HOEST eh VERKOUDHEID w Long Hersteller. ZIJN KIND. OWBRSDGE's LONGHERSTELLER Schaaki*iitii*iek,. i m Het meest moderne, best bekende en succesvolste geneesmiddel ter Wereld tegen Onmisbaar voor Sprekers, Zanders en alle, die aan Zwakheid der keel lijden. W. T. OWBRIDGE, Ltd., is o. a. verkrijgbaar te ALKMAAR bijNIEROP SLOTHOUBER, ANSINGH MESMAN. SCHOUTEN; te SCHARE^ bij: D. WIT; te HiSORN bij: P. VELTMAN; te TEXEL bij: T. BUIJS; te ZAANDAM bij: Apoth. BAKKER, v. LEEUWTENte DEN HELPER bijDE BIEBIERSTEKER te PUK.IHE END bij G. VAN BEEK te DE RLJP bijG. SCHREUDER. w i Wm wm\.wk Nu is het positief zeker, dat wij den naam van den componist meer gezien hebben en dus evenzeer, dat wij dezen vergeten waren. Dit kan nu soms werkelijk praktisch zijn, omdat de naam er clan de 2de keer veel vaster inzit en wij zullen het er dan maar houdgn, dat dit in ons geval ook geldt. Is uw kwaal misschien een nierkwaal INGEZONDEN MEDEDEELINGEN. ho/uvmanciw. W W V fridge; WAARSCHUWING: Elsch beslist oOw&ridi»" •n neem geen andere. Het Ij de bette, goedkoopste ca veiligere weg (erguetlng. Vervaardigd door FibrUtantan, TS« Laborator», HULL. Grvtstigd 1874. Varkrllgbaar legen 67H cents bi| •lie Apothekers en Drogisten of a bi) den Agent Vb'. P HUISMAK, iavutraat 82, W Amsterdam. Uit Hoorn kwamen nu over het archief der opgehe ven rechtbank en bovendien de daarbij bewaarde oude archieven van 40 voormalige baljuws-vierscharen en schepenbanken. Vereenigd met de te Alkmaar aan wezige van vroegere reehtcollegiën, werden al de oude archieven summier beschreven door den substituut griffier mr. Ph. W. Scholten, en op doelmatige stel lingen geplaatst onder de beschoten kap van den oos telijken stadshuisvleugel; en door zijn opvolger, mr. T. A. Sannes, beschreven in een catalogus, welke in 1880 gedrukt het licht zag. Dit alles is in 1888 door den Rijks-archivaris in Noordholland overgenomen en naar het Rijks-archief te Haarlem gevoerd, gelukkig, want het is daardoor aan geheele vernietiging ontko men. Bij den bouw van het Stedelijk Museum in 1873 was daarboven reeds een nieuw en groot vertrek voor den officier van justitie gemaakt, in 1879 werd! de gehoorzaal merkelijk verbeterd en verfraaid. De bouw eener cellulaire gevangenis in 1884 werd door velen, terecht of te onrecht, als een waarborg te meer voor het blijvend bestaan eener rechtbank alhier be schouwd. De invoering van het reeds in 1881 afgekondigde Strafwetboek op 1 September 1886 bracht eene mer kelijke uitbreiding van de bevoegdheid der rechtbank mede, want, al waren vele vroeger tot de hare beboe rende zaken aan de kantongerechten opgedragen, haar rechtspraak gold alsnu, behalve civiele en de meer ernstige (dusgenaamde) correctioneele, ook crimineele zaken. In den vroegen morgen van 19 Februari 1890 werd brand ontdekt in de bovenvertrekken der rechtbank- Deze werd krachtig' gevoed door de aanwezige papier massa, den op den zolder geborgen turfvoorraad en den slechten toestand der binnenmuren (houtrasters en krullen overpleisterd met kalk), zoodat, in weerwil der krachtige bestrijding van het vuur, de boven verdieping nagenoeg geheel uitbrandde en de be nedenverdieping', waarin de griffie, het archief en het verblijf der veldwachters plaatsing vonden, door het afstroomende water geheel onbruikbaar werd. De nieuwe officierskamer bleef ongedeerd en het door den dikken stadshuismuur beschermde voorgebouw, dus de gehoorzaal, gelukkig behouden. Bij de ramp gingen verloren het archief der alkmaarsche recht bank tot 1883 wat de burgerlijke en tot 1886 wat de strafzaken betrof, en alles van de rechtbank te Hoorn, waarbij ook de dubbelen der registers van den burger lijken stand uit dat voormalig arrondissement. Die