DAGBLAD VOOR ALKMAAR EN OMSTREKEN. No. 308 Honderd en twaalfde Jaargang. ZATERDA 31 DECEMBER. FEUILLETON. Het Gouden Ged« 1910 (Buiteniandsch overzicht Alvorens, tot de politiek over te gaan, willen we even eenige der groote persoonlijkheden memóreeren, die in het afgeloopen jaar aan de wereld zijn ontval- len. Den 21sten April overleed op 74-jarigen leeftijd Samuel Langhorne Clemens, die onder den naam Mark Twain zulke humoristische, opwekkende verha len schreef. Vijf dagen later volgde, 77 jaar oud, de groote Noorweegsche dichter en staatsman Björnstjerne Björnson. Den léden Augustus overleed! miss Florence Nigh tingale, op zeventig jarigen leeftijd. Zij heeft veel ge daan voor verpleging, welke zij in den Krimoorlog heeft georganiseerd. Een som van 600.000 uit dank baarheid door het Engelsche volk ter harer beschik king gesteld, besteedde zij aan de oprichting van een opleidingsschool voor verpleegsters. Henri Dunant, de stichter van het Roode Kruis, j die den Sisten October heenging, bereikte den leeftijd van 83 jaar en Leo Tolstoj de apostel die 20 Novem- j ber den zwaren doodstrijd eindigde, dien van 82 jaar. Duitsohlands binnenlandsche politiek heeft aan belangrijks weinig opgeleverd. In den Rijksdag waar Centrumleden en conservatieven gemeenlijk sa mengingen, trok den 29sten Januari, de uitlating van den. conservatieven afgevaardigde von Oldenburg, dat de Pruisische koning een officier moest kunnen be velen met tien man den Rijksdag te sluiten, zeer de aandacht. Een interpellatie over het Rijksdag-kies recht werd in Februari slapjes beantwoord door den rijkskanselier, die verklaarde niet voornemens te zijn dat kiesrecht te wijzigen. Van 10 Mei tot 22 Novem ber is de Rijksdag niet bijeen geweest en de eerste zittingsdagen gingen toen voorbij met interpellaties over invoer van buiteniandsch vleesch en over de Ko- ningsbergsche rede, van den Keizer (25 Augustus ge houden, welke door de verheerlijking van het absolu tisme tot een perscampagne tegen den Keizer en den rijkskanselier, die de keizerlijke welsprekendheid niet binnen de perken had gehouden, leidde en 4 dagen la ter in een rede t,e Marienburg door den Keizer zelf werd verzacht), welke den rijkskanselier gelegenheid bood scherper te antwoorden, met besprekingen over de riviertollen, welke; den 28sten verwezen werden naar een commissie van 28 leden. Den lOden Decem ber ving het begrootingsdebat aan, den 13den had er een heftig 'incident met de socialisten plaats als ge volg van eenige min-gelukkige uitlatingen van den rijkskanselier over de Moabit-onlusten. Het staat bij de zoo groote ontevredenheid in het rijk te wachten dat het aantal zetels der sociaal-democraten bij de ko mende verkiezingen wel tot honderd zal stijgen. De rijkskanselier, wiens binnenlandsche politiek niet te prijzen valt, heeft gemeend zich door nieuwe mannen te moeten omringen: in Juni vertrok het laatste overblijfsel van von Bülow's blokpolitiek, de heer Dernburg, staatssecretaris van koloniën, opge volgd door den heer v. Lindequist, en eenige weken later werd zijn collega voor buitenlandsche zaken, v. Schön, opgevolgd door den heer v. Kiderlen Wachter (6 en 28 Juni). In Pruisen had de heer v. Bethmann Hollweg als minister-president ook al bitter weinig succes t-e boe ken. Een groot deel der politiek werd in beslag geno men door de kiesrechthervorming, welke wel zeer veel ontstemming, betoogingen en onlusten in den lande bracht, maar bij gebrek aan eenstemmigheid met de meerderheid in het Huis van afgevaardigden, den 27sten Mei door de regeering teruggenomen werd. Kort daarna werd de civiele lijst, verhoogd. De Borro- maeus-encycliek gaf begin-Juni aanleiding tot een drietal interpellaties, waarop de mededeeling van den minister-president volgde, dat, de Pruisische gezant bij het Vatikaan geprotesteerd heeft. In dezelfde maand kwamen hier de nieuwe mannen: de heer v. Arnim (Landbouw) moest plaats maken voor v. Schorlemer, von Moltke (binn. zaken) voor v. Dall- Naar het Duitsch van OLGA WOIILBRüCK, bewerkt door J. P. WESSELÏNK—VAN ROSSUM. 