ÉL®, gfIf fijne koekjes en ander gebak Een vorstelijke weddenschap. ADVERTENTI SshaakpuSii*iek. Vraag en aanbod. Tien m i 111 o e n ^stukken Sunlight Zeep worden elke' week verbruikt; dit is het beste bewijs, dat Sunlight aan de verwachting beantwoordt. in verschillende prijzen, J. A. INTEïTTElXr, 2 I - HET ADRES VOOR is geslotenen en werkstakers. Bij samenkomsten van propagandistischen aard wordt entree geheven en een schaal gepresenteerd. De Hemelvaartslag wordt een Liefdadigheidsdag. (Wij waren dien dag toevallig in Amsterdam en op de wandeling van het Leidscheplein naar het Centraal-Station werd ons veertien maal een bus gepresenteerd.) De jaarverslagen van vele veree- nigingen worden dienstbaar gemaakt aan propaganda en komen ten slotte hierop neer: „Steunt en helpt ons; want zonder uw welwillende belangstelling kun nen wij onmogelijk ons in art. 1 omschreven doel be reiken." Wie zich bij het „Standaard"-artikel aansluit, gaat uit van de idee, dat elk „aalmoezenier zijn eigen pa rochie moet bedienen." Wie instemt met het „N. v. d. D."-protest stemt in met „Holland, ach, wat hebt g' een hart!" Maar dit alles raakt slechts den buitenkant en de eigenlijke quaestie zit diep. „De bedelarij wordt verplaatst, dat's de heele zaak", hoorden wij iemand zeggen. „Vroeger moest de lam me, de melaatsche, de kreupele, de blinde uit bedelen gaan, thans wordt er voor hen gebedeld." „Het staat gekleed, zelf voor te gaan bij het gelief- hebber op liefdadig gebied", zei een ander en hij ont ving ten antwoord: „Wel zeker, maakt men geen propaganda voor de zaak, men maakt toch propaganda voor zich zelf." „De Liefdadigheid moet! de wereld uit" beweerde een derde. „Liefdadigheid is geen deugd", verstoutte zich een vierde, enz. enz. Wie hunner tastte terstond in den zak op het com mando: .„Liefdadigheidsdag', heeren!" „Een Juliana- bloempje, mijnheer?" schen componist L. A. Kuijers voor onze lezers een recht aangename zal zijn. Korten tijd geleden is opgericht de Bond van 1ST. S. P. (Nederlandsche Schaakproblemisten) met de bedoe^ ling de vaderlandsche problematiek en de belangen der probleemcomponisten te bevorderen. Het bestuur werd aldus samengesteld: L. A. Kuij ers, voorzitter, J. Cauveren (1ste Oosterparkstraat 1921), secretaris, Jos. de Koning, penningmeester, J. Reeser en C. J. Ocjsterholt, assessoren. Voorts wordt er door den Bond een wedstrijd uitgeschreven voor nimmer gepubliceerde 3zettige opgaven, open voor alle hollandsche componisten. Elk inzender mag met hoogstens 4 3zetten medecfingen, die met hun motto vóór 1 Nov. a.s. zijn te zenden aan J. IL Hette- ling, Corn. Anthoniestraat 119, Amsterdam, terwijl een verzegeld couvert met motto en naam aan den heer 3. Cauveren te adresseeren is. Uitslag 1 Maart a.s. Prijzen 10, 6 en 4. De jury zal later bekend gemaakt worden. Ga nu met dergelijke ervaringen naar huis, sla Nietzsche s Zarathustza op en vestig' al uw aandacht op het motto: „Noin, antwortete Zarathustra, ich gelie. kein Almosen, dazu bin ich nicht arm genug." Niet arm genoeg om aalmoezen te geven, Zarathus tra! Maar wat dan?! Ga met hem het gebergte in en verkondig straks zijn woord: „Aalmoezen geef ik niet;- daartoe ben ik niet arm genoeg, mijn broeder, maar gij moogt wandelen in den zonneschijn. Laat jubelen uw lied en schallen uw lach; want ik heb daarboven vernomen, dat dit uw roeping en bestem ming is." oe eenvoudig ook, dit woord wordt nog- maar altijd niet of verkeerd verstaan. Om eens een heel plastisch voorbeeld te gebruiken: Een groote zus speelt wat wild en gooit niet met opzet maar toch uit onvoorzich tigheid klein-broertje op den grond. Als Jantje huilt, staat Jannetje een oogenblik perplex, maar ras is haar besluit genomen: ze troost en troetelt en belooft en paait; de wilde meid is in een oogwenk tot pleegzuster