DAGBLAD VOOR ALKMAAR EN OMSTREKEN. Honderd en twaalfde jaargang. 1910. ZATERDAG 9 A P R I L. No. 83 Deze Courant wordt eiken avond, behalve op Zon- en Feestdagen, uitgegeven. Abonnementsprijs per 3 maanden voor P iknsaar f 0,8©; franco door het geheele Rijk f I, Af j>nderlijke nummers 3 Cents. Prijs der gewone advertentiën: Per regel f 0,10. Bij groote contracten rabat Oroote letters naar plaatsruimte. Brieven franco aan de N. V. Boek- en Handelsdrukkerij v/h. HERMs. COSTER ZOON, Voordam C 9. o— VER ZIEND. BINNENLAND. Dit nummer bestaat uit 3 bladen. II (Slot.) ALKMAARSCHE COURANT, Het is een Brusselsche heer met een llollandschen naam, die ons tot voorbeeld moet strekken van den monsch, die plannen maakt zonder den omvang en het gewicht van zijn eigen plannen blijkbaar goed te be grijpen. Wij verzwijgen naam en adres van den plan nenmaker, omdat uit het boekje, dat hij ons toezendt, de meeste volmaakte goed trouw spreekt maar dan ook èen naïveteit, die aan het wonderbaarlijke grenst. Deze heer X. heeft zijn plan laten drukken. Hij be gint met vier aanhalingen. En om daarbij het verwijt van eenzijdigheid te ontgaan, citeert hij Terentius, Passy, Lamennais en Goethe. Hu citeert hij van Passy het betoog, dat er geen ge dachten, geen plan in de wereld wordt gegooid, dat niet, als een steen, welke in het water wordt geworpen, van zijn voorbijgang doet blijken en eenigen invloed in het heelal uitoefent. Ware de heer X zóó bescheiden, dat hij tevreden was met kringetjes in het water, wij zouden niet over zijn denkbeeld schrijven. Maar uit den vrij stellig gestel- den tekst van de brochure blijkt al spoedig, dat hij in vollen ernst meent, dat zijn plan uitvoerbaar is, en dat hij maar bij enkele vredevrienden heeft aan te kloppen om een heel regiment couranten uit den grond te stampen. Want niets minder is zijn doel. Hij wil niet één v/ereldcourant maar een wereldpers uit den grond stampen. Het zullen politieke dagbladen zijn, die zich ook op letterkundig en economisch gebied zullen be wegen en die geïllustreerd zullen zijn. En zij zullen uitkomen in Londen, Parijs, Berlijn, Weenen, Peters- burg-, Den Haag, Rome, Madrid, Athene, Konstantino-" pel, Stockholm, Boedapest, Hew-York en Tokio, terwijl de opperdirectie in den Haag zal zijn. Hu is er ongetwijfeld iets sympathieks in dit plan. En als de ontwerper gesproken had van een onderhou dend geschreven algemeen weekblad in drie talen b.v. en hij had eens een nauwkeurige berekening van kos ten gemaakt, dan zeker zou het plan recht op een onderzoek hebben, ook al, omdat alle plannen, die van Hederland meer het centrum van de vredesbewe ging willen maken en niet dadelijk onaannemelijk zijn, zulk een recht hebben. Doch neen. De geest van onzen plannenmaker is ver-ziend naar den geest des tijds. En dus is er niet sprake van één weekblad, maar van 14 groote, alge- meene dagbladen. Hu zou men nog kunnen meenen, dat het niets is dan een denkbeeld dat los daarheen geworpen is en even gauw uitgesproken als weer ingetrokken is. Maar neen. De heer X. neemt zichzelf ernstig. Hij geeft een raming van een modelblad en concept-statu ten, waarin tot zelfs de jaarlijksche aftreding van de leden van allerlei raden en de onderteekening der abonnements-quitanties in Athene en Hieuw-York ge regeld worden. Deze stukken zijn van een potsierlijken ernst. Om te beginnen wordt in de raming kapitaal- en exploitatierekening geheel door elkaar gehaald. Alles wordt opgeteld en zoo leert dan de geachte lezer dat er 502.831 francs noodig zijn om te Brussel een groot dagblad in elkaar te zetten en één jaar aan den gang