DAGBLAD VOOR ALKMAAR EN OMSTREKEN, Damrubriek. a mmm m m m m m m n m ié m m m 1909. V R.IJ O A O 19 SEPTEMBER. wenken ter voorkoming van Aziatische Cholera. De vrede en de groote staten. BINNENLA N D. lü is fü in 18 11 IS B B fl B 1 1 I b BB LI B B 11 H jü HÉ üt 11 11 fff B B Ut Wk No. 211* Honderd en elfde Jaargang. Deze Courant wordt eiken avond* behalve op Zon- en Feestdagen* uitgegeven» Abonnementsprijs per 3 maanden voor ikmaar f @„80? franco door het geheele Rijk f 1, AA' jrtiderlijke nummers 3 Cents. Prijs der gewone advertentiëns Per regel f 0.10. Bij groote contracten rabat Groote letters naar plaatsruimte. Brieven franco aan de N. V. Boek- en Handelsdrukkerij v/k HERMs. COSTER B* ZOON* Voordam C 9. Gebruikt geen water uit rivieren, vaarten, grachten en andere water- loopen om te drinken, spijzen te bereiden, groenten te wasschen of vaatwerk schoon te maken. Bij gebrek aan ander water moet dit water goed worden gekookt Eet geen rauwe groenten en geen ongeschilde of onrijpe vruchten en drinkt geen ongekookte melk. Weest zindelijk en matig. i. 5. 42 31 6. 41—37 7. 4742 8. 31—27 9. 40—34 10. 44—40 11. 28 17 12. 36 27 13. 33—28 14. 39—33 16.50—44? 5. 11—17 0. 12—18 7. 7—12 1. 1—7 9. 7—11 10. 17—22 11. 11 31 12. 2—7 13. 7—11 14. 12—17 0 lai m Uit Oudorp ail IIIé IfciÜ HH 1 IÉ Yéslefoöaö saBraer COURANT tSSafggM BURGEMEESTER an WETHOUDERS van ALK MAAR brengen onder de aandicht van de iüfcesetenen de navolgende Burgemeester en Wethouders voornoemd, Alkmaar, G. RIPPING, Voorzitter. 8 Sept. 1909 BONATH, Secretaris. Het is opmerkelijk hoe weinig het menschdom toch doordrongen is van de waarheid, die er tot zekere hoogte ligt in dit te krasse gezegde: „Denken! De mensch kan niet denken. Hij wordt gedacht." De verklaring van het verschijnsel ligt overigens roor de hand. Het is niet aangenaam zich zelf, den homo sapiens die staat boven het redelooze dier, te moeten toegeven, (lat er op het gebied der rede meer een quantitatief dan een qualitatief verschil is tus- schen mensch en dier. En toch wie merkt niet da gelijks op hoe ook de beste denkers zich niet kunnen onttrekken aan hun milieu. Dat wil niet zeggen, dat men nu in een gegeven milieu altijd hetzelfde denkt. Natuurlijk niet. Waar bleef de conversatie? Er zijn dus gelukkigerwijze menschen, die er een zeker genoegen in vinden om te doen alsof zij het tegenovergestelde dachten van dat gene, wat in hun milieu gedacht wordt. Ja er zijn onder die menschen verharde parodoxalen, die er aich voortdurend op toeleggen de gedachten van hun omgeving steeds voor zich zelf om te draaien. Schit terende voorbeelden van zulke denkers zijn er te over. En toch zijn zij niet dan de uitzonderingen, die den regel bevestigen, dat men tot zekere hoogte door zijn omgeving gedacht wordt. Zij, die eiken dag de dagbladen van verschillende na ties lezen, kruinen beter dan iemand anders opmerken, welk een geweldigen invloed het nationale moment, de omstandigheden waaronder een gegeven natie leeft en werkt, heeft op den gedachtengang, ook van de be- kvvaamsten en zelfstandigsten. Zoo kan men dage lijks b.v. in de Duitsche bladen den invloed van de den •taat beheerschende militaire idee vinden, ook al staat AAN DE DAMMER» Iue*Jsoad«i «plossingen in dank out rasse*. Slagzet no. 10 (Oplossing.) Stand. Zw. 1/3, 5, 0, 8, 9, 11/18, 16. 