DAGBLAD VOOR ALKMAAR EN OMSTREKEN. De Heidemolen. Honderd en twaalfde Jaargang. WOENSDA 23 NOVEMBER. LBO TOLSTOJ.t FEUILLETON BINNENLAND. No. 276 1910. Deze Courant wordt eiken avond, behalve op Zon- en Feestdagenuitgegeven. Abonnementsprijs per 3 maanden voor Alkmaar f0,80; franco door het geheele Rijk fl,— Afzondei lijke nummers 3 Cents. Telefoonnummer 3. Prijs der gewone advertentiën Per regel f 0,10. Bij groote contracten rabat. Oroote letters naar plaatsruimte. Brieven franco aan de N. V. Boek- en Handelsdrukkerij v/h. HERMs. COSTER ZOON, Voordam C 9. NEDERLAND EN VENEZUELA. COURANT Lange, ruige baard, krachtig gesloten mond, platte breede neus, fonkelende, diep-ernstige oogen onder borstelige wenkbrauwen, hoog en breed, zwaargefronst voorhoofd, kransje met haar zoo is de interessante kop van den thans heengeganen apostel, wiens beeltenis we hier weergeven ALKMAAR, 23 November. ,,In het land heerscht overal rust en het is niet aan „te nemen, dat er verder onlusten zullen voorkomen." Deze aankondiging werd Zondag op bevel van pre sident Porfirio Diaz naar het buitenland geseind en ook de onder strenge censuur staande Mexikaansche bladen brachten dergelijke berichten. In waarheid duurt het oproer ondanks de energieke maatregelen van den president voort. Nu eens hier, dan weer daar, in alle deelen der republiek laait de vlam der revolu tie op. Uit Guerrero, Arotozaba, Santa Cruz en Za catecas wérden bloedige gevechten tusschen regee- Tingstroepen en opstandelingen geleverd. Bij het ge recht in Zacatecas vuurdén de regeeringstroepen op verschrikkelijke wijze en er vielen meer dan 500 doo- den. „Thans heerscht in Zacatecas rust" zei een te- legiam spoedig daarna. Maar elders heerschte geen 2'ust. Vooral in de buurt van Texas bleef het onrustig. 4-5) Roman naar het Duitseh van OSWALD BERGENER. Niets bewoog zich om en in den molen. Niets hoorde hij dan het gedruisch der molenraderen. Zoo siil was het in huis, dat hij aandrang gevoelde om chcht onder de vensters te treden, om te onderzoeken of hij het: ademen der slapenden niet kon hooren. ivoorachtig deed hij eenige stappen vooruit, daarbij de plek vermijdend waar Siehdichfiir in zijn hok lag te slapen. Hij stond daarop bij den hoogen stoep, waaromheen zwarte schaduwen lagen. Op de teenen' sul, alsof hij een inbreker was, sloop hij den stoep op.' JNu stond hij op de waranda, waar wilde wingerd zich om ijzer slingerde. Hier kwam een deur van de huis kamer op uit. Nauwelijks was hij daar of hij hoorde voorzichtige schreden om den hoek van het huis heen komen. Een groote zwarte wolk was juist voor de maan gegleden en donkere schaduwen lagen daardoor op en om den ™olen- Hagenloh drukte zich in een hoek en bleef daar stijf staan, onbeweeglijk als was hij van steen. w- n,U-ee" d,onkere gestalte om den hoek ko men Wie hij was kon hij niet onderscheiden, maar nan de beweging te zien, moest het de nachtwacht Nimmerda zijn die ta nachts den heidemolen bewaak- w\Tt gr Sch°e.?e* van de bewoners poetste of hout hakte. Gewoonlijk dommelde hij in, maar dit maal scheen de waker den slaap niet te hebben kun nen vatten. Zwaar klonk nu zijn stap en stevig stampte hij met zijn stok op den grond. Langzaam liep hij voor- e waranda, blijkbaar niets vermoedend toen ging hy verder den tuin in. Het gerucht van zijn voetstappen had den tweeden bewaker van den molen doen ontwaken. Hij begon te brommen en rammelde met zijn ketting. Plotseling sloeg hij dof en halfluid aan en kwam uit zijn hok te voorschijn. Hagenloh hield den adem in. De trouwe Nimmerda bleef staan. Siehdichfiir ergerde zich blijkbaar heftig en bromde opnieuw. Het volgend oogenblik klonk in de stilte de kra kende stem van den nachtwacht ..Is daar iemand?" De hond sloeg luider aan en zij ft ketting maakte nog meer lawaai. „Is daar iemand?" Ver weg klonk de echo tegen het bosch. „Koesst jij stil toch!" Siehdichfiir bromde en met veel omslag kroop hij weer in zijn hok. De beide wakers hadden elkaar in hun rust ge stoord