De Humorist.
In Gemaakte WasclÉre Kleeding
AANNEMEN en TROUWEN
Uit de hand te koop:
C.YERHEUS, Uurwerkmaker,
WJEDERKOORN - Schoutenstraat 6.
E. W. VET, Langestraat 91,
2 gulden 50 cent.
Vraag en Aanbod.
ADVERTENTIE N.
NETTEN's Schoenmagazijn,
87\ CSESIT.
REPARATIE-INRICHTING.
Een goed en goedkoop
adres voor Handels» en
Gemeenteds*ukwei*keii
Administratie.
Vraag uw
HOOMBOTER.
Ingezonden Meded eünjjrn
Bier en Spiritualiën
voor alle vakken.
Prima Chroom Dames Knoop- en Rijglaarzen f 3.75.
Prima Chroom Heeren Bottines f 4.50.
—o Dagelijks ontvangst nieuwe modellen, o—
LANGESTRAAT, - hoek Boterstraat.
door ongesteldheid van den eigenaar,
„Het Wieringer Veerhuis",
„de Bonte Koe", Langestraat. Telef.174
R KEUTER Az.
VISCHMARKT.
TAPIJTEN - KARPETTEN -
GO R DIJ NSTOFF EN
LINOLEUMS
AMEUBLEMENTEN
BE tlA N GE RIJ - STOFFEERDERIJ.
- ACHTERSTRAAT B 21.
Accurate regeling.
Degelijke garantie.
Per el 87i/2 ct.
Nieuwste kleuren.
Per ei 87t/2 ct.
J. H. WILLERS, Laat 65, Tel. No. 247.
Met een interessante zending belast, verlieten dezer
dagen aan boord van de „Adriatic" vier elegante En
gelsche jongedames haar vaderland. New-York is het
doel van hare reis.
Onder geleide van een dame, die zelf nog' jong en
schoon is, gaan zij naar Amerika om de echtgenooten
en de dochters van de dollarkoningen het wonder van
de „droomgeWaden" te openbaren.
Het „droomgewaad" is een nieuwe, geniale uitvin
ding van mevrouw Duff-Gordon, eigenares van een
van Londen's grootste mode-magazijnen.
Een poëtisch afscheidsfeest heeft de geheele cliënte
le van dit magazijn in een van mevrouw Huff's salons
vcreenigd. Nog eenmaal hebben zich daar de vier
mooie meisjes vertoond, wier taak het is, de schoone
Amerikaanschen het allernieuwste op het gebied van
poëtische vrouwenkleeding te brengen, daar de
„droomgewaden," die zij zullen dragen zinnebeelden
zullen zijn van liefde en haat, vreugde en leed, leven
en dood.
Op dat feest zagen de meisjes er werkelijk als poë
tische droomen, als gedichten uit en het was een genot
de meesterwerken van de fantastische modiste te
aanschouwen. Men wist niet wat mooier wasde ge
waden of de draagsters, die ieder van een bijzonder
type waren. Gamela, Corisande, Florence en Phyllis
heeten de vier bekoorlijke meisjes, die als „manne
quins" (proefdames) zullen fungeeren. Maar evenals
hare kleeding zijn hare namen fantasie.
De slanke, fijn-gebouwde Gamela met het raven
zwarte haar en de ondoorgrondelijke oogen droeg een
kleed, dat „door den nacht naar het licht" heette. Co
risande, het type van echt Engêlsche schoonheid,
slank en blond, een rozig gezichtje met violen-oogen,
stelde in haar zwart crêpe-de-chine gewaad met ster
ren van brillanteu het „berouw" voor, terwijl de gra-
cieuse Florence met oogen als diamanten, die glinste
ren en schitteren en een bekoorlijk lachje, dat haar
koraal-kleurige lippen sierde, het zinnebeeld van een
„Aprildag-" was. Zoowel haar toilet als haar persoon
tje, dat één en al leven en beweging was, werkte mede
tot hot welslagen van het geheel.
