DAGBLAD VOOR ALKMAAR EN OMSTREKEN. Honderd en twaalfde Jaargang. MAANDAG 29 AUGUSTUS. «AT, t\: fweTVrgi-üisen--Ï-» h.t «ooAri.t»SeÏ» 200 Wi"' BINNENLAND. No. 202 1910 ten gelukkige worp. Deze Courant wordt eiken avond, behalve op Zon- en Feestdagen, uitgegeven. Abonnementsprijs per 3 maanden voor Alkmaar f0,80; franco door het geheele Rijk fl,— Afzonderlijke nummers 3 Cents. Telefoonnummer 3. Prijs der gewone advertentiën Per regel f 0,10. Bij groote contracten rabat. Qroote letters naar plaatsruimte. Brieven franco aan de N. V. Boek- en Handelsdrukkerij v/h. HERMs. COSTER ZOON, Voordam C 9. wS het mefr Té Het natuu)dijkste zou zijn tei^L gdorf" zeHr1 "k g8'°T heeft' wat ik eck Gemengd ÜNienws. CLEMENT YAN MAASDIJK, f De heer Van Maasdijk, de 25-jarige Neder lander, die te Heerenveen en in Den Haag om vlogen heelt met een kleinen tweedekker, een SommeUtoestel, is Zaterdagavond op het terrein Warn shorn, bij Arnhem, na twee geslaagde proef- vluchten met zijn toestel gevallen. Hij kreeg den motor op de borst, en de dood is onmiddellijk ingetreden. Ruim 6 uur steeg de heer Van Maasdijk weer op voor een proefvlucht. Zijn monteur zegt, vol gens de „N. Rott, Ct.dat het opstijgen niet was als gewoonlijk, veel steiler; misschien om het eemgszins moeilijke terrein. Bij de eerste ronde om hel terrein reeds begon het toestel te hellen, en Van Maasdijk maakte brusque bewe gingen met de gauchissements, welke den val van het toestel, van een hoogte van 50 a 60 meter, met konden verhinderen. Blijkbaar heett de jonge vliegman zich nog omgedraaid om iets te grijpen, want de motor is hem op de borst gevallen. De dood trad onmiddellijk in. Er werd later vastgesteld, dat de machine volkomen in orde was, zoodat de oorzaak van het ongeluk daarin met kan liggen. Op de stille, uitgestrekte heide, waarover de avond reeds zijn schaduwen wierp, was het een aangrijpend schouwspel, toen eenige mannen zich gereed maakten om het lijk van den jongen wakkeren man, dat tusschen het bloeiende hei dekruid naast het verbrijzelde toestel lag, op een brancard te tillen. Een klein groepje ftond omheen, eenige heeren van het comité, politie beambten en de helpers van Maasdijk. Zij ont blootten eerbiedig het hoofd, toen het lijk zacht op den brancard werd neergelegd. Te Arnhem had zich de tijding'van het onge luk als met bliksemsnelheid verspreid, en overal wekte het de grootste deelneming. tii,) amoMa^Sdl^' Z(lgt i'de TeleSraaf", is in korten U1.. ons 'aE zeer populair geworden Reeds in zijn jeugd toonde hij veel aanleg op machineriegebiedOp 20-jarigen'leeftijd ging hij reeds m het automobielvak; nadat hij f'nVer dam Km ikP d.® Machimstenschool te Amster dam had volbracht, ontving hij o. a. bij de firma Verwey en Lugard te 's-Gravenhage zijn oplei ding. Voortgesproten uit een niet onbemiddelde aagsche familie, ging hij daarop naar het bui tenland waar hij zich sinds 1909 aan de avia tiek wijdde. Hij was leerling van Blériot, vloog MnJn eeni ian' en haalde begin Mei zijn di ploma als aviateur, dat hem door de Aéroclub werd''uitgereikt "plaagde proefvluchten mJ,°elkcCht hiJ zich een Sommer-tweedekker waar h ®nom?:inotor en trok naar Nederland, waar hij door diverse comité's werd aangezocht om te komen vliegen. in- Eei?