zij kwamen terstond tot bedaren toen hun bleek, dat er niets anders gebeurd was dan dat de nachtwacht den hond en de hond den nachtwacht had doen schrikken. Kalm vervolgde daarop Nimmerda zijn wandeling en hij verdween eindelijk. Waarschijnlijk had hij zich weer op zijn stoel in het schuurtje gezet en zou wel- di a weer even vast slapen als een kwartier geleden. Hagenloh bewoog zich nu ook weer. Hij boog zich naar het sleutelgat en luisterde. Daar binnen sliep alles, geen gerucht klonk. In zijn. verbeelding stapte hij naar binnen. Hij be tastte de bekende voorwerpen, hoorde het vredige tik ken van de klok; hij ging verder van kamer tot ka- mer. Eindelijk kwam hij bij een kleine kamer, waar Gisela sliep. Voorzichtig opende hij de deur, boog zich ovef haar bed. In haar droom sloeg zij de ar men uit, trok hem naar zich toe, kuste hem en kuste hem nogmaals. Toen ontwaakte zij en lachte hem ge lukkig toe. Zij verbaasde zich niet en scheen het zeer natuurlijk te vinden dat hij daar was. Zij had van hem gedroomd, zei ze. Och al zoo vaak. Andere dagen was zij wakker geworden, zooals nu en had te- vergoef» naar hem gezocht. Maar nu was hij geko- er op aan, dat de toestand hoogst ernstig is, heel wat meer beteekent, dan de regeering aanvankelijk heeft willen erkennen. Het kan verkeeren! De president, de lieer Porfirio Diaz werd onlangs voor de zevende maal herkozen, wel een teeken, dat hij in den smaak der meerderheid van de Mexikanen viel. Bovendien werd ter gelegenheid van zijn taehtigsten verjaardag, die samen viel met het Mexikaansche eeuwfeest, een luisterrijk feest gevierd' en werd met dankbaarheid herdacht wat de grijsaard voor zijn land en zijn volk had gedaan. Destijds werd hij een mexikaansch Bismarck genoemd, die van Mexiko gemaakt heeft wat het thans is, wiens politiek langs vredelievende banen ging. De tijden van de pronunciamiento's, de oproeren van ontevredenen zijn voorbij, zoo heette het destijds. Hoe onjuist dit was, blijkt thans. Echter heeft de president steeds voor één ding uitstekend ge zorgd: de spoorlijnen, die hij liet aanleggen, bevorder den niet' alleen de welvaart, maar kunnen thans goede diensten bewijzen bij het snelvervoeren van detroe pen. De heer Diaz vreesde waarschijnlijk, dat vroeg of laat ondanks alle gunstige voorteekenen een revo lutie zou uitbreken probeerde hij zelf niet een veer tig jaar geleden door een opstand aan de regeering te komen eix deed hij vijf jaar later niet een nieuwe po ging, welke het gewenschte succes behaalde? Hij kan het daarom zijn tegenstander, die bij de verkiezingen de nederlaag leed, niet al te euvel duiden, dat deze nu eens beproeft langs den in Zuid- en Midden-Amerika meer gebraikelijken weg aan de regeering te komen. Maar wijl hij weet, waar het op uit kan loopen, zal 11i.i dubbel op zijn hoede zijn van het afdeelingsonderzoek over de Indische Begroo ting 1911, dat, zoo noodig onderbroken door een korte openbare vergadering ter afdoening- van eenige wei nig omvangrijke ontwerpen, Zaterdag ten einde wordt gebracht. Dan zal de Kamer na Kerstmis terugko men voor de openbare beraadslaging van het koloniaal budget. Men begon ernstiger te vreezen en duchtte vooral den tegencandidaat van den heer Dias bij de laatste verkiezing, een zekeren heer Madero, die, nu de stem bus hem niet guilstig was geweest, het maar eens met het zwaard en het geweer scheen te willen probeeren. Men dacht reeds, dat hij zich aan 't hoofd der troepen zou stellen. Van alle kanten kwamen berichten over op standelingen, die zwaar gewapend waren en allerlei ongeoorloofde dingen deden, bijv. gevangenen bevrijd den, stukken vee en paarden stalen en gevechten le vel den. En uit Mexiko werd gemeld dat er een forrnee- le samenzwering was ontdekt. Papieren, in de huizen der opstandelingen gevonden zouden bewijzen, dat men alle regeeringsmannen wilde vermoorden, de. of- iicieien en den hoofdredacteur van een regeeringsge- zind blad incluis. Nu komt dit bericht uit Mexiko. waar een strenge