DAGBLAD VOOR ALKMAAR EN OMSTREKEN.
GemeenterüJidsverslag en
No* 24
Honderd en dertiende Jaargang.
1911
ZATERDAG
28 JANUARI.
Om te onthouden.
BINNENLAND.
Waarschuwing.
Deze Courant wordt eiken avond, behalve op Zon- en
Feestdagenuitgegeven. Abonnementsprijs per 3 maanden
voor Alkmaar f0,80; franco door het geheele Rijk fl,—
Afzondei lijke nummers 3 Cents.
Telefoonnummer 3.
Prijs der gewone advertentiën
Per regel f 0,10. Bij groote contracten rabat. Oroote
letters naar plaatsruimte.
Brieven franco aan de N. V. Boek- en Handelsdrukkerij
v/h. HERMs. COSTER ZOON, Voordam C 9.
Dit nummer bestaat uit 3 bladen.
Zij die het versla? van 'sraads hande
lingen en de daarbij behoorende bijlagen
geregeld wenschen te ontvangen, kunnen
zich daarvoor ter gemeente-secretarie tegen
betaling van f 2.50 per jaar abonneeren.
NEDERLANDSCHE BOND VAN GEMEENTE
AMBTENAREN.
ZEDELIJKE VERBETERING VAN GEVAN
GENEN.
ALKMAARSCHE COURANT
De Secretaris van Alkmaar,
DONATH.
De ingezetenen der gemeente ALKMAAR worden
herinnerd aan art. 14 der Verordening houdende be
palingen omtrent het verdeelen der gemeente in wijken
en het opmaken van volledige staten der bevolking en
harer huizing ,j(Gemeenteblad No. 90 van 1898)
luidende
VAN ELKE VERHUIZING BINNEN DE GE
MEENTE WORDT BINNEN ACHT DAGEN KENNIS
GEGEVEN TER SECRETARIE VAN DE GEMEENTE
BIJ VERHUIZING VAN EEN GEZIN, DOOR
HET HOOFD VAN HET GEZIN
BIJ VERHUIZING VAN AFZONDERLIJK LE
VENDE PERSONEN, DOOR HENZELVEN
BIJ VERHUIZING VAN INWONENDE DIENST
EN WERKBODEN, DOOR HENZELVEN
BIJ VERHUIZING VAN PERSONEN NAAR IN
STELLINGEN, GESTICHTEN, INRICHTINGEN
VAN WELKEN AARD OOK, IN WELKE PER
SONEN ONDER EENIG BESTUUR SAMENWONEN,
DOOR DE BESTUURDERS DIER INSTELLINGEN,
GESTICHTEN OF INRICHTINGEN.
Verzuim van de bovenstaande kennisgeving wordt
gestraft.
ALKMAAR, 28 Januari.
Toen Gerrit te Amsterdam op de school voor ach
terlijke kinderen neen, op de school voor buitenge
woon lager onderwijs kwam, leek hij niet zeer ach
terlijk, scheen het een jongen met een goed karakter,
hoewel zijn ouders weinig met hem waren ingenomen.
Nadat hij echter twee jaar die school had bezocht,
was hij niemendal gevorderd. Als eeni doove lioorende
en een blinde ziende, zat hij steeds op het schoolbank-
je. Nimmer waren zijn gedachten bij zijn werk, maar
niets wees er op waar zijn gedachten dan wèl waren.
Moest hij bijv. handteekenen, dani deed hij, alsof hij
druk bezig was, maar een uur later was hij vaak min
der ver dan toen hij begon
Dikwijls was hij verward. Zoo kwam hij eens op
school, zeide dat zijn vadler erg ziek was en begon on
middellijk daarop smakelijk te lachen. Zijn onderwij
zer wees hem op het onbehoorlijke van dat lachen, ver
telde hem dat ziek-zijm iets heels naars was, waarop de
knaap ten antwoord! gaf: „ik lach om die jongens,
waarvan de een d'en ander op straat liet vallen over
zijn voet." Die uitlating heeft een gewichtig oogen-
blik in Gerrits leven gevormd. Hierdoor toch werd een
tipje opgelicht van den sluier waarin zijn eigenaardi
ge onoplettendheid was gehuld. Nu bleek immers, dat
Gerrit geen baas over zijn eigen gedachten was, dat
buiten zijn wil eerste, nog niet geheel verwerkte, ge
dachten andere verdrongen.
