DAGBLAD VOOR ALKMAAR EN OMSTREKEN. V No. 7 Honderd en twaalfde Jaargang. !Q10. Daze Courant wordt eiken avond» behalve op Zon- en rees klagenuitgegeven. Abonnementsprijs per 3 maanden voor P jkm&ar f franco door het geheeie Rijk f 1,e Af jjnderlijke nummers 3 Cents. MAANDAG Prijg der gewone advertentiën: Per regel f 0,10. Bij groote contracten rabat Groote letters naar plaatsruimte. Brieven franco aan de N. V. Boek- en Handelsdrukkerij v/h. HERMs. COSTER ZOON, Voordam C 9. 10 JANUARI. INSCHRIJVING NATIONALE MILITIE. Hondenbelasting. Rekeningen. Uit Hof- en Hoofdstad. BINNENLAND. O Voor de mannelijke geborenen van 1891 op Dinsdag en Vrijdag van iedere week van 13 uur tot 20 Januari a.s. DE BURGEMEESTER VAN AMSTERDAM. ALKMAARSCHE COURANT. 1"©l«!®©!3JS!t8l»JB!8er fi. ~ia.a K 1 Wfjrusa -1 BURGEMEESTER en WETHOUDERS van ALK MAAR brengen in herinnering, dat volgens de op 20 September 1882 vastgestelde verordening op de hef fing eener belasting op de honden, ieder eigenaar, be zitter of houder van een of meer aan de belasting on derworpen honden verplicht is, daarvan jaarlijks vóór 31 JANUARI ten kantore van den gemeente-ontvan ger aangifte te doen. Die aangifte geschiedt door de inlevering van een behoorlijk ingevuld en door den belastingschuldige on derteekend biljet, kosteloos aan dat kantoor verkrijg baar. De betaling der belasting geschiedt dadelijk bij de aangifte tegen kwitantie en afgifte van een penning, onverminderd het recht, om, zoo de aangifte onjuist bevonden wordt, herziening te doen plaats hebben. Burgemeester en Wethouders voornoemd, G. RIPPING, Voorzitter. DONATH, Secretaris. Alkmaar, 7 Januari 1910. wegens in 1909 aan de gemeente ALKMAAR gedane leveringen, worden zoo spoedig mogelijk ingewacht, voor zooveel betreft de Gemeentewerken, de Gasfa briek, de Gemeentereiniging en het Gemeente-slacht huis bij de Directeuren van deze takken van dienst; de Plantsoenen en de Begraafplaats bij den Opzich ter; de Politie bij den Commissaris van Politie en wat de overige takken van dienst aangaat ter Secre tarie der gemeente. De Secretaris der gemeente ALKMAAR, DONATH. Alkmaar, 7 Januari 1910. ALKMAAR, 10 Januari. Het is een merkwaardig stille week geweest, deze eerste week van het nieuwe jaar. Alleen in Engeland is het druk. De voornaamste leiders houden geduch te redevoeringen en niet altijd zijn de aangevoerde argumenten even steekhoudend en eerlijk. Met belangstelling wordt de dag van Vrijdag afge wacht. Het conservatieve orgaan de „Observer" geeft be rekeningen van de resultaten van de aanstaande ver kiezingen door deskundigen van beide partijen. Deze berekeningen wijzen op uiteenloopende meeningsver- schillen. De voorspelling van een radicaal geeft aan het te genwoordige kabinet een meerderheid van 200 stem men, een ander 110; een derde gelooft, dat de conser vatieven zullen winnen met een meerderheid van 8 stemmen. De „Obserververklaart, dat deze berekeningen wij zen op de grootste strijdigheid van gevoelen, nooit ge kend in de electorale geschiedenis van Engeland. In Duitschland wordt voortdurend meer aangedron gen op spoedige en grondige hervorming van het Prui sische kiesstelsel. De Landdag komt in de eerstvolgende dagen bijeen en met spanning wacht men af, op welke wijze de in de troonrede gegeven be lofte door den opvolger van den toenmaligen rijkskan selier in vervulling zal worden gebracht. Toch is de spanning niet bijzonder groot omdat algemeen ver moed wordt, dat de regeering van het directe, geheime kiesrecht niet wil weten. Overigens heeft men in Duitschland naar aanleiding van de verloving van prins Friedrich Wilhelm met Agatha van Ratibor de Ebenbürtigkeitsfrage besproken, de vraag of beide partijen wel van gelijke afkomst zijn. De zaak is op bevredigende wijze opgelost. Het vol gende keizerlijk besluit is verschenen: „Overwegende, dat volgens de geldende grondstel lingen van het zoogenaamde Duitsche vorstenrecht een belangrijk onderscheid bestaat tusschen het Huis Radziwill en het Huis Hohenlohe, waarvan het Huis Ratibor een tak