-^e daëen geiden schreef de heer Van Maasdijk in het „Vaderland": „De beste stuurlui staan aan wal en de mees- ten beseffen met hoeveel gevaar er voor den fiviateur aan verbonden is, om te vliegen met Haag" g J ik dit d6ed de drie keei in öen VAN EEN HUWELIJKSVOLTREKKING. Men schrijft uit Winschoten: Zij hadden reeds eenige jaren samengewoond en hadden een drietal kinderen. En altijd nog, nu eens om deze, dan om gene reden was er van het trouwen niets gekomen. Donderdagavond echter werd hun de drang, om voor altijd aan elkaar verbonden te worden, zóó sterk, dat de jongeman en vrouw verge zeld van hun kroost, dat ten deele in den kin derwagen was geborgen naar het stadhuis trokken, om te worden getrouwd. De kinderwa gen werd nabij het stadhuis neergezet, terwijl de jongeman en vrouw (de laatste met een zui geling van ruim één maand op den arm en de twee andere kinderen aan haar zijde, naar bin nen togen, waar de echtelijke band werd gelegd en het aanwezige kroost gewettigd. Kinderen, zooals hier, als bruidsmeisjes te heb ben, komt zeker zelden voor. UIT WARMENHUIZEN. Worden er reeds voorbereidende maatregelen genomen om het 25jarig jubileum van onzen urgemeester op 26 Oct. a.s. feestelijk te gedenken, Sept. zal de heer K. de Geus, ambtenaar ter secretarie, 25 jaar als zoodanig werkzaam zijn. er ^zaam inderdaad. Bescheiden in ziin optreden, is cle heer IC. de Geus een uitstekende'werkkracht ter secretarie. Dat 1 Sept. het bewijs moge worden geleverd, dat zijn werk naar waarde geschat wordt. STAATSPENSIONNEERING. Vanwege de Friesche federatie van den Bond voor btaatspensionneering zullen te Heerenveen, feneek en Leeuwarden groote bijeenkomsten ge houden worden voor het inzamelen van hand tekeningen op het bekende petitionnement aan H. M. de Koningin. ZWEMMEN OVER HET KANAAL, terwijl de meeste zwemmers tot dusver getracht hebben van Frankrijk naar Engeland te zwemmen wil onze landgenoot Ed. Meijer in omgekeerde richting een poging wagen. De moeilijkste stroo ming vindt men op de Fransche kust. Vandaar dat men tot dusver steeds met het moeilijkste meende te moeten beginnen. Meijer stelde zich reeds in verbinding met de officials van den Erigelschen Zwembond, en wacht thans te Dover een gunstige gelegenheid. Ooms vertoefde reeds te Calais en meent zijn poging tegen 4 September te kunnen warren. Niet onmogelijk is het dus, dat Meijer nog het eerst den tocht beproeft en, evenals met uen tocht over de Zuiderzee, Ooms vóór is. De afstand Dover—Calais bedraagt 32 K.M. De stroom drijft echter den zwemmer aanmer kelijk af. en brengt hem dan, door de verande ring van het getij, weder in de goede richting. 45 KM 1 den t0 zwemmen afstfind op 42 a vreeselijk. Herhaaldelijk kwamen te Naarden kinderen, die aan den Bussummerweg woonden, op school met klachten, dat een vreemde heer hen op eenzame wegen wilde troonen, onder voorwend sel, dat hij jarig was, en hen op die wegen wilde tracteeren. Gelukkig hebben reeds langen tijd geleden de onderwijzers in alle klassen als preventieven maatregel de kinderen gewaarschuwd, om met niemand, onder welk voorwendsel of bedreiging ook, mede te gaan, zoodat het laaghartig individu, die nog niet door de politie ontdekt is. nog geen slachtoffers heelt kunnen maken. Zaterdagmiddag te hall 5 kwamen 2 opgescho ten jongens van 14 jaar de politie in kennis stellen met een ander onzedelijk bedrijf. Op den Huizerstraatweg n.l. waren zij achter volgd door een heer met lage schoenen, korte broek, sporthemd en pet gekleed, doch die zich echter zeer oneerbaar gedroeg. Vermoedelijk onraad bespeurende, haalde hij uit een pak, dat hij bij zich had, een kapelaansjas en kapelaans- hoed te voorschijn en kleedde zich schielijk daarmede. De politie, van een en ander in kennis gestelt, spoorde hem op. Aanvankelijk meenende met eerr pseudo-kapelaan te doen te hebben, kwam zij al spoedig tot de ontdekking, dat zij werke lijk een kapelaan gearresteerd hadden. De getuigen, o. a. ook een werkman van Hui zen, die den verdachte ook oneerbaar had zien optreden, werden allen aan een langdurig ver hoor onderworpen. Allen herkenden zij den verdachte, die bekende zonder zijn kleeding als geestelijke aldus geloopen te hebben. Eerst te 7 uur werd den verdachte verlof ge geven te vertrekken, nadat proces-verbaal was opgemaakt. (Hld). UIT OUDORP. De vergadering van den Raad, op Zaterdag- werd bijgewoond door alle