Het rapport d!at er den: lsten October 1905 over Ger
rit werd' uitgebracht hij was in 1902 op de school
gekomen luidde niocb gunstig noch hoopvol. Van
vooruitgang was geen sprake, lichamelijk leek hij nog
een kind; wel maakte hij geen bijster slecht figuur in
de klasse, in verschillende vakken was hij geenszins
onbedreven, maar hij kon zich niet inspannen. Metmei
moest hij van school, en zijn onderwijzer geloofde niet
dat er veel van hem terécht zou komen; Gerrit was te
onhandig en te lui.
Wat moest er van den stumperd worden?
Van school ging hij met Mei niet. Twee jaren bleef
hij nog. Met alle kracht werd de strijd tegen zijn ge
brek aangebonden, haast van voren af aan werd met
handenarbeid en teekenen begonnen, pardon kende
men voor hem niet. Gerrit is zichzelf de baas ge
worden.
Met tranen in de oogen kwam moeder den onderwij
zer eens vertellen: „Het is of er een wonder met Ger
rit is gebeurd en het is een zegen voor den jongen ge
weest, dat hij op deze school is gekomen."
De moeder zei echter meer. Ze had nog een zoon,
die twee jaar ouder was d;an Gerrit en dezelfde eigen
schappen bezat als deze. Voor hem was indertijd plaat
sing' op zulk een school niet noodig geacht.
Die broer is bij zijn vader, een meubelmaker, in de
zaak, maar kan feitelijk geen vijf cents per uur ver
dienen. En Gerrit? Die is ook bij zijn vader en hij
is nu 20 jaar belooft een flink werkman te worden.
En als hij later in de maatschappij komt, dan zal
men Gerrit, die zoo ver boven zijn ongelukkigen broe
der uitsteekt, vragen: Wat ken je? Waartoe ben je
in staat?
Maar niemand zal dan de vraag stellen: Waar heb
je dat geleerd?
Uit de lezing, gisteren door den lieer Schreuder al
hier gehouden -het verslag daarvan vindit men on
der het stadsnieuws welke door veel te weinig
meuseheu werd aangehoord, omdat zij zeer belangwek
kend was, getuigde van hoogen ernst en rijpe erva
ring, van hart maar ook van hoop voor de arme mis
deelde kinderen, vondén we dit wel het treffendste
voorbeeld.
In de eerste plaats omdat het, in verband met de
tegenstelling tusschen den knaap, die het voor hem
geschikte onderwijs ontving en zijn ouderen broer, die
dit moest ontberen, zoo duidelijk sprak van den zegen
rijken invloed van zulk een school voor buitengewoon
lager onderwijs.
Wat zou er met Gerrit gebeurd! zijn, als die school
deur eens niet voor hem geopend! was, als de gewone
lagere school, welker leerplan niet voor zoo'n zwakke
ling' is berekend en waarop hij zoo niet erger -
een rem voor het onderwijs vormt, door hem werd ver
laten? Het vermoeden ligt voor de hand, dat er op
latercn leeftijd een andere deur achter hem zou zijn
gesloten: die van een armenhuis, een werkhuis, een
rijkswerkinrichting, een krankzinnigengesticht, een
gevangenis.
Als een stuk wrakhout in de branding der levenszee
zou hij ronddobberen, totdat hij ergens, min of meer
onzacht, op de kust werd gesmeten, zoo hij niet- tegen
een rotswand verpletterd werd. De school daarente
gen heeft van hem iets beters gemaakt, een scheepje
met een roer. dat, zooals de spreker zeide, slechts in
de goede richting kan sturen, een scheepje dat in een
behouden haven aankomt.
Het behoeft geen nader betoog, dat de betrokkene
en de gemeenschap gebaat zijn door het tot stand ko
men van zulk een scheepje!
In de tweede plaats vonden we het voorbeeld zoo
bijzonder treffend, omdat de moeder verklaarde, dat
het een zegen was voor Gerrit, dat hij op die school
was gekomen.
Het is te begrijpen, dat de ouders zoo niet direct
vijandig dan toch aarzelend, angstig, tegenover zulk
een school staan. Vroeger, in de zeventiende eeuw,
toen men nog geen onderscheid maakte tusschen ach
terlijke en achtergebleven kinderen, kregen de slechte
leerlingen een ezelsbord op de borst of wel een kap
met ezelsooren op het hoofd! en werden- aldus ten
pronk gesteld. In de school zal men gelukkig heden
ten dage zooiets niet meer vinden, maar daarbui
ten? De maatschappij is vaak zoo ontzettend wreed.
