DAGBLAD VOOR ALKMAAR EN OMSTREKEN. Groote Y o orj aars veemarkt Honderd en twaalfde jaargang. No. 79 1910. Deze Courant wordt eïken avondbehalve op Zon- en Feestdagen uitgegeven. Abonnementsprijs per 3 maanden voor ikmaar franco door het geheele Rijk f e PJ hinderlijke nummers 3 Cents. der gewone advertentiën: Per regel f 0,10. Bij groote contracten rabat Groote letters naar plaatsruimte. Brieven franco mn dt N, V. Boek- en Handelsdrukkerij v/h. HERMs. COSTER ZOON, Voordam C 9. DINSDAG 5 A P R I L. te ALKMAAR B INNEN LAND. Maandag IB April 1910, Tsl®Ja©Eï5sasssj!ffl8r op GEMENGD NIEUWS. (Tit Bits.) DE VERMISTE JONGEN TE ZEIST. De Gooi- en Eemlander meldt, dat de vermiste jon gen uit Zeist in Amerika bij zijn vader zou vertoeven, die hem moet hebben laten ontvoeren. Het werd hoog tijd! Al die gymnastiek en muziek wat hebben de kinders eraan? ALRMAARSCHE COURANT. v j ALKMAAR, 5 April. Bij clc behandeling van een Amerikaanseh proces zijn een paar brieven voorgelezen welke de Duitsche Kroonprins aan een vriend, den met de noorderzon vertrokken graaf Hochberg, geschreven heeft. De brie ven zijn natuurlijk woordelijk in de bladen verschenen. De graaf is verliefd geworden op een burgermeisje en als een goed vriend heeft de kroonprins er met hem over gecorrespondeerd. Hij raadt hem aan gevolg te geven aan zijn voornemen, en van zijn adellijken titel afstand te doen op het oogenblik waarop hij met het meisje, „de dame uwer keuze" schrijft de kroonprins, in het huwelijk treed. En den lien Jan. 1907 schrijft de kroonprins„Lang hoopte ik, dat ge zoudt verge ten, maar uwe beweeggronden zijn onaanvechtbaar en strekken U tot hooge eer. En desondanks hadt ge beter gedaan met het niet te doen! Ge hebt bijna alle bruggen achter II verbrand, maar ge weet, dat Achirn Helldorff en ik steeds de ouden zullen blijven, er mag komen wat wil. Deze eerezaak moet ge beslist in orde brengen. Ik zal mij spoedig met regeeringszaken be zig houden. Dat is vind ik zeer aangenaam. Dit jaar heb ik 19 herten, 38 reebokken en 3 gemzen geschoten. Duizend groeten, tot ziens." Wat die eerezaak betreft, de jonge graaf had zijn vader beloofd afstand van den graventitel te doen, in dien deze hem voldoende ondersteunde. De vader was echter in gebreke gebleven en nu weigerde de graaf, wijl aan de voorwaarden niet was voldaan, de belofte na te komen. De kroonprins is blijkbaar van meening, dat hij in geen geval de belofte mag breken. Ook schrijft hij hem, dat het huwelijk met het burgermeisje -op de vriendschap geen invloed zal hebben men ziet het in het dagelijksch leven, als er geen koninklijk bloed door de anderen van een der vrienden loopt, wel aens andersLiet is dan ook geen wonder dat de brie ven een goeden indruk maken op het publiek, al is het wel wat vreemd, dat een dergelijk ernstig schrijven eindigt met mededeeling van de jachtopbrengst. Men heeft in Duitschland tot dusverre weinig van den kroonprins gehoord. Hij heeft weinig gelegenheid gehad om op den voorgrond te treden en'te toonen wat hij voor een man is en wat er in hem zit. Men weet slechts, dat hij een aardige vrouw en lieve jongens heeft, dat hij veel van sport houdt en graag naar de schouwburg- gaat. Men heeft wel den indruk gekregen, dat hij wat al te vlug door de regeeringsbureaux is ge gaan en zich herinnerd het woord van den uitsteken den Hinzpeter, die in zijn studie over Keizer Wilhelm II schreef: „De overvloed van voorstellingen en ge waarwordingen, welke van de vroegste jeugd af aan over vorstenkinderen wordt uitgegoten heeft licht een zekere verwarring in het denken en verstomping in het voelen tengevolge, en de bestrijding van zulk een onheilspellend gebrek aan zelf-concentratie is een der belangrijkste taken bij de opvoeding van prinsen." Het is, zegt het Tageblatt, zeer onwaarschijnlijk dat de prins deze zelf-concentratie reeds bezit, maar zijn brieven toonen, dat zijn gevoel niet afgestompt is. Het is een verstandige traditie, welke den kroonprins van het meespreken en het meeregeeren