3) De directeur hief het hoofd op en fronste de smalle, zeer lichte wenkbrauwen. „Wie bijvoorbeeld?" De procuratiehouder aarzelde. Hij wilde liever niet den verklikker spelen, nu liij de zaak aan de orde ge steld had. „Laat mij voor ditmaal de namen voor mij houden. Als het weer gebeurt zal ik het u dadelijk melden, mijnheer. Ik baalde dit ook slechts aan, omdat ik het stelsel verderfelijk vind. „Mijn systeem," hoonde Eiler. „I)e jongeheeren meenen allen op honderd duizen den te mogen rekenen, als zij bij ons komen, en de snelle bevorderingen, het ovrespringen van zeikere bu reau's zooals dit bij ons voorgekomen is het be noemen tot chef van bijkantoren van jongelui, die nauwelijks drie, vier jaar bij ons werkzaam zijn, maar op da protectie van een of ander oom of neef steunen, dit alles is zeer, zeer verderfelijk. Die voortdurende verandering is niet het ware voor een goed georgani seerd lichaam als een soliedi bankiershuis moet zijn, en. „U gaat te ver, Ramlow," viel de directeur hem scherp in de rede. De procuratiehouder veegde met zijn zakdoek over het voorhoofd. „Ik vraag u verschooning, als mijn woorden tot verkeerde gevolgtrekkingen analeiding hebben gege ven." Eiler huppelde met- zijn rond, elegant- lichaampje op den groot en, breedgeschouderden man toe en klop te hem goedmoedig; op,den rug. „Maar beste Ramlow. wind u t-och niet zoo op. Wij weten immers, dat u het goed meent. Zeker witz, von Rheinbaben (financiën) voor dr. Lentze. Den 16den December keurde de Bondsraad het ont- werp-grondwet voor het rijksland ElzasLotharingen goed. Een groote uitsluiting in het bouwvak door geheel Duitschland, uitgenomen Berlijn en Hamburg, waar bij 140.000 man betrokken waren, was wel het belang rijkste economische feit. F ra n k r ij k s binnenlandsche politiek wordt voor namelijk gekenschetst door den strijd tegen revoluti- onnaire elementen. Over den schoolstrijd had hij in het laatst van Januari nog te spreken in de oude Ka mer, maar nadat hij den 28sten Juni in de nieuw,e Kamer een motie van vertrouwen in het kabinet met 403 tegen 110 stemmen zag aangenomen, brak voor hem een moeielijke tijd aan. Met kracht heeft de re geering zich in October verweerd tegen de spoorweg staking; zij riep de in de termen vallende spoorweg ambtenaren op tot den militairen dienst, zij deed het stakingscomité arresteeren, kortom ontnam de staking haar stut en haar vertrouwen, zoodat zij dan ook spoedig in het zand liep. Meesterlijk heeft de heer Bri- and zijn maatregelen in de Kamer verdedigd en on danks eeu ongewoon en ongemotiveerd felle uitlating zag hij den 30sten October met groote meerderheid een^motie, van vertrouwen aangenomen. Den dag daarop diende het kabinet zijn ontslag in, daar het niet homo-geen ten aanzien van de maatrege len tegen toekomstige spoorwegstakingen was. Den heer Briand werd' opnieuw de vorming van een kabi net opgedragen, nóch de heer Viviani noch de lieer Millerand stelde zich beschikbaar en algemeen was men het er over eens, dat de waarlijk groote minister president, dien men zelfs een dictator heeft genoemd, zich door een stelletje middelmatigheden heeft om ringd. Toch kreeg dit kabinet den 9den November eqn meerderheid van 88 stemmen. Den 20sten Decem ber werd een motie van vertrouwen van die wederin- dienststelling van de ontslagen spoorwegambtenaren met 405 tegen 90 stemmen aangenomen. Sindsdien zijn de ontwerpen der stakingswetten ingediend. Ze zullen wel een meerderheid vinden maar dan? Zal de wufte republiek clan niet genoeg krijgen van den man, die nu al zoolang minister-president is? Voor het overige werken de factoren van verval nog krachtig in het Fransche volk. Bij de Rochette- zaak kwam de corruptie weer naar buiten uit de her haalde bespreking'en over liet in dienst nemen van zwarte troepen, bleek de achterstand tengevolge van de afname van geboorten, de