De vierde van dit schoone meisjeskwartet is er een
van het echte Greuze-genre. Dit teere, kinderlijke we
zoutje met haar rose gelaatskleur en goud-bruine lok
ken zag er uit, alsof het hare bestemming was een
lammetje op haar schoot te streelen en haar stralende
blauwe oogen hemelwaarts te richten. In rose chiffon
met schitterende borduursels vertegenwoordigde zij
„een zonnigen dag van het jonge geluk."
En nu zullen deze sprookjesdroomen in glinsteren
de, ruisehende stoffen, in luchtige spinnewebachtige
weefsels, die schitteren van metaal- en pailletborduur
sel, door deze vier mooie en toch zoo verschillende
meisjes aan de Amerikaansche dollarprinsesaen ge
toond worden, opdat ook haar geopenbaard worde, hoe
tooverachtig een poëtisch gewaad kan zijn.
Het is evenwel niet onmogelijk, dat de schoonheid
der meisjes bij de heeren meer aftrek vindt, dan haar
gewaden bij de dames en wie weet worden zij niet vier
millionairsvrouwen
Door HENRY F. URBAN.
Het huwelijk van een arm echtpaar was lang kin
derloos gebleveneindelijk werd er een zoon geboren.
Toen de kleine wereldburger in een waschinand, die
als wieg gebruikt werd, zijn eerste slaapje deed, ver
scheen een goede Fee en zeide tot de ouders: „Gij
moogt voor uw kind één wensch doen en die zal ver
vuld worden."
Toen wenschte de moeder, dat het kind altijd een
büj en opgeruimd humeur zou mogen hebben, zijn
gansche leven lang. De goede Fee beloofde, dat het
verlangen der moeder vervuld zou worden en zij hield
woord. Lachebek zoo heette het kind groeide
voorspoedig op, werd van kind jongeling, van jonge
ling man en altijd was hij vroolijk en opgewekt, zoodat
iedereen, die hem leerde kennen, van hem hield. In
alles zocht de jonge Lachebek de zon-zijde van het le
ven, den lichten kant van het bestaan; nooit liet hij
het hoofd hangen of ging hij bij de pakken neerzitten
en niemand had hem ooit bedroefd of treurig gezien.
Als kind vermaakte hij de menschen met allerlei grap
pen en leuke invallen en het scheen wel of zijn voor
raad geestigheden nooit uitgeput raakte.
En zoo gebeurde het dan ook op een goeden dag,
dat een rijke uitgever van een humoristisch blad bij
hem kwam en zoo langs zijn neus weg zeide: „Lache
bek, als jij soms eens plan mocht hebben deelgenoot
te worden in mijn moppen-fabriek, laat het mij dan
eens wetenje zult er niet slecht bij varen, vriend
lief."
Lachebek dacht er eens over na; het denkbeeld lach
te hem toe, lang duurde de beslissing niet en zoo raak
te hij verzeild in de redactie-bureaux van een moppen-
blad; van dat oogenblik aan was Lachebek beroeps
humorist.
Hij maakte zeer vele en zeer goede anecdotes, soms
wel zeven op één dag; in korten tijd had hij dan ook
als vakman naam gemaakt en verdiende hij een aardig
fortuintje. Na weinige jaren was hij zoo met humor,
om zoo te zeggen, doortrokken, dat onder zijn handen
alles in humor omgezet werd.
En aangezien in deze wereld het treurige de over
hand heeft boven het vroolijke, werd Lachebek al spoe
dig een algemeen geliefd type. Andere humoristische
bladen boden tegen elkaar op om hem voor hun mop
pen-rubrieken te winnen. Maar Lachebek gaf er de
voorkeur aan er zijn eigen anocdoten-fabriek op na te
houden, wat hem niet alleen veel aangenamer maar
ook veel voordeeliger was.
Maar ook buiten den kring zijner vakgenooten was
hij een geliefde verschijning; iedereen beijverde zich
met hem kennis te mogen maken ten einde zich te
goed te doen aan zijn humor. Aan feestmaaltijden was
hij de nooit ontbrekende gast en als men na een lek
keren maaltijd tot het dessert genaderd was, stond
een der gasten op en gaf Lachebek het woord: „Nu
is de beurt aan den heer Lachebek; opgepast!"