Zij ziet maar al te vaak en al te gauw zulke ezelsbor
den en kappen met ezelsooren en de volksmond is on
verbiddelijk bij het geven van nieuwe namen. Hoe zul
ke scholen voor buitengewoon lager onderwijs laat
ons dien naam toch in eere houden! soms worden
betiteld, zullen we natuurlijk niet vermelden, genoeg
zij het te constateeren, dat zij verband houdt met een
stempel van minderwaardigheid, een merkteeken, dat
men voor het geheele leven op het voorhoofd' van de
leerlingen meent gedrukt te zien. Dat weerhoudt na
tuurlijk de ouders hun kinderen, die hiervoor aange
wezen zijn, op een dergelijke school te plaatsen, doet
hen daarvoor aarzelen, vrees koesteren.
Maar het voorbeeld: leert, dat de spraakmakende
gemeente ongelijk heeft. Zonder het onderwijs dreigt
gevaar, dat het merkteeken een Kaïnsteeken wordt.
Door het onderwijs kan dit niet alleen worden voor
komen, maar kan het teeken zelfs ten deele worden
uitgewischt. Daarom moeten de ouders dankbaar de
gelegenheid aanvaarden, wanneer deze er is, om hun
kinderen te zenden naar de voor hen geschikte school.
Komt het hier te Alkmaar zoover, dan moge het
voorbeeld van Gerrit en zijn moeder elk verzet, elke
aarzeling, elke vrees verbannen!
Het is een voorbeeld, om te onthouden.
TWEEDE KAMERVERKIEZING.
Met 2 stemmen tegen besloot de Vrijzinnige Kies-
vereeniging „Sneek" in een gisteravond gehouden
vergadering, voor de tusschentijdsche verkiezing* van
een Kamerlid (vac. Colijn) niet met een candidaat uit
te komen.
De afdeeling* Drente van deze vereeniging heeft
eene- ingrijpende verandering voorgesteld in de organi
satie van den bond. Zij wil de bestaande provinciale
afdeelingen, sommige verdeeld in onderafdeelingen,
opheffen, en kleinere, zelfstandige afdeelingen vor
men. De afdeelingen in een zelfde provincie kunnen
voor behartiging van provinciale belangen gemeen
schappelijke vergaderingen houden. Het getal hoofd
bestuursleden is thans voor elke provincie één en bo
vendien een voorzitter, een secretaris en een penning
meester. In het voorstel wordt dit getal van 14 te
ruggebracht op 7.
Door H. M. de Koningin-Moeder is aan het hoofd
bestuur van het Nederlandsch Genootschap tot zede
lijke verbetering van gevangenen geschonken een som
van honderd gulden als1 blijk van belangstelling in zij
nen arbeid.
GEMENGD NIEUWS.;
UITBREIDING DIENST ENKHUIZEN—
STAVOREN.
Naar de N. Sneeker Ct. verneemt, moeten door de
directie der II. IJ. S. M. plannen overwogen worden,
om met den nieuwen zomerdienst het stoomhootver-
keer StavorenEnkhuizen en omgekeerd uit te brei
den. Het zou de bedoeling zijn in iéder richting* één
boot meer te laten varen, zoodat er dan 5 maal per
dag verbinding met Holland zal komen.
De bedoeling moet zijn, den nieuwen dienst een
vroegdienst te doen worden; Vertrek van Stavoren on
geveer 8 uur.
OP HEETERDAAD BETRAPT.
Een agent van politie, die in den vroegen ochtend
in de Leidschestraat te Amsterdam surveilleerde, zag
op den hoek van de Kerkstraat, vóór perceel 62, twee
jonge- mannen in zwaarwichtige conferentie. Het
uiterlijk van het tweetal kwam den dienaar van den
heiligen Hermandad verdacht, voor, dus besloot hij
hun zijn zeer bijzondere aandacht' te schenken. De
agent liep een eind'je door en toen hij op zijn schreden
terugkeerde, zag hij, dat een dér mannen verdwenen
was en de ander in de buurt van het huis slenterde.
Dit was nog verdachter. De agent onderzocht het
zaakje en merkte al ras, dat de verdwenen man zich
bevond in den winkel van t bovengenoemde huis,
waar de firma Pleere een zaak in lederwaren geves
tigd heeft. Beneden den winkel ligt een kelder en
van daaruit had de man zich toegang weten te ver
schaffen. Toen de politie hem in zijn arbeid kwam
storen, was hij juist bezig het kasregister te openen,
welks inhoud echter steeds des avonds door den heer
Pleere, die niet in het winkelhuis woont, wordt mee
genomen.
