DAGBLAD VOOR ALKMAAR EN OMSTREKEN.
Vader Kondellk en bruidegom Wejwara.
No. 269
Honderd en elfden Jaargang.
1909.
Daze Courant wordt eiken avond» behalve op Zon- en
Feestdagen, uitgegeven. Abonnementsprijs per 3 maanden
voor ikmasir ff ©98Ö5 franco door het geheele Rijk f 1,
A* hinderlijke nummers 3 Cents,
WOENSDAG
Prijs der gewone advertentlën:
Per regel f 0.19. Bij groote contracten rabat Groote
Setters naar plaatsruimte.
Brieven franco aan de N. V. Boek- en Handelsdrukkerij
HERMs. COSTER Ss ZOON, Voordam C 9.
17 NOVEMBER.
FEUILLETON.
B .1 N i\ ÜiNLA N I).
?»leB®®!&sni0Sï!s®r SS,
Dit nummer bestaat uit twee bladen
De Ridderorden za#k.
ALKMAAHSGHE COURANT.
ALKMAAR, 17 November.
Het Benjaminnetje onder de Europeesche monar
chen, Koning Manuel van Portugal is op reis. Eerst
heeft hij den Spaanschen buurman Alfonso bezocht.
I)e plaatjes van het bezoek aan Madrid doen zien, dat
de beide monarchen zich slechts onder enorme militai
re escorte onder het publiek hebben begeven. Het is
zelfs niet gemakkelijk hen beiden te zoeken uit de tal
rijke vederbossen en uniformen van cavaleristen met
getrokken sabel. Evenwel beide vorsten hebben den
dood, die in de straat op hen loert, in de oogen ge
zien. Zoowel koning Alfonso als koning Manuel werd
bijna door een bom getroffen. De aanslag was voor
den laatste al bijzonder tragisch, immers zijn vader en
zijn oudste broeder verloren daarbij het leven.
Gelukkig is de reis naar Madrid goed afgaloopen.
Thans vortoeft de Portugeesche koning, na met het
Koninklijk jacht „Victoria en Albert," vergezeld door
Fransche en Engelsche oorlogsschepen, Portsmouth te
zijn binnengekomen, in Londen. Ook daar moeten
buitengewone maatregelen genomen zijn, om voor zijn
leven te waken. Het heet, dat de politie heeft ge
hoord, dat talrijke leden van gevaarlijke anarchisti
sche vereenigingen naar Londen zijn gekomen. Toch
loopt het leven van koning Manuel er niet het ge
vaar, dat men voor Tsaar Nicolaas duchtte. Hij is
door de Londensche bevolking hartelijk ontvangen en
het trof toevallig, dat het juist zijn verjaardag was
hij werd Maandag twintig jaar. De Engelsche
pers had aangenaam-klinkende begroetingsartikeleu.
Zij herinnerde aan historische bondgenootschappen
tusschen de dynastieën en haalde uit het grijze verle
den sympathieke gebeurtenissen voor den dag. Maar
cok werden er vriendelijke woorden over den koninklij
ken gast gezegd. Zoo schreef de Times o.a.
„Het welkom dat Engeland den jongen Koning
biedt op het oogenblik dat hij Engeland komt bezoe
ken, zal nog zooveel te hartelijker zijn, omdat Enge
land zooveel medelijden met hem voelt. Want nooit
heeft een koning onder droeviger omstandigheden de
regeering aanvaard dan Manuel van Portugal. Op
zijn achttiende jaar, ten gevolge van den moord op
zijn vader en broeder tot den troon geroepen, heeft' hij
den last van het heerscherschap op zich genomen zon
der voorbereid of onderwezen te zijn. Onze landslieden
voelen steeds een edelmoedig medelijden met jeugd en
ongeluk en dat. zal hen er toe brengen, het verblijf aan
den koning van Portugal hier zoo aangenaam te ma
ken als het maar kan."
Die toon is al zeer welwillend en onwillekeurig
vraagt men zich af, wat wel het doel van dit bezoek
is.
