DAGBLAD VOOR ALKMAAR EN OMSTREKEN.
BLOOKER
CACAO
No. 50
Hor derd en dertiende (aargang.
1911.
DINSDAG
FEUILLETON.
Het Gouden Bed.
28 FEBR-UARI.
BlMËiNLAM).
Deze Courant wordt eiken avond, behalve op Zon- en
Feestdagenuitgegeven. Abonnementsprijs per 3 maanden
voor Alkmaar f0,80; franco door het geheele Rijk fl,—
Afzondei lijke nummers 3 Cents.
Prijs der gewone advertentiën
Per regel f 0,10. Bij groote contracten rabat. Groote
letters naar plaatsruimte.
Brieven franco aan de N. V. Boek- en Handelsdrukkerij
v/h. HERMs. COSTER ZOON, Voordam C 9.
DRANKWET.
dm v s igimiitipUwii
ontvangen; is goedkoop
Telefoonnummer 3.
V
—m——m—a—————se—
HINDERWET.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van ALK
MAAR brengen ter algemeene kennis, dat heden op
de gemeente-secretarie ter visie is geleg'di het aan hen
ingediende verzoek met bijla gen van J. WAIJBOER,
aldaar, om vergunning tot het oprichten van een
GASMOTOR van 21/4 P. K. tot het drijven van een
KERFBANK, in het perceel Houttil Wijk B No. 48.
Bezwaren tegen deze oprichting kunnen worden
ingediend ten raadhuize dezer gemeente, mondeling
op MAANDAG 13 MAART e.k., 's-voormiddag te elf
uur en schriftelijk vóór of op dien tijd. Gedurende
drie dagen vóór gemelden dag kan de verzoeker en
hij, die bezwaren heeft ingebracht, op de secretarie
dezer gemeente van de terzake ingekomen schrifturen
kennis nemen.
Alkmaar, 27 Februari 1911.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
G. RIPPING, Voorzitter.
DONATH, Secretaris.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van ALK
MAAR vestigen de aandacht van belanghebbenden op
de artikelen 27 en 38 der drankwet, luidende als
volgt
Art. 27, eerste lid.
Van verbouwing of herbouw van eene localiteit,
waarvoor eejie vergunning is verleend, wordt uiter
lijk ééne maand vóór het einde van het vergun
ningsjaar, waarin de verbouwing of herbouw is aan
gevangen, onder overlegging van het plan kennis
gegeven aan burgemeester en wethouders, of, voor
zooveel betreft een logement, waarin de verkoop al
leen geschiedt aan logeergasten of de localiteit van
eene sociëteit, aan Gedeputeerde Staten.
Art. 38, vierde lid,
Van verbouwing,'of herbouw van eene localiteit,
waarvoor een verlof is verleend, wordt binnen drie
maanden, nadat daarmede is aangevangen, onder
overlegging van het plan, kennis gegeven'aan .bur
gemeester en wethouders. "^%r3§_
Niet-nakoming van genoemde voorschriften heeft in
trekking van de vergunning of het verlof ten gevolge.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
G. RIPPING, Voorzitter.
DONATH, Secretaris. fgV
Alkmaar, 28 Februari 1911.
ALKMAAR, 28 Februari.
De heer Briand; gaat het Fransche regeerkasteel
verlaten.
Dit kasteel is voor de ministerieele bewoners een
steeds belegerde vesting, biedt een steeds aanhoudenden
strijd met de vele vijanden, die onverbiddelijk op over
gave en ontruiming uitloopt waarna, met de nieu
we bewoners de strijd opnieuw een aanvang kan ne
men. De Fransche minister bestaat niet bij de gvatie
van een monarch, steunt niet op de betrouwbare meer
derheid van de volksvertegenwoordiging hij bestaat
zoolang zijn vijanden, meestal zelf liefhebbers voor een
ministers-baantje, niet de kans schoon zien, hem ten
val te brengen en zoolang hij er in slaagt hun listen
en lagen te doorzien, hun aanvallen af te slaan, ben
door boute uitvallen uit de vooropgeschoven posities
terug te dringen.
