BUITENLAND.
GEIENOD NIEUWS.
MOORDAANSLAG MET KOKEND WATER.
lagere handelsschool van de Algemeene Winkeliersver-
eeniging kan worden tegemoet gezien, welke school
zich zal aanpassen aan de behoefte der practijk. Rijk,
provincie en gemeente hebben subsidie toegezegd.
UIT BERGEN.
De heer H. B. Fijnenberg oud-onderwijzer aan R. K.
Jongensschool te Amersfoort, is met ingang van 1
Mei benoemd tot leeraar in de Fransche taal en de
wiskunde aan de R. K. Kweekschool voor onderwijzers,
alhier.
UIT BROEK OP LANGENDIJK.
De vorige week werd aan de afslagmarkt te Broek
op Langedijk nog aangevoerd 121.000 roode kooien,
58.300 gele kooien, 9900 witte kooien en 1676 balen
uien.
Van de groentenlaadplaats werden in die week ver
zonden 148 waggonladingen.
UIT HOORN.
De Noordh. Pluimveevereen. „het Rashoen" zal
Vrijdag een buitengewone algemeene vergadering
houden ten einde een beslissing te nemen over het be
stuursvoorstel, om zich als afdeeling „West-Fries
land" bij de V. P. N. aan te sluiten, met dien ver
stande, dat de naam en het wezen van het Rashoen
behouden blijft. De leden zullen dan derhalve de voor
deden van heide vereenigingen kunnen genieten.
Zondag was het 25 jaar geleden, dat de dames
B. Ooievaar en O. de Lange als onderwijzeres aan de
Zondagschool-vereeniging „Timotheus" te Hoorn,
verbonden werden.
Na afloop van de Zondagschool werden door den
Voorzitter eenige woorden van waardeering gesproken,
waarna hij beide jubilarissen een zilveren herinne
ringsbroche overhandigde. Door het personeel der
Zondagschool werd haar nog ps. 134:1 toegezongen.
UIT OTERLEEK.
De op 16 Jan. vastgestelde uitvoering van Ons Ge
noegen heeft nu 27 Februari plaats kunnen hebben
omdat de kasteleines, wed. van Ham, vergunning had
gekregen tot het houden van „Bal na." Nu, het ge
duld is wel beloond, wan de zaal was eivol, en de aan
dacht onder 't spel en de orde in de pauzen uitstekend.
De deelname aan het voor jongelui zoo aantrekke
lijke nadansen was dan ook groot. De Reciteerclub
maakte goede zaken, de kasteleines niet minder.
Opgevoerd werden: „Vader en Zoon," tooneelspel en
„Een Misverstand," blijspel.
Ten slotte een spectacel-scène„De gemeenteraads
zitting te Wouweldam.
De hoofdpersonen hebben zich in beide stukken zeer
goed van hun taak gekweten en de overigen hielpen
ijverig mee de opvoeringen te doen slagen.
UIT HEILO.
In een zeer druk bezochte vergadering, van de leden
der afdeeling „Heilo" van 't Witte Kruis, die met een
zeer gepast woord werd geopend door den voorzitter,
den heer W. Houtsma, trad gisterenavond in het café
„de Onderneming" van den heer J. Ruiter als spreker
op over het onderwerp „tuberculose" de heer Dr. F.
Hoekstra, arts alhier. Zeer uitvoerig schetste spreker
liet ontstaan dier „volksziekte," hare behandeling en
de levenswijze van lijders, de sanatoria, de lighallen,
en wat daarmede in verband staat, een en ander door
lichtbeelden opgehelderd.
Een daverend applaus kondigde den bijval aan met
sprekers leerrijke lezing.
UIT OUDE-NIEDORP.