censuur heerscht en waar de regee ring doorlaat wat zij kwijt wil wezen. Toch kan men HOFBERICHT. De Koninklijke Familie heeft telegrafisch aan het Hof te Brussel verschillende malen inlichtingen inge wonnen omtrent den toestand van Koningin Elisabeth van België. DE 46 MILLIOEN. De Liberale Propagandaelub district II alhier heeft gisteravond in een druk bezochte vergadering beslo ten, een adres te richten tot de Tweede Kamer, behel zende het verzoek, het voorstel tot het besteden van 40/2 millioen gulden voor de kustverdediging niet aan te nemen. VERBOUWING KONINKLIJK PALEIS, j Met het oog op het aanhangige voorstel tot verbou- wing van het Koninklijk paleis „Het Loo," brachten een drietal Kamerleden Maandag een bezoek aan s „Het Loo," ter bezichtiging van het paleis. VERKIEZING EERSTE KAMER. Naar verluidt worden onder de leden der rechterzij- de van de Staten van Zuid-Holland als candidaten voor het lidmaatschap van de Eerste Kamer (vacatu- re-Van Yelzen) genoemd: baron Sweerts de Landas, I burgemeester van 's-Gravenhage en mr. S. De Vries Czn., wethouder van Amsterdam, oud-lid der Tweede j Kamer. i -Pe Eerste Kamer der Staten-Generaal komt I Donderdagavond voornamelijk bijeen tot het houden men. En zij kuste hem weer. Zoo, fantaseerde Hagenloh, maar bemerkte helaas dat hu nog steeds in de waranda stond met het oor tegen het slot gedrukt. Het eenige dat hij werkelijk vernam, was het regelmatig getiktak van de regula- teurklok in de huiskamer. De niaan schoot nu plotseling weer achter de wol ken weg- en overgoot alles rondom het huis met zil veren licht. Zachtjes ging hij den stoep weer af en stond beneden nog even stil te midden van het lente groen en de eerste bloeiende Meidoorns. Als betoo- verd zag de tuin achter den molen er uit. Het was of daar uit groen en bloesems de bruid, die hij -zoo verlangend wachtte, te voorschijn zou komen. Een nachtegaal trachtte voor 't eerst een Meiliedeke te fluiten, maar hij zweeg reeds weer na de eerste teere tonen en vloog naar 't bosch. Hij kon niet laten den tuin te betreden en voort te gaan langs de paden, waarlangs zij misschien dien avond nog gegaan was, wachtend en verlangend naar hem. Onder den bloeienden kerseboom bleef hij staan en keek naar boven, waar in een bedje van weeke, sneeuwwitte bloesems het maanlicht sliep. En weer zong een nachtegaal een kort jubelend lied. Daar waar de tuin ophield, daar verhief zich de hoege populier en aan zijn voet gleed het beekjt voort, glinsterend en zilverig, verder, steeds verder. Hoe vaak had zij hem verteld dat ze in haar boot uren ver zich had laten meevoeren door de heldere beek Maar ziet, een afgunstige wolk plaatste zich voor maan niaakte een eind aan het tooverland, aan Hagenloh's teedere droomen en fantastische gedach ten. Die. wolk deed Hagenloh aan Walpurg denken, aan de schaduw door haar steeds geworpen op Gisela's en zyn geluk. En hij dacht aan den Walpurgisnacht en alles wat daarvan door fantasten is verteld. Als een i eusachtigen draak dreef de wolk voort door de lucht, de maan tuurde er omheen en deed denken aan het vurige oog, dat, zooals men weet, gewoonlijk fonkelt in den kop van draken. De heer van Prollius, nieuw benoemd gezant van het Duitsche rijk bij de republiek Venezuela, die zich in Den Haag bevindt, is daar gekomen met het doel, alvorens naar Caracas te vertrekken, nog een bespre king te houden in verband' met het tusschen Neder land en Venezuela nog hangende geschil. Dit onderhoud heeft met den minister van buiten- landsche zaken, jkr. de Marees van Swinderen, aan diens departement plaats gehad. TWEEDE KAMER. De vergadering werd gisteren te 10.30 ure wegens onvoltalligheid voor een half uur verdaagd. Te 11.10 uur wederom geopend, worden de Algemeehe Beschou wingen over de Staatsbegrooting voor 1911 voortgezet, De lieer De Meester wil zich bepalen tot het bespreken van den financieelen toestand. De opcentenheffing is chronisch; waarom de in komstenbelasting- niet verhaast, waarom geen tijdelijk