verwording der natie kwam bij vele misdrijven aan den dag. E ngelands binnenlandsche politiek stond in het afgeloopen jaai onder tweeërlei invloed. Van zeer groot-e beteekenis is het- heengaan van koning Eduard geweest, die den 6den Mei -even na middernacht over leed. Een longaandoening maakte een einde aan het leven van koning Eduard, die tijdens zijn korte ne genjarige regeering zich een uitstekend staatsman heeft getoond en heeft bewezen, dat er uit een kroon prins met bedenkelijke reputatie een wijs, rechtvaar- dig koning kan groeien. Zijn dood bracht natuurlijk stagnatie in de politiek. Zijn eenige zoon, den 9den Mei als George V als koning uitgeroepen, heeft den 22sten dier maand een treffende proclamatie aan het volk gericht. Het geheele jaar werd overigens ingeno men door den van regeeringswege tegen het Hooger- huis aangebonden strijd, met als inzet de inperking van de bevoegdheid der Lords, wier conservatieve nei gingen een vruchtbaar regeeren van liberalen onmo gelijk maken. In het begin van bet jaar hadden de verkiezingen plaat-s, die niet enkel gingen over deze gewichtige kwestie, maar over andere zaken: over vrij handel of tariefhervorming, over al of niet. zelfregee- ring van Ierland, over de vraag of de vloot bij de libe rale regeering' al of niet verzorgd' werd. Met Ieren en werklieden bad de liberale partij de meerderheid. Na 's konings dood kwam het tot een crisis. Een poging om de-ze minnelijk op te lossen op een conferentie tus schen leden van het kabinet faalde en in liet najaar had er andermaal een groote stembusworsteling plaats welke in den stand der partijen hoegenaamd geen wij ziging bracht. Wat 1911 ook moge brengen, zeker i$ maar tegenwoordig beste Ramlow, is er geen patriar chale verhouding meer. Leest u Bebel. ja. ga eens naar een sociaal-democratische vergadering. Ja..., ieder heeft het recht te werken voor de grootst mogelijke ontwikkeling van zijn materieel wel zijn. Doet er één een domme streek, wel dat is zijn zaak! Niet waar? Wij, wij kunnen daar niets aan doenWij moeten -rekening houden met den vooruit gang en voor ieder een deurtje open laten; of het ge luk, dat er door binneu komt protektie, konjunctuur, of sufheid heet het kan ons onverschillig zijn!" „Den arbeid noemt u er niet bij," mompelde Ram low. „In elk geval hoop ik, dat overtredingen van onze voorschriften niet meer voorkomen of mij tenminste dadelijk medegedeeld worden," sneed Paulsiehn op eens het gesprek af. Daarna bijna verzoenend, zonder persoonlijke sympathie, maar in voortdurende waar- deering' van de groote verdiensten, van zijn procuratie# houder ging hij voort. „Wa,t den ongelukkigen Jonas betreft, wilt u zeker wel informeeren, beste Ramlow, wat men voor de toekomst- mag verwachten en regelt u dan ook <de finantieele questie met de familie. „Zooals gewoonlijk, mijnbeer, niet waar?" Er lag volstrekt geen ironie in den toon, niets op zettelijks en toeli trof de vraag als een zweepslag. Een nauw merkbare blos overtoog de sla,pen van den directeur, waarin het bloed! hevig klopte. „Ja, dat wil zeggen. Zijn vrouw moet nog jong zijn. Als zij er voor geschikt is, zullen wij moeite doen een betrekking voor haar te krijgen." „Zij heeft vier kinderen, mijnheer...." „Zooals vanzelf spreekt, ongeacht het pensioen en de kosten van het gesticht. En dan, heeft zij soms eogenblikkelijke hulp noodig. „Dat geloof ik niet, het zijn spaarzame menschen." „Des te beter." „Ik heb de eer, mijnheer." Paulsiehn boog als korten groet het scherp gesne den hoofd en stond op. Eiler reikte den procuratie houder de hand, om welker pink zich een dikke, gou den slang wond, met een kop, die uit een diamant dat het erfelijke Hoogerhuis, hetwelk eeuwen heeft stand gehouden, ten ondergang is gedoemd en dat Engeland voor Europa een sociaal en financieel laboratorium zal worden, waar hoogstgewicht-ige proe ven zullen worden genomen, welker uitslag voor tal van landen van beslissende beteekenis kan