En Lachebek stond op en met een welsprekendheid,
waar men verstomd van stond, praatte hij los en vast
aaneen, den onmogelijksten onzin over nog onmogelij
ker onderwerpen. Allerlei grappen en anecdotes werk
te hij door zijn speech heen en telkens als er een nieu
we mop op komst was, werd deze aldus ingeleid
„Daar valt me juist iets te binnen". Dkt was het sein
dat er weer opnieuw wat te lachen viel en de gasten
spitsten de ooren.
De toehoorders vermaakten zich zoo, dat zij in
letterlijken zin zich den buik moesten vasthouden
van lachen. Eens was er een der gasten door Lache-
bek's grappen zoo buiten zichzelve gebracht, dat hij
den humorist in zijn opwinding een geraspt broodje
naar het hoofd wierp. Een bankier, bekend beursko-
ning, had zich, in woordelijke beteekenis, dóód-ge
lachen. Op 'n keer dat Lachebek een van zijn succes
nummers vertelde, had de bankier zoo onbedaarlijk
moeten lachen en zich daarbij in zulke krampachtige
bochten en lachbewegingen gewrongen, dat een ader
in zijn hersens gebarsten was en de arme man bewus
teloos in zijn stoel neergezonken was; 'n oogenblik la
ter was hij dood. De couranten vertelden het geval
in geuren en kleuren. Er verschenen in de dagbladen
lange artikelen met opschriften als„Lachebek's doo-
delijke humor" of „Humor als moordwapen". Sedert
dit voorval bezochten alle oudere heeren, die aanleg
hadden voor beroerte of lijdende waren aan bloedva-
tenverkalking, nimmer de maaltijden, waar de „ge
vaarlijke humorist" (zooals lui voortaan genoemd
werd) mede zou aanzitten.
Lachebek genoot met innig welbehagen van zijn
roem en van de inkomsten van zijn moppentrommel
Hij deed dit met het verfijnd gevoel, waarmede een
fijnproever geniet van oesters met champagne. Toch
bemerkte hij nu en dan dat ook de humor hare scha
duwzijde heeft - hoe vreemd' dit ook klinken moge.
En deze schaduwzijde had tevens iets heel onaange
naams.
Zoo kon hij om maar iets te noemen nergens
komen of iemand had hem al bij een knoop van zijn
jas: „Lachebek, ik heb een pracht van 'n mop voor
je." En dan volgde een heel verhaal, waarbij de ver
teller iedere seconde in een onbedaarlijk lachen uit
barstte en dan bleek het nog ten slotte heelemaal geen
mop te zijn of 'n afgezaagde flauwiteit of, de vertel
lor had het slot, waar het op aankwam, vergeten.
Dit was nu nog maar één staaltje van vele. Onop
houdelijk gebeurde het, dat Lachebek in een restau
rant kwam, den kellner vroeg: „Heb je kalf spoot j es?"
en dan ten antwoord kreeg: „Haha. jawel, meneer
Lachebek.zeker meneer Lachebek. ha. ha
De kellner had den humorist herkend en bij alles wat
Lachebek zei trok de kellner een lachend gezicht, om
dat hij overal een mop achter vermoedde, al begreep
hij ook zelf niet, waarom hij eigenlijk lachen moest
Maar Lachebek was nu eenmaal de beroemde humo
rist en dus moest er gelachen worden. Kwam
Lachebek op straat een kennis tegen en zei hij dan
zoo iets als: „Je ziet er uitstekend uit, amice!" dan
antwoordde lachend de aangesprokene„Haha
dat zal wel. dank je!"