gepromoveerd. Wij achten het onnoodig een paralel te trekken tus- schen deze Jannetje en haar beroemde nationale zus ter. M ij hebben slechts vrij en frank om ons te zien om te ontwaren, dat onize liefdadigheid weinig' meer doet dan pleisterleggen op wonden, die op onze reke ning- staan. Al wil een ieder dit niet terstondl inzien en beamen, het feit bestaat en heeft nu lang genoeg bestaan om plaats te maken voor' iets anders. Wat dat is? Niet iets_ zóo ingewikkeld, dat het in de diepte moet blijven. Liefdadigheid is wat anders dan naas tenliefde. De oorlog is niet langer een noodzakelijk kwaad, buigeroorlog staat niet langer op het program, maar de strijd om het bestaan wordt zoo hoog opge schroefd, dat oorlog kinderspel lijkt. En als dan Niet te sterven 's levens eenig doel is, En uitgesteld bezwijken hoogste prijs, (Multatuli) dan betreedt Liefdadigheid het slagveld1. „Dit zal wel altijd zoo blijven, omdat het altijd' zoo is geweest?" Och neen. Stelsels verdwijnen en vormen vervallen, rijheid en liefde is de geest van den Heer. (A. Winekler Prins.) Houden wij elkander, vooral onzen kinderen voor oogen, dat liefdadigheid wat anders is dan naasten liefde. rmmers.... Wat in 't jong gemoed gezaaid is, Neen, 't zal niet verloren gaan, Maar de rijkste vruchten dragen Voor de onzeek're levensbaan. (Van Heyst.) Um tot ons uitgangspunt terug te keeren. Wij vin den het o zoo jammer, dat het „Standaard"-artikeltje na dat enkele protest werd doodgezwegen en rakelden liet nog- eens op, in de hoop, dat het zooal geen aanlei ding tot openbare samenspreking dan toch aanleiding tot ernstige overdenking moge geven. Het gaat hier cm kleur noch richting, het gaat om een zeer diep in grijpend nationaal belang. Mocht ik voor mij op wat meer protest of instemming mogen rekenen W. W. „The Chess Amateur" schrijft een wedstrijd' uit voor 2zettige schaakproblemen. Ieder mededinger mag hoogstens drie 2zettem inzenden, die uiterlijk 30 Nov. a.s. door Mr. Philip Williams, 41 Downshire. Hill Mampstead, Londen moeten ontvangen zijn. Motto's onnoodig. De problemen worden alle onder een num mer gepubliceerd. De mededingers, die bij de inzen ding hunner opgaven den wensch daartoe te kennen geven zullen de Chess Amateur ontvangen, die hun (ne) 2zet(ten)_ bevat, benevens die met het rapport van den prijsrechter. Als zoodanig zal een bekend deskundige worden aangewezen, die van den heer Wil liams de mededingende problemen met hunne num mers ontvangt. Prijzen I Eén guinea (pl. m. 12.60), II 15 shillings(pl. m. 9), III en IV boekenprijzen, terwijl de twee beste der Eerv. Verm. ook een boek werk zullen ontvangen. Zooeven ontvingen wij de welkome tijding, dat de lieer J. auveren in den wedstrijd voor 2zetten der „Western Daily Mercury den eersten prijs en eene bij zondere vermelding' behaalde. Voorwaar een schitte rend succes, dat wellicht een goed voorteeken is voor den bloei van den N. S. P. B. Wjj wenschen den he<$ Cauweren van harte geluk en stippen nog even aan hoe het ons bijzonder aange naam is weder te kunnen constateeren, hoe er tegen woordig hoogst zelden een Hollander onder de be kroonde componisten ontbreekt indien er van onze landgenooten onder de mededingers behoorden. Naar het Fransch. No. 244. (Eerste publicatie.) L. A. KUIJERS te Amsterdam. 6 5 4 3 vm J-Dcctetgh Mat in 2 zetten. Oplossing van No. 241 (J. J. RIETVELD.) 