Er wordt beweerd, dat koning Manuel het voorbeeld
van koning Alfonso zal volgen en zich uit Engeland
een gemalin zal balen. Genoemd wordt als uitverkore
ne Alexander van Fife, de jongste kleindochter van
koning Eduard, die er slag van heeft familieverwant-
KLEINE GEBEURTENISSEN UIT HET
LEVEN VAN EEN PRAGEE GEZIN
NAAR HET BOHEEMSCH
VAN.
IGNAT HERRMANN
door
S. J. BARENTZSCHöNBERG.
In den handel verkrijgbaar ingen. 2.90; geb. 3.50.
48
Kort en goed Wejwar. Laten wij eens praten
zoolang wij onze zinnen nog bij elkaar hebben. Moe
der vindt dat jelui veertien dagen eerder moest trou
wen alles is zoover klaar.
Waarop zouden wij wachten, Frans, vervolgde
zijn schoonmoeder. Wij zijn klaar, het weer is prach
tig en ik vind, wanneer ge na de bruiloft een klein
reisje wilt maken, dat ge dan van de mooie dagen
moest profiteeren. Wie weet hoe het na Sint-Katha-
rina zijn zal. Daarom Frans
O ja, fluisterde Wejwara.
Nu en wat het andere betreft, Wejwara, sprak
de meester, kort en goed, Josefine krijgt na de trou
wing tienduizend gulden. Ben je daarmee tevreden?
Maar, mijnheer von Kondelik, antwoordde Wej
wara, ik.
Ik weet dat je Josefine niet om haar geld
trouwt, dat je haar liefhebt en dat je het geld niet in
je zaak behoeft te gebruiken. Maar wij hebben het
liggen voor Josefine en dat krijgt zij dadelijk.
Na onzen dood, Frans, sprak nu mevrouw Kon
delik, krijg' jelui alles, dat spreekt vanzelf. Josefine
is immers ons eenig kind. Het huis in de Koninklijke
Wijnbergen en alles
Mm, ja, er staat nog wel eenig-e hypotheek op,
bekende de meester, maar die zal ik, naar ik hoop,
schap met Europeesche hoven tot stand te brengen.
Wel is deze prinses protestant en koning Manuel ka
tholiek, maar ook prinses Ena is indertijd tot-, de ka
tholieke kerk overgegaan.
De koning reisde echter niet alleen hij had zijn
minister van buitenlandsehe zaken bij zich en deze
heeft met zijn Engelschen collega onderhandeld en het
resultaat is «geweest, dat het Engelsoh-Portugeesch
arbitrage-verdrag met vijf jaar wordt verlengd.
Overigens is koning Manuel met groote pracht en
praal gewijd tot ridder van den Kouseband. Op de
plechtigheid volgde een maaltijd, waarbij de gebruike
lijke toespraken plaats hadden. Eigenaardig klonk, als
de telegraaf de woorden goed overgebracht heeft, het
gedeelte waarin koning Eduard zeide, dat het koning
M anuel belang zou inboezemen te vernemen, dat het ar
bitrageverdrag, dat gisteren eindigde door de Engel
sche en de Portugeesche ministers van buitenlandsehe
zaken vernieuwd is.
Is hi?t niet alsof de Portugeesche koning uit den
mond van den Engelschen moet vernemen, dat zijn
eigen minister een tractaat geteekend heeft? Koning
Manuel is wèl jong, maar koning Eduard is toch niet
zijn voogd. Evenwel de Engelsche koning heeft al
tijd wat te zeggen gehad in de Portugeesche zaken.
En als het huwelijk tot stand komt, waarover zoo
even gesproken werd, zal zijn invloed er wel niet min
der op worden!
Tweeds Kamer.
Bij de afdeeling Landbouw bepleitte gisteren de
heer Jannink krachtige bevordering van de katoencul
tuur. Onder deskundige leiding moeten nadeelige
klimaat-invloeden worden bestreden.