is; ovei wegende, dat de Hohenlohe's voormalige Rijks vorsten zijn, die wel is waar gebied en heerschappij hebben verloren, doch in ruil daarvoor als „smarte- geld het recht der „Ebenbürtigkeit" met de regeeren- de vorstenhuizen kregen; overwegende, dat herhaalde huwelijken tusschen re- geerende vorstengeslachten en families van heeren zijn ingekomen, wier grondgebied was ingelijfd; overwegendeenz. Zoo verklaren wij het Huis Ratibor „Ebenbürtig" en staan wij het huwelijk van onzen geliefden neef. Eriedrich Wilhelm.... met prinses Agatha von Rati bor toe." In België was sprake van twee huwelijkskwes ties. Er is veel over het huwelijk van Koning Leo pold te doen geweest, en naar verluidt is het eerst vier dagen vóór den dood des konings kerkelijk ingezegend. De Belgische bladen melden thans dat de Paus, daar het kerkelijk huwelijk van koning Leopold officieel erkend is, aan de beide zonen van barones De Vaughan de betuigingen van zijn leedwezen met het door hen geleden verlies en zijn Pauselijken zegen ge zonden heeft. Een andere vraag, die gesteld was, was deze, of voor het huwelijk van koning Albert de voorgeschre ven wettelijke goedkeuring was gevraagd en verkre gen. Maar ook op deze vraag was spoedig een antwoord gevonden en koning Albert zal zich niets behoeven aan te trekken van dit geval. In Hongarije heeft men weer eens een ministercri sis opgelost de crisis duurt er vaak langer dan het leven van een kabinet! In Griekenland heeft de militaire liga wraak geno men voor de onlangs geleden nederlaag; zij heeft den val van den minister van oorlog laten volgen door dien van zijn college van binnenlandsche zaken, die bij haar niet in den smaak viel. De brand in het koninklijk paleis te Athene trok voorts de aandacht, hoewel kwaadwilligheid buitenge sloten schijnt. De nieuwe regeering van Kreta heeft den eed van trouw aan Griekenland gezworen en de Kamer heeft besloten de in Griekenland bestaande wetten ook voor Kreta geldig te verklaren. De Porte vond hierin aanleiding te protesteeren bij de mogendheden, die belast zijn met de bescherming van Kreta. Er is dus weer een conflict. In Denemarken is voor het Rijksgerechtshof de be handeling der aanklacht tegen den vroegeren Deen- schen minister-president J. O. Christensen, en den mi nister van binnenlandsche zaken, Sigurd Berg, in ver band met de vervolging van den gewezen minister van justitie Albert! begonnen, maar uitgesteld tot 2 Fe bruari. Vanuit Amerika kwam tenslotte uit het ministerie van buitenlandsche zaken een rondschrijven inzake de oprichting van een internationaal hof voor scheids rechterlijke uitspraken. De Haagsche kroniekschrijver van de Prov. Gron. Ct. verklaart, dat in niet geringe mate de aandacht heeft getrokken de wijze waarop er vele hoog' geplaat ste personen het Hofbal door de beide Vor stinnen als 't ware zijn genegeerd; men bracht dit opvallende feit in verband met zekere op politiek ter rein in den laatsten tijd voorgekomen gebeurtenissen en onthullingen. En nu ik daarover toch spreek zoo gaat hij dan voort kan ik u verzekeren, dat de samenstelling van den raad van eer in de bekende zaak van dr. Kuyper een fait accompli is. Het moet nog al moeite hebben gekost een viertal mannen van naam en positie er voor te vinden; de meeste heeren, die aangezocht wer den, hebben voor de eer bedankt en als straks de na men van de leden van 't êeregerecht bekend worden, zal t ook niet meevallen. Doch de moeilijkheid moet nog minder hebben geschuild in de samenstelling van den raad, dan wel in de formuleering van zijn taak, waaromtrent men 't zelfs voor een paar dagen nog niet eens was, ook nadat de eereraad reeds was samen gesteld. Het spreekt van zelf dat de opzet van de ge heeie comedie van dien aard is, dat de uitslag geen andere kan zijn dan een volkomen bevestiging van de verklaringen des aangeklaagden omtrent het niet be wijsbare van eenig- verband tusschen decoratiën enver- kiezingsfondsen. De gelegenheid om op dit punt be wijsmateriaal te verzamelen zal de eereraad niet heb ben; daartoe zou