10, 1«, 1», 2», 29 W. 97, 28, 30/32, 35/38, 43, 45/50. Wit speelt nu als volgt: 38—33, 30—24, 28 19, 27—21, 31 4 29 38, 19 30, 13 24, 38 27 of 10 27. Deze slagzet kan in een aantal varianten user dik wijls in de partij voorkomen, vandaar dat wij den be ginners den raad geven, er vooral nota van to ii.iuau. Probleem no. 42 van H. J. ran don Broek. Oplossing van den au tour. Wit speolt: 18—12 7 18 26—20 14 25 36—30 25 84 13*-39 34 48 41—37 31 42 24—20 15 24 33—29 24 33 28 37 17 28 62 5! Zooals men ziet berust dit probleoim op doooifde slagwending als probleem 41 van O. F. Visse. Goede oplossingen mochten wij ontvangen van da laeeren: A. Bruijn, D. Gerling', J. Houtlcooper, G. van Nieuwkuijk, allen te Alkmaar, S. Homan te Wijde Wormer, II. E. Lantinga te Haarlem ou k'. Akkerman te Heer-Hugowaard. Slagzetten in do Fransch» epening. No. 11. Wit Zwart. 1. 34r—30 1. 17—21 2. 30—25 2. 21—26 3. 32—-28 3. 18—23 4. 37—32 4. 26 37 het toevallig behandelde onderwerp mot dat idee slechts in zeer verwijderd verband. Er zouden op dit punt interessante studie» zijn te maken. Zoo zou men kannen vragen of de den Duitschers ingeboren neiging tot systematiseeren niet een gevolg is van de militaire idee Of niet het feit, dat zij, dat met name de Pruisen al sedert eeuwen hebben kunnen waarnemen hoe bij het leger alles nauwkeurig gesyste matiseerd is, hoe daar de verschiUende mannen in nauwkeurig geregeld verband opmarcheeren en hoe slechts door die groote orde de goede resultaten wor den bereikt, of niet dat feit gemaakt heeft dat de Duitschers bij het doen opmarcheeren der ideeën naar diezelfde orde streven en ook daar regiments, batail- lons- en compagnieverbanden kennen. Zij het ook dat die daar noemen: deelen, hoofdstukken, paragrafen, onderafdeelingen. Doch afgezien van dergelijke meer speculatieve com binatie ligt het voor de hand, dat het onmiddellijk ver band tusschen de militaire idee en het dagelijksche leven overal te vinden is en dat men dit dagelijksch leven zich niet kan denken zonder dat militaire mo menten daarop inwerken. Het zou ons te ver voeren in kleinigheden aan te toonen hoezeer de invloed dier militaire idee op elk gebied te vinden is. Doch men heeft maar eens rond te kijken in het studentenleven en in de arbeidersbe weging, in het sociteitsleven en in de uitgaande we reld; men heeft maar eens de begrippen van eer na te gaan, het gevoel voor titels, de gemakkelijke wijze waarop in normale gevallen ook de grootste organisa ties, als b. v. de staatsspoorwegen, werken, om overal, overal veer de sporen te vinden van de militaire op vattingen. En in zoo'n omgeving wil men nu propaganda ma ken voor een beweging, die aanstuurt op beperking van bewapening, op afschaffing ten slotte van het le ger, dat de ruggegraat, de zenuwen, de spieren, de voeten en de handen van Germania is. Is het verwonderlijk, dat die propaganda in Duitsch- land mislukt, dat de gemiddelde Duitscher te zeer on der den invloed van de militaire idee staat, dan dat hij zich een staat zonder militairen zou kunnen den ken? Natuurlijk zijn er vele uitzonderingen, natuurlijk zijn er ook daar paradoxalen, natuurlijk zal ook de mode ginds wel haar invloed doen gelden. Doch