1 D h5 h8 enz. Goede oplossingen ontvingen wij van: P. J. Boom, F. Böttger, O. Bramer, G. vam Dort, J. J. Hubel- meijer, G. Imhülsen, G. Nobel, C. van Stam en C. Visser, allen te Alkmaar; Mr. Ch. Enschedé te Haar lem;. P. Bakker, Jos. de Koning en LI. Weenink te AmsterdamJVijzelaar te 's Gravenhage; G. B. Ho ge wind te 1 trechtJ. Deuzeman te Frederiksoord J. Reeser te Voorburg; C. J. Oosterholt te Delft' „Schaaklust* te Koedijk; H. Strick van Linschoten té RijswijkA. Tates te Heiloo en O. Boomsma te Kam pen. Ad. Ka. 244. Stand: Khl, Dó7, Tel en g3, Pel en h6, Pi c4 en e3ke4, la8 en g7, p b4 en e8, pi a6, b5, e2, e5 en h7. ij vertrouwen, dat de kennismaking met een eer ste publicatie van den hoogst bekwamen Holland- Tegen het einde van het tweede keizerrijk was een van de meest bekende en aanzienlijke verschijningen op den boulevard des Italiens de jonge prins Edmond de- Carnival. Zeer blond, bleek en van een phlegma, dat door niets kon worden verstoord, amuseerde hij de wereld, door middel van zijn onmetelijk vermogen, door de onzinnigste streken en invallen, die soms zoo eigenaardig' waren, dat zij gansch Parijs verbaasden. Op een avond gaf hij een groof diner in zijn eigen paleis, waar de heerlijkste wijnen stroomden en het dessert een waar Eden van lekkernijen vormde. „Mijne Ileeren", riep de prins plotseling uit. „U hebt allen gehoord, wat daar aan den anderen kant \an de tafel wordt beweerd. Welaan dan, om hoeveel wedt gij, dat ik, zonder gestolen, gemoord of iemand ter wereld beleedigd te hebben, zonder met de wet door de geringste overtreding in conflict te geraken, als een boef bij den kraag gepakt en naar de waeht gesleept wordt, zoodra het u maar belieft?" Hij sprak op zijn gewonen, kouden onverschilligen toon, waarmee hij ook de meest ongewone dingen be weerde en de vreemdste voorstellen deed, en zijne woorden overstemden duidelijk het gelach en het al gemeen gesprek. Ieder zag hem verbaasd aan. Te midden van de stilte sprak hij „Ik wed 2000 Louis wie durft?" Er waren vele rijke lieden aanwezig, voor wie hoog wedden niets nieuws was, maar de buitensporig hooge som deed hen aarzelen en zij wilden eerst omtrent alle voorwaarden opheldering hebben, alvorens zich bij zulk een weddenschap aan te sluiten. „Is er geen dubbelzinnigheid in hetgeen gij zegt, geen woordenspel of zoo?" vroeg de dikke hertog de J Morvella. „Volstrekt niet'zei de prins, „ik geef u mijn woord als edelman." „Maar', zei een ander, „u zult waarschijnlijk het een of ander doen, dat, zonder eene directe beleedi- ging- te zijn toch het misnoegen der politie opwekt, bij voorbeeld in een onmogelijk costuum door de straten gaan en zoodoende een hoop kwajongens verzamelen, zoodat een of andere agent in het belang van het on belemmerd verkeer verplicht is, u te dwingen een min der opvallend gewaad te kiezen." „U vergist u geheel en al", antwoordde Edmond de Carninval, „als ik in zonderlinge kleeding op straat ging, zou men mij hoogstens beleefd verzoeken naar huis te gaan. Neen, ik verzeker u, hij zal mij als een misdadiger bij mijn kraag pakken en arresteeren, over tuigd met mij een goede vangst te hebben gedaan, hoe wel ik mij hoegenaamd niets zal te verwijten hebben." „Nu, hoe zult u dat aanleggen?" vroeg de bankier Castambide, een uiterst nerveus en opgewonden man, gelijk de meeste beursmannen trouwens. „Dat is mijn geheim. U zult moeten erkennen, dat ik u dat niet vooraf kan zeggen." „Natuurlijk niet! Maar nu ben ik er. U zult een agent op den schouder kloppen .en zeggen: „Oude jongen, ik ben je man. Ik heb in een aanval van ra zernij mijn heele familie vermoord, en nu heb ik be rouw. Neem mij mee en sluit mij op, zoodat het recht zijn loop kan hebben." Een homerisch gelach volgde op deze woorden. Het denkbeeld, dat prins Edmond, een echte aristocraat, I een agent op den schouder zou kloppen, hem „oude jongen noemen en hem om verlossing van zijne gewe- j tenswroeging zou vragen, wekte dolle hilariteit. De prins alleen bleef koel en ernstig. Hij verzekerde den bankier doodbedaard, dat eene dergelijke komedie niet bij hem opkwam en herhaalde toen zijne vraac Wie zet 2000 Louis in?" „Ik doe het!" riep Castambide pochend. Den volgenden dag, tegen zeven uur des avonds on