van het alkmaarsche, welke beneden waren geborgen, konden gered worden. Deze en verder de uit de bene- tlenlocalen geredde en bij particulieren geborgen ar chiefstukken \verdcn vervolgens naar de celgevangenis overgebracht. Onmiddellijk werden door het stedelijk bestuur met de rechterlijke autoriteiten de noodige schikkingen gemaakt, welke reeds den 21 in eene buitengewone vergadering van den raad' werden goedgekeurd. De raad- of Prinsenzaal werd ingeruimd voor de griffie, de trouwkamer 2e klasse (waarnaar ook de gemeente raad werd verwezen) beschikbaar gesteld voor bijeen komsten en vergaderingen, de bodekamer voor de ge tuigen, andere vertrekken voor andere bestemming. Twee der geteisterde, het meest naar den noordkant liggende bovenvertrekken konden, onder een aange bracht nooddak en met eenige oplapperij, in gebruik blijven, en de rechter-commissaris ging' zijne zittingen in het huis van arrest houden. De hooge regeering, die reeds vóór den brand beslo ten had tot stichting van een gebouw voor het kan tongerecht en het op den zolder van het stadshuis hoogst gebrekkig geplaatst notariëel archief, kwam na het onheil daarvan terug, om een en ander met de rechtbank in één gebouw te vereenigen en daarbij ook een huis van bewaring te plaatsen. Na eenige onder handeling met de gemeente over het gewenschte ter rein en den daarvan verkregen afstand, werd reeds in Maart bij de 2e Kamer een ontwerp ingediend1 tot ver leening van 50000 als eersten termijn voor een op 95000 geraamd nieuw rechtsgebouw. Bij de Verte genwoordiging vond de vraag geen bezwaar, en den 25 •Tuli 1891 geschiedde de openbare aanbesteding in de Toelast alhier, waarbij aannemer werd W. van Leeuwen te Hellevoetsluis, voor 82590. Het notari eel archief was in het laatst, van Maart bevorens reeds naar de celgevangenis overgebracht. Na de voltooiing van het fraaie gebouw werd den 10 Augustus 1893, zonder eenige buitengewone plechtig heid, de eerste zitting gehouden, doch de president, de heer mr. T. A. Sannes, opende haar met eenige toe passelijke woorden, herinnerende aan d'e oorzaak dei- verplaatsing, hulde brengende aan het gemeentebe stuur voor de na het onheil gemaakte reg-eling der za ken en het kosteloos beschikbaar stellen van den grond, mededee lende dat zich uit die leden der balie een raad van discipline had gevormd! met den heer mr N. II. de Lange tot deken, wensehende dat die in het nieuwe gebouw zetelenden doordrongen zouden blijven van het besef der hooge belangen, hun toevertrouwd, en eindigende met eene eerbiedige hulde aan LI. M de Koningin-Regentes. Voor de gemeentekas was de gebeurde verandering een schadepost. Sedert begin 1861 tot einde 1873 werd door het Rijk jaarlijks te goed gedaan 800; volgens contract van 26 November 1873, wegens uitbreiding der loealen bij de rechtbank en voor die bij het kan tongerecht in gebruik, jaarlijks 1200, en volgens contract van 14 Augustus 1878 voortaan 1350 'sjaars. Het laatst genotene van 1 Januari tot I Augustus 1893 beliep 787.50. Dat evenwel de out ruiming van het stadshuis en dte terug-gaaf van dit gebouw aan zijne bestemming door het. gemeentebe stuur met ingenomenheid begroet, werd, laat zich den ken. De aanbesteding van het huis van bewaring volgde den 3 Maart 1S94 te 's-Gravenhage, waarbij aannemer werd P. J. C. Hofman, te Kralingen voor 55800. Tot slot voegen wij hierbij de volgende naamlijst Presidenten: Officieren: C. van Foreest. J. Schouten. J. Nuhout van der Veen. P. D. Teunissen f 1826 1862. P. Buyskes. G. van Leeuwen. J. A. Kluppel -f T. M. Wentholt. C. H. R. van Lelyveld j'1883. D. F. van Leeuwen. J. G, Vogel. F. F. Karseboom f 1895. JW. Mouton. J. C. baron Baud. T. A. Sannes. H. J. H. Modderman. J. W. Mulder. J. ,T. Oarsten. D. van Houweninge. H. G. van Sonsbeeck. Griff:ers: J. C. van Veen. J. L. Boreel de Maregnault f 1819. H. Weldijk van Limmen. P. Binkhorst van Oudcarspel en in Koedijk f 1876. M. A. Kluppel f 1892. H. Wesseling. B. van der Feen de Lille. V rede rechters: 1" Kanton 2' Kanton Z. van Foreest. A. A. van der Ley. W. Schut. A. Bolten. Kantonrechters: W. Schut. J. E. Nuhout van der Veen f 1871. J. P. F. van der Mieden van Opmeer. M. Buchner. D. Bastert. C. W. B. No. 375. K. G. GAVRILOW te Ismail. 