uitsluit, maar men kan leeren, zonder mee te spreken en de gelegen heid tot leeren wordt overal gevonden. Zeker, het kan niet gemakkelijk zijn, achter de jubelende menschen- rijen en achter de „revolutionnaire massa's" welke den vorsten afwisselend voorgehouden worden, het werke lijke volk, zijn willen en zijn behoeften, te zien, maar wie eerlijk den weg naar de waarheid zoekt, die vindt tenslotte den weg. Het grootste gevaar voor een vorst of een prins spruit voort uit de wijze, waarop hij zijn raadgevers en zijn omgeving kiest en dit gevaar is dubbel zoo groot in een absoluten staat, waarin het parlement niet het hoofddeel van de verantwoordelijk heid heeft te dragen en dus ook niet beschermend voor de populariteit van den koning staat. Er is geen aanleiding om voor altijd aan de men- schenkennis van den kroonprins te twijfelen, als hij in jeugdige geestdrift zich in een vriend' vergist mocht hebben, maar men gelooft bovendien gaarne den ouden graaf, die voor de eer van zijn zoon warm borgstaat. Zoo blijft deze gebeurtenis een jeugd-episode zonder beteekenis, maar niet zonder bekoring. En met aange namer gevoelens dan andere hofgebeurtenissen sluit men dezen hof-roman. EERSTE KAMER. Vergadering- van Maandag 4 April. Onder de ingekomen stukken was een schrijven van het Kamerlid J. E. Scholten waarin liij mededeelde, dat de omstandigheden hem aanleiding geven ontslag te nemen als lid van deze Kamer. Voorts was o.m. ingekomen een schrijven ter bege leiding van een Nota van den heej Van Heeckeren; alsook een dankbetuiging namens de Eransche regee ring, van den minister van Buitenlandsche Zaken Pi- chon, voor de deelneming door de Eerste Kamer uit gesproken naar aanleiding van de overstroomingsramp in Frankrijk. Al deze stukken werden voor kennisgeving aange nomen. Hierna ging de Kamer over tot het trekken der af- deelingen. De Kamer begaf zich hierna in de afdeelingen tot het kiezen van voorzitters en ondervoorzitters. Alvorens de vergadering te sluiten deelde de voor zitter mede, dat het zijn voornemen is de Kamer Woensdagmiddag a.s. om 11/2 uur in openbare verga dering bijeen te roepen ter afdoening van hetgeen dan voor afdoening gereed zal zijn. OPENBARE LEESZAAL. De openbare leeszaal en bibliotheek te 's-Gravenhage is nog niet wat zij wezen moet schrijft de N. Rott. Ct. Het getal beschikbare plaatsen (36) is te klein, een gelegenheid tot het uitleenen van boeken ter lezing in de eigen woning ontbreekt. En de financieele toestand is niet rooskleurig; het laatste boekjaar sluit met een tekort van 500. Dat hierin verbetering behoort te worden aange bracht ligt, dunkt ons, voor de hand. Zoo noodig en het schijnt zeer noodig te zijn zal ook de ge meente, die tot dusver zich bepaalde tot het ter be schikking stellen van een tweetal vertrekken, financi eele offers moeten brengen. Waar Rotterdam er niet voor terugdeinsde, de exploitatie der leeszaal aan de gemeente te trekken, zal de residentie althans voldoen de sympathie voor deze nuttige instelling ter bevorde ring van volksontwikkeling en volksbeschaving hebben aan den dag te leggen, om een behoorlijke subsidie, die in de duizenden loopt, als een vanzelfsprekendheid te doen beschouwen. Te eerder daar helaas onder het tegenwoordige régime op krachtdadigen staatssteun niet gerekend schijnt te kunnen worden. Gelukkig zien B. en W. althans eenigermate in, dat de toestand niet zoo kan blijven als hij thans is. Met genoegen, aldus de heer De Wilde nog wel een an ti-revolutionaire wethouder dus zal ons college het voorstel indienen tot het verleenen va'n een subsidie van J 500 in verband' met het geraamde tekort. En voorts zal gearbeid worden zij het met bekwamen spoed! - aan de samenstelling van het praeadvies in zake een adres derVereeniging „Openbare leeszaal en bibliotheek," waarin op de verschaffing van een meer geschikte huisvesting en het verleenen van een jaar- lijksche subsidie van 6000 wordt aangedrongen. Met den heer Vas Dias, wiens interpellatie de be handeling