de groote meerderheid denkt als velen onder de beste en meest geleerden: dat de pacificisten, gelijk de vredesvrienden ginds genoemd worden, niet-on- schadelijke droomers zijn die de werkelijkheid niet zien. Onder deze omstandigheden is het geen wonder, dat telkens weer in de Duitsche pers stemmen gehoord worden, die voor deze pacificisten waarschuwen, die het op zijn zachtst gesproken een belachelijke utopie vinden zoo'n staat, waarvan het leger niet meer het -eerste en voornaamste orgaan zou zijn. En zeer zeker is het al evenmin een wonder, dat ook de hoogste we tenschappelijke autoriteiten, zoodra zij over een on derwerp als dit schrijven, zieh niet los van hun omge ving kunnen fhaken, zich niet een zoo geheel andere maatschappij als de hunne kunnen denken, waar de militaire idee niet op den voorgrond zou staan: Zeer sterk valt dit weer op bij het doorlezen van en- Stand na don 15en zet van wit. Zw. 3/6, 8/11, 13/20, 23. W. 25, 27, 28, 32/35, 37, 38, 40, 42/4«, 4», 49 Wel kan »lagz«t doet zwart nu? PROBLEMEN. Naar aanleiding van een tot ons gerichte vraag over bovenstaand onderwerp, willen wij daarover than» liet volgende mededeelen. Het problematiek gedeelte van het Damspel wordt door velen druk beoefend. Door sommigen misschien wel wat al te druk, want zij zoeken naar alle proble men, die zij vinden, ook naar die met de onmogelijk ste standen. Wij moeten dit beslist ontraden. Het zoeken naar een mooi probleem biedt zeer zeker zijn genoegens, maar wat is een mooi probleem? Een mooi probleem is een probleem dat: le. wat stand van beide partijen betreft geheel doet kele hoofdstukken uit een nieuw werk van den beken den Münchensehen hoogleeraar Karl Freiherr von Stengel, die als wetenschappelijk man in Duitschland een, grooten naam heeft en in ons land o.a. bekend is omdat hij vertegenwoordiger was van Duitschland op de eerste Haagsche conferentie van 1899. Dit nieuwe werk heet „Weltstaat und Friedenspro- blem" en is geschreven gelijk de hoogleeraar uit drukkelijk verklaart om nog eens aan,, te toonen hoeveel gevaar er voor Duitschland ligt in een toene men van de vredesbeweging. In een volgend artikel hopen wij uit dat werk het een en ander mede te deelen en aan die mededeelingen een paar opmerkingen vast te knoopen. (Wordt vervolgd.) De opening de Sfalen-GeneraaL Thans is bepaald dat H. M. de Koningin do verga dering der Staten Generaal op 21 Sept. a.s. niet in persoon zal openen. Vermoedelijk zullen de Ministers-departementshoof den in commissie worden aangewezen dit in naam der Koningin te doen. Hoogstwaarschnlijk zal nu de heer Lieftinck, als oudste lid in jaren der Tweede Kamer, geroepen wor den in handen der Koningin op het Loo de gevorderde ambtseeden af te^ leggen om daarna gemachtigd te worden zijn overige medeleden den eed of de verkla ring af to nemen. Voo zit er Eerste Kamer Bij K. B. van 8 Sept. is benoemd tot voorzitter van de Eerste Kamer der Staten-Generaal, gedurende de zitting die zal aanvangen op den derden Dinsdag in September 1909, J. E. N. baron Sehimmelpenninck van der Oyo van Hoevelaken, lid van dio Kamer. (St.-Ct.) Twetde Kamer vei kiezing. Ten gemeentehuize van BreukelenNijenrode wer den gisteren officieel candidaat gestéld voor het lid maatschap der Tweede Kamer, in het district Breuke len, aftr. 1913, de heeren (in alphabetische volgorde) mr. H. J. Doude van Troostwijk (chr.