Zondag gaf de Rederijkerskamer „Molière" alhier
in het lokaal van den heer T. de Jong, voor een flink
bezette zaal een tooneeluitvoering. Opgevoerd werd
„Verleden", tooneelspel in 3 bedrijven, door Ina Bou-
dierBakker en tot nastukje „Ik ben Vader," klucht
spel in één bedrijf. Zoo als wij dit van die kamer ge
woon zijn, werd er ook nu weer best spel geleverd,
vooral de opvoering van het nastukje deed de aanwe
zigen hartelijk lachen.
Tot slot bal na.
Tot zetter van 's Rijks directe belastingen in deze
gemeente is benoemd de heer J. Ligthart, in de plaats
van wijlen den heer C. Hille.
De Gymnastiek-vereeniging „Turnlust" alhier
is wegens gebrek aan medewerking opgeheven.
EEN VOORRECHT ONTNOMEN.
Het. reeds eenigen tijd geleden opgedoken gerucht,
dat de gunstige bepaling, waardoor het personeel der
H.IJ.S.M. in de gelegenheid werd gesteld tegen lager
prijzen bij de maatschappij brandstoffen, aardappels
en wollen dekens op te doen, zou worden ingetrokken
met 1 Mei a.s., wordt nu ook door de N. R. Ct. be
vestigd.
BEDRIEGERIJEN.
Op de stoep van een huis, gelegen aan een onzer
's avonds zoo stille stadsgrachten, schrijft de Stan
daard, zat Zaterdag, 't was nog. maar een uur voor
middernacht, een bedeljongen; iemand, die in het huis
wezen moest sprak hij aan„Geef me asjeblieft een
stukkie brood menheer, ik heb zoo'n honger," klonk het
bedeesd. „Waar woon je kereltje?" werd gevraagd.
Hij noemde eene naburige straat. „Goed," luidde het
antwoord, „dan gaan we samen even naar je huis."
Het tweetal liep nu eenige straten door en onderweg-
antwoordde de jongen op een kruisvuur van vragen
waaraan hij onderworpen werd, dat hij nog vijf broer
tjes en zusjes had, z'n moeder ook uit bedelen ging,
z'n vader niets verdiende, hij zelf geen kleeren had
om werk te zoeken enz.
Een donkere trap in eene onaanzienlijke straat wees
hij tenslotte als zijn woning aan. „Ga maar naar bo
ven," werd hem gecommandeerd; „moeder is niet
thuis," klonk het terug. „Dan gaan we naar de bu
ren," zoo zette zich het gesprek voort. „De buurvrouw
een hoog voor is ziek." „Dan gaan we naar een hoog
achter."
Plotseling nam de jongen een sprong en vloog de
straat uit, een dwarsstraat in.
Dikwijls ontmoet men tegenwoordig 's avonds,
vooral op de grachten, kinderen, die met de voorbij
gangers medeloopen en om een aalmoes vragen. Men
zij toch voorzichtig. Als niemand meer iets geeft,
zonder voorafgaand onderzoek, dan houdt dit bedelen
spoedig op. Bovenstaand staaltje bewijst weer, hoe te
spoedig medelijden, meestal is misplaatst.
Zaterdagmiddag omstreeks 2 uur kreeg de luitenant
K., woonachtig in de Wilhelminastraat te Breda, zoo
vertelt de N. Ct., bezoek van zekeren V., die zeide, dat
hij hem nog kende uit den tijd, dat hij als milicien
sergeant bij de infanterie te 's-Hertogenbosch in gar
nizoen had gelegen. Hij was tegenwoordig handelaar
in sigaren en kon nu een mooie bestelling plaatsen in
het naburige Etten. Maar daartoe had hij de hulp
van den luitenant noodig, want hij moest eerst in Bre
da de sigaren zelf inkoopen en daarvoor had hij geen
geld genoeg bij zich. Hij kwam daarom den luitenant
beleefd vragen, hem voor dien middag een bankje van
25 te willen voorschieten. Hij vond het eigenlijk wel
een beetje dwaas om dat te komen vragen, maar hij
begon weer over vroeger in Den Bosch, noemde een
sergeant en een korporaal, beiden te Breda in garni
zoen, die hij heel goed kende, sprak weer over het
mooie winstje, dat aan de bestelling vastzat en wist
werkelijk den luitenant te bewegen om het gevraagde
bankje te leenen tot 's avonds.