De heer Van Idsinga, er op*wijzende, dat in zake
suiker-industrie nog omtrent een aantal vragen onze
kerheid bestaat, o.a. ten aanzien van de grondhuur,
den prijs, den duur van den voorschottermijn, de mo
gelijkheid van een coöperatieve suikerfabriek door in
landers, enz.—, betoogde de wenschelijkheid van den
nieuwen directeur-generaal Lovink op te dragen een
grondig otiderzoek in te stellen en rapport nit te bren
gen, opdat aan den door spreker bedoelden twijfel een
einde kome en beslissingen kunnen genomen worden.
De minister van koloniën, de heer De Waal Malefijt,
antwoordde, dat volgens den afgetreden directeur-ge
neraal, prof. Treub, het door den heer Jannink be
deelde terrein (.Zuid-Oostelijk Borneo) voor katoen
cultuur niet geschikt is. In een verder oostelijk ge
deelte van den archipel zullen proeven op kleine schaal
genomen worden.
Aan den heer Van Idsinga antwoordde de minister,
dat de suikercultuur resorteert onder Binnenlandscli
Bestuur. Echter zal de aandacht der Indische regee
ring op de wenken van den heer Van Idsinga geves
tigd worden, want ook de minister meende, dat er wel
wat in zit te zijner tijd het advies van den heer Lovink
te dezer zake in te winnen.
Bij het verder debat drong de heer De Visser bij
den minister aan zijn volle aandacht te wijden aan het
belang van irrigatie. Vooral in het noordelijk gedeel
te van de Minahassa begint het irrigatievraagstuk te
nijpen.
voor mijn dood aflossen. Dus tien duizend, Wejwara.
Die krijgt Josefine op haar trouwdag. Kijk, van die
groene boekjes der stadsspaarbank.
De meester stond op, liep naar zijn schrijftafel en
nam onder een briefhouder een reeds ingevuld spaar
bankboekje. Hij sloeg het open, legde het voor Wej
wara en sprak:
Kijk, dit is voor duizend gulden. Ik heb het zoo
gaandeweg erheen gebracht. In sommige boekjes is
meer, in andere minder. Bij elkaar zal het ongeveer
tien duizend gulden zijn.
Ja, papa, ja, knikte Wejwara, wiens keel als
dichtgeknepen was. Maar dat gaat eigenlijk Josefine
aan. Ik hoop dat ik met mijn inkomen en dan ben
ik immers niet aan het einde van mijn loopbaan
papa.
Best, best, Frans, zei mevrouw Kondelik, wij
weten dat je ons niet zult haasten. Maar het is
slechts voor de goede orde. De hemel geve, dat jelui
het niet behoeft aan te raken. Wij zijn er natuurlijk
nog, ook al had Josefine niets meegekregen, maar het
is zoo beter. Men staat dan op vasten grond.
En wat het overige betreft, Wejwara, vervolgde
de meester zijn toespraak, wat Bepi later nog zal krij-
ken dat kan ik natuurlijk nu nog niet. bepalen. Wij
zijn er nog en weten niet hoelang wij blijven leven en
wat wij ervan noodig hebben. Wij kunnen ziek wor
den kortom het overige is niet te bepalen. En dan
zou ik ook liever niet altijd blijven schilderen.
Papa ik heb immers niets gevraagd ik heb
alleen Josefine willen hebben.
Goed, Wejwara, ik begrijp je. Maar er kunnen
kinderen komen en dan zal jelui nu en dan een ex
traatje welkom zijn. Voorts zult ge in ons huis in de
Wijnbergen gratis wctfien
Mevrouw Kondelik keek haar man en daarna Wej
wara verrukt aan. Zoo -juist zoo, had zij het zich
gc-wenscbt.
Nu en dan nog iets, Wejwara.
Pepi, ga eens naar de keuken, ik geloof dat Ka
tje je roept
Pepi ging do kamer uit.