leden één vacature. Voorzitter de burgemeester G. Bos Wz. Nadat de vergadering geopend wassen de no tulen der vorige vergadering waren goedgekeurd, werden de geloofsbrieven van het verkozen lid den heer G. de Jongh onderzocht en werd tot zijne toelating besloten. Daarna kwam in behandeling het adres van het bestuur der afd. N. Holl. van den Ned. Bond van Gemeenteambtenaren, houdende ver zoek de jaarwedden van den Burgemeester, Secretaris en Ontvanger tot een billijk bedrag te verhoogen. Met algemeene stemmen werd beslotefi aan den adressant als beschikking op zijn verzoek mede te deelendat de raad die jaarwedden, zooals ze door Gedep. Staten in 1906 en 1907 zijn vastgesteld, niet voor verhooging wenscht vooi' te dragen, omdat ze naar zijne meening thans geëvenredigd zijn aan de diensten welke van die titularissen worden gevorderd, en ook omdat, volgens hunne eigen verklaring; zij eene verhooging van hunne bezoldiging niet noodig en wenschelijk achten. Ten slotte werd gelezen een schrijven van het bestuur der Prov. afd. N. Holl. van den alge- meene Ned. Politiebond waarin het zijn hulde en dank brengt aan dit gemeentebestuur, voor de onbekrompen wijze waarop is gezorgd voor de toekomst van den Gemeenteveldwachter den heer W. Iloogzaad en, zoonoodig, voor zijne weduwe, bij gelegenheid van zijn 25-jarig jubilé als veldwachter; welk schrijven voor kenn'sge~ ving werd aangenomen. Daarna werd de vergadering gesloten. „Is Humoreske van ADOLF STARK, u iets onaangenaams overkomen, meneer Tro tha?" vroeg het jonge, aardige vrouwtje, toen haar geleider met een ernstiger gezicht dan anders rond liep, „u ziet er zoo ontstemd! uit." De toegesprokene zuchtte en zijn oogen een paar vroólijke bruine oogen, die zoo ondeugend de wereld in keken, dat men daarbij de grijze haren van den ei genaar vergat die oogen trachtten een oogenblik een bedroefde uitdrukking te krijgen, wat echter eer lijk gezegd niet goed gelukte. Meneer Trotha zuchtte. „U hebt goed' gezien. Ik ben ontstemld, ja, ik ben bedroefd. Een gebeurtenis van vanochtend neen, een gebeurtenis kan men het eigenlijk niet noemen een ontmoeting, een eenvoudige ontmoeting met een man, die eens mijn beste vriend! was, en die mij heden voorbij liep, zond'er me te groeten, is1 de oorzaak van mijn slechten luim." „U is te week, te veel stenimimgsmensch", troostte het jonge vrouwtje. „Wie laat zich nu door zoo iets den dag bederven. Vriendschap verdwijnt, en als zij ip. onverschilligheid is veranderd, is het heter, dan dat zij in haat is overgegaan. En als er iemand is die in de gelukkige omstandigheid! verkeert een vriend, te kunnen verliezen, bent u het meneer Trotha, omdat u vrienden in menigte heeft." Meneer Trotha dankte voor het compliment. „Maar" zeide hij, „de oorzaken liggen hier dieper. Ik hen n.l. medeschuldig ik gevoel mij tenminste zoo aan deze verstoring van een oude vriendschap; wat meer is, ik voel mij schuldig aan het levenslange ongeluk van mijn vroegeren vriend. Dat is een heele geschie denis en als ze u niet te lang wordt, wil ik ze wel ver tellen. Erits Menger en ik wafen vrienden, op school reeds yyaren we altijd te zamen geweest, ep. later, toen onze yvegen uit elkaar liepen, bleven we toch in trouwe vriendschap vereenigd. Maar de slang loert onder de rozen. In ons geval heette zij Ida en zij was een beeldschoon meisje met roode lippen en kokette oogen, waarop wij beiden verliefd werden. Ik sla de wordings geschiedenis van die liefde over en neem de draad yan mijn verhaal weer qp bij den! beteekenisvollen dag, toen Erits, na langen tijd afwezig geweest te zijn, op een morgen in mijn kamer verscheen, zich, zooals hij dat vroeger steeds deed, op de sofa uitstrekte, een van mijn sigaren aanstak en de rook zonder een woord te zeggen in de lucht lag te blazen. Ik wachtte op hetgeen hij