Toen de luitenant wantrouwig begon te worden, was
het, zooals in den regel, reeds te laat. De man bleek
om halfvier met den trein uit Breda vertrokken en in
Etten is de handige oplichter heelemaal niet geweest.
Verleden week trad bij een slager in het Schoter
kwartier een persoon binnen, blijkbaar een zwervend
muzikant, met een viool onder den arm, aldus de Opr.
Haarl. Ct.
Mag ik een ons leverworst, was zijn vraag; terwijl
hij het gevraagde kreeg, vroeg hij, hoeveel het kostte
en toen het antwoord luidde zes cent, zei de muzikant:
„ja die heb ik niet" maar meteen nam hij een hap van
de worst. Nu dat is ook een smoes," zei de slager,
„je had toch wel kunnen wachten of ik het goed vond,
nu kan ik het niet meer weerom nemen." De muzikant
antwoordde: Maak je maar niet bezorgd, vanavond
krijg je zes centen, houd mijn viool maar tot pand" en
meteen was hij weg, terwijl hij de viool op de toonbank
lag.
Eenige uren daarna trad bij den slager een anti
quair binnen en vroeg of hij iets ouds te koop had.
De slager antwoordde ontkennend, maar geksche
rend zei hij„ja, die oude viool." „Nu die wil ik wel
koopen," zei de antiquair, „hoeveel moet je er voor
hebben." „Neen die kan ik niet verkoopen, want die
hoort van een ander," maar daar stoorde de koopman
zich niet aan en bood van vijf tot twintig guldens toe.
Daarop vertelde de slager het geheele geval, waarop
de antiquair zei„Op die viool is wat te verdienen,
dat is nog een van die oude, beste instrumenten waar
van er nog weinig zijn, zie hem maar te koopen, dan
kom ik nog eens weerom."
Na eenige uren trad de man van de viool den win
kel weder binnen en gooide zes cents op de toonbank.
„Zie je nu wel dat je niet bang had behoeven te we
zen?" en na zijn viool te hebben aangenomen wilde hij
vertrekken. „Wacht even," riep de slager, „wil je mij
die viool verkoopen?" „Neen", was het antwoord,
„daar moet ik mijn brood mede verdienen," maar de
slager was al aan 't bieden en begon hoe langer hoe
liooger, tot veertig gulden. Dit aanbod werd aangeno
men en de koop was gesloten; beiden in hun schik.
Maar wie er kwam, geen antiquair, zoodat de slager
met de viool in zijn maag zit. Het is natuurlijk een
van te voren afgesproken oplichtersstreek geweest en
de slager is er in gevlogen.
PUNT EN KOMMAPUNT.
Uit het Dagboek van een Amsterdammer in de Tel.:
28 Februari. Groote consternatie dezer dagen op
het departement van Justitie. Een klerk, die juist zijn
ochtendblad uit had en „Nick Carter onder de Parij-
sche apachen," 68e aflevering, wilde opslaan, ontdekte
eensklaps, dat in 't Koninklijk besluit van 6 October
1856 (Staatsblad no. 92) houdende vaststelling van
een onderscheidingsteeken voor de commissarissen van
politie, ergens een kommapunt stond in plaats van
een puntteeken. Ontdaan stond-ie op en schreed naar
zijn hoofdcommies, die juist bezig was zijn nagels te
feilen. Deelde hem zijn ontdekking mede. De hoofd
commies werd bleek om zijn neus, zette zijn lorgnet
op en, waaratje, hij zag de kommapunt. Bevend en
met de waardigheid, die een regeeringsambtenaar zelfs
in het meest hachelijke oogenblik niet verlaat, bewoog
hij zich naar zijn referendaris, die juist bezig was in
zijn hemdsmouwen met een Sandow's physical exerci
ser zijn biceps te ontwikkelen. Deelde hem de ontzet
tende tijding mede. De referendaris wankelde, werd
zijn aandoening meester, trok zijn gekleede jas aan en
trippelde naar den secretaris-generaal, die juist druk
bezig was uit te rusten van een genoeglijken fuif van
den vorigen avond. Bracht hem op de hoogte. Sprake
loos staarden beide ambtenaren elkaar aan.
