
naar Oudendijk worden vervoerd, waar zij een laatste
rustplaats zal vinden naast haar moeder, die, gelijk wij
reeds mededeelden, bij de geboorte van het kind het
leven moest laten.
En gisteravond is het stoffelijk overschot van de
23-jarige huishoudster naar Anna-Paulowna, haar
vroegere woonplaats, gebracht, waar het ter aarde be
steld zal worden.
Ook de smart van haar ouders, die de dubbele daad
van hun dochter ten zeerste betreuren, is zeer groot.
Het gerechtelijk onderzoek heeft niets bijzonders
aan het licht gebracht. Wel moet uit verschillende
brieven van de huishoudster gebleken zijn, dat zij den
laatsten tijd niet meer normaal dacht over de verhou
ding die zij tusschen haar en haar meester blijkbaar
zoo gaarne tot stand had zien komen.
Een blaadje van een scheurkalender, waarop stond:
„De man, die de vrouw als speeltuig gebruikt, moet
zich niet verwonderen als dat speeltuig ontstemd
wordt", scheen indertijd bijzonderen indruk op haar te
hebben gemaakt, althans zij had het zorgvuldig be
waard.
Het Gereformeerd Traktaatgenootschap Filippus
hield heden in de Gereformeerde kerk alhier haar
25ste algemeene vergadering.
De voorzitter, prof. Lindeboom van Kampen, open
de de vergadering' met een inleidend woord naar Je-
saja 60:112 en herdacht het overlijden van het Be
stuurslid, de heer Dr. Littooij van Middelburg.
Uit het verslag van den secretaris, dat loopt over de
jaren 1907 en 1908 bleek dat in 1907 werden gedrukt
526000 en verzonden 357493 exemplaren en in 1908
resp. 259150 en 237238 exemplaren.
Blijkens het daarna uitgebrachte verslag van den
penningmeester waren de ontvangsten in 1907
21371.125 en da uitgaven 19341.46, batig saldo du3
2029.665 en in 1908 de ontvangsten 21657.02 en de
uitgaven 19456.62, gevende een voordeelig saldo
van 2200.39.
Het aantal leden bedroeg op 31 December 1907
2627 en het aantal aangesloten coöperaties 183, op 31
December 1908 waren deze getallen resp. 2425 en 173.
Aan het einde dezer verslagen werd dank gebracht
aan allen die hadden medegewerkt tot den bloei van
het Genootschap onder het uitspreken van de hoop
dat die medewerking ook yoor het vervolg niet zal
worden onthouden.
Hadat de voorzitter dank had gezegd voor deze ver
slagen stelde hij de vraag wat te doen om den achter
uitgang te stuiten.
Een discussie ontspon zich hierover, waarin de mee
ning werd verdedigd het Genootschap provinciaal te
splitsen, zóó dat iedere afdeeling dan zou kunnen wer
ken onder het Hoofdbestuur.
Dit denkbeeld werd door den voorzitter gesteund,
die opmerkte dat de achteruitgang veel meer te wijten
is aan vertrek of overlijden dan aan direct bedanken.
Ook werd de opmerking gemaakt dat de achteruit
gang normaal is doqh dat de vooruitgang' minder is
dan andere jaren, waarna de aanwezigen werden opge
wekt ieder in eigen kring meer te werken om het le
dental te vermeerderen.
De heer Reinardus sprak de beste wensclien uit
voor den bloei van de vereeniging, wees op den toe
stand in Amsterdam en gaf een beschrijving van de
moeilijkheid die er was om de tractaatjes in de kazer
ne ingevoerd te krijgen. Dank zij de medewerking
van H. M. de Koningin gelukte het, en nu zij er een
maal zijn gaat het in de kazerne zeer goed. Spreker
dankt daarvoor de hoogere autoriteiten.
Ook in de gasthuizen worden er veel geplaatst, zoo
veel dat er te Amsterdam te weinig tractaten worden
ontvangen.
Het voorstel van het Bestuur „in 1910 wordt, tenzij
bijzondere omstandigheden het noodzakelijk maken,
geen algemeene vergadering gehouden" wordt na ge
geven toelichtingen door den voorzitter van de agen
da afgevoerd.
(Wordt vervolgd.)