wel te zeggen zou hebben, want ik was er zeker van, dat hij met een bepaald doel gekomen was en ik voelde dat zijn komst op een of andere manier samenhing met de zwarte Ida. Ein delijk begon hij „Zoo kan en mag het tusschen ons beiden niet lan ger gaan, kerel! De vervreemding mag niet verder gaan. Waarom dat geheimzinnige, onwaardige spel tusschen twee menschen, die elkaar zoo goed kennen als wij beiden Daarom, kort en goed, ik ben besloten om de hand van Ida te vragen!" „Er ben tot hetzelfde besluit gekomen", gaf ik ten antwoord. Hij knikte zwaarmoedig. „Dat antwoord had ik verwacht. En omdat Ida maar één van ons beiden kan trouwen, zoo scheiden zich hier onze wegen en wij, de beste vrienden, worden onverschilligen, misschien zelfs vijanden!" „Hooit!" riep ik uit en strekte mijn rechter hapd uit. Wij drukten elkaar de hand!, het was een stille belofte vrienden te blijven, ondanks alles. Ha een oogenblik stilte begon hij weer: „Toch zullen we niet de ouden blijven, tenzij Kijk eens hier, Karei, we hebben de beste voornemens om onze vriendschap trouw te blijven, maar zeg 'nu zelf eens jij, die de menschelijke natuur evengoed kent als ik, of het wel mogelijk is, als wij beiden om een meisje beenzwerven, als we dagelijks ja elk uur elkanders doen en laten beloeren en bij ieder lachj bij elk vriendelijk woord, dat „zij" den ander gunt, jaioersch zullen worden. Ondanks alle goede voor nemens moet een vervreemding, een vijandschap tus scnen ons groeien. Ik voelde, dat hij gelijk had. Maar hoe dat te voor komen Ik wist er geen raad op. Want van het meisje aizien, daartoe was ik niet in staat en natuurlijk was ik ook met zoo gek dat offer van hem te verlangen ®Io"e deed hij een voorstel om daardoor onze vriendschap te kunnen behouden. „Kijk eens, Karei", zei hij, „ik meen dat een groot verdriet veel vlugger te overwinnen is, dan een lange tol terende reeks van speldenprikken. Daarom moet een van ons beiden om de wille van onze vriendschap van de mededing.Qg uitgesloten worden. Het beste is, als treit' .eemgen tjjd het land uitgaat. Komt hy terug en vindt hij' „haar" als vrouw van zijn hi: t I311 !m,at yoor een afgedane zaak .en heeft Lij ook den tgd gehad om over de ellende heen te ko- TV voorkomen wij een breuk tusschen ons." ongelukkig '-k' ^?ar hoe uit te maken, wie de Erits merkte tere Zhl Ult®praak te laten doen. Maar kennen, voor zij kon kiezen en dan was zeer zeker dat gene onvermijdelijk, wat wij voorkomen wTlden „Mij goed, maar hoe?" spel]kaVrtn6? Heb je niet een Heen? Hu, dan dobbelsteenenMooi We gooien ej- om. Jij als oudste eerst. Wie de hoog ste oogen gooit is overwinnaar en mag verder naar Ida s1 hand' dingen. De andere moet zich op zijn eere woord verplichten de stad te verlaten. Begrepen?" Ik vond het best en we gaven er ons eerewoord op, dat we ons aan de afspraak zonden honden. Ik wierp het eerst en ik geef toe, dat ik nooit in m'n leven op gewondener was, dan op het oogenblik, dat de beide dobbelsteenen in het waterglas onze geïmproviseer de dobbelsteenen klapperden en daarna op tafel rolden. Ik had' elf geworpen, twaalf was het hoogste getal. Mijn overwinning was zoo goed als zeker. Erits sprong op, greep naar zijn hoed en. „En toch is uw vriendschap verbroken?" vroeg het jonge vrouwtje. Trotha knikte melancholiek. „Ondanks alles! Wat geven alle beschouwingen? Toen de beslissing gevallen was kwam het anders uit. Frits kon me mijn gelukkigen worp niet ve.'geven en is thans nog boos op mij. Kijk, daar komt hij juist aan, aan den over kant terwijl hij mij zeer goed ziet." „Zoo, dus dat is hij. Die magere heer met die dikke dame aan den arm?" Trotha zuchtte. „Schoonheid is vergankelijk. Wie zou het dat oude dikke mensch aanzien, dat ooit om haar twee beste vrienden uiteen gingen? Ja, ja, die dame is de schoone Ida, waarvan ik u