Drie weken lang heerschte er buitengewone opge
wondenheid in de bureaux. Toen verscheen den 24en
Februari j.l. in de „Staatscourant," onder het hoofd
„Wetten, Besluiten, Benoemingen enz.", het volgende
besluit
(Staatsblad no. 63.) BESLUIT van den 12den Fe
bruari 1910, tot wijziging van
het Koninklijk besluit van 6
October 1856 (Staatsblad no.
92), houdende vaststelling
van een onderscheidingstee
ken voor de Commissarissen
van Politie.
Wij WILHELMINA, bij de gratie Gods, Koningin
der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz.,
enz., enz.
Op de voordracht van Onzen Minister van Justitie
van den lOden Februari 1910, 2de afdeeling C, no.
565;
Gezien het Koninklijk besluit van 6 October 1856
(Staatsblad no. 92), houdende vaststelling van een on
derscheidingsteeken voor de Commissarissen van Po
litie;
Hebben goedgevonden en verstaan:
gemeld Koninklijk besluit te wijzigen als volgt:
aan het einde van het lid sub 2 wordt in plaats van
het teeken „kommapua t," het „puntteeken"
gesteld.
Onze Minister van Justitie is belast met de uitvoe
ring van dit besluit, hetwelk in het „Staatsblad" zal
worden geplaatst en waarvan afschrift zal worden ge
zonden aan Onzen Minister van Binnenlandsche Za
ken.
's-Gravenhage, den 12den Februari 1910.
(get.) WILHELMINA.
De Minister van Binnenlandsche Zaken,
tijdelijk belast met het beheer van
het Departement van Justitie,
(get.) HEEMSKERK.
Uitgegeven den vier en twintigsten Febr. 1910.
De Minister van Binnenlandsche Baken,
tijdelijk belast met het beheer van
het Departement van Justitie,
(get.) HEEMSKERK.
Het slachtoffer van den moordaanslag met kokend
water op de Nicolaas Witsenkade te Amsterdam, me
vrouw Wynia, is Maandagavond in het Wilhelmina-
gasthuis overleden. Zij was dertig jaar oud.
Gistermorgen zijn de beide verdachten inzake de
laaghartige mishandeling van een dame, wonende op
de Nicolaas Witsenkade, voor den officier van justitie
geleid. Ofschoon de aanwijzingen tegen het dienst
meisje en haren vrijer zeer bezwarend zijn, blijft er in
deze zaak nog veel duisters. Zoo is het zeer merk
waardig dat het meisje bij haar verhoor door den com
missaris van politie in de 5e sectie, den heer A. Kum-
mer, steeds met de grootste kalmte is blijven volhou
den, dat zij van de zaak absoluut niets wist. Zij be
weerde, dat zij zich op haar eigen kamer aan het aan-
kleeden was, toen zij haar meesteres hoorde gillen.
Daarop was zij naar de slaapkamer van haar meesteres
gesneld, doch had daar niemand meer gevonden. Ook
bleef zij ontkennen dat haar vrijer dien nacht in de
woning op de Nicolaas Witsenkade is geweest.
De jonge man daarentegen erkent er geweest te zijn
en werpt overigens alle schuld op het meisje.
Even voordat het gegil vernomen werd, heeft men
bij de benedenburen twee personen boven met elkaar
hooren spreken.
POLITIEHOND.