-hist.) te Loenen a/d. Vecht; F. H. de Monté Verloren (a.-r.) Den Haag; F. L. S. F. baron van Tuyll van Serooskerken van Zuijlen (lib.) te Zuilen en mr. J. B. L. O. O. ba ron de Wijckemlooth de Weerdesteijn (r.-k.) to Utrecht. Voor do vacature 1909 werden geen eandidaten ge steld. Gouverneur-Cenersa! Idenburg. De benoemde gouverneur-generaal van Nederlandsch- Indië, de heer Idenburg, vertrok gisteren naar Parijs. Men herinnert, zich dat de heer Idenburg voornemens was, nog een vacantietijd in het buitenland to gaan doorbrengen. H. Coiijo. De heer H. Colyn, afgevaardigde van Sneek voor de Tweede Kamer, thans nog in Ned.-Indië, heeft op eene zeereis schipbreuk geleden, maar is volgens een tele- denken aan een onafgespeelde partij. De stand moet natuurlijk zijn. Beide partijen moeten even sterk zijn. Het moet niet overladen zijn met onnoodige stukken en nog minder met dammen. Dammen in een pro bleem, dat evengoed schijf hadden kunnen zijn ont sieren het probleem. 2e. De eerste- of inleidingszet moet verborgen lig gen. Het mooist is het, wanneer er slechts één eerste zet is, die tot het gewenschte«doel leidt. Dikwijls komt het n.l. in een probleem voor, dat de 4 of 5 eerste zet ten in willekeurige volgorde kunnen geschieden. Dit neemt o. i. beslist iets van de waarde weg. (Zie b.v. oplossing jftobleem 42). 3e. Mooi is het wanneer in een probleem schijnop lossingen zijn aangebracht, die den oplosser op een dwaalspoor brengen. Steeds moet men ook in een pro bleem kunnen verklaren, welke zet zwart het laatst gedaan heeft. 4e. Het ontsiert een probleem, wanneer er twee goede verschillende oplossingen mogelijk zijn. Hieruit blijkt dus, dat het zeer moeielijk is een pro bleem samen te stellen, dat werkelijk fraai genoemd kan worden. Vele problemen hebben één van de ge noemde gebreken. Wij zullen dit in 't vervolg meer dan eens aantoonen. Een ook in ons oog zeer mooi probleem werd eenige maanden geleden gepubliceerd door den heer I. Myer. Het was van den heer H. O. van Broekhuijzen te Am sterdam en. had den volgenden stand. m Zw. 12, 13, 14, 17, 18, 20, 24, 35. W. 27, 28, 29, 34, 37, 39, 40, 44. gram, gezonden aan zijn familie in Haarlemmermeer, gered. Te 's-Gravenhage wordt vermoed, dat de heer Co- lijn, als commissaris van het Indisch Gouvernement voor de Buitenbezittingen, zich op reis naar Timor bevond. Louis Botho, Minister Botha is na belangrijke veeaankoopen voor veefokkerijen in Transvaal te hebben gedaan, gisteren uit Leeuwarden vertrokken, om heden, via Rotterdam naar Londen te reizen. GËMENGü NIEUWS. Nadat de Raadsvergadering, waar alle leden tegen woordig waren, Dinsdag door den voorzitter, Burge meester Bos was geopend, legden de heerem H. Bruijn, J. Bijman en P. Couwenhoveai, herkozen raadsleden* de voorgeschreven eeden in zijne handen af, en na men na met hunne benoeming te zijn geluk gewenscht zitting'. De notulen der vorige vergadering werden geleeen en goedgekeurd. Het verzoek van het Bestuur der afd. Noord-Hol land van. den Ned. Bond van Gemeente-ambtenaren, om bij de vaststelling der gemeente-begrooting voor 1910 de jaarwedden van Burgemeester, Secretaris en