Eens hield hij een plechtige lijkrede bij het graf
van een dierbaren vriend, die een beroemd advocaat
was geweest en al de belangstellenden, die zich aan de
groeve verzameld hadden, begonnen, zoodra Lachebek
een paar woorden gezegd had, zich op de lippen te bij
ten, ingehouden te lachen, verborgen, toen zij hun
lachen niet meer konden terughouden, de gezichten in
de zakdoeken en vóór Lachebek geëindigd had, was de
een na den ander verdwenen: ze hadden het niet lan
ger kunnen uithouden. En toch had Lachebek heel
ernstig gesproken.
Zijn verschijning alleen reeds oefende een humoris
tische suggestie op de menschen uit. Er werd gezegd:
„Aha daar heb je onze beroemde humorist
moeten we lachenEn dan lachten de menschen,
proestten, snikten en brulden óók als er heelemaal
niets te lachen viel. Onbegrijpelijk? Toch niet; in
tegendeel: het was heel menschelijk.
Zijn roem als humorist bracht hem nog in heel wat
meer moeilijkheden. Op 'n middag sprak hij op straat
een dikken politie-agent aan, die onmiddellijk begon
hem een allerkomiekst geval te vertellen; de agent
ging zóó geheel en al in zijn verhaal op, dat hij niet
eens een hollend paard zag aankomen, vóór hij het
wist, er door gegrepen werd en een arm brak. Gevolg
daarvan was een proces, waarin Lachebek als getuige
moest voorkomen. Toen hij voor de Rechtbank vertel
de wat er gebeurd was, was de rechtzaal één en al
vroolijkheid. De president gebood stilte en bracht
Lachebek het ongehoorde van zijn scherts onder het
oog:
„Meneer Lachebek, is het u dan totaal onmogelijk
ook maar één oogenblik ernstig te wezen? Ik had ge
dacht, dat de eerbied voor de justitie u wel, eenigszins
althans, aanleiding zou hebben gegeven uw humoristi
sche neiging iets of wat in te toornen."
„Maar ik ben de ernst in eigen persoon!" riep
Lachebek vertwijfeld uit. En de publieke tribune
barstte in uitbundig' gelach uit.
Bij een verkiezings-campagne hield Lachebek een
redevoering ten gunste van een goeden bekende, wiens
verdiensten hij prees. De toehoorders echter meenden
dat hij de candidatuur bespotte, vonden de argumen
ten allemachtig moppig enstemden op den' tegen-
candidaat. Lachebek's candidaat, die veel kans had
gehad, moest het afleggen. Op het laatst kwam het
zoover, dat er geen ernstig' woord meer met Lachebek
gesproken werd.
Lachebek bewoonde een villa in de buitenwijken der
stadeen jongere broer en een oude meid-huishoudster
woonden bij hem in. Op een nacht, toen beiden niet
thuis waren, werd de humorist wakker door gestom
mel in de eetkamer, die onder zijn slaapkamer was.
Hij luisterde en kwam tot de overtuiging, dat er in
brekers in huis waren. Hij snelde naar de telephoon
en belde de politie op.
„Hallo, Hallo!"
„Aangesloten met de politie? U spreekt met Lache
bek Lachebek, den humorist. Laat direct 'n paar
agenten komen. Er zijn inbrekers hier in huis!"
Aan den anderen kant van de telephoon klonk een
tergend gelach.
„Ja, ja, dat kennen we; de mop is goed."
„Maar. heusch, geloof me toch...."
„Hahahaha....!"
Lachebek hing den hoorn aan den haak; er was aan
de deur van de slaapkamer gemorreld. Daar waren
de inbrekers al, bij hem op zijn kamer, en hij had geen
sabel, geen revolver, geen enkel wapen, niets.
„Maak je maar niet bang, meneer Lachebek", zei
een der inbrekers vriendelijk. „Wij hebben zoo dik
wijls om je grappige verhalen en je moppen gelachen,
lat wij je in geen geval kwaad zullen doen; wij zullen
niet méér meenemen dan noodig is." Op hetzelfde
oogenblik had de dief het gouden horloge van den hu
morist, dat op de tafel lag, bij zich gestoken. Daarop
gingen ze alles doorzoeken: kasten, laden, alles.