2e Prijs „Tidskrift for Schack" 1910. 7 6 5 4 3 2 1 '/7ÏÏ77// //)7777//', WT/W abcdetgh Mat, in 2 zetten. Oplossing van No. 272 (F. Böttger) 1 D b6 d4 enz. Goede oplossingen ontvingen wij van: P. J. Boom, F. Böttger, O. Bramer, G. van Dort, P. C. van Haren, G. Imhiilsen, C. van Stam en C. Visser, allen te Alk maar; Mr. Oh. Enschedé te Alkmaar, P. Bakker, Jos. de Koning en II. Weenink te Amsterdam, J. Vijze laar te 's-Gravenhage, J. Reeser te Voorburg, J. Deu- zeman te Frederiksoord, G. B. II. Hogewind, Utrecht, A. Tates te Heiloo, S. te S., H. Strick van Linscho- ten te Rijswijk en O. Boomsma te Kampen. Door een welwillende vriendenhand geholpen zijn wij in staat gesteld eenige bijzonderheden omtrent den componist van No. 274 mede te deelen. Axel E. Strömberg1) woont tegenwoordig te Gullöfars en I heeft al een gevestigdeni naam op probleemgebied, waar hij al eenige malen eervol vermeld werd en zelfs een 3den en 4den prijs behaalde. Waar hij eigenlijk thuis behoort weten wij niet, doch wij vermoeden in Zweden, terwijl Duitschland beslist uitgesloten is. Ziedaar nu niet veel bijzonders, doch toch meer dan genoeg om te doen uitkomen welk een eigenaardig fi guur (om het zacht uit te drukken) wij de vorige week gemaakt hebben door mede te deelen, dat de componist ons onbekend was. Trouwens al was 's mans naam ons ontschoten, zij ne bekroonde problemen niet. Zoo stónd ons zijn derde prijs Duitsche Schaakbond! (1910) nog levendig voor dén geest. Dezen 2zet toch hebben wij indertijd nauwkeurig bekeken; eerlijk gezegd, omdat' zijn hooge plaats ons niet bijzonder helder was2). Zulke bekroonde problemen kijkt men door, terwijl ze slechts onder hun motto gepubliceerd zijn. Wordt de naam van den auteur later bekend, zoo dringt deze veelal niet tot je d'oor. Ziedaar een verklaring, geen verontschuldiging, le zer! Qui s' excuse s' accuse, niet waar? En wat nu No. 274 betreft, déze werd eervol ver meld in denzelfden wedstrijd' waarin No. 275 den 2den prijs behaalde! Dit was een openbaring voor ons, hoe wel wij dergelijke omissies1 veelal in Engelsche schaak rubrieken aantreffen. Waarom is ons niet duidelijk In verband daarmede herinneren wij er aan hoe in het begin van 1907 „Nederlandsche Schaakproble men" in „The Norwich Mercury" werd besproken door niemand minder dan Alain C. White, terwijl als voor beeld dé 2zet werd gegeven, die den 3den prijs in den Jubileums-wedstrijd N. S. B. (1898). bad! behaald. Hoewel die bekroning- in N. S. P. duidelijk vermeld was, werd er in, „The Norwich Mercury" geen gewag van gemaakt. Waarom was ons een raadsel en het trof ons in dit geval buitengemeen, omdat wij meen den te weten dat Alain C. White er juist aan hechtte, dat zulke bijzonderheden steed's werden vermeld, zoo dat wij dan ook vermoeden dat deze imissie buiten medeweten van den Amerikaanschen componist had plaats gehad. In ieder geval, het weglaten van bekroningen vin den wij g-eheel onbegrijpelijk en.... weinig min zaam! vm- ste- ver- zag In de Duitsche vakbladen wordt de naam met een Umlaut geschreven. 