In den nacht van 26 op 27 Februari te circa 4 uur
surveilleerde de agent Sjoorda, met den Haagschen
gemeentelijken politiehond; op de stoomtrambaan tus-
schen Laan van Meerdervoort en het park Zorgvliet,
toen de hond op eens uitschoot en een eind verder
blaffend opsprong tegen het hooge hek dat dit park
omsluit. Zijn geleider kon door de duisternis daar
binnen niets zien, doch, overtuigd dat er onraad
moest zijn, voorzag hij zich van de hulp van een col
lega en hielpen zij elkander, zoomede den hond, over
het hooge met prikkeldraad voorziene hek. Weldra
stieten zij op twee zakken die op den grond lagen,
waarvan één met viseh en één met visehtuig gevuld
bleek. Overtuigd dat vischstroopers aan den gang
waren geweest, werd Marre nu losgelaten en „zoek
den kerel" gecommandeerd. De hond, thans in zijn ele
ment, schoot als een pijl uit den boog vooruit. Wel
dra werd een woedend geblaf vernomen en daarop in
de duisternis afgaande ontdekten de politiemannen 3
personen, die door den hond in bedwang werden ge
houden en hen ziende, den agenten toeriepen den hond
toch terug te roepen, daar zij toch begrepen dat geen
ontkomen meer mogelijk was. De stroopers lieten
zich nu kalm arresteeren.
HOOG WATER.
Te 's Hertogenbosch zijn de watertoegangen tot de
stad weer gesloten, nadat eerst de schipperij zich uit
de binnenhaven naar de buitenhaven had verlegd.
Aanstonds is daarop het stoomgemaal in werking ge
steld, waardoor per minuut ongeveer 5000 kub. Meter
water de stad wordt uitgeloosd, zoodat mag worden
verwacht, dat vele kelders, die nu geheel of gedeelte
lijk met water staan, een euvel dat, zoolang de sluizen
openstaan, niet valt te keeren, weer droog zullen ko
men.
DE PAPENDRECHTSOHE ZAAK.
Door de verdedigers in de Papendrechtsche straf
zaak, de heeren mr. W. Dicke en mr. J. A. van Ha
mel, is aan den gemeenteraad van Papendrecht een
adres ingediend, waarin zij verzoeken aan het inwen
dige van het raadhuis een bezoek t« mogen brengen,
ten einde zich van de locale toestanden en verhoudin
gen op de hoogte te stellen, alsmede de gehoorigheid
te leeren kennen. (D. Ct.)
UIT OOST-GRAFTDIJK.
Alhier vergaderde de vereeniging het Ziekenfonds
„de Voorzorg" voor West- en Oost-Graftdijk. Deze ver
eeniging telde op 1 Jan. 1910 94 leden, waaronder 6
vrouwelijke leden.
Uit de rekening van den penningmeester bleek, dat
in 1909 aan contributië* was ontvangen 472.02. De
bijdragen van de donateurs bedroegen 56.56. In den
loop van dat jaar was wegens ziekte aan de leden uit
gekeerd 453.
Op 1 Jan. 1910 bedroegen de bezittingen van het
fonds 1132.06 tegen 1087.65 op 1 Jan. 1909.
De vereeniging bestaat nu 10 jaar en heeft in dien
tijd ongeveer 3500 uitgekeerd aan de leden, die we
gens ziekte niet konden werken.
UIT WEST-GRAFTDIJK.
Den 27sten Febr. gaf het „Meisjeskoor," onder lei
ding van den heer P. Bruijn, de eerste openbare uit
voering in het lokaal van den heer J. P. C. van Marle
te West-Graf tdijk.
Behalve een achttal goed gezongen zangnummers,
werd opgevoerd: „De Prins van Sind", operette in 5
bedrijven. Deze operette werd keurig uitgevoerd. De
rollen waren zeer goed ingestudeerd. De directeur
had blijkbaar geen moeite gespaard om deze eerste
uitvoering naar eisch te doen slagen. Zoowel hem als
den leden komt daarom een woord van lof toe voor
den genotvollen avond aan het zeer talrijk opgekomen
publiek verschaft.
KORTE BERICHTEN.