vertelde." Het jonge vrouwtje' zette groote oogen op. „Ja, maar nu begrijp ik er niets van. U zeide toch, dat u elf geworpen had, de gelukkige worp „Jawel, maar Erits wierp daarna twaalf en werd ïaar man. Begrijpt u nu, waarom ik mijn worp ge lukkig noem, en waarom hij mij mijn gelulo niet kan vergeven kan men zeggen dat Clement van Maas dijk op het veld van eer jS gesneefd. Terwijl zijn car rière als aviateur gemaakt scheen tal van mooie contracten had hij ook reeds voor elders afgesloten is hem de wreede dood midden in' z'n volle glorie ko men wegrukken. Zaterdagmiddag eenige uren vóór zijn dood heeft Van Maasdijk nog aan eenige intie me vrienden en comitéleden der Arnhemsche vlieg- week betoogd, hoe onrechtvaardig het publiek toch kan zijn, wanneer de wind een vlieger belet te vliegen. Geen moment schijnt men er dan aan te denken, dat het een menschenleven kan kosten." Onlangs op Hanenburg nog zei Van Maasdijk ons, dat hij er absoluut geen zin in had, zijn nek te breken. Aan dergelijke halswagerij vertikte hij mee te doen. Ten eeiste zou niemand hem zijn machine vergoeden, en ten, tweede voelde hij er niets voor om noodeloos zijn leven te wagen. Op onze vraag, of hij zich niet verzekerd1 had, ant woordde hij ontkennend, „Ik ben nidt getrouwd en ben dus verschoond van dergelijke levenszorgen," zeide hij. In vloeiend Fransch legde hij toen aan een onzer Belgische vrienden, die speciaal naar de residentie ge komen was, de werking zijner machine volledig uit. En met trots sprak hij van zijn toekomstplannen. Op allenmaakte Van Maasdijk een ze-er gunstigen in druk; zijn energie werd1 bovenal bewonderd. En nu,reeds is hij niet meer! Wat moet er in, die weinigen, die ooggetuigen waren van het vreeselijke schouwspel, omgegaan zijn, toen zij daar te midden van het heidekruid den nog even te voren zoo enthousiasti schen aviateur, thans roerloos, terugvonden. Voor de hand ligt het, nu machine en motor in orde bleken te zijn, dat Van Maasdijk een zoogenaamde „valsche manoeuvre" heeft gedaan. De te korte draai, dien hij heeft willen, nemen, om d'icht bij zijn hangar neer te komen, heeft hem wellicht parten gespeeld. In dit verband dient herinnerd te worden, dat Van Maas dijk reeds vroeger een dergelijken val deed, doch er toen heelhuids afkwam. Dat was in zijn leertijd. Zijn machine werd toen verbrijzeld, doch de motor bleef heel en werd in dezen Sommer-tweedekker geplaatst. anneer hij nu niet zoo hoog was geweest op het mo ment yan het ongeluk, en niet het ongeluk had gehad door den motor getroffen te worden, wellicht ware V an Maasdijk s leven behouden gebleven. Hij droeg bij al z n vluchten een val-kap, waardoor zijn hoofd ge spaard bleef. Doch de motor trof zijn borst. En bin nen de seconde was het pleit beslist. Zijn broeder, de heer J. E. van Maasdijk, een der organisators van de Ilaagsche vliegweek, was getuige van deze vreeselijke gebeurtenis. Reeds vroeger waren wij in de gelegenheid, ons af e vragen waar het heen moet, wanneer telkens en tel- efschen tvaart meer en meer slachtoffers gaat vn?wet nre? veT"® °Hr i lekei ij k, te weten, dat Clement an Maasdijk reeds het negentiende slachtoffer der aviatiek is, m nog geen drie jaren tijds? De verovering der lucht gaat wel bepaard met zeer veel stoutmoedige ondernemingen, die de menschen- massa telkens versteld doen staan, maar de weten schap wordt duur, zeer duur betaald!" De heer Philippus J. Hamers, architect te Water graafsmeer, ontwerper van de eerste Nederlandsche vliegmachine, momenteel op de sporttentoonstelling te Haarlem geexposeerd stelt voor het initiatief te ne men voor de oprichting van een eenvoudig gedenktee- ken voor het eerste slachtoffer jLer aviatiek in Neder- Stoomdr. van Hernis. Coster Zoon te Alkmaar.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1910 | | pagina 5