te houden. Wat de lezer daaraan heeft, zal hem niet duidelijk zijn. Maar als hij nu een zakenman, een drukker, ja wellicht een courantier is, zal hij zijn oogen van ver bazing niet gelooven. Want alle ramingen zijn zoowat mis. Elke drukker zou hem dat hebben kunnen verbe teren. Doch wat heeft de heer X. met drukkers te maken? Als men 14 bladen tegelijk opricht, kan men zich met zulke kleinigheden niet bezig houden. Men schrijft maar op12 zetters, 7 drukkers zeven drukkers voor één rotatieperseen rotatiemachine, een La- rausse, groen tafellaken, copiepapier, 8 redacteurs, 73.000 frc. „medewerkers," 2 telefonen, samen 5 maal honderdduizend francs. Als de heer X. dus „maar" 7 millioen francs krijgt, is hij klaar en beginnen er over een goed half jaar 14 hoofdredacteurs, 126 re dacteurs en 168 zetters in al de genoemde hoofdsteden te schrijven en te zetten, totdat de couranten klaar zijn. „Politiek" mogen die couranten niet zijn. Zij doen niets dan vrede propageeren. En in elk land zijn er 15.000 lezers, die iederen dag niets doen dan vre- despropaganda slikken. De vérziende en alles verzor gende plannenmaker heeft alleen vergeten te zeggen, wat er gebeuren moet als al die 15.000 magen zich heb ben overwerkt aan dien dagelijkschen stroom vredes- propaganda. Maar dat is een kleinigheid, even onbe- teekenend, als de rentabiliteitsrekening, waarvan hij ook maar niet rept, even onbeteekenend overigens als de vraag, wat er moet gebeuren als de 7 millioen „op" zijn. Merkwaardig is ook de regeling- wanneer er geschil len tusschen staten ontstaan. Zoodra er tusschen twee landen een geschil dreigt, dan komen de raden van die landen bijeen. Zij dragen den hoofdredacteurs op het geschil weg te schrijven. En dezen (art. 36 der statuten 4o) „zullen de campagne beginnen zoodra zij weer thuis zijn." „Alles eenvoudig als „goeie morgen." Hu willen wij zeker niet betoogen, dat er niets goeds in het denkbeeld is. Wij zeiden al: het plan om de vredesvrienden door een populair geschreven blad te bereiken en samen te houden is sympathiek. Het plan een dergelijke beweging van Hederland uit te doen gaan evenzeer. Zeer juist heeft de schrijver de ge weldige macht van de pers gezien. Liet zich een vre- desbond van ernstige bladen verwezenlijken, het zou zeker een mooi denkbeeld zijn. En gelijk men naar onze vaste overtuiging met een in grooten stijl (maar dan wat minder naïef) gevoerde persactie een land kan veroveren, zoo kan men een dergelijke actie ook ge bruiken voor meer vredelievende doeleinden. Maar dan zeker niet met zulke plannen. Een plan, dat er zoolang het in druk op stapel staat volmaakt uitziet, en waartegen dan geen bezwaar is in te bren gen, heeft al zoo'n enorm groote kans direct om te slaan zoodra het met werkelijk water in aanraking- komt, hoeveel meer dan nog deze chimère, waarvan de ontwerper zelfs den schijn van de meest elementaire omzichtigheid niet heeft weten te bewaren. 'Waarlijk het is goed, dat men plannen maakt, dat men met mate in de verte kijkt. Maar dan moet er ook dublfbl gewaakt worden tegen een onmatigheid in vèr zien, die elke gedachte aan de werkelijkheid verbant en het in de toekomst bederft voor de makers van be ter doordachte plannen. Want het publiek vooral het Hederlandsche is wantrouwig en de meer ervarenen zijn vaak al te zeer geneigd alle nieuwe denkbeelden over één kam te scheren wat even verkeerd is als het te eenzijdige plannenmaker), van minder beschaafden. HERZIENING WETBOEK STRAFVORDERING. Er is ingesteld een staatscommissie tot voorberei ding van de herziening van het Wetboek van straf vordering met