2) Uit deze bekroning volgt, dat de componist geen Duitscher kan zijn, aangezien er bij de opening der motto-briefjes te Hamburg een begrijpelijke teleur stelling heerschte, nadat er gebleken was, dat er zich onder de bekroonden geen enkele Duitscher bevond. Rumeensche schets door ERNST SCHRöDER. Hij heet Basilie en is schoenlapper, niets meer dan een arme schoenlapper. Den geheelen dag zit hij op een driestal, op den hoek van dé straat. Voor hem staat- een tafeltje treurig pendant van den stoel waarop allerlei gereedschap ligt. Zijn kleeding is niet alleen armoedig', maar haveloos, zijn gelaat is door ploegd met diepe groeven. Gebukt zit hij over zijn werk en ziet met verglaasde oogen op zijn arbeid neer. Wanneer 's morgens de waterdrager voorbij gaat en hem een goeden morgen wenscht, dan ontwaakt hij als 't ware uit een droom en knikt den man dommelend toe. Komt de eigenaar van het huis naar buiten, die hem toestond daar te zitten werken, dan buig't- hij deemoedig het hoofd, doch zegt niets. Met deze groeten heeft hij voor beiden zijn verplich tingen tegenover de buitenwereld volbracht. Daarna laat hij het hoofd op de borst zakken1 om even later het weer op te heffen en aan den arbeid te gaan. Hij is de bekend'ste persoonlijkheid. De lieve straat jeugd ontwijkt hem en ziet hem van verre met een ze kere vrees aan. De moeders maken hun kinderen bang voor hem, door hem toe te voegen, mosch (va der) zal je meenemen, en wanneer twee buren' met el kaar in twist zijn e,n, de een zegt tegen den ander: „Het zal je gaan alsi mosch Basilie", dan kan men er zeker van zijn' dat hij hem niet iets gtjeds toewenscht. JLa, hij is arm, doodarm zelfs, maar er was eens een tijd, dat hij overgelukkig was. Eenige jaren geleden1 was hij nog in 't beait van zijn Toke, zijn kleine lieve Toke. Niemand' op de we reld1 droeg hij meer liefdé; toe dan; zijn Tokei, al zijn goedheid droeg hij op zijn kind over. Hij werkte, werkte nacht en dag, niet voor zich, maar voor zijn lieveling. En had' hij een- slechten dag gehad, die niet genoeg voor beiden had' opgeleverd', dan at Toke al leen, terwijl hij de kleine met een van vreugde stra lend gezicht gadesloeg. Op een nevelaehtigen, grauwen dag zag Toke het levenslicht, en voorzeker was dit een slecht voortee ken, dat het hem in de wereld niet goed zou gaan. Zijn moedér stierf vroeg, zoodat aan zijn opvoeding veel ontbrak. De straat was zijn wie:g en zou, helaas, ook zijn sterfbed! zijn. Voor één zaak had' hij echter een harts1- toehtelijke liefde en dat was voor boeken. Overgeluk kig was hij wanneer een van zijn) speelmakkers hem een boek te leen gaf. Met een! verheugd gelaat tuurde hij dan op d'ie zwarte lettennassaHoe gaarne wilde hij weten wat zet vertelden. maar do arme jongen kon niet lezen. Hij was negen jaar en moest toen reeds aan den arbeid, en wanneer hij dan, als hij de schoenen weg bracht, een fooitje kreeg, dan was hij de wereld te rijk. Niet omdat 'hij dan in de gelegenheid was te snoepen, neen, daar dacht hij niet aan. Stil, als zijn vader het niet zag, nam; hij een oude kous weg, die als beurs dienst deed', en liet daar de gekregen penningen inglijden. Keek d'e oude Basilie dan 's avonds het geld na, dan begreep hij nooit, hoe het kwam dat er meer was, dan er in moest zijn. De kleine; sloeg hem dan van ter zijde gade en wreef zich genoegelijk de handen. Op een' goeden dag echter toen Toke weer eenige geldstukjes' in de kous wilde stoppen;, keek de oude plotseling om en zag d'ati zijn zoon de kous in de hand hield. Als versteend' bleef hij staan, niet alleen dat- het ongeluk 'hem trof, maar zou zijn zoon.een dief zijn Met opgeheven arm en met een doordringenden blik vloog de oude op Toke toe. Hij moest de waarheid zeggen. Verschrikt en bevende vertelde Toke wat hij gedaan had. Beschaamd liet Basilie