Ontvanger te herzien, werd voor kennisgeving aange nomen, nadat de Raad zijn gevoelen had uitgesproken dat die jaarwedden hier behoorlijk zijn geregeld. Vervolgens kwam in behandeling een schrijven van Gedeputeerde Staten, waarbij de ontvangst, bedoeld bij art. 167 der Gemeentewet werd bericht van de ver ordening tot aanvulling der Algemeene Politie-veror- dening alhier en waarbij tevens werd te kennen gege ven, dat dit College gemeend heeft tegen het berich ten van de ontvangst dier verordening geen bezwaar te moeten maken, hoezeer daarin, een verbod van het gebruiken van slootwater wordt gemist. Het vestigt de bijzondere aandacht van den Raad op dit punt. Naar Ged. Staten is medegedeeld, kan, behoudens zeer enkele uitzonderingen (en deze gemeente behoort, vol gens hen, niet tot die uitzonderingen) in dit Gewest allerwege door het slaan van Northon-pompen voor niet belangrijke kosten, onschadelijk boenwater worden verkregen. In deze omstandigheden komt het Ged. Staten voor, dat een verbod als hierboven bedoeld, zeer wel uitgevaardigd en gehandhaafd kan worden. Zij verzoeken dit punt opnieuw te overwegen en hun medetedeelen wat ter zake besloten is. De voorzitter herinnerde de vergadering aan hetgeen in de vergadering van 27 Maart j.l. omtrent deze ver ordening is gesproken en dat toen na langdurige wis seling van gedachten, het voorstel van B. en W., om het verbod uittevaardigen slootwater te gebruiken bij het winnen en bewaren van voedingsmiddelen en voor het reinigen van vaatwerk en gereedschappen, bestemd om daarbij te worden g-ebezigd, niet is aangenomen. Vooral op grond dat vele veehouders geen pomp heb ben; dat het boren van een Northonpomp nog al kos ten veroorzaakt en in vele gevallen brak water wordt verkregen. Besloten werd de bestaande bezwaren aan Ged. Sta ten medetedeelen en verder de verordening te laten zooals ze in de vergadering van 29 Mei j.l. is vastge steld. Aan de orde werd gesteld de benoeming van twe* wethouders, in de plaats van de heeren H. Bruijn en J. Bijman, die door hunne aftreding als leden van den Raad, ook hadden opgehouden wethouder te zijn. Bij de beide gehouden stemmingen blijkt het dat op elk der heeren Bruijn en Bijman, 6 stemmen waren uitgebracht terwijl bij iedere stemming een blanco bil jet werd gevonden. 't Aantal stukken is gelijk, 't Doet direct denken aan een stand uit een gespeelde partij. Laatst zet van zwart 1924 is zeer goed te verklaren. Er is slecht» 1 eerste zet. De ontleding is niet zoo moeielijk, maar toch verrassend. Ziehier de oplossing. 27—21, 34—30, 40—34, 84—29, 30 10 24 22, 17 26, 35 24, 24 33. Zulke problemen hebben grooter waarde dan de in- gewikkelste problemen met onnatuurlijke en onmoge lijke standen. Wij komen hierop in 't vervolg wel te rug. Als probleem bieden wij heden onze oplossers aan het volgende van den heer H. Hoogland Jr. te Utrecht, om hen zelf de waarde van dit probleem na het bovenstaande gelezen te hebben, te laten beoordee- len. Probleem no. 43 van H. Hoogland Jr., Utrecht. mq 'W$ (Hf11 ,j PÜ Ml Zw. 3, 4, 6, 7, 12, 13, 15, 16, 18, 20, 23, 24. W. 21, 27, 29, 31, 32, 34, 35, 36, 38, 39, 40, 43, 44. Oplossingen voor 15 September bureau van dit blad.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1909 | | pagina 1