zijn. Ook hier dit jaar een enorme worsteling tusschen kapitaal en arbeid in het scheepsbedrijf. Ruslands binnenlandsche politiek schonk wei nig reden tot verheuging. Het crediet van het land wordt wel is waar steviger, maar eerlijkheid en on rechtvaardigheid vieren nog steeds hoogtij. Met ruw geweld, we wezen er reeds- op, greep Rusland] in Fin land in, daardoor de aandacht afleidend van het eigen wanbestier, van de wantoestanden, die bestendig voortduren. Het oude stelsel vau absolutisme en auto cratie vindt nog ongewijzigd toepassing en het zou niet te verwonderen zijn dat de geruchten, volgens welke de derde Hoema weldra naar buis zou worden gezonden, juist blijken. Niet zonder verbazing beeft men vernomen, dat Leo Tolstoj, de profeet, die 20 November overleed zelfs in den Rijksraad, zelfs ook door den Tsaar is herdacht. En overigens heeft de ongesteldheid van de Tsaritsa een beklagenswaardig slachtoffer van het Russische stelsel, veel deernis ge wekt. Voor haar gebroken gezondheid heeft ze in Hessen herstel gezocht. O o s t en r ij k's binnenlandsche politiek werd goed deels weer gefnuikt door den ouden strijd tusschen Duitscbers en Slaven, tusschen wie maar geen ac- coord kan worden getroffen. Den 5den Juli moest de woelige rijksraad wegens- zijn obstructie worden verdaagd. Een conferentie, half October op initiatief van den voorzitter van het Huis van Afgevaardigden tusschen de leiders der partijen gehouden, ten einde eens gezamenlijk te spreken over de afwerking van het program mocht niet baten. En toen de wereld in De cember andermaal van het Oostenrijksch parlement hoorde, was het alweer, dat er van groot rumoer door de Tsjechen werd gewaagd. De minister-president von Bienerth, die deed1 wat- hij kon om een verzoening tot stand te brengen, heeft toen het ho-peloo-ze van zijn poging ing'ezien en is met bet geheele kabinet af getreden, hoewel het ten slotte slechts de minister van financiën was, wien men een echec had doen lij den. Zoo eindigt Oostenrijk met een ministerieele crisis en een sleeh vooruitzicht het jaar. II o n g a r ij e verging het beter. In het begin van het jaar slaagde de heer Lukaes er niiet in een kabinet samen te stellen. De koning zocht toen maar weer hulp bij den ouden redder in den nood, graaf Khue.n Hedervary, die een kabinet tot stand bracht, dat wel naar den- zin van den koning, maar niet naar dien van het Huis van Afgevaardigden was. Vier dagen nadat het ministerie waarin 3 portefeuilles onbezet waren gebleven voor de volksvertegenwoordiging verscheen, werd een motie van wantrouwen aangeno men en toen de regeering hierop besloot het Huis te verdagen, werd er onmiddellijk weer een motie goedge keurd, waarin niets meer of minder werd verklaard dan dat de regeering de grondwet verkrachtte (28 Jan.). Het ministerie bood zijn ontslag aan, dat even wel niet door den koning werd aangenomen. De heer Khuen Hedevory was bereid de zaken verder te lei den, indien er een sterke regeeringspartij tot stand gebracht kon worden. Een oproep in dien geest werd gedaan en werkelijk werd er den 19en Februari zulk een partij geformeerd. Den 21sten Maart kwam het, toen de minister-president mededeelde, dat- den vol genden dag het ontbindingsbesluit bekend zou wor den gemaakt, tot een groo-t schandaal, waarbij de heer Khuen Hedervary en de minister van landbouw door inktkokers tot bloedens toe werden verwond. De ver kiezingen hadden den- lsten Juni- plaats en de nieuwe partij, „de partij van den nationalen arbeid" gelijk zij zich noemde, behaalde een groote overwinning. De partijen van Justh en van Kossuth, waarin ten vorige jare de eens zoo krachtige onafhankelijkheidspartij was gesplitst-, werden danig verzwakt. Het was nu niet zooals vaak te voren met looden schoenen dat de koning naar Boedapest ging, waar hij den 25 van het zuiverste water bestond. „Even goede vrienden, beste Ramlow, de meeningen kunnen verschillen, de waardeering blijft dezelfde." Eiler had