geveer, als de boulevards een bijenzwerm gelijk zijn en de restaurants vol beginnen te worden, baande zich een armoedig gekleede man, die met gebogen hoofd voortliep en hier en daar eindjes sigaar opraapte, die door anderen waren weggeworpen, een weg door de menigte. De man was nog jong en moest, te oordeelen naar zijn bleek, fijn gezicht en zijn smalle, witte handen, eenmaal tot de hoogere kringen hebben behoord. Blijkbaar was de man tot verval gekomen door ongeluk of laster, wie kon het weten? Daarvan ge tuigden de armoedige, aan de knieën schier doorzich tige broek, de seheefgeloopen laarzen, de vale jas, die tot het midden was dichtgeknoopt, zeker om de afwe zigheid van hnnen te verbergen, en de ouderwetsche, breede, m de oogen gedrukte vilten hoed'. En toch scheen de ongelukkige nog niet geheel wanhopig te zijn, want aan zijne propere, schoon ar moedige kleeren was nog eene zekere netheid! te be speuren, gelijk menschen van zijn slag maar zelden vertoonen. - Voor het restaurant „Vigneron", een van de aan zienlijkste lokalen uit die dagen, slechts door de fine ileur bezocht, stond hij een oogenblik stil en keek door de spiegelruiten naar de rijk gekleede dames en voor name heeren, die men juist aan het bedienen was aan de sierlijk getooide tafels. Op dat oogenblik werd de deur wijd geopend, om nieuwe gasten, die juist uit een rijtuig waren gekomen, binnen te laten, en de arme man kon de geuren der heerlijke gerechten inademen. Hij wachtte niet eerst af totdat d© deur weer dicht viel, maar trad schuchter binnen en g'ing aan een on bezet tafeltje zitten. Maar nauwelijks had hij plaats genomen, of reeds ijlde de oberkellner, een voornaam sinjeur, met^ boos gezicht naar hem toe. „Hoezoo?" vroeg de ongelukkige, terwijl hij op de andere gasten wees, „ik wil eten, evenals die andere menschen." Hij sprak zoo ernstig, dat men onmogelijk op de ge dachte kon komen, dat hij dronken was, en daarom hield de kellner hem voor halfgek en zei op sareasti- schen toon: „Ge vergist u, goede man, zoowel in het uur als ook in de deur; de gaarkeuken is hier om den hoek en de soep wordt 's morgens vroeg uitgedeeld." Tegelijk zwaaide hij met het servet naar den indringer, alsof hij een lastige vlieg wilde weren. Zulk een verschij ning kon het heele etablissement in discrediet bren gen. Maar de ander scheen volstrekt rfret geneigd, zijn plaats in te ruimen. „Ik hond niet veel van soep", antwoordde hij be scheiden, „en van de vanochtend uitgedeelde spijzen heb ik niets gehad." De oberkellner spitste de ooren bij het zuiver accent en de beschaafde wijze van spreken van den eigenaar- digen gast. „Dat is geen echte vagebond", dacht hij, „zeker de een of andere gevallen grootheid, die zich met spelen geruïneerd heeft." „En ik zie ook niet in", hervatte de arme man, „waarom u mij niet een diner zult opdienen, als ik be reid ben daarvoor te betalen. Hier misschien twij felt u aan mijne woorden hier is mijn geld." Hij knoopte zijn afgedragen jas open, haalde een fijnleeren portefeuille te voorschijn, die gevuld was met bankpapier, nam er eene uit en reikte die den kellner over. „Ja, ja, zie het maar goed nau kunt u overtuigen, dat zij niet valsch zijn. Het was een biljet van duizend francs, en, te oor deelen naar den omvang, waren er nog minstens vijf tig andere in. De kellner monsterde de banknoten met twijfelenden blik en somber wenkbrauwfronsen. Daarna hief hij eensklaps het hoofd op, als iemand, die een vast besluit heeft genomen, en gaf het geld den eigenaar terug. Deze laatste maakte een) beweging als wilde hij op staan en zeide: „Nu, als u weigert om mij te bedienen, dan ga ik maar naar een ander restaurant." „Neen, neen, blijf maar. Wat is er van uw dienst?" Hij wendde zich tot een der kellners, wees op den vreemdeling en fluisterde hem zachtjes