Te Goirle bij Tilburg zijn Zaterdagnacht uit een
lokaal der R.-K. kerk kandelaars ontvreemd. De on
bekende daders hebben zich door verbreking van een
raam toegang verschaft. De ontvreemde kandëlaars
zijn in het veld onder Tilburg gevonden.
De Maas stijgt steeds, ook in ons land. In Heus-
den zitten de menschen op de bruggen en is hulp ge
zonden, vele huizen dreigen daar in te storten. In
Limmel is een zekeren Kusters met paard en wagen
omgeslagen en verdronken. Het lijk is gevonden.
Wegens verzet tegen de politie werden te Am
sterdam een tweetal personen opgebracht, die voor
een loterijkantoor, om een twintigje machtig te wor
den, niet zóó wilden staan als de politie gebood.
Te Haarlem is een winkel in manufacturen ge
opend door eene blinde vrouw. Al de doozen enz. zijn
voorzien van opschriften in het brailleschrift.
In de N. Rott. Ct. wordt medegedeeld, dat een
jongmensch, nog student aan een instelling van hoo-
ger onderwijs, in een Ilaagsch speelhol een kwart ton
heeft verloren.
Er komen blijkbaar te veel onderwijzeressen.
Dezer dagen waren voor een vacature in het noord
oosten van ons land, ruim 70 onderwijzeressen!
Voor 20 vacante plaatsen op de Rijks Kweekschool
voor Onderwijzeressen te Apeldoorn zijn 180 candida-
ten.
De burgemeester van Velzen, de heer J. C. A.
Weerts, heeft tegen Mei ontslag gevraagd. Met Au
gustus zijn zijn zes jaar om.
Te IJmuiden is door een ingezetene bij den pro
cureur-generaal een klacht ingediend tegen den heer
De Ridder, inspecteur van politie, waarnemend com
missaris der Rijkspolitie.
Een soldaat, die zijn ouders te Naaldwijk zou be
zoeken, geraakte Zaterdagavond bij het overstappen te
Poeldijk onder de tram, omdat zijn sabel, toen hij van
de nog in beweging zijnde tram afsprong, achter de
treeplank bleef haken. De ongelukkige is naar het
Ziekenhuis te Den Haag vervoerd, waar hij is overle
den.
Te Nijmegen viel een zesjarig knaapje over een
staaldraad, geraakte te water, verdween onder een
schip in de diepte en verdronk. Niemand wist van
wie het kind was. Toen de ouders later de vermissing
van hun kind mededeelden, vernamen zij de treurige
tijding.
De portier van het Israëlitisch oudeliéden- en
ziekengesticht te Rotterdam is verdwenen met mede
neming van 700 en alle horloges, gouden ringen en
lijfsieraden der mannelijke en vrouwelijke verpleegden.
De directeur van Lotosico te 's-Gravenhage is
veroordeeld tot 100 boete, conform het vonnis van
den Haagschen kantonrechter, wegens overtreding
der Loterijwet.
De veroordeelde heeft dadelijk cassatie aangetee-
kend.
Baldadigen hebben te Nijmegen twee dijken door
gestoken. De politie was spoedig ter plaatse, waarop
de onverlaten de vlucht namen. Er moet ook gescho
ten zijn. De toeleg is vrijwel mislukt.
In Gouda heeft een kip een ei gelegd met een
staart. Het is geen gewoon ei met een schaal, maar
een windei, dat aan een zijde een verlenging vertoont
van het dunne vlies, waarmede het geheel omgeven is,
van ruim een decimeter. Deze „staart" heeft verschil
lende verdikkingen, en is gevuld met een vloeistof,
die zoo op het oog niet van eiwit verschilt.
Te Zutfen werd de eerste steen gelegd voor een
gebouw. Door den eigenaar werd aan twee knechtjes
van 15 en 16 jaar zooveel dirank geschonken, dat zij
geen beenen meer hadden om te staan. Gelukkig
kwamen er een paar personen, die de knapen in be
scherming namen en per rijtuig bij de ouders thuis
bezorgden; de jongste der twee was doodsbenauwd
door den drank.