alleen een parlementaire enquête commissie in staat zijn en daarom is men er van de zijde van dr. Kuyper's vrienden zoo afkeerig van. Een der sterkste bewijzen van de pogingen om de zaak in een verkeerd licht te plaatsen vond ik in 't overzicht van „Ons Tijdschrift" ('t anti-revolutionnair ge schrift) waarin nu ja, meer licht wordt geëischt, maar tevens gevraagd, waarom in deze quaestie de oud-mi nister Borgesius zweeg? Dacht hij misschien -zoo heet 't aan'een andere ridderorde, iemand verleend die 100.000 gaf voor een liefdadige instelling? Men gevoelt terstond hoe hier ongelijksoortige zaken wor den vergeleken. Het is toch heel iets anders dat een minister een staatsburger, die een daad verricht van zeldzame philantropie deswege voor een decoratie voordraagt, of dat hij iemand zonder verdienste op verzoek van een juffertje den weg aanwijst om zich door zekere handeling een ridderkruis te verwerven, wat dan nog gevolgd wordt door 't genereuse offer van duizenden voor een politiek propaganda-werk van den ministerQui bene disting uit bene docet doch ik vrees dat de eereraad wel niet al te nauwgezet zal „onderscheiden. Het doet er trouwens weinig toe de zaak moet als een nachtkaars uitgaan, 't Plan schijnt aldus te zijn opgezet dat de eereraad aan het werk gaat tegen den tijd dat de Tweede Kamer de quaestie in de afdeelingen moet behandelen. Dan is er voor de rechterzijde een afdoend argument om 't voorstel Troelstra ter zijde te stellen en bij de openba re discussie af te wijzen. En dan volgt daarna het ver slag van het eergerecht, dat de onvoorzichtigheid, die dr. K. beleden heeft betreurende, hem overigens ten eenenmale onschuldig verklaart aan eenig laak baar laat staan strafbaar feit. Daarna: jubelkoor over de vernietigde lastercampagne der liberalen en huidebeweging aan den schandelijk miskenden leider der christelijke coalitie.... Mij is 't wel; jammer al leen dat mannen als Lohman, Van Idsinga, Loeft, De Geer, De Visser hun reputatie van onkreukbaar eer lijke dienaren, des rechts en van de waarheid, daarbij in gevaar brengen. Aan den Haagschen brief van de N. Vlaard. C. ont- leenen we het volgende: Nu de Nieuwjaarsdrukte bij de Posterijen weer ach ter den rug is, meen ik dat het oogenblik gekomen is om de vraag op te werpen, of deze eigenaardige toe stand jaar in, jaar uit voortduren mag. De gewoonte om aan vrienden en kennissen met de jaarwisseling een kaartje toe te zenden geeft op zich-zelf genomen natuurlijk geen aanleiding tot critiek. Integendeel, velen zijn er nu eenmaal zeer aan gehecht en met zul ke gevoelens dient rekening gehouden te worden. Er is echter een groot bezwaar aan die kaartjesmanie ver bonden. Door de enorme hoeveelheden, die de laatste dagen van ieder jaar ter post bezorgd worden, loopt de gewone postdienst danig in de war. En dat is iets, wat naar mijn meening niet door den beugel kan. Hoofdzaak moet blijven de ernstige correspondentie, gedrukte kaartjes vragen eerst daarna de aandacht. Jawel, ieder is het hiermede eens, maar hoe in de practijk dit door te voeren. Ik heb dit jaar den gang van zaken eens nauwkeurig nagegaan en acht mij nu gerechtigd tot de klacht dat het niet langer zoo gaat. Gewone correspondentie, waar het meeste belang hij kan zijn, bleef eenvoudig liggen, wijl er geen handen genoeg waren om de honderdduizenden stukken op tijd te sorteeren. Hulde aan de ambtenaren, die er kalm onder bleven en onverstoord hun gang gingen, maar het publiek, dat zijn brieven en couranten uren en uren, ja soms een dag later kreeg dan in gewone omstandigheden heeft het recht te mopperen. Daar moet een eind aan komen. Gewichtige volksbelangen mogen niet een paar dagen per jaar opgeofferd wor den aan een goedige maar weinig beteekenende ge woonte. Het is echter gemakkelijk gezegd; daar moet een eind aan komenMaar hoe Ik had er een gesprek over met een kundig postambtenaar, die zich, zooals het een goed ambtenaar betaamt, zeer gereserveerd uitliet. Weet ge wel, zoo voerde hij mij tegen, dat het Rijk er een aardigen duit aan