de wonderlijke gave, elke- gespa-nnen ver houding in een gekalmeerde stemming te doen eindi gen! „Wat is u van avond van plan, Eiler?" vroeg Paul siehn, toen de deur zich achter Ramlow gesloten had, „Ik wilde Salomé nog, eens gaan zien, gaat u mee?" Paulsiehn ging met een borstel, welks ivoren rug zijn monogram droeg, zacht o-ver den kraag van zijn onberispelijk zittende, zwarte jas. „Neen, waarde Eiler. Blijf mij met Strauss van het lijf. Bij mij gaat niets boven Wagner. En dan blijf ik bij de Walküre steken. De rest is voor het fatsoen." Eiler lachte zoo vergenoegd1, dat de gouden ketting op zijn rond buikje op en neer sprong. „Is Bayreuth ook voor het. fatsoen?" „Neen, voor de zaken." Sedert acht jaar zat de directeur Paulsiehn van de „Deutsche Handelsbank" bij de „Bayreuther Pestspie- len" op dezelfde plaats in de; eerste rij. Een Engelsche mob, die in' een gril zijn zin juist op die plaats gezet had, bood hem duizend Mark voor zijn biljet- Paul siehn sloeg het aanbod beleefd en kort af. De En- gelschman die met een landgenoot een weddenschap aangegaan had, dat hij -eenmaal op die plaats zou zit ten, bood het volgend jaar 10.000 Mark. Paulsiehn's afwijzing bleef even kort. Toen hij eens wegens een lichte ongesteld niet kon komen, zond hij zijn bediende om zijn tooneelkijker op de plaats neer te leggen. De ze opening in de eerste rij was iets ongehoords, leidde de aandacht af en maakte kapelmeester en zangers zenuwachtig. Zes maanden later liet de Engelsch- man, die een deel van het jaar in Berlijn woonde, in de „Deutsche Handelsbank" een rekening-courant openen en een paar millioen van zijn vermogen depo- neeren. „U moet zijn een groote speculant, Mr. Paulsiehn. Ik wil doen business met u," zei hij. En hij werd zoo goed bediend, dat hij verrukt een groot deel van zijn in Berlijn wonende landgenooten, Juni het parlement opende met een van vreugde ge tuigende troonrede. Voor liet- eerst, sinds lang, werd den 27sten Juli de begrooting en het ontwerp op de recruteering aangenomen, waardoor een einde werd gemaakt aan den reeds jaren bestaanden ex-lex-toe- stand, een regeering met ter zijde stelling van de wet. Het moet voor den grijzen monarch, in wiens j gebied zooveel verwikkelingen en strubbelingen voor kwamen, een voldoening zijn, dat althans in Honga rije een meer geregelden toestand in het leven geroe pen is, dat er een kabinet bestaat, hetwelk een flinke regeermeerderheid achter zich heeft. Italië had ook een kabinetscrisis. Het jaar ging in met het ministerie Sonino, welks premier den llden Februari het regeeringsprogram ontvouw de en o. m. een crediet van 36 millioen lire voor de slachtoffers der aardbeving in 1908 vroeg. De Kamer schonk het kabinet haar vertrouwen, dat echter slechts van korten duur bleek. Niettegenstaande een schitterende rede van den minister van marine Bet- tolo over de scheepvaartsubsidies, vreesde 't ministerie daarover te zullen struikelen en trad, yo-or liet échec te lijden, den 21sten Maart af. Bim^n enkele dagen was de heer Luzza-tti, wien. de vorming van een kabi net was opgedragen, met zijn taak gereed. Ministerie en Kamer konden het samen wel vinden, achtereenvol gens werden de begrooting van binnenlandsche zaken, het ontwerp, waarbij de militaire dienst op 2 jaar wordt bepaald, de marinebegroot-ing etc. 't onderwijs- ontwerp aangenomen en na volbrachten arbeid ging de Kamer begin Juli met. vacantia In de -eerste helft van November kwam het parlement opnieuw bijeen. De buitenlandsche politiek werd (dien 30sten) in de Kamer aan scherpe kritiek onderworpen, maar van de weleer zoo vaak geuite verbittering jegens den bond genoot Oostenrijk bleek dit jaar niet zoo heel veel gelukkig, dat de regeering daaraan ook nimmer voet gegeven heeft. Voor het komende jaar is allereerst een kiesrecht-hervorming weggelegd. Bij de vele rampen, welke Italië dit jaar troffen, was koning Victor Emanuel vaak ter- plaatse om den nood te lenigen en troost in