toe: „Bedien dien man daar, maar houdt hem goed in het oog, dat hij niet wegloopt." En hij zelf spoedde zich heen. Vijf minuten later keerde hij met een politiebe ambte terug. De gasten van het voorname restaurant hadden al len verbaasd opgekeken, toen de vagebond zich in hun midden neerzette, en tamelijk duidelijk gaven de blik ken, die voortdurend op hem gericht waren, misnoegen te kennen. Niemand betwijfelde dan ook een oogen blik of hij het was, dién de politie zocht, en allen wa ren in spanning, hoe de zaak zou afloopen. De politie-beambte ging onmiddellijk naar den ar men man toe, die met blijkbaar welbehagen zat te smullen en niets scheen te bemerken van het opzien, uat hij wekte. Als uit een droom ontwakende, sprong hij op, toen de politie-beambte zijn schouder aan raakte. ,A\ at, is er iets gebeurd Hij scheen den toestand niet te begrijpen. Men maakte het hem duidelijk. Banknoten van duizend francs worden in den regel niet in zulke zak ken gevonden en zoo ja, dan zijn ze doorgaans gesto len. Hij verdedigde zich zeer vastberaden maar geheel vruchteloos. „Ik ben vast overtuigd, dat u ons niet de minste le gitimatie van uw persoon kunt toonen", zei de agent. „Dat is zoo, ik kan het niet. Maar vermoedelijk zal niemand van de aanwezigen u op dit oogenblik zoodanig document kunnen toonen." „Goéd dan, geen legitimatie; maar een naam zult u toch wel hebben: wie zijt gij?" „Ik ben prins Edmond de Carninval." „Waarom niet de Koning- van Engeland?" spotte de politieman. „Engeland wordt door eene Koningin geregeerd", zei de ander kalm. „Genoeg, genoeg alWij behoeven verder niets te weten. Volg mij." En tegelijk pakte de agent den „misdadiger" met zijne breede hand bij den kraag, dwong hem zoodoende op te staan en nam hem mee. De weddenschap was gewonnen; want van een der verst staande tafels stonden thans de dikke hertog De Morvelle, de levendige Castambide en andere heeren op, riepen den agent terug en helderden hem de zaak op. Ilij was zoo overweldigd van verbazing, zoo vol ijver om zich te verontschuldigen en zoo verlegen, dat hij temidden van zijne onderdanige buigingen een ruit kapot drukte, terwijl hij mompelde: „Prins!.... Prins Edmond de Carninval VOOR RE RAMES. Kijkjes in de modewereld. Na de weinige heete zomerdagen, die de dames er toe brachten voor haar zomergarderobe, dunne luchti ge toiletjes en blouses aan te schaffen, zijn al heel spoedig de koelere gevolgd, die haar beletten ze te dragen. Om nu te voorkomen, dat men ze aldoor in de kast moet laten hangen,t heeft Mevrouw Mode iets nieuws uitgedacht. Zij laat n.l. dit seizoen het bontwerk een belangrijke rol spelen. Het spreekt vanzelf, dat het zware, flink-verwarmende winterbont hiervoor niet in aanmerking komt, alleen het! luchtigere, alsook de veeren boa is thans de uitverkoorne. Zijden shawls, waarop rc-epen smal bont zijn aangebracht en waarme de ook de randen zijn afgewerkt, zijn bijzonder in de mode. Deze shawls kan' men chic om de schouders drapeeren, zij staan luchtig en verwarmen tevens. Over het algemeen vallen de shawls en écharpes ook die zonder veeren of bont tegenwoordig zeer in den smaak. Op dunne zomeijaponnen worden zij veel gedragen en zij werken daarop inderdaad effectvol. Bij de witte linnen japonneni draagt men écharpes van batist, afgewerkt met een smalle ruche van Va- lencienne-kant. Bij meer gekleede toiletten' kiest men shawls, die in de lengte twee verschillende kleuren hebben en aan drie kanten omzoomd zijn door een bi- ais van zwart satijn; zij worden zoo mogelijk genomen in een nuance van het toilet of van den hoed, anders van dunne witte souple zijde. Ook komen deze shawls voor met een sterk afstekende voering van zij den-mousseline. \00r japonnen is op het oogenblik dunne zijde, fou lard en voile-stof zeer in de mode. Zwarte