verdient? Goed, toege geven, antwoordde ik, maar wat zijn nu eenige hon derden guldens tegenover den eisch, dat het postver keer niet dagen lang in de war is? Nu, zoo antwoord de mijn zegsman, enkele honderden guldens weet ge wel, dat alleen in Den LIaag de laatste dagen van het vorige jaar honderdduizend postzegels van 1 cent meer verkocht werden dan in gewone dagen? Ik had zoo'n hoog bedrag niet verwacht, meende juist, dat het kaar- tjeszenden aan het afnemen was in de laatste jaren. Maar hoe dan ook, ik wilde mij door dit winstje niet uit den weg laten slaan en ging daarom voort: Best, dat is dus 1000 voor den Haag en laten we aannemen dat er overal evenveel aan gedaan wordt, dan verdient het Rijk er een 20 a 25 duizend gulden aan; ik herhaal echter mijn vraag: mag dit een argument zijn? Mijn deskundigen stond toen een beetje met den mond vol tanden en vroeg mij wat ik dan wilde. Welnu, ik zou 't volgende voorstel hebbenDe overheid neme slechts tot 24 of 25 December kaartjes aan ter uitreiking op Nieuwjaarsdag. De postambtenaren hebben dan een week tijds om de kaartjesmassa's te sorteeren en ge reed te maken voor de expedieering op den len Janu ari. Het gewone werk zou er niet onder behoeven te lijden, de menschen zouden hun kaartjes blijven zen den en de Staat had er geen schade bij. Ik geef mijn denkbeeld natuurlijk voor beter, maar zou toch gaarne zien, dat de postautoriteiten het eens in overweging namen. Wie wêet, gaat het een volgend jaar dan al veel beter. We zijn alweer een stapje vooruit gegaan zegt Jan van de Munt in de Leeuw. Ct. Vroeger moest je naar het Variété-theater of naar de kermis om een wereld wonder te zien. Thans komen ze aan je deur, bellen aan, presenteeren zich beleefd enhouden de hand op. Een bewijs van vooruitgang, niet? Als we het zelf niet gezien hadden, zouden we het niet gelooven! Toch is het waar dat zich een schilder zonder armen, en die dus met zijn mond zijn penseelen „hanteert," aan de deuren meldt, en 't zij een kunst stuk dan wel een prentbriefkaart met zijn goedge slaagd portret te koop aanbiedt. Hoe hij belt? Wel, met zijn mond! Hij doet alles met zijn mond en het is dus niet onlogisch, dat hij ons er aan komt herinne ren, dat hij er ook mee eet. We zouden dit bij de veelzijdige werkzaamheden van dit orgaan kunnen ver geten. De stukjes, die hij maakt, zijn niet onaardig. We zagen van zijn.... mond: een Hollandsch land schap met een molen, een sloot en een vergezicht, dat getuigt zelfs van zekere vaardigheid. Zijn armen zijn stompjes, maar overigens ziet hij er struisch uit, ter wijl 's mans mond artistieke prestaties zelfs aan zijn welbespraaktheid geen kwaad' blijken te hebben ge daan. Welaan dan, dezen schilder zonder armen deeer aangedaan die hem toekomt! En hem gehuldigd als een van de vele wereldwonderen, wier aantal bedenke lijk toegenomen is sedert de Grieken beweerden er het monopolie van te hebben en die dan ook door onzen tijd beter worden geëxploiteerd dan in de dagen van de Rhodesiaansche colossen. PROV. SKATEN VAN NOORD-IIOLLAND. De commissaris der Koningin in Nooi-d-llolïam heeft de leden der Provinciale Staten bijeengeroepen in buitengewone zitting, op Dinsdag 25 dezer, des voormiddags elf uur. Dan zal aan de orde worden ge steld de verkiezing van een lid van de Eerste Kamer, ter voorziening in de vacature, ontstaan door het over lijden van mr. S. A. Vening Meinesz. O P JV5. E ft O O NIEUWS EEN DIEVENBENDE. Men meldt uit Arnhem: In de zaak der gearresteerde dievenbende onder de bewoners der woonwagens valt nog het volgende te meldenDe bende bestaat uit drie mannen, waaonder vermoedelijk Belgische deserteurs en drie vrouwen. Zij roofden wat zij konden in de plaatsen, waar zij doortrokken. Twee der vrouwen hebben nog een ge vangenisstraf van elk vijf maanden tegoed. In de wa gens werd gevonden ongeveer 1000 aan Fransch, Duitsch en Hollandsch geld, gouden ringen met en zonder steenen, broches, armbanden, revolvers, een ge weer en ammunitie. Gebleken is, dat een gedeelte dei- gouden sieraden gestolen