Natuurlijk werd de inbreker, een 25-jarig- jong-
niensch, onmiddellijk in verzekerde bewaring gebracht.
Uit den winkel wordt niets- vermist.
EEN STAKING.
Te Vriesscheloo hebben gisteren ongeveer 200 ka
naalgravers gestaakt om een quaestie met de aanne
mers over het dieper'graven van eene geul.
LOUIS BOUWMEESTER.
Ook te Haarlem is een comité gesticht tot huldi
ging van Louis Bouwmeester als hij d-aar 3 Februari
optreedt. Overwogen wordt, hem in den schouwburg
een geschenk, daarbuiten een huldebetoon van muziek
en vereenigingen met banieren aan te bieden.
DOOR EEN VALLEND PLAFOND GEDOOD.
In het St. Anthonius gesticht te Oost-burg heeft een
84-jarige vrouwelijke verpleegde door het neervallen
van een plafond een schedelbreuk bekomen. Zij is
aan de gevolgen overleden.
POGING TOT DOODSLAG.
Te Walderveen bij Barneveld bestond reeds eenigen
tijd een ernstige veete tusschen den arbeider IP. S. en
zijn schoonvader J. K. naar aanleiding van een erfe-
nisquaestie. Zelfs had S. zich meermalen uitgelaten,
dat hij den oude bij gelegenheid wel eens de hersens
zou inslaan. Deze bedreiging nu heeft: S. inderdaad
ten uitvoer trachten te brengen. Met een schop heeft
hij namelijk zijn schoonvader, die op het land aan het
werk was, bijna doodgeslagen. Laatstgenoemde be
kwam zulk een diepe hoofdwonde, dat hij bewusteloos
in een sloot viel, waarin de ontaarde schoonzoon hem
stil liet liggen. Geruimen tijd] duurde het vóór het
bewustzijn terugkeerde, waarna de ongelukkige met
veel moeite op den kant wist te kruipen. Gelukkig be
vatte de sloot slechts weinig water, anders was de man
stellig verdronken.
GOEDE VISCHVANGST.
Woudrichemsche visschers sleepten met hun drijf-
want het gedeelte afgedamde Maas af, te Beru. en
bemachtigden in een trek ruim 2000 pond snoek en
voorn. Daar men op zoo'n overvloedigen vischvangst
niet gerekend had, moest- men eerst op materiaal uit
om de visch te bergen.
VERDUISTERING EN VALSCHHEID IN
GESCHRIFTE.
Aan de justitie- te Rotterdam is overgeleverd Van
E., ontslagen procuratiehouder dér firma Van der-
Helm Co., in verfwaren, aldaar. De man wordt ver
dacht van verduistering tot een bedrag van 5000, en
valschheid in geschrifte.
HISTORISCHE DOCUMENTEN.
Den Amerika anschen vice-consul t-e Amsterdam,
den heer D. P. de Jong, zijn in handen gekomen eeni-
ge zeer oude historische documenten, welke aanspraak
geven op land in de Ilollandsche kolonie in de Veree
nigde Staten van Noord1-Amerika, gedurende de 17de
eeuw. Daaronder bevinden zich eenige oude hand
schriften van uit de historie bekendé personen.
Al deze documenten zijn later weder gelegaliseerd
door den heer J. van den Brink, notaris te Amster
dam, omstreeks het jaar 1788.
ALWEER DE SCHATGRAVER.
De Spaansehe schatgraver is weer bezig. Hij tracht
onnoozelen er weer te doen invliegen. Verschillende
personen te Amsterdam heeft hij weer brieven gezon
den met de bekende aanlokkelijke voorstellen; 800.000
frs. die te verdienen zijn, en dé geheimzinnige koffer
aan een Franscb station.
Na de vele waarschuwingen, zal wel niemand op de
zen ingaan.
IN OBSERVATIE.
De bemanning van het Spaansehe stoomschip „Ju-
nio, uit Oöstro Urdialis, te Rotterdam aangekomen,
is thans in het voormalig armhuis op den Schiedam-
schendijk inobservatie opgenomen. Zooals gemeld, is
de matroos A. C. Lago: van dit stoomschip, als lijden
de aam pokken, in de barak aan de Maashaven opgeno-
sn.
Door de opneming van déze bemanning in het voor
malig armhuis, zijn nu ongeveer 200 leerlingen van de
Teekeiiacademie, voor wie wegens plaatsgebrek in het
gebouw van de Academie, zes lokalen in- het voorma
lig armhuis waren ingeruimd, tijdelijk van onderwijs
verstoken.