De minister beloofd© den gouverneur-generaal met
ilezen aandrang in kennis te zullen stellen.
De heer Thomson klaagde over te weinig voortva
rendheid bij de regeering op handels- en scheepvaart
gebied. Spreker wees hierbij o.a. op de lijdensgeschie
denis der havenvoorziening te Soerabaja, waar de
handel zich, niet ten onrechte, bedreigd ziet. Spreker
hoopte dat het vraagstuk dezer voorziening zou wor
den opgelost in zoodanigen zin, dat de handel zich in
alle opzichten daarmede kan vereenigen. Spreker be
val plan C 3 aan en wenschte opneming van het han
delselement in de commissie voor deze aangelegen
heid.
De heer Bogaardt oordeelde ook, dat het plan C 3
voldoet aan de eischen van den handel, en vroeg ook
opneming van handelsmannen in de bedoelde commis
sie.
De minister vreesde dat opneming van nieuwe leden
in de commissie aanleiding tot vertraging zou geven.
De zaak zal echter van alle kanten bekeken worden.
Wenscht de commissie toevoeging van een handels
man, dan is de minister niet daartegen.
Het amendement werd daarop verworpen met 52 te
gen 4 stemmen en de onderafdeeling daarna goedge
keurd.
Bij de onderafdeeling Departement van Oorlog be
toogde de heer Van Vlijmen dat Indië thans nog, in
geval van oorlog, geheel aan eigen kracht is overgela
ten.
De heer Thomson klaagde over de onjuiste ramin
gen voor oorlogsuitgaven en beroept zich op de Indi
sche Rekenkamer, welke eveneens klaagt over de over
schrijding van verschillende posten voor oorlogsuitga
ven.
iSpr. betreurde het dat de nu afgetreden legercom
mandant wantrouwen heeft uitgesproken in de in-
landscho bevolking. Dergelijke militairen behoeven
niet in hunne functie te worden bestendigd.
Wat de werving aangaat, zou spr. het betreuren
wanneer fot het oude ronselaarssysteem werd terugge
keerd.
Wederom pleitte spreker voor verbetering der rechts
positie van de Indische officieren en drong hij aan op
herziening van het artikel betreffende conduitelijsten.
Verstandig zou de regeering doen niet kennis te
nemen van hetgeen in de organen der bonden van
mindere militairen geschreven wordt over de promotie.
De heer Ter Laan verklaarde zich zeer teleurgesteld
door de voortdurende stijging der militaire uitgaven
en protesteerde daartegen.
De heer Bogaardt pleitte voor verhooging van toela
gen aan Indische officieren gedetacheerd aan de Kon.
Mil. Academie.
De minister zal de volle aandacht schenken aan het
geen door generaal Van VlijmeD. is gezegd. Het maken
van-juiste ramingen is vooral vooi het departement
van Oorlog zeer moeilijk. Er wordt zooveel mogelijk
naar gestreefd.
In de inlandsche officieren stelt spr. groot vertrou
wen. Met kracht wordt gestreefd naar zuivere toestan
den bij de werving voor het Indische leger. Den agen
ten wordt streng medegedeeld, dat ze geen ongeoor
loofde middelen mogen gebruiken. De regeering doet
wat ze kan, om in den toestand van officieren en min
deren in de rechtspositie en in de conduitestaten ver
andering te brengen. Omtrent de siuituren der kader-
school is spr. niets bekend. Wat het geschut betreft
worden proeven genomen met Hembrug-hulsen. Deze
zijn nog niet afgeloopen. Omtrent de bereikbaarheid
van rookzwak kruit gaf de minister uitvoerige inlich
tingen.
De minister van marine (de heer Wentholt) gaf
Als je een kleintje krijgt, dan komt er telkens
een duizendje bij dat blijft voor de kinderen.