te spreken. In T u i' k ij es politiek -we komen nu bij de mo gendheden van den tweeden rang heeft- de Kreten zer kwestie een bron van verwikkelingen en een voor werp van onafgebroken regeeringszorg gevormd, welke zorg vooral uit massa's papier, nota's geheeten, is ge bleken. Het was een waar nota-spel. Op de -eene pro testnota aan de vier beschermende mogendheden volg de de andere. Nu weer waren het de Grieksche post zegels op Kreta, dan weer het zenden van Kretenzer afgevaardigden naar de Grieksche nationale vergade ring, of de eed van trouw -der Kretenzer afgevaardig'- den aan den Griekschen koning, of de uitsluiting van de Mohammedanen uit de Kretenzer nationale verga dering, of de eandidatuur-Venizelos voor de Grieksche nationale vergadering, of de Grieksche onderofficie ren bij de Kretenzer gendarmerie, of de Kretenzer besluiten om onmiddellijke oplossing van het vraag stuk te eischen, welke voor de Porte aanleiding vorm de om een protest-nota te zenden, na het verkregen antwoord dikwijls gevolgd door een, waarin ontevre denheid of onvoldaanheid werd betuigd. De mogend heden drongen maar steeds op kalmte aan, gaven nu eens een waarschuwing of vermaning, dan weer een geruststelling. In het voorjaar, toen er plotseling 120.000 Turksche reservisten werden opgeroepen en de Sultan uit eigen zak 120.000 pond voor de vloot gaf, scheen het een oogenblik ernst te zullen worden, ook in Juni, toen de mogendheden besloten ieder twee oorlogschepen naar Kreta te zenden-, en in Juli, toen ze dreigden met bezetting van de douanekantoren, kreeg de kwestie een ernstig karakter. Op het oogen blik is er wel weer een ontspanning, maar bij de be slistheid, met welke Turkije staat op het behoud van dit grondgebied en bij de beslistheid, met welke Kreta eischt Griekscb te worden, weet men niet wat hieruit nog groeien kan. Voor het overige trok het de aandacht hoe moeielijk het Turkije viel een geldleening te plaatsen Turk sche financiers hebben er heel wat voor moeten af- de „Deutsche Handelsbank" aanbeval. Eiler, die de geschiedenis kende, had het met op rechte bewondering verder verteld. Zoo kwam het ook prinses Arnulf ter oore, die met alles dweepte, wat origineel en brutaal was. Door haar rentrrieester, die tweemaal per jaar to Berlijn kwam om verslag t-e brengen, liet zij den jon gen directeur Paulsiehn om een onderhoud bij zich verzoeken. Met haar souverein overwicht eu hare minachting van uiterlijke vormen betooverde zij ondanks haar bijna afschrikkende leelijkheid den koelen, voorzich- tigen zakenman. De scheiding van prins Arnulf had haar een waar lijk vorstelijk vermogen gekost. Zij hadi zich bijna moe ten bekrimpen wat zij clan bekrimpen noemde met haar driemaal honderd duizend Mark jaralijksch inko men wanneer zij niet iemand1 vond, die door handi ge speculaties haar vermogen minstens verdubbelde. In den gesloten, ee.rzuchtigen bankier, vermoedde baar fijne speurzin juist den man, dien zij hebben moest en zijzelf had lokmiddelen, die sterker waren dan de bekoorlijkheden van een schoone vrouw; ook bezat zij geest genoeg om do rol van de raadbegeeren- de ongenaakbare te spelen. Sedert de laatste jaren kon Paulsiehn bij alle offi- eieele gelegenheden een ridderorde o pzijn rok beves tigen, en de titel van Kommerzienrat was nog slechts een quaestie van tijd. De snelle en door zeldzaam, zij het ook niet onver diend geluk beg'unstigde carrière van Paulsiehn maak te hem dubbel voorzichtig. Voorvallen als die van heden hinderden hem meer, dan hij toonde. Hij vreesde niets, zoozeer als voedsel te geven aan kwaadaardige praatjes. Hij gevoelde zich nog te onzeker, om de publieke opinie te t-rotsee- ren. In zijn kalmte en verzwegenheid lag zijn grootste macht. Hij liet zich nooit dan in volledig toilet zien en ook zijn kamerdienaar betrad de kleedkamer pas wanneer hij hem zijn jas moest helpen aantrekken. Wordt vervolgd.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1910 | | pagina 5