opdracht een voorstel aan te bieden tot volledige herziening van dat Wetboek in den vorm van een wetsontwerp met toelichtende memorie, tenzij het telkenmale aanbieden van partieele ontwerpen, wan neer het onderzoek dit toelaat, aan commissie meer geraden mocht blijken; tevens met opdracht, tijdens haar onderzoek de Regeering van advies te dienen op wetgevend gebied der strafvordering wanneer dit van regeeriug-swege mocht worden 'gewensclit. Benoemd tot lid, tevens voorzitter, B. Ort, advocaat- generaal bij den Hoogen Raad te 's-Gravenhagetot lid, tevens secretaris, mr. H. O. Dresselhuys, directeur- generaal van het gevangenis-, Rijkstucht- en Opvoe dingswezen te 's-Gravenhage; tot leden mr. P. A. Die penhorst, hoogleeraar aan de Vrije Universiteit te Amsterdam; jhr. R. Feith, raadsheer in het gerechts hof te 's-Gravenhage; G. A. van Hamel, hoogleeraar, lid der Tweede Kamer te Amsterdam; R. B. Ledeboer, adv.-gen, bij den Hoogen Raad te 's-Gravenhage; E. R. H. Regout, lid der Tweede Kamer te 's-Gravenha ge; G. J. Ph. graaf Schimmelpenninck, oud-officier van justitie te 's-Gravenhage; D. Simons, hoogleeraar te Utrecht; tot adjunct-secretaris mr. J. V. van Dijck, commies van justitie te 's-Gravenhage; bepaald, dat leden, wier gevoelen van dat der meerderheid af wijkt, dit door afzonderlijke nota's kunnen doen blij ken. DE IIAAGSCHE BURGEMEESTER. De Avondp. deelt mede dat de Haagsche burgemees ter Sweerts met 1 Mei zijn ontslag zal nemen, de H. Ct. vertelt, dat de burgemeester, toen hij in het begin der vorige week voor een tiental dagen naar Zwitser land vertrok, nog geen beslissing had genomen om trent het aannemen van een eventueele herbenoeming. UEMENUD NIEUWS. DE VERMISTE JOHGEH TE ZEIST. Men schrijft aan het Vad. uit Zeist: Steeds romantischer worden de geruchten omtrent het in ons dorp vermiste knaapje v. d. W. Wel gelooft de overgroote meerderheid, dat de arme jongen bij het spelen in de nog zoo maagdelijke streek, in welke hij woonde, in een der talrijke kuilen gestort, onder zand bedolven en daarin gestikt is, waarom dan ook nog telkens in de z.g. duinen gezocht wordt, doch „men" spreekt van een vorig huwelijk der moeder, het welk door echtscheiding' zou zijn ontbonden. In dat eerste huwelijk zou de nu vermiste zoon geboren zijn en de eigen vader zou den knaap hebben ontvoerd of hebben laten ontvoeren naar Amerika. Volgens sommi gen woont de Amerikaansche vader in Duitschland of houdt daar nu althans verblijf. Het nieuwste is, dat de jongen van uit Amerika een brief geschreven heeft aan zijn ouders en daarin de ontvoering-door-den-vader bevestigt. Ziehier nu wat de inspecteur van politie ons zeer bereidwillig mededeelde. De heer v. d. W. is voor de tweede maal getrouwd. Zijn vrouw was bij haar huwe lijk slechts negentien jaar. Uit dezen echt, die zeer gelukkig was, werden tien kinderen geboren. De „Amerikaansche" vader bestaat alleen in m e n's ver beelding, de door den jongen uit Amerika geschreven brief eveneens. Dit zal wel voldoende zijn om de vele praatjes te weerleggen. Verder informeerden we nog naar den jongen in zijn vorige woonplaats, Ede. Hij was daar allesbehalve een lummeltje. Integendeel 'n echte robbedoes en dol leman, die graag kattekwaad uithaalde. Juist die dolheid en speelschheid doen vermoeden, dat hij in de heuvels en kuilen in den omtrek een on geluk gekregen heeft. De ongelukkige geschiedenis met dit knaapje doet bij ons opnieuw de vraag rijzen: waarom worden voor alle politiediensten herdershonden, airedales en Döb- bermannpinchers gebruikt, die verdedigingshonden en geen .speurhonden zijn? Zou in