Lachebek dachthet zou niet kwaad wezen door een
paar goede moppen de inbrekers in hun vriendelijke
stemming te houden en hij begon, va" uit zijn be,t,
allerlei onmogelijke verhalen uit het leven van dieven
en inbrekers te vertellen. De beide boeven schudden
van het lachen; hun uitbundig gelach was zelfs op
straat te hooren en dat was Lachebek's ongeluk. Want
voor alle zekerheid wa3 een politie-agent toch maar
naar de villa van den humorist gegaan; je kon nooit
weten. Toen hij echter uit een verlichte achterkamer
van het huis hartelijk gelach hoorde, maakte hij rechts
omkeerd en rapporteerde op het bureau: „Natuurlijk
weer een ongepaste aardigheid. Lachebek had visite
en men scheen op het verschijnen der gefopte politie
gewacht te hebben om er zich mee te amuseeren."
Toen Lachebek later dat hoorde, stond hij paf.
„Het is om er dol van te worden", riep hij in ver
twijfeling uit; „loop naar den duivel met die heele
komiekerigheid. Ik geef er de brui van en wil een
ernstig mensch worden."
Een vriend gaf hem den raad te trouwen. Dat zou
wel helpen. Lachebek vond het idéé nog zoo gek niet.
Hij dacht over de kleine Josephientje, de dochter van
een somberen doodkisten-fabrikant; Josephientje was
een ernstig meisje, had nog nooit een grap uitgehaald
en over niets nog gelachen. Zij had de begrafenis
stemming om zoo te zeggen, met de moedermelk inge
zogen. Hij kende haar al een poosje, want zij woonde
vlak bij hem in de buurt. Hij begon haar het hof te
maken en het scheen wel of ook hij haar niet geheel
onverschillig was. Op een avond, toen hij zich alleen
met- haar op de veranda van haar mooie villa bevond
het was juist zomer kwam hij met zijn huwelijks
aanzoek voor den dag. Toen, voor de éérste maal.
lachte Josephientje en zei:
„Foei, meneer Lachebek, zoover mag uw scherts
toch niet gaan o foeiEn zij begon te spreken
over de vlucht, welke de doodkistenfabricatie de laat
ste maanden genomen had. Toen nam de humorist
afscheid. Hij had een gevoel alsof zijn hart een leege
inmaakbus was met een g'at in den bodem. Recht
streeks liep hij naar zijn huisdokter 'en vroeg om
strychnine.
„Aha!" lachte de dokter, „heb je weer last van jon
ge katten, die je vergiftigen wil, zooals drie maanden
geleden
„Neen", antwoordde Lachebek met een somber ge
zicht dat hem juist zoo oer-komisch stond, „ik wil me
zelf van kant maken."
„U-zelf nee maar, die is goed!" De dokter viel
achterover in zijn stoel terug, brullende van 't- lachen.
Eindelijk sprong hij weer op, liep naar een medicijn
kastje in den hoek van de kamer, nam een fleschje
waarop „strychnine" geschreven stond en gaf het, nog
steeds lachend, aan Lachebek.
„Kijk hier heb je genoeg voor vijftien katten ie
der met negen levens, dat is te zamen 135 levens.
Houdt maar eens een flinke opruiming onder dat ca
naille; je kunt er 's nachts bijna niet van slapen,
zoo'n lawaai maken die lamme beesten."
Lachebek bedankte den dokter en ging- naar huis.
Den volgenden morgen vond men hem dood in bed. Op
de tafel lag een briefje van den volgenden inhoud:
„Er is geen tragischer wezen op de aarde dan .een
humorist."
Toen dit briefje in de couranten gepubliceerd werd,
lachte de geheele stad en ieder zei„Dat is nou weer
'n echte mop a la Lachebek."
oefenen ee zeer schadelijke w rlcing uit, op de nie, en en
blaw, en verorzalen waterzwht graveel steen, rheuma-
tiek, rugpijn en v rites vin de macht om de urine op te
houden
Alcoholische prikkeling is verreweg' in de meeste ge
vallen de oorzaak van nier- en blaaslcwalen. De door
alcohol geprikkelde en aangetaste nieren verliezen
hun kracht om het bloed te filtreeren en om de nier
giften af te voeren, die waterzucht, rheumatiek, gra
veel, lendenjicht, en zoovele andere noodlottige ziekten
veroorzaken.