is bij de juweliersfirma Ma- nikus alhier. Het onderzoek in Rotterdam, Breda, Gorkum en Den Haag heeft aangetoond, dat niets van de diefstallen daar ter plaatse afkomstig was. De pho to's der aangehoudenen zijn in verband met het onder zoek naar Brussel gezonden. De Raadszitting van a.s. Woensdag is de laatste welke door burgemeester Van Leeuwen gepresideerd zal worden. Naar het N. v. d. D. verneemt zal de scheidende burgemeester, na afloop van de agenda, namens den Raad worden toegesproken door het oud ste raadslid, den heer L. Serrurier, en namens de wet houders door den oudsten wethouder, den heer Th. F. A. Delprat. Deze zal na het vertrek van mr. Van Leeu wen het burgemeestersambt waarnemen, totdat de nieuwe titularis benoemd is. INBRAAK. Gisternacht hebben inbrekers te Amsterdam huis gehouden aan boord van de stoomboot „Ceres," van de Noord-Kollandsche Tramweg-Maatschappij. Zij druk ten o.a. een paneel van de kajuitsdeur in en namen uit de kajuit een paar koperen scheepsvoorwerpen en een paar kleedingsstukken weg. Van de daders geen spoor. AFWIJZEND BESCHIKT. De minister van marine heeft afwijzend beschikt op het verzoek van een jongen te Haarlem, die voor eenige jaren tuchtschoolstraf onderging, in die school en ook later goed oppaste, doch die, wegens het ver melden van de ondergane tuchtschoolstraf op het aan gevraagde bewijs van goed gedrag niet tot een dienst verbintenis bij de marine toegelaten was en toen de tusschenkomst van den minister had ingeroepen. De afwijzing van het verzoek wordt niet gemotiveerd. RIJWIELVERDUISTERING. Te 's-Gravenhage is naar het huis van bewaring overgebracht een persoon, die zich in den laatsten tijd herhaaldelijk aan verduistering heeft schuldig ge maakt. Door jongens, die hij op straat aansprak, liet hij bij verschillende rijwielhandelaren fieten huren, welke fietsen daarna door hem werden te gelde ge maakt. Niet minder dan 9 rijwielen, welke op deze wijze door hem waren verduisterd, zijn reeds door de politie opgespoord. De aangehoudene heeft bekend. JAARVERGADERING VAN HET GEWEST NOORD-IIOLLAND VAN DEN NEDERL. GYM- NASTIEKVERBOND. Gisteren werd in „De Kroon," te Amsterdam, onder voorzitterschap van den heer R. D. O. Bornemann de jaarlijksche vergadering van het gewest Noord-Hol land van het Nederlandsch Gymnastiek Verbond ge houden. 44 vereenigingen waren vertegenwoordigd door 65 afgevaardigden, tezamen 91 stemmen uitbren gende. Het gewest bestaat uit 79 vereenigingen, tezamen met 2444 leden, hetgeen voor het afgeloopen jaar een vooruitgang beteekent van ruim 200 leden. Ook het aantal aspiranten, zoowel jongens als meisjes, ging belangrijk vooruit. Door vele vereenigingen werd in alle deelen van het gewest ijverig voor de turnzaak gepropageerd, met het gevolg, dat op verschillendé plaatsen turnvereenigin- gen werden opgericht. Uit het verslag van den penning-meester bleek, dat 'n nadeelig saldo van 53.73 te constateeren viel, hetgeen voornamelijk veroorzaakt werd door het feit, dat voor de gewestelijke uitvoering', die in Den Helder gehouden zou worden en door verschillende omstandig heden niet is doorgegaan, uitgaven werden gedaan, die later niet door baten werden gedekt. Besloten werd te trachten dit jaar een gewestelijke uitvoering te geven in Den Helder. Blijkt dit niet mogelijk, dan zal getracht worden de uitvoering in Alkmaar te geven. De volgende gewestelijke vergade ring zal in Haarlem worden gehouden. ERNSTIGE MISHANDELING. Donderdagavond te ongeveer zes uur is te Middel burg bij een twist in een café een boerenjongen uit 's Heer-Arendskerke met een biljartqueu op het hoofd geslagen. De jongen, die geheel buiten de ruzie stond, werd eenigen tijd later bewusteloos. Zijn vrienden brachten hem per rijtuig naar zijn WQonplaats. Tot Vrijdagavond was hij nog bewusteloos en de dokter zag zijn toestand zéér. ernstig in. De politie te Mid delburg, gewaarschuwd door de rijkspolitie van 's Heer-Arendskerke, stelde een onderzoek naar den

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1910 | | pagina 1