EEN BESCHEIDEN REDDER.
In de Kerstweek heeft een schippersknecht, woon
achtig- te Oud-Vossemeer, met levensgevaar een meis
je uit liet Kanaal te Neuzen, gered! en op- dé. vraag,
wien de redding te danken, was, alleen geantwoord
„Dirk." Men kwam echter ook zijn woonplaats te
weten, en er werd een briefkaart- naar OudLVossemeer
gezonden, met verzoek, die ter hand' te stellen aan
„Dirk," die deze daad hadl verricht; er werd- verder
in vermeld dat- voor hem een som gelds te Neuzen ter
beschikking lag.
„Dirk" was weldra gevonden, ofschoon hij met zijn
daad niet te koop had1 geloopen en het verrichte zijn
plicht noemde, waarop hij er dan ook geen geld! voor
wenschte. Hij heeft evenwel aan het verzoek op de
briefkaart gedaan, om zijn nader adres te willen me-
dedeelen, voldaan.
Het- geredde meisje is een dochter van den direc
teur van een suikerbietenfabriek te Werkendam, en
te Neuzen met een zuster in de Kerstdagen gelogeerd.
SCHANDELIJK.
In de Gereformeerde Kerk te Nieuweroord, bij
Hoogeveen speelde zich 1.1. Zondag een zeer onstichte
lijk tooneel af. Eenige jongelieden hadden een flesch
jenever mee naar de kerk genomen, die zij tijdens de
godsdienstoefening leegdronken, waarna de flesch op
den grond werd geworpen. Men wees den brood-
dionken jongelieden op het onbehoorlijke van hun
gedrag en verzocht hun zich te verwijderen, aan welk
verzoek ze echter geen gevolg gaven. Een spoedig te
hulp geroepen agent zette de oproermakers uit de
kerk, terwijl na afloop der godsdienstoefening proces
verbaal tegen de schuldigen werd opgemaakt.
DOOR HAARWATER EN EAU-DE-COLOGNE VER
RADEN.
Een gedeserteerde matroos en een burger, die beiden
in beschonken toestand waren, sloegen vannacht om
streeks drie uur een glazen uithangkast van den dro
gistwinkel van den heer Troostwijk in de Binnen Ban-
tammerstraat te 'Amsterdam stuk. Vlug namen ze
eenige fleschjes eau-de-cologne, haarwater en een paar
kammen mee, en zetten het op een loopen.
Twee bewakers van de Ned. Bewaking Mij., Robers
en Koch, hoorden het glasgerinkel en eerstgenoemde
blies op den politiehoorn, waarna de geheele straat
in rep en roer kwameen bakker verscheen zelfs met
een stuk hout.
Door een tweetal"agenten werden de matroos en zijn
makker spoedig op den Achterburgwal gearresteerd.
Onderweg hadden ze de fleschjes reukwater stukge
gooid, zoodat het spoor gemakkelijk te volgen was. De
matroos had zijn muts laten vallen, welke ook al naar
haarwater rook.
Op het bureau Warmoesstraat vielen ze spoedig door
de mand, want hun kleeren hadden zulk een gemengde
eau-de-cologne- en haarwaterlucht, dat ontkennen on
mogelijk was.
Vermoedelijk heeft het beschonken tweetal eerder
een baldadige streek willen uithalen, dan wel diefstal
willen plegen.
UIT ST. PANCRAS.
Door de firma Pluimgraaff en Co. werden Vrijdag
bij inschrijving verhuurd 2.10.94 H.A. of 88l/2 snees
land voor den tijd van 4 jaar.
Er werden verhuurd per snees
lo. de Padakker, groot 15l/2 snees, aan M. Hoog
land voor f 4.50.
2o. In 't Griekenland, groot 20l/2 snees, aan W.
Groen Klz. voor f 4.10.
3o. aan de Ringsloot, groot 10 snees, aan T, Ruijs
voor f 3.50.
4o. aan de Kerksloot, groot 9l/2 sneos, aan W. Kei
zer, voor f 3.80.
5o. aan de Melksloot, groot 9 snees, aan P. Groen
Cz, voor f 3.50.
6o. aan de Melksloot, groot 8 snees, aan P. Groen
Cz.. voor f 3.50.
7o. aan de Zomersloot, groot 16 snees, aan T. Ruvs
voor f 2.50.
UIT URSEM.
„Onderlinge Hulp," een begrafenis-vereeniging al
hier, had' op 1 Januari 1910 in kas 178.44 en op 31
December 1910 507.19. Een belang-rijke vooruit
gang dus.