dezer zaak had! uitgelokt, hopen wij, dat er in dezen nu eens energiek en krachtig worde opgetre den. Laat het waar zijn gelijk de heer De Wilde beweerde dat bedoelde vereeniging in haar voor keur voor bepaalde lokaliteiten tamelijk veranderlijk is gebleken, thans ligt daar dan toch een gepreciseerd .adres van haar ter tafel, een adres, welks toelichting niet zeer vleiend is voor de residentie. In 1908 werden in het kleine Dordrecht meer dan tweemaal zooveel bezoeken aan de openbare leeszaal gebracht als_ in de hofstadtegenover 203 bezoeken op de 100 inwoners ginds staan zestien hier. Het is waar, Den Haag heeft zijn onschatbare Koninklijke Bibliotheek, maar wie- gelooft in ernst, dat deze aan die categorie van lieden, welke vooral aan een openbare leeszaal behoefte heeft, alles biedt wat hun hart begeert Bloeit trouwens niet in Groningen de openbare leeszaal naast de universi- teits-bibliotheek, een bibliotheek, waarin nochtans aan de bezoekers een groote mate van vrijheid wordt ge gund IIET KEGELEEEST. Hij moest naar de jaarvergadering van zijn kegel club; dus sprak hij als volgt tot zijn vrouw: „Wacht vanavond maar niet op me; 't kon wel wat later worden als anders." Den volgenden ochtend aan het ontbijt zat hij zwij gend; ook'de huiskamer-pendule zweeg. „Vrouwlief," had hij de onvoorzichtigheid te zeg- geng, „de klok moet in de war zijn; ik weet stellig dat ik ze gisteravond bij mijn thuiskomen opwond." „Neen," luidde het korte antwoord van zijn vrouw. „Je hebt bij vergissing de kinder-muziekdoos opgewonden, zoodat dat ding „Home, Sweet Home" heeft getingeld tot vanmorgen drie uur. De klok in do gang staat stil; maar ik heb je kurketrekker in den barometer zien steken." VERNIELZUCHT. „De N. Ct." schrijft: elen die er Zondag op uit waren gegaan om van den heerlijken lentedag te genieten, zullen zich weer als ieder jaar geërgerd hebben aan-de ritsen kinderen, dames en heeren, die de anemonen bij bossen met wor tel en al uit den grond rukten. ITet was vooral in het Haagsche Bosch treurig om aan te zien, hoe daar de liefelijke lentebloempjes, die zooeven hun teere kop jes uit de kelken ontplooid hadden, onbarmhartig uit den lossen bodem werden gescheurd. Geheele gezel schappen van dames en kinderjuffrouwen namen er hun gemak van, spreidden de zakdoeken uit over de banken of in het gras en liepen met de kinderen in een wijden kring het veld kaal te maken van zijn bloe- mentooi. Als zij dan met die bosjes anemonen een tijdlang in de warme handen hadden geloopen en naar de stad terugkeerden, waren de- zwakke bloempjes al zoo verlept, dat zij weggeworpen moesten worden. De politie moet het getroffen hebben, hoe langs Bezuiden- bout en andere toegangen tot het Bosch de weg be zaaid lag met verflenste anemonenresten. Maar waar- om in de morgen- en middaguren niet een flinke raz zia gemaakt onder die roovers van het schoonste sie raad van het Bosch in de vroege lente? Waarom daar door een straf optreden niet een eind aan gemaakt? Hebben dan de klachten, die nu reeds tientallen van jaren elk voorjaar de natuurvrienden deswege laten hooren, niets uitgewerkt? Reeds een tiental agenten zou in staat zijn om in korten tijd den schrik er onder te brengen en aan dat bloempjesplukken een eind te maken. De eenige plek waar de sierlijke witte bloempjes vei lig waren, was het grasveld van het Huis in 't Bosch aan de waterzijde, waar zij bij honderden bloeiden tus- schen het frissche gras. VRÜCHTELOOZE OMMEGANG. Leo vertelt in de Tel. van een dronken heer die op een nacht geleund zit tegen Naatje Eendracht. Zijn nette broekbeenen rechtuit gestrekt voor zich heen, zijn geglaceerde handen goedig over zijn elegant be- kleeden buik gevouwen. Naast hem ligt een popperig dophoedje, en de wind strijkt woest door zijn niet meer gescheiden blonde baren. Hoe komt deze heer daar te zitten, en hoe helpt hem geen hand der Hermandad, dat die hem tot steun zij op het doornige pad naar waar zijn penaten in zak en assche om hem treuren? Het is onbekend. De