Mama papa, sprak Wejwara met vochtige oo
gen, ik heb aan ai die dingen niet gedacht gelooft
mij dat viel mij heelemaai niet in maar als u
het zoo hebt beschikt, bezit ik niet het recht iets te
weigeren, ik spreek niet meer voor mij, maar ook
voor Josefinet, wier belangen ik als echtgenoot ter har
te zal moeten nemen. Ik bemerk wel dat tusschen ons
nooit twist of ruzie zal voorkomen. Gij zijt zeldzame
ouders en ik ik zal altijd een dankbare zoon voor
u zijn.
Wejwara stond op om mevrouw Kondelik de hand
te kussen. Zijn schoonmoeder streelde hem vol liefde
over zijn hoofd.
Den hemel zij dank, sprak zij ontroerd, dat is
dus afgesproken. En nu nog iets. Josefine kom hier.
Met gloeiende wangen kwam Josefine binnen. Mis
schien had ze aan de deur geluisterd.
Nog iets, kinderen, en jij, mannie, luistert,
'ilians zou ik g-aarne willen weten: wilt ge een koude
of een warme bruiloft hebben?
Meester Kondelik hief juist zijn glas op om een
flinken slok te nemen, maar hij zette het snel weer
neer en keek zijn vrouw met half open mond aan. Ook
Wejwara was nieuwsgierig.
Hoe bedoel je dat, Betty vroeg de meester ein
delijk.
Zie je, mannie, dat hangt van het weer af. Als
het heel mooi weer is, kan de bruiloft koud zijn; maar
bij somber, kil weer, vind ik een warme beter geschikt.
Maar wat deksel! Welk verschil is daar dan
tusschen, Betty
Kijk, als het snel afg'eloopen moet zijn, moeten
wij uit de kerk naar huis rijden en dan g'even wij ham,
koud vleesch, gerookte visch enz.,, begrijp je? Dat
zouden wij thuis kunnen doen. Maar als het trouwen
's middags is, dan zou ik voor een warme bruiloft
zijn met soep, evenals een diner. Maar, dat moet
ik zeggen, dat zou ik thuis niet kunnen hebben. Wij
hebben te weinig borden, te weinig zilver en trouwens
geen goede gelegenheid ik zou het ook niet klaar
evenzeer nog enkele inlichtingen over het kruit, dat
gebruikt wordt. Voor ongerustheid behoeft geen enke
le reden te bestaan.
De minister van koloniën beantwoordde nog de rede
van den heer Thomson.
Na replieken werd de vergadering verdaagd tot lie
den 10 uur.
Kamerverkiezing Gulpen.
Naar aan de N. R. Ct. uit goede bron wordt mede
gedeeld, zal mr. Henri van Groenendael, vroeger te
Maastricht, thans griffier der Sjaten van Overijssel,
oandidaat gesteld worden voor de Tweede Kamer in
het district Gulpen.
Naar Het Hsg. zegt uit Den Haag uit betrouwbare
bron te vernemen, zal dr. Kuyper een dezer dagen ge
legenheid vinden, in dte Tweede Kamer een verklaring
betreffende de veelbesproken zaak af te leggen en zal
na hem door mr. Loeff als voorzitter der katholieke,
en mr. Lohman als voorzitter der christelijk-histori-
sc-he Kamerclub het woord worden gevoerd.
RECHTZAKEN.
Arrondissements Rechtbank to Alkmaar.
Vervolg van het tweede blad.
Beleediging en weder»p*nnigheid.
Arie en Pietcr PI. hadden zich den 7den October to
Schagen schuldig g'emaakt aan beleediging en weder-
spannigheid. Alleen Arie PI. was verschenen. Zij
bevonden zich den 7den October 's middags in het
café „'t Vosje" op het marktplein.
Roelof de Liefde, gemeente-veldwachter was ter as
sistentie geroepen door den caféhouder, daar beklaag
den lastig waren. Toen getuige binnenkwam stond
Pieter PI. op en pakte hem beet. Daarna kwam Arie
PI. op hem toe en voegde hem verscheidene beleedigen-
de woorden toe.