personeel aangesteld voor de tariefherziening? Spr. begrijpt niet, dat men bij het tegenwoordig te kort durft aankomen met een fonds voor de kustver dediging. De uitgaven stijgen onrustbarend en mid delen tot dekking worden niet aangegeven. Niet die toestand alleen is zorgwekkend, maar ook het beleid van den minister van financiën. Spr. hoopt, dat voor 1912 uitgevoerd zullen zijn de plannen nopens inkomstenbelasting, tariefwijziging en successie. Daarmede zal het tekort echter niet ge dekt zijn en''inmiddels maakt men een fonds voor de beraamde pensionneering van arbeiders, die dus nog lang zal kunnen wachten; in dien tusschentijd loopt de te maken reservé gevaar. De toestand is hoogst bedroevend. De heer Troelstra (S.D.A.P.) wijst op het ac cres van alle middelen, waartegenover een veel hooger accres in de uitgaven staat. De oorzaak van die uit breiding der uitgaven vindt spr. in menig opzicht be vredigend bij het nagaan van verschillende hoofdstuk ken der begrooting. En op ander gebied zullen de uit- gaven, nog moeten stijg'en, o.a. voor het onderwijs. Voor de arbeiders wordt nog te weinig uitgegeven, 2 millioen. Slechts 3/10 der begrooting geven wij voor sociale hervorming uit. Stijging van uitgaven moet volgen, zelfs bij de door spr. afgekeurde verplich te verzekering. Wat zijn de plannen der Regeering dienaangaande? Ook de ziekteverzekering zal veel kosten en de ver betering van gezondheidszorg voor de arbeiders, als mede de werkeloosheidsverzekering. Volksgezondheid en woningwet eisehen meer uitga ven door de noodzakelijkheid van de uitbreiding van de staatszorg in die aangelegenheden. Daar moet noodzakelijk bezuiniging tegenover staan. In dit verband keurt spr. af de aanvrage van tonnen voor verbouwing van Het Loo en de verhooging dei- traktementen van de Commissarissen der Koningin, maar vooral de groote militaire uitgaven, waaraan zoowel de vrijzinnigen als de rechterzijde schuldig zijn. Er is een beweging voor sociale hervorming, die meer urgente aandacht eischt dan de militaire zorgen. Spr. laakt het plan om in 8 jaar 40 millioen uit te geven voor doode weermiddelen, waarin wij nooit te voren onze kracht zochten. Traag schoof het gevaarte voort, juist in de rich ting van de herberg aan den kruisweg, maar het kon niet verhinderen dat van boven en beneden onder hem langs stroomen van zilverig licht schoten, die de nachtelijke wandelaar met vreugde begroette. Toen de maan eindelijk weer geheel achter de wol ken weg trad en den tuin opnieuw zette in wonderen glans, was die eenzame wandelaar echter reeds uit den hof verdwenen. Laat, alsof hij een lichtzinnige nachtwaker was, kwam Hagenloh, in het holle van den nacht, moe, hon gerig en dorstig, bij de donkere herberg aan. Tusschen de hooge, zwarte boomen door viel het bleeke aanlicht schuw neer voor de huisdeur. Even bleef hij hier staan, haalde toen den geweldigen sleu tel uit den zak en deed de deur open. Op zijn weg naar zijn kamer, moest hij langs de keu ken. De deur was dicht, maar tot zijn verbazing viel er een streep licht onder door een reet. Er brandde daar binnen dus nog licht. Hij nam terstond een kloek besluit, klopte en opende de deur. Hij keek spiedend rond om te ontdekken wat hier voor eet- en drinkbaars Ie vhulen was. Daar zag hij iets dat hem terstond in het sprookje van Doornroosje verplaatste. Een droevig olielicht verspreidde zijn schijnsel over de leelijke keukentafel. Bij die tafel zat Pechlena. Zij had haar hoofd op haar b loo ten arm gelegd en sliep yds een roos. Vermoeid van den zwaren arbeid van den dag, had de slaap haar overmeesterd. En zij sliep, ondanks haar pijnlijke houding, zoo rustig als lag zij in Abrahams schoot. Heur haar was losgegaan en haar zware vlechten hingen langs haar hoofd. Haar jurk was losgegaan en hij zag hoe blank zij was. Verbaasd stond hij eenige oogenblikken verdiept in de beschouwing van het schoone meisje. Wordt, vervolgd.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1910 | | pagina 1