Indien gij eenig kenteeken van een nier- of blaas-
aandoening hebt voor nierzwakte, dient gij het ge
bruik van alcohol na te laten en onmiddellijk te be
ginnen met een geregelde kuur met Foster's Rugpijn
Nieren Pillen. Gij dient met dit geneesmiddel door
te gaan, totdat de geringste sporen der verschrikke
lijke ziekte verdwenen zijn, want zoo lang gij nog de
geringste verschijnselen kunt opmerken, zijt gij nooit
veilig voor vernietiging- der nieren en kan de blaas
haar macht over de urine verliezen.
Hoe langer gij uw kwaal veronachtzaamt, des te
dieper schiet deze wortel, en krijgt gij misschien last
van blijvende hartzwakte. Het kan zijn, dat uw ziekte
zich reeds meer ontwikkeld heeft dan gij vermoedt en
uitstel van behandeling is zeer gevaarlijk, zoodat gij
niet spoedig genoeg beginnen kunt met het gebruik
der echte Foster's Rugpijn Nieren Pillen, die door
mannen en vrouwen geroemd worden, welke genazen
en genezen bleven.
De handteekening van James Foster op de doos
waarborgt de echtheid. Zij zijn te Alkmaar verkrijg
baar bij de heeren Nierop Slothouber, Langestraat
83. Toezending geschiedt franco na ontvangst van
postwissel a 1.75 voor één, of 10. voor zes doozen.
INGEZONDEN STUKKES
Zeer Geachte Redactie!
Naar aanleiding van de advertentie van de afdee-
ling van den Protestantenbond hier ter stede, vraag'
ik U beleefd eenige plaateruimte, ten einde de bedoe
ling van ds. Bax Jr. met zijne lezing eenigszins nader
toe te lichten.
Goll. Bax schreef mij„Afgescheiden van mijn ge
mis aan tooneelgaven, bedoel ik iets heel anders dan
,een optreden als van mevr. Holtrop van Gelder. Hoofd
doel is1 e e r i n g."
Dr. Van Bakel schreef over deze lezing in de Her
vorming van 18 Dec. j.l.„Ds. Bax versmaadt ook de
„schoonheid" niet. De woordkunst der jongeren laat
hij ons waardeeren. Maar hij legt er toch nog iets
meer, iets anders in. Het aesthetische is bij hem niet
hoofdzaak."
Dit is voldoende om de bedoeling van ds. Bax te
doen kennen en hen te vrijwaren voor teleurstelling
die zouden meenen een voordrachtsavond tc zullen bij
wonen, waar het aesthetische op den voorgrond stond.
Met mijn dank en hoogachting,
Uw dw„
A. O. DE REGT, Secretaris.
(WINKELJ ASSEN)
zijn bjj tns verkrjjgbazr vznsf
Van 1—6 regels 25 Cents, bij vooruitbetaling.
B. L. SIMON, Alkmaar. Steenhouwerij Ko-
ningsweg 67. Grafteekenen, Schoorsteen
mantel» ens.
dhp^uiming >ai ve schillend» Meub-len, sis KASTEN,
TAFELS, STOELEN en SPIEQEL8 in hetm u^el-
mayaijjn Fmds n C 59, Alkmaar.
^TAT-GROENIEN I Zuurkool 3 ct. per pond. SperJ
eiebeensn 10 ct per pond. Sngboonen 15 et. per
pond.
Alle soerten BUSGROENTEN
A. BOERSEN Jr., St. Annasiriat 24.
"E'en klomp goed gewonnen HOOI te koop bij Jn
LEK te Koedjjk.
V n WINKELHUIS te huur aan de Laat No. 48.
Te bevr»g»n bij W. J. BAAN, Kanaalksde B 31.