dergelijke gevallen de bloedhond niet wel eens een spoor vinden, dat de her der bij gebrek aan "neus niet waarneemt? Z AH GERS-WEHKEH. Een gemengde zangvereeniging te Assen geeft in 't laatst dezer maand een uitvoering van Haydn's Jahreszeiten. De leden ontvingen dezer dagen een ge drukt lijstje van wenken, ter aandachtige lezing en opvolging aanbevolen. Het Hbld. ontleent er curiosi- teitshalve de volgende aan: Met warmte en gevoel zingen; waar p staat, wordt zacht gezongen, bij pp moet het ragfijn zijn. Men mag er niemand -„boven uit" hooren. Wie de mededeeling van familie of kennissen krijgt, dat ze hem of haar duidelijk boven uit konden hooren, krijgt hierdoor geen complimentje, integendeel heeft dat lid de vereeniging geen dienst bewezen, de harmonie was verbroken. Opstaan en gaan zitten zoo vlug en onhoorbaar mo gelijk op een wenk van den directeur. Hiet gaan zit ten, voordat de muziek heeft gespeeld. Mocht iets verkeerd gaan, dan niets laten blijken, doch op den di recteur letten en hem vlug begrijpen. Voor de dames was er nog aan toegevoegd Hiet denken aan het publiek in de zaal of aan cein tuur of haarlintje. Geen gezicht zetten als we een rouwlied zingen. Op de voorste rij is geen plaats voor alle dames. EEH FRAHSC11MAH OVER MIDDELBURG. Een medewerker van den Temps, Pierre Mille, geeft in zijn blad den indruk weer, dien een bezoek aan Mid delburg op een marktdag op hem maakte. Zijn be schrijving is, als die van de meeste vreemdelingen wanneer zij een korte poos in ons land vertoefd heb ben en zich aan het schrijven zetten, niet vrij van overdrijving', die ditmaal van zoo komischen aard is, dat enkele aanhalingen uit zijn verhaal den lezer mis schien welkom zullen zijn. De carillons te Middelburg hij heeft er daar een groot aantal te gelijk hooren spelen hebben hem een nachtmerrie bezorgd. Hij kon er den nacht dien hij te Middelburg doorbracht, geen oog van dicht doen, elk halfuur moest hij luisteren en dan weer opnieuw wachten naar datzelfde krakende, tingelende, banale lied. Hij kreeg den indruk dat dit getingel, om het halfuur, hem tot het einde der eeuwen in de ooren zou galmen, terwijl hij, luisterende, elke minuut nutte loos en hopeloos ouder werd. Zij moeten wel vast in het geloof zijn geweest, zegt hij, de Hollanders die het carillon hebben uitgevonden en het wisten te verdragen. Aan den onvermijdelijken dood te denkeu, die lange slapelooze uren als het ca rillon speelt, kostte hun blijkbaar niet de minste moei te. Op dien marktdag dan, bij de oude Abdij, waar de boerinnen haar boter en eieren hadden uitgestald, speelden alle klokken als uitgelaten rusteloos door den ganschen dag. En allen tegelijk spelende, verloren zij haar melodieën, die in elkaar verward raakten en als cacofonieën in het oor ruischten. Men hoort ze niet meer, men ademt ze in. 't Is alsof de schitterend blau we lucht dat spektakel maakt. Tot afleiding van zijn gemarteld brein zou men met de kinderen willen spelen die daar met hun moeders op de markt gekomen zijn; maar zij spelen niet, zij zijn kalm, merkwaardig kalm. Hun blauwe of zee groene oogen staren u koud aan. Het zijn kleine man nen en kleine vrouwen, precies gekleed als hun vaders en moeders, de jongens met den ronden smalgeranden hoed en het ronde aan den hals met twee zilveren knoopen vastgemaakte vest, zoo ouwelijk in dat costuum dat men zou meenen die oude kinderen zoo straks op de haringvangst te zien gaan of binnengaan in een herberg met de lage zoldering om er een pijp te rooken bij een ton.En d© meisjes ziet men altijd drie aan drie loopen, als poseerden zij voor prentbrief