den' arm zakken, zijn oogen ulden zich met tranen en in' ontroering drukte hij zijn kind aan de borst. Mosch Basilie had, zooals bij ieder mensch, een kwaal, hij was namelijk een hartstochtelijk rooker. Hij werkte; daags eenige uren langer om dan het verdiende geld te gebruiken voor een pakje tabak. Zoo'n pakje tabak, dat was -nog' eens een genot." Toke zat. over hem en hoorde dé fluisterend gespro ken woorden van zijn vader. Van af dit oogenblik stopte hij het gekregen geld niet meer in de kous; maar bewaarde het zelf. Lang zaam, zeer langzaam groeide zijn schat aan, totdat de ze eindelijk één frank bedroeg. Eén frank! Dat was een geheel vermogen voor den armen jongen. Hij zou zijn plan gauw uitvoeren, hij moest het geld eens ver liezen, zoo dacht hij. Toen hij weer iets moest bezor gen, ging hij langs de drukke winkels, als scheen hij iets te zoeken. Bij een speelgoedwinkel 'bleef hij staan, wat was daar al niet te zien? Ballen, kegels, tollen, soldaten van blik. Soldaten van blik, zooals de zoon van den slager ze ook had. Onwillekeurig kwamen op het zien van die, zaken he;m de tranen in de oogen Plotseling dacht hij weer aan zijn plan en beschaamd ging hij weg. Op den hoek van gindsche straat was een tabakswinkel, moedig stapte hij binnen en kocht daar twee pakjes tabak, daarna vloog 'hij naar huis. Hij vreesde, dat men den schat dien hij bij zich droeg, zou stelen. Thuis gekomen deed hij de pakjes in een blikken doos en verborg d'ie achter het huis on der den grond. „Nog eenige dagen, tot op zijn verjaardag", mom pelde hij. Daarna vloog hij: naar zijn vader o;p den hoek der straat. Het was al tamelijk donker toen de oude Basilie met zijn zoontje naar huis; ging. Het was zeer druk op straat en een menigte rijtuigen vlogen hem voorbij. Zij liepen naast elkaar, ieder met zijne eigene gedach ten. De oude berekende wat hij verdiend had, terwijl Toke aan de; verrassing dacht op zijn vader's; verjaar dag. Wat voor een gezicht zou de oude dan wel zet ten als- hij die twee pakjes tabak in zijn jas zou den. Want Toke zou ze stil in zijn vaders zak ken.Nog altijd was; de oude in gedachten diept, toen; hij een sebrillen kreet vernam. Hij hoe eenige menschen zich om een rijtuig verdrongen. Hij zag zijn jongen niet naast zich en door een doodte- lijken angst gedreven drong hij zich d'oor de men- schenmassa heen. „Wat is er gebeurd?" vroeg hij, doch een blik op het rijtuig zei hem alles. Hij wilde zijn oogen niet geloove-n en over het gekwetste lichaam van zijn kind gebukt, fluisterde hij met ver stikte stem: „Toke! Toke! Nog één woord, nog één, lieve Toke!" Als een krankzinnige wierp- de vader zich op het lijk van zijn kind. „Achter.achter het huis.zoek.zoek. begraven." En rochelend viel' de kleine achterover. „Hij wordt waanzinnig. hij sterft!" riepen een menigte stemmen. Mosch Basilie is echter niet krankzinnig geworden noch gestorven. Het noodlot heeft besloten hem nog langer te martelen. Toch heeft hij eenige eigenaar dige gewoonten behouden. Nu en! dan, als' hij aan den arbeid is, haalt hij twee pakjes voor den dag, be ziet ze van alle zijden en drukt ze- dan aan zijn lippen. Als hij paarden ziet, halt hij d'e vuisten en mompelt eenige onverstaanbare woorden. Kinderen laat hij niet in zijn. nabijheid komen, en gebeurt dit, dan wor den zijn lippen vaal en bleek. en zoo sleept hij zijn treurig bestaan voort. Ingezonden Mededeelingen. Er zijn tal van vrouwen, die voortdurend aan ze nuwhoofdpijn lijden, die zich altijd even afgemat ge voelen en last hebben van uitputtende pijn in de len denen en den rug, en van aanvallen van duizeligheid, flauwten en lusteloosheid, doch die niet begrijpen wat haar eigenlijk scheelt. Gewoonlijk dienen