Tj^en zoo ?o?d als nieuw KIPPENHOK te koop met
loop, 12 kippen. Te bevragen bjj A. KLUF, St.
Jaoobatr. No. 21.
T^n PAARD te koop. Te zien in den stal ferj den
pslmelen en te bevragen bjj firma HOLSMULLER
gevraagd enw VROUW, P.G., voor alle huiselijke
werkzaamheden. Briesen onder letter T 146, bu
reau vau dit blad.
0 ndergoteekende beveelt zich aan voor het MAKEN
van Mantels-, Dames- en Kinderkleeding. Vlugge
en nette afwerking.
M-j, A. TIMMERMAN, Gedipl, Coupeuse,
Kooltuin 5.
fkoop Een zwaar 2 pwaoenz LEDIKANT (Duitsch
model) Tevens nog eenige FORNUIZEN, bij P.
HONDIUS, Snzzrminslazn 50, Alkmaar.
TD koop aangeboden een splinternieuw Engelseh
DAMESWIEL met nikkel velgen en freewheel.
Te bevragen Zaadmarkt 70.
JJen DAGMEISJE gevraagd, P.G., bsnelen 16 jaar.
Koningsweg 7, boven.
Een antiek BUREAU te koop.
JTen WONING ta huur aan de Neorderkade, f 1.60
per week. Te bevragen J. S WIER, Koningsweg 79.
fTa huur een gedeelte BOVENWONING, 2 Kamers
en keuken. Te bevragen bjj M-juffr. SCHRIEKE,
P»y*iop-
jprmth&ndel K. v. d. POL, Ridderstraat, T»l*f. 211.
E«t geen slechte Duinaardappelen meer. Koop nu
prima MALTA AARDAPPELEN. Fijae Kaapsche
PEEREN en PRUIMEN.
TIE KOOP 2 tieuwe HANDWAGENS, 1 zoo gaed
A «=1» nieuwe SMIlSVENTELATEUR bg E. H. EDZES,
Djjk 6, Alkmaar.
piANO. Te Koop e.n mooie STUDIE-PIANO. Br.
onder letter W 146, bureau dezer courant.
{Teen heerlijker en smakelijker glas bier dan het be
noemde TRAPPISTENBIEiL Ook per halve flesch
verkrijgbaar fejj J. H. ALBERS in de Bis'kelder,
Verdronkeneord. Iagsng Kapelplein.
TIE KOOP een goed onderhouden DIENSTBODEN
KASTJE, Hoog 125 en twee Kussenttoelen met
roede trijp, tevens een Fauteuilstael met stroomat
alles voor een spetprju. Te bevragen bij W. TIMMERMAN
Kooltuin 5.
MELKCONTRóLE. Te keop een CENTRUFUGE
voor melkonderzoek voor 24 proeven, met Bulyro-
meters en rek. Te zien en te bevragen bij O. BRUG
MAN. melkcontroleur, Stompetoren.
Tl e koop: Een flink HEERENHUIS met TUIN-
Te bevrsgen bjj den bewoner en eigenaar W-
VAN STAM, Bvrgerweg 2.
Prachtigs pasvorm en elogsnt model.
Gevraagd tegen 15 April op een kantoor te Alk
maar, tegen nader over een ta komen salaris, Iemand
bekend met administratie. Gepensiennserden ge
nieten de voorkeur.
Br. fr. motto „Administratie", bureau deser courant.
met gewa&rborgde VERGUNNING, ruim 60
jaar door dezelfde familie uitgeoefend en sltgd een
best bestasn opgeleverd.
Te bevragen bij den Heer K, SMIT, Van Ewjjek-
sluis, Anna Paulowna.
MEVROUW 1
uit de Stoomzuivelfabriek van MAREES ZONEN,
Beverwijk.
Verkrijgbaar in verzegelde kartonnen doozen van
1/t kilo.
Alleenverkoop voor ALKMAAR in
Sluit-étiket waarborgt de kwaliteit.
1st Hal» vsnef d 8CHAPENSTEEG.
- - EERSTE KLAS -