Tijdens de Hoogmis in de St. Jozelfskerk te
Haarlem geraakte door de stoof de kleeren van een
reeds bejaarde juffrouw in brand. De doodelijk ont
stelde dame werd in de pastorie gedragen, waar het
vuur gedoofd werd.
Bijna alle neringdoenden te Noordwijk verzoeken
den raad dringend dat een verbod zal worden uitge
vaardigd, tot plaatsing van z.g. tentjes of kiosken aan
het strand in den zomer, hetgeen volgens adressanten
groote schade doet aan hun bedrijf.
DOOR DEN TREIN GEGREPEN.
Gisteravond had nabij den huize „De Bannink" on
der Colmschate bij wachtpost No. 2, waar de spoor-
weglijn van de H.IJ.S.M. den Rijksstraatweg Deven
ter—Almelo snijdt, een hoogst droevig ongeluk plaats.
De heer jhr. Van der Brandeler, reserve-officier van
het 4e reg. huzaren te Deventer, wonende op den huize
„De Rinkelaar" onder Dijkerhoek gem. Holten, pas
seerde met een 4-wielige brik, waarvan hij het paard
persoonlijk bestuurde, met zijn echtgenoote en den
koetsier den straatweg, om zich naar de familie jhr.
Sandberg tot Essenburg, huize „De Bannink" te be
geven, om aldaar het middagmaal te gebruiken.
Op den overweg werd het rijtuig aangereden dooi
den sneltrein 645, die te 6.24 u. uit Almelo te Deven
ter moet aankomen, met het droevig gevolg dat jhr.
Van der Brandeler zoo zwaar gewond werd, dat hij
bewusteloos werd opgenomen en kort daarna overleed.
Zijn echtgenoote werd ook gewond met armbreuk,
doch bleef haar bewustzijn behouden, waarna zij naar
den huize „De Bannink" werd overgebracht. De koet
sier kreeg een beenbreuk en verschillende hoofdwon
den.
Met den sneltrein, die dadelijk stopte, toen de ma
chinist het onheil ontdekte, werden het lijk en de ge
wonde koetsier medegenomen naar Deventer en bei
den naar het ziekenhuis overgebracht.
De oorzaak van het ongeluk is dat de boomen van
den overweg niet gesloten waren toen het rijtuig wilde
passeeren. De wachter Schutte beroept er zich op dat
toen hij het kloksignaal hoorde, hij onmiddellijk de
boomen heeft willen sluiten, doch dat de trein tot op
ongeveer 40 a 50 meter was genaderd en het rijtuig
reeds den overweg was opgereden. Hij heeft noch de
boomen kunnen sluiten, noch het rijtuig kunnen te
genhouden. Deze wachter vermeent dat het kloksig
naal te laat, althans eerst is gegeven nadat de trein
het station Bathmen, ongeveer 2 kilometer van de
plaats des onheils verwijderd, was gepaseerd.
Naar wij vernemen wordt deze verklaring gestaafd
door meerdere personen. Het onderzoek moet echter
nog uitmaken wie in deze de schuld draagt.
Op den huize „De Bannink" werd weldra de eerste
hulp verleend door de geneesheeren Goedhuis en Fe-
sevur uit Deventer.
Het rijtuig is totaal verbrijzeld, het paard was on
middellijk dood.
Door marechaussee uit Deventer is een onderzoek
ingesteld. Het tragische geval van het nog jonggehuw
de en zeer geziene echtpaar heeft veel deelneming ge
wekt;(Hbld.)
Ge mengde Mededeelingen.
DOOR EEN LAWINE VERPLETTERD.
Volgens een telegram uit Wallace in Idaho zijn
Zondagavond door een lawine 25 families, tezamen 75
personen tellende, verpletterd.
ONLUSTEN IN BASTAR.