de nieren hiervoor aansprakelijk gesteld te worden. Zij zijn zwak of ziek en kunnen zoodoende uw bloed1 niet rein en krachtig houden, en gü kunt niet gezond zijn tenzij dit behoorlijk ge schiedt. Stelt het geen dag uit om te; beginnen met het ge bruik van Foster's Rugpijn Nieren Pillen, wanneer gij waarschuwingen als de bovenstaande opmerkt die bij verwaarloozing zich spoedig zullen uitbreiden en leiden kunnen tot gevaarlijke ziekten. Foster's Rugpijn Nieren Pillen zijn een speciaal' ge neesmiddel voor de nieren en dan ook alleen voor de nieren. Zij geven d'e gezondheid aan deze belangrijke organen terug en wanneer de nieren gezond en sterk zijn, brengen deze gezondheid aan alle andere orga nen door het volkomen gezonde bloed, dat dan uw li chaam doorstroomt. Wacht u voor namaak en let er daartoe op, dat de handteekening van James Foster op het etiket voor komt. Foster's Rugpijn Nieren Pillen zijn te Alkmaar verkrijgbaar bij de heeren Nierop Slothouber, Lan- gestraat 83. Toezending geschiedt franco na ont vangst van postwissel a 1.75 voor één, of 10 voor zes doozen. BOEKAiWKOKDIGIie. VOOR IIOOFD, HART EN KARAKTER. Onder dezen titel zijn een bundel schetsen van wij len den heer J. F. Ternooy Apèl, in leven Ev, Luth. predikant alhier, bij den heer Hilarius te Almelo ver schenen. Deze titel slaat op een ndeuwjaarsartikel, dat aldus eindigt„Breng veel goeds voor hoofd en hart en ka rakter." Het is mogelijk, dat sommige onzer lezers zich die woorden nog herinneren. Immers wij troffen in dezen bundel versoheiden artikelen aan, die ook in onze courant hebben gestaan. Oude kennissen dus en voor velen vermoedelijk goede kennissen. We ge- looven het gaarne, dat deze verzameling verschijnt op verlangen van vrienden. „Niet, zooals de broedter in een voorwoord zegt, als de litteraire nalatenschap van een „groot man", maar als herinnering aan een goed mensch met een hart van goud'. Zijn woord' sproot onmiddellijk uit het hart, zijn persoonlijkheid toonde geen scherpe lijnen; hij arbeidde uit kracht zijner humaniteit en door zijn overstelpenden drang tot arbeiden." „Het behoeft geen1 betoog, d'at ik dit bundeltje met groote liefde heb verzorgd. Makkelijk was het niet om uit het vele wat hij schreef een keus te doen. Veel bleek mij niet voor herdruk vatbaar, omdat het op zekere oogenblikken, voor bepaalde doel einden was geschreven. Toch koester ik de hoop, dat wat hier geboden wordt, zijn vrienden welkom zal zijn zij zullen het oprechte en nobele hart, dé liefde tot het' schoone en reine er in terugvinden in één woord zijn persoonlijkheid weer zien- staan in hun herinnering, zooals deze bij zijn leven wasspontaan- enthousiast eerlijk goed." De heer Mari J. Ternooy Apèl heeft zijn overleden broeder met deze trekken raak get-eekend! en bij het lezen en herlezen van deze artikelen hebben we inder daad herhaaldelijk aan de vier laatst genoemde ad jectieven moeten dénken, welke zoo juist- het karakter van den schrijver weergeven. Wij twijfelen er ook niet aan, of deze verzameling, verlucht door -een foto, zal in menig Alkmaarsch huis gezin een plaatsje vinden of reeds gevonden hebben. DE GEMEENTERAAD, uitgegeven door den schrijver, verscheen bij den heer C. F. Jas, burgemeester en secretaris van Nieuwe- Schans, is een nuttig werkje, voornamelijk bestemd voor leden van onze gemeenteradten. Nietwaar, men kan een nuttig gemeenteraadslid! zijn, zonder al' de wetten te kennen of in zijn bezit te hebben, waarmede de ge meenteraad op zijn tijd te maken heeft. Toch is het goed en vaak gewenscht, dat men in de gelegenheid is zich spoedig van een of ander voorschrift op de hoogte

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1911 | | pagina 6