beer zit er. Maar nu krabbelt de heer beverig en krummelig te voeten. Dan komt hij in gang, zoetjes, zachtjes, voorzichtig, als een heel oud molenpaard. Ilij wil naar huis. Be gint behoedzaam, op Naatje's trottoir, zich steunend aan de balustrade, zijn onzekere voeten voor elkaar te zwaaien. Zoo cirkelt hij eenmaal rond. Kijkt dan sip en ver wezen naar de maan. Orienteert zich. Raadpleegt een zakdoek, dien hij verslijt voor horloge. Her-begint zijn rondegang. Monotoon, eenzaam, mallotig-alleen en verlaten op den Dam, kringt nu de dronken heer maar aldoor rondom onverstoorbare, hautaine Naatje. Hij meent een rechten weg* te gaan, en maakt een cirkel, minu ten, kwartieren, een uur lang Dan zakt hij, eindelijk moe en wanhopig, huilerig en verslagen, triest neer op dezelfde plek, die zijn moei zaam opkrabbelen aanschouwde; daar vindt een agent hem verzonken in zoeten sluimer. Beeld van dit menschelijk leVen. NIEUWE R. K. KERK Door den Deken van Haarlem zal a.s. Woensdag morgen de eerste steen worden gelegd voor den bouw der groote R. K. kerk aan den Adm. de Ruiterweg on der Sloterdijk. Verschillende autoriteiten zullen daarbij aanwezig zijn. EINDELIJK VERLOST. Uit Opheusden schrijft men aan De Betuwe: „Eindelijk dan zal alhier voorzien worden in een lang gevoelde behoefte. Wij krijgen onze Christelijke school op gereformeerden grondslag. Midden in het dorp is een mooi terrein aangekocht, waarop reeds een zeer geschikte woning voor het hoofd, die we reeds op het oog hebben, staat. Nu behoeven we onze kinderen niet meer te sturen naar een school, waar ze allerlei rare dingen leeren, zooals die gekke kunsten op het kerkplein, wat ze excerceeren noemen, en in de school strijken op de viool, wat onze kinderen wel niet behoe ven te leeren, maar ze moeten er toch maar naar hoo ien. Wij mogen dankbaar zijn." GAS VERSTIKKING. Zondag heeft zich te Utrecht een geval van gasver- stikking voorgedaan. De bewoonster van een perceel in de oude stad stak een gascomfoor aan, dat op tafel stond en met een gummieslang was verbonden met de lamp. Zij ging daarna op een stoel zitten om te wach ten totdat het water op het comfoor zou gaan koken; intusschen viel zij in slaap. De slang schijnt niet vol doende stevig te zijn bevestigd; zij schoot althans van de lamp en het vertrek vulde zich met gas. Toen het onraad werd bemerkt, was het te laat. De juffrouw bleek reeds overleden. POGING TOT VERGIFTIGING. Waa rschijnlijk zal men zich herinneren hoe in De cember van het vorige jaar, door een 19-jarige dienst bode te Leiden, volgens gerucht, een poging werd ge daan om het gezin waar zij in betrekking was van het leven te berooven door een groote hoeveelheid arseni cum in het middagmaal, boerenkool, te mengen. Door spoedig aangewende geneeskundige hulp werd het ge zin, man, vrouw en knecht, gered. Wegens poging tot vergiftiging had de bedoelde dienstbode M. IT. v. L. zich gisteren voor de I-Iaagsche rechtbank te verantwoorden. Het meisje ontkende heslist hetgeen haar was te* laste gelegd. Het O. M. eischte vrijspraak. UIT NIEUWE NIEDORP. In de plaats van dr. Brand, die naar Vreeland ver trekt, is te Knijpe (Er.) als geneesheer benoemd de hr. dr. J. Brouwer alhier. UIT BROEK OP LANGENDIJK. Na opening der gistermiddag gehouden raadsverga dering, waarbij de heer Wagenaar wegens ziekte af wezig was, werd medegedeeld dat de kasverificatie den 30 Maart 1.1. gehouden, aangaf een saldo in kas van 2064.24, en dat verschillende betalingen éan den Gemeente-ontvanger waren gedaan. Deze mededeelingen werden voor kennisgeving aan genomen. Wegens bestelloon der telegrammen zal aan de Ge meente worden vergoed 327.80. Voor kennisgeving aangenomen. Aan mej. Zwaanswijk werd met algemeene stemmen ontslag verleend tegen 15 April, als onderwijzeres aan de openbare lagere school op de meest eervolle wijze, onder dankbetuiging voor de aan de Gemeente bewe zen diensten. De af- en overschrijvingen op de gasfabriek dienst 1909 in de vorige' vergadering aangehouden ten bedra ge