kaarten. Zij lijken in haar kleedij zoo precies op haar moeders, dat ware het niet onbehoorlijk, men haar rok ken zou willen oplichten om te zien of ook zij, evenals haar moedei", daaronder de enorme beurs van kralen of borduurwerk met rozen en tulpen en den zilveren beugel droegen. Het eenige verschil is dat men -on der die kinderen geen weduwen ziet, die als oorhan gers dragen zwarte kralen met goud afgezet. Men zou zweren dat de Walchersche menschen allen even oud zijn en er bij toeval eenige exemplaren kleiner zijn, achterlijk in ontwikkeling. De Eranschman geeft dan een trouwe beschrijving van de Walchersche kleederdracht en de gouden en juweelen sieraden der vrouwen en vergelijkt de vier kante gouden platen die boven de beide oogen der vrouwen hangen, bij de spionnen, die men in het Vlaamsche en Hollandsche land buiten aan de ven sters hangt om er van uit het interieur der kamers naar de menschen op straat te gluren. UIT OUDE-HIEDORP. Tot diaken bij de Hederlandsche Hervormde kerk alhier is benoemd de heer LI. Over, in de plaats van den heer G. de Groot, die vertrokken is naar elders. Donderdagavond vergaderde de vereeniging der straatverlichting alhier in het lokaal van den heer T. de Jong. Tegenwoordig waren 15 personen. Hadat de voorzitter, de heer B. J. Kanis de verga dering met een woord van welkom had geopend en de notulen door den secretaris waren gelezen, welke met dankzegging werden goedgekeurd, kwam aan de orde verkiezing van een bestuurslid. Aangezien de bestuurs leden nog geen jaar zitting hadden gehad, werd hun zittingsduur, op voorstel van den heer C. Over, met een jaar verlengd, zoodat het volgend jaar voor het eerst een bestuursverkiezing zal plaats hebben. Vervol gens werd overgegaan tot het nazien der rekening van den afgeloopen winter. Deze rekening door de heeren C. Over, J. Mijts en W. Langedijk nagezien, werd goedgekeurd met een voordeelig saldo groot 13.75. Ontvangen was 203.75, uitgegeven 190.00. De penningmeester, de heer Kooiman, ontving een woord van dank voor zijn goed beheer. Daarna werden enkele artikelen van het reglement gewijzigd en werd een lijst aangeboden waarop door alle aanwezigen werd geteekend voor welk bedrag zij lid wenschten te .worden. Bij de niet aanwezige dorpsbe woners zal door het bestuur die lijst worden aangebo den. Bij de gewone rondvraag kwam ter sprake dat de lantaarnpalen onlangs zijn gebruikt als aanplakbord. Op verschillende palen waren programma's geplakt van een propaganda-avond van de Geheelonthouders- vereeniging te Hieuwe-Hiedorp. Verondersteld werd dat het bestuur van genoemde vereeniging wel onbekend zal zijn met die plakkerij, waarom besloten werd een schrijven te richten aan die vereeniging, opdat zij de bewusten plakkers (die hier onbekend zijn) er op kunnen wijzen dat zulks niet be hoort. Daar niemand meer het woord verlangde werd de vergadering met gepaste woorden door den voorzitter gesloten. UIT HOORH. De Vooruitstrevend Lib. Kiesvereen. „Vooruitgang" stelde gisterenavond tot candidaat voor de Provinciale Staten (vac. dr. v. d. Zande) den heer K. de Jong Mz. te Hoorn. Voor de vacature Kool zal men overnemen de can didaat te stellen door de buitengemeente. Als candidaat voor den Gemeenteraad (vacature dr. K. IL. M. van der Zande), stelde men den heer K. de Jong Mz. UIT IIEER-HUGOWAARD. Vrijdagavond werd ten huize van den heer Pijper de aigemeene vergadering gehouden van de coöperatieve Boerenleenbank alhier. De instelling van 50 ct. boete voor het afwezig zijn, blijkt gunstig te werken, de hr. Met, voorzitter van den Raad van Toezicht kon aan ongeveer 50 