Bartje Tamis t-e Schagen was den 7den October in
de herberg 't Vosje behulpzaam. De kasteleines, zoo
vertelt zij, stuurde eeu jongentje naar de politie om
assistentie. Daarop verscheen de Liefdé, die door Pie
ter PI. werd aangegrepen en door Arie PI. werd belee-
digd.
Maartje Boon te Schagen, de dochter van den kaste
lein uit 't Vosje, verklaart 's middags in het café van
haar vader de twist te hebben bijgewoond. Haar ver
klaringen komen overeen met die van de vorige getui
ge. Zij heeft evenwel Arie PI. niets hooren zeggen.
Cornells Koelewijn, rijksveldwachter te Schagen,
verleende de Liefde hulp bij het overbrengen naar het
bureau van politie.
De off. eischt tegen dén eersten beklaagde wegens
beleediging van een ambtenaar in de rechtmatige uit
oefening zijner bediening 15 boete of 10 dagen hech
tenis, tegen den tweeden wegens wederspannigheid 1
week gevangenisstraf.
Bedelarij.
Willem K. was niet verschenen. Hij had den 12den
October te Heer-Hugowaard gebedeld en moest des
wege heden terechtstaan.
Cornells van der Molen, rijksveldwachter te Noord-
Scharwoude, heeft proces-verbaal in deze zaak opge
maakt. 's Morgens om 9 uur zag hij beklaagde bij
juffrouw Rijs op het erf. Hij stak zijn hand uit om
een aalmoes te vragen. Bij herhaling had getuige be
klaagde reeds gewaarschuwd.
Juffrouw Pijs verklaart dat beklaagde bij haar
kwam. Hij vroeg haar niets, maar hield zijn hand be
delend op, zooals hij gewoonlijk deed.
kunnen krijgen, en wat het ergste is, ik zou niet mee
naar de kerk kunnen gaan maar als een schild
wacht hij het fornuis op post blijven staan.
Ik ben vóór een wanne bruiloft, zei Kondelik.
Josefine knikte. Zij wild© ook een warme bruiloft
hebben. En Wejwara, die een onmiskenbare meerder
heid voor zich zag, stemde ook ervoor.
Goed, begon mevrouw Kondelik weer, dat is ook
het beste. En nu moet gij mij eens raden waar.
Allen zwegen. Wejwara was in die dingen trou
wens heelemaai niet bevoegd.
Zie je, mannie, sprak mevrouw Kondelik, ik
hoor altijd dat er zulke prachtige bruiloftsmaaltijden
in de „Mestanska Beseda" gehouden worden. Jij bent
lid, betaalt meer dan twintig jaar je lidmaatschap, jij
moet erheen gaan en eens informeeren. Thuis is het
werkelijk te lastig. Er zullen zoowat twintig men-
schen komen, wij hebben geen plaats genoeg. Daar
vinden wij alle gemakken, behoeven voor niets te zor
gen en er kan niets bedorven worden. En duur zal het
ook niet zijn.
Er werd dus in beginsel tot een warme bruiloft be
sloten en mijnheer Kondelik kreeg de opdracht een
der volgende dagen naar de „Mestanska Beseda" te
g'aan om met den restaurateur te spreken, een zaal te
bestellen kortom allo noodige schikkingen te ma
ken.
De meester wilde dat Wejwara hem vergezelde.
Toen de bruigom tegen tien uur opstond om heen
te gaan, zei de gelukkige moedter tot hem:
Ziezoo, Frans, zorg jij nu voor de noodige pa
pieren. Josefine's doopact© heb ik al thuis. Op het
stadhuis zullen ze je toch geen moeilijkheden in den
weg leggen?
O, neen, mama, daar trouwt ieder oogenblik ie
mand.
Ja wel, daar zijn altijd de poppen aan het dan
sen, voegde de meester erbij. Ik heb al drie stembil
jetten ontvangen.
Laat nu maar alle „stemmen" met vrede, nu
hebben w ij te kiezen, mannie.
Wordt vervolgd.