van 35003.60, werden ter sprake gebracht. Nadat de voorzitter toelichtingen had gegeven op de som van 34000 voor gasmeters werden die af- en overschrijvingen zonder bespreking met algemeene stemmen goedgekeurd. Gedeputeerde Staten berichtten dat bij hen bezwaar bestaat tegen eene anniuteitsleening en geven in over weging de leening in 30 jaar af te lossen, met een jaarlijksch bedrag van 600. De voorzitter wees op de bezwaren daaraan verbon den door de hoogere betaling van rente en aflossing, vooral ook in verband met de meerdere onkosten die het lager onderwijs zal vragen. Alsnog zal aan Gedeputeerde Staten goedkeuring op de annuïteitsleening gevraagd worden. Ook het raadsbesluit in zake de ruiling van de ge meente werd niet door Gedeputeerde Staten goedge keurd, zij vroegen nadere inlichtingen zoowel omtrent den te ruilen grond als omtrent het adres dat om niet- inwilliging verzocht en de bezwaren door P. Velt p®f- soonlijk jegens Gedeputeerde Staten geuit. Burgemeester en wethouders hadden deze brief reed® beantwoord. De voorzitter deelde mede dat zich ook na herhaalde oproeping van sollicitanten tot nog toe niet meer dan een sollicitant heeft aangemeld1 voor onderwijzer. Inzake het aanstellen van een derde leerkracht had de voorzitter een onderhoud gehad] met den Pastoor, die mededeelde dat in 1911 nog geen Katholieke school zal worden gebouwd en in 1912 misschien in dien er dan van de Katholieke Congregatie genoegza me leerkrachten zouden zijn te verkrijgen. De schoolopziener had' inlichtingen gegeven omtrent den bouw van een derde lokaal benevens een gelegen heid voor het onderwijs in vak j waarvan d'e kosten zouden bedragen 1500. De begrooting van den ge meente-opzichter was 900. Na verschillende besprekingen en na het instellen van een onderzoek in loko waaruit bleek dat de wijzi gingen door den gemeente-opzichter opgegeven roor eenige jaren afdoende zullen zijn, vooral na het in ge bruik nemen van de Katholieke school, werd het ont werp van den opzichter aangenomen. De adressen van de afdeeling" Zoetwatervisscherij van de Heidemaatschappij en van de inwoners der ge meente betreffende deze aangelegenheid werden daar na ter sprake gebracht. De ingezetenen verzochten een huur voor langeren tijd met het oog op de financieele draagkracht der ver zoekers zoowel als met het oog op de belangen der vis- scherij. Zij boden een huurovereenkomst aan van 60. De Zoetwatervisscherij verzocht het water aan haar te verpachten tegen een door de Gemeente te bepalen prijs. De voorzitter gaf nadere inlichtingen en stelde voor het vischwater publiek te verpachten, zoo mogelijk Woensdag 6 April, tegelijk met den afbraak van het raadhuis en dan voor den tijd van een jaar. De heer de Does vreesde bij eenjarige verpachting voor ontvolking van het water, hij was in beginsel voor verpachting aan de inwoners, doch in 't belang van de visscherij zou hij het willen verhuren aan de Zoetwa tervisscherij. Besloten werd het vischwater voor den tijd van 5 jaar publiek te verpachten op Woensdag 6 April, na den verkoop van het oude raadhuis. Verder werd besloten de nieuwe bestrating van d» Noorder- en Zuiderbrug- uit te besteden, en de rest van den weg benevens den Dijk te repareeren met oude steen en. Nadat de voorzitter iets had medegedeeld omtrent ile vergadering in zake de waterleiding onlange té Hoorn gehouden, werd de vergadering gesloten. UIT HOORN. Voor de afdeeling Hoorn van Volksonderwijs trad gisteravond op mr. J. A. Levy, die, op de gronden, neergelegd in zijn brochure, zijn standpunt uiteenzette over de absolute neutraliteit. In debat trad de heer Schuld, die er op wees, dat de Katholieken getoond hebben een verderen en beteren kijk op de zaken te hebben dan de vrijzinnigen. Zij toch hebben al lang voorzien, dat men eenmaal zou komen met de nu aangeheven leuze, reden waarom zij hun eigen scholen gingen oprichten. Als tweede debater trad op de heer E. Levi", Israë-

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1910 | | pagina 1