leden het welkom ter vergadering toeroe pen. Door den heer W. van Slooten werden de notu len der vorige vergadering' gelezen, waarna de heer J. Akkerman, kassier, de Rekening en Balans aan de vergadering voorlegde. In hoofdcijfers waren deze op het couvocaat afgedrukt. De commissie, belast met het nazien der rekening, adviseerde tot goedkeuring' daarvan, terwijl tevens uit een circulaire van den in specteur bleek, dat de administratie niets te wenschen overliet. Door den directeur, den heer P. Wonder Pz., werd verslag uitgebracht over den toestand der Bank. Spre ker wijst op den snellen vooruitgang der Bank, zoodat geconstateerd mag worden, dat deze voorgoed is ge vestigd, wat echter geen reden mag zijn om minder krachtig voor deze zoo schoone instelling te ijveren. Door overlijden, vertrek en bedanken verloor de in stelling 6 leden, doch hiertegenover staat een aanwinst van 18 nieuwe leden, zoodat het ledental op 1 Janua ri 1910 het cijfer van 81 had bereikt. In 1909 werden 92 posten meer geboekt dan in 1908. Er zijn uitgereikt 102 spaarboekjes; 19 maal werd geld opgezonden naar dè centrale, 22 maal opgevraagd. Uit de rekening is gebleken, dat over 1909 een winst is gemaakt van 167.57; hoewel onze zaak, zegt spreker, geen winst bejag beoogt, stemt het toch tot vreugde, dat zoo lang zamerhand de reserve stijgt en op het oogenblik reeds 530.73 bedraagt. In 1909 beliepen de spoorgelden ruim 32000; wat 1/3 meer is dan in 1908. Uit het feit, dat ook steeds meer voorschotten worden aangevraagd, leidt spreker af, dat de Bank in een zeer dringender behoefte voor ziet. De arbeid van den kassier neemt steeds toe, zoo dat in den loop dezer vergadering het bestuur met een voorstel zal komen voor verhooging van diens salaris. In het Bestuur en den Raad van Toezicht kwam geen wijziging, met genoegen werd door allen voor de zaak gewerkt. In alle opzichten was 1909 voor onze mooie instel ling een goed jaar. Wordt er al niets gehandeld over groote kapitalen, de genoemde cijfers geven blijk, dat onze Bank noode gemist zou kunnen worden. Met de beste wenschen voor 1910 eindigt spr. dit 6e jaarver slag onder applaus der vergadering. Besloten werd de rente voor spaargelden te bepalen op 31/, die der voorschotten op 4V2 terwijl het Bestuur wordt gemachtigd, zoo noodig dit laatste te wijzigen. Tot bestuurslid werd herkozen de heer Jb. van der Oord, tot lid van den Raad van Toezicht, den heer C. den Hartigh. Beiden verklaren hun benoeming te aan vaarden. Met aigemeene stemmen wordt op voorstel van het Bestuur het salaris van den kassier van 125 ge bracht op 150. Hog wordt bepaald de maximum aanvraag bij de Centrale t'e stellen op 30.000 en dan zoo noodig ook eèn nieuw aandeel te nemen. De hoogste inleg mag bedragen 3000, de totaal inleg hoogstens 50.000. Ha rondvraag, waarbij door den heer Akkerman dank wordt gezegd voor zijn salarisverhooging en, naar hij meent, een woord van dank namens de verga dering brengt aan het Bestuur der Raad van Toezicht voor hunne belanglooze bemoeiingen, sluit de voorzit ter deze 6e aigemeene vergadering met de beste wen schen voor het loopende jaar. Terwijl de landman J. Zwaan zich met paard en wagen huiswaarts begaf, geraakte zijn paard op hol. Z. legde zich in het rijtuig in de hoop, dat alles wel goed zou afloopen, doch eensklaps kantelde het rijtuig' om en bekwam de heer Z. eenige verwondingen in het gelaat, terwijl hij tevens een zijner polsen brak. DEBAT GEWEIGERD. Men schrijft aan de Standaard Het kamerlid, de heer Schaper, heeft gisteravond te

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1910 | | pagina 1