voile komt ook weer voor zomer-tolletten in aanmerking, het k eedt de meeste dames elegant en maakt een zeer ge- I en ln Een dergelijke» japon kan men voe ren met taffet. Men brengt er éen pas met aange knipte bovenmouwgedeelten van oprijgjestule in aan, welke men voert met chiffon en afmaakt met smal galon. De blouse en de 4 M. wijde rok van rechte ba nen ziju van voren een 4 c.M. breede stolpplooi vor- "J6 ln aaar achteren gekeerde, U/4 aM.diepu plisse s gestreken. Deze worden in de taille-afsluitino- naar vereischte wijdte over elkaar geschoven en van onderen aan den rok te zamen gehouden door een tu- niekvonmg aangebracht breed galon. Uit even zulk galon bestaat de ceintuur. Aan de sluiting van ach teren zijn als versiering passementerie-knoopen aan- gebracht. De half-lange mauwen zijn eveneens met breed galon afgemaakt, terwijl de staande boord ge- I ^aJ,neer(^ *s me^ een smaller galon en een biais van taffet. Van 1—5 regels 25 Cents, bij vooruitbetaling. - J. SIMON, Alkmaar. Steenhouwerij K o- nmgsweg 67. Grafteekenen, Schoorsteen- mantels enz. JOH- KRILLER, Stompetoren, beveelt zich aan voor alle werken in GEWAPEND en ONGEWAPEND BETON. liee^lle®rliJker en smakelijker glas Bier dan het TRAPPISTENBIER, ook per halve flesch ver- knjgbaar bij J. LI. ALBERS, in den Bierkelder, Ver- dronkenoord, ingang Kapelplein. fpE KOOP een mooie MUZIEKAUTOMAAT^ Die met en zonder een cënt spelen gaat. Te zien en te bevragen bij KAAIJ, Kooltuin zeven Die bereid is hem voor een prikje weg te geven. RTTE COMMENSAAL kan geplaatst worden, vrije kamer, omtrek Station. Brieven onder lett. R 160 bureau van dit blad. I'egen 1 Augustus gevraagd een FLINKE DIENS'U BODE, tegen hoog loon, in „de Vergulde Valk". LANDBOUWHUIS te Alkmaar. Monteeren en Stellen van alle Landbouwwerktuigen, als Maai- machines, Harken, Schudders, Dorschmachines, Ploe gen, enz. enz. Aanbevelend, K. SCHOONE, Directeur, Ingezonden Mededeelingen. Bier en Spiritualiën oefenen een zeer schadelijke we king uit op de nieren en blaas, en veroorzaken ivaterzuchf, graveel, ste n, rheum - tiek, rug ijn en verlies van de macht om de urine op te houden. Alcoholische prikkeling is verreweg in de meeste gevallen de oorzaak van nier- en blaaskwalen. De door alcohol geprikkelde en aangetaste nieien verliezen hun kracht om het bloed te filtreeren en om de nier giften af te voeren, die waterzucht, rheumatiek, gra veel, lendenjicht, en zoovele andere noodlottige ziekten veroorzaken. Indien gij eenig kenteeken van een nier- of blaas- aandoening hebt, en vooral wanneer gij aanleg hebt voor nierzwakte, dient gij het gebruik van alcohol na te laten en onmiddellijk te beginnen met een gere gelde kuur met Foster's Rugpijn Nieren Pillen. Gij dient m.t dit geneesmiddel door te gaan, totdat de geringste sporen der verschrikkelijke ziekte verdwenen zijn, want zoo lang gij nog de geringste verschijnselen kunt opmerken, zijt gij nooit veilig voor vernietiging der nieren en kan de blaas haar macht over de urine verliezen. Hoe langer grj uw kwaal veronachtzaamt, des te diepev schiet deze wortel, en krijgt gij misschien last v an blijvende hartzwakte. Het kan zijn, dat uw ziekte zich reeds meer ontwikkeld heeft dan gij vermoedt en uitstel van behandeling is zeer gevaarlijk, zoodat gij niet spoedig genoeg beginnen kunt met het gebruik der echte Foster's Rugpijn Nieren Pillen, die door mannen en vrouwen geroemd worden, welke genazen en genezen bleven. De handteekening van James Foster op de doos waarborgt de echtheid. Zij zijn te Alkmaar verkrijg- jaai hij de heeren Nierop Slothouber, Langestraat 83. Toezending geschiedt franco na ontvangst van post wissel a 1 1.75 voor één, ot f 10.voor zes doozen. Appelsteeg- 1. Teler 147. Banketbakker.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1910 | | pagina 6