In den Indischen vasallenstaat Bastar, aldus wordt uit
Calcutta gemeld, zijn onlusten uitgebroken. De in
boorlingen, die niet tevreden waren met de regeling,
die de regeering omtrent de bosschen gemaakt had,
hebben de door Europeanen opgerichte scholen en de
Engelsche regeeringsgebouwen in brand gestoken. Een
afdeeling politie-soldaten en een regiment infanterie
zijn in het gebied der opstanding aangekomen om de
onlusten rte onderdrukken.
AMERIKAANSCHE DREADNOUGHTS.
De Amerikaansche minister van marine, heeft op
zijn programma voor 1910'11 staan: het bouwen van
twee dreadnoughts van 32000 ton, die met veertien-
duims geschut bewapend zullen worden. Voor dit ge
schut zijn projectielen noodig, die 1650 pond wegen.
De kosten van zulk een reuzen-dreadnought worden op
18 millioen dollar geschat. De minister van marine
is er van overtuigd, dat de sterkte van een vloot niet
in het aantal schepen, maar in de grootte der schepen
zit en president Taft deelt deze meening met hem.
JUWEELENDIEFSTAL.
Te Hönningen zijn uit het aan gravin Westerholt
behoorende kasteel Arenfels verschillende waardevolle
voorwerpen gestolen. Alle sieraden der gravin, teza
men een waarde van honderdduizend gulden vertegen
woordigende, zijn verdwenen. Men veronderstelt hier
met een internationale dievenbende te doen te hebben,
die met den toestand op het kasteel op de hoogte wa
ren. De gravin was n.l. sedert een week op reis naar
Algiers met twee harer zoons en een dochter, en zal
met Paschen thuis komen. In het kasteel waren slechts
één knecht en twee dienstboden achtergebleven. De
daders zijn nog niet gevonden. Twee politie-honden
konden het spoor maar een klein eindje volgen.
SPIONN AGE-BERICHTEN.
Uit Konstantinopel wordt gemeld, dat de uit 15
personen bestaande commissie, die aangesteld was om
de in Jildiskiosk gevonden spionnage-berichten te
regelen, met haren arbeid is klaargekomen. De be
richten vullen 420 groote kisten, het aantal berichten
bedraagt tienduizend. Duizenden ervan zijn afkom
stig van den generaal-inspecteur der militaire school
Zulufli Ismail, die na Abdoei Hamids val is opgehan
gen. Genoemde inspecteur hield zich als schoolknaap
reeds met spionneeren op.
PEST?
In Jaleva aan de Zee van Marmara is een onbeken
de ziekte uitgebroken, die reeds driehonderd slachtof
fers geëischt heeft. Men vermoedt, dat het een soort
pest of cholera is.
TERUGGEVONDEN.
De elfjarige zoon van den vorst van Plesz, erfprins
Hans Heinrich, was dezer dagen met zijn speelgenoot,
het zoontje van den opperstalmeester, plotseling ver
dwenen. Met behulp van de politie werd naar de beide
knapen gezocht en 's nachts werden zij slapende te
ruggevonden in een tent, die zij hadden medegenomen
en opgeslagen. De oorzaak van deze vlucht schijnt
geweest te zijn, dat de prins met zijn ouders naar Pa
rijs moest en hem dit niet aanstond.
ALGEMEENE STAKING IN PHILADELPHIA.
Als de eischen der stakers niet ingewilligd worden
voor Zaterdag, dan zal de algemeene staking begin
nen en meer dan 100.000 arbeiders het werk neerleg
gen. Nadat dit besluit aangekondigd was, begonnen
de opstootjes op straat weer. Twee jongens werden
doodgeschoten en vijf volwassenen zwaar gewond. Ook
ontspoorden de tramwagens weder. Eén er van kwam
in een menschenmassa terecht, waardoor twee perso
nen werden gedood.
EEN KOMIEK ALS KAMERCANDIDAAT.
Te Parijs zal onder de candidaten voor de aanstaan-