De sterkste verdediger moet echter op den duur
in dit belegeringsspel het onderspit delven gelijk
het geval-Briand weer leert. Is het niet in den open
lijken strijd, dan is heb door overrompeling. En de
heer Briand is overrompeld. Op listige wijze heeft
men op hem de overwinning weten te behalen. De ra
dicalen, radico-socialisten, hadden samen gespannen
met de reactionnaire en pseudo-republikeinsche tegen
standers van den minister-president. Alles wat er aan
haat en nijd tegen hem bestond, ging samen. Daar
waren de invloedrijke parlementsleden," de „aanzien
lijke partijleiders," naar wier pijpen de minister-presi
dent, brekend een oude traditie, niet wilde dansen,
daar waren de vroegere bondgenooten, radicalen en so
cialisten, vroeger onder Waldeck-Rousseau en Combes
en zelfs nog onder Sarrien en Olemenceau, mannen
van invloed, die thans weinig te zegen hadden en te
vergeefs trachtten den minister-president het juk op
de schouders te leggen, die hem een dictator schol
den, die hem in de gedenkwaardige kamerzitting van
30 October 1910 poogden ten val te brengen door li
chamelijke afmatting, daar waren eindelijk de halve
vrienden, die uiteraard gekeerd zijn tegen elk anti-
elericaal optreden, en die achterna wel geducht spijt
zullen hebben, dat ze tegen het kabinet stemden, zich
door de aanvallers lieten gebruiken, om een bevriend
ministerie ten val en een stellig feller anti-cle-
ricaal kabinet op^het kussen te brengen.
In zijn schrijven, waarin hij de ontslagaanvrage van
het kabinet motivevert, doet de heer Briand dan ook
duidelijk uitkomen, dat de regeering bedrogen is uit
gekomen, waar zij had gerekend op sommige elemen
ten.
Mijn beroep op alle republikeinen, zoo zegt de heer
Briand in dit schrijven, dat een knap en zeer handig'
beroep op de openbare meening wordt genoemd, om
oen politiek van ontspanning' en kalmeering te verwe
zenlijken en een redelijken, verdraagzamen leekenar-
beid te volbrengen, die voor elk geloof gelijken eer
bied toont, teneinde allen burgers des lands een nauw
gezette en gelijke rechtvaardigheid! van overheidswege
te verzekeren, dit beroep is door sommigen niet be-
Naar het Duitsch van OLGA WOIILBRüCK,
bewerkt door J. P. WESSELINK—VAN ROSSUM
52) o
Toen hij de auto zag, verhaastte hij zijn schreden.
En kristalhelder, op onnavolgbaren, vleiende toon,
klonken de woorden over de straat: „Luister, oom
Felix, mama heeft erge migraine. Papa heeft gezegd,
dat u mij kunt vergezellen, het is toch maar een con
cert. Het geheele Oostenrijksche gezantschap...."
Ottilie zag', toen Felix met een voet op de trede
3tond, hoe zijn gelaat zich verrast en blij tot Pieps
wendde. Zij hoorde nog, hoe hij zeide: „Ja, Pieps, dan
moet je echter wachten, totdat ik mijn rok hem aange
trokken."
„Ja, ja,.... als u maar voortmaakt...."
I elix steeg in, de portier riep den chauffeur Felix'
adres toe.
Ottilie, geleund' tegen den muur, zag de beide pro-
fiels voorbijglijden in den gouden glans der electrische
lamp, zag nog juist de achtelooze, bevallige beweging',
waarmede bet jonge meisje- den hoofddoek meer uit
haar gezicht schoof.
Het was niet bij Ottilie opgekomen uit het donker
der straat te voorschijn te komen.
Met oprechte verrukking hadden haar oogen aan de
bekoorlijke gestalte gehangen, gelukkig bad zij de har
telijke beweging- gevolgd, waarmede Pieps haar klei
ne, wit gehandschoendé linkerhand in die van Felix
had gelegd.
Zonder^ afgunst voelde zij de vertrouwelijkheid,
waarin Felix tot het huisgezin van Frank Nehls
stond, een omgang, welke hem moest bewaren voor al
le gevaren, welke haar naive fantasie in de „diepten
van Berlijn" had gezocht.
Zij was heden even opgeruimd als een kind, dat
stilletjes een avontuurtje bad gehad. En zij luisterde j
er ternauwernood naar, toen thuis bet meisje haar
zeide: „mijnheer Frank laat zeggen, dat u met het
avondeten niet op hem moet wachten."
Het kwam tegenwoordig meer voor, dat haar vader
's avonds buitenshuis doorbracht.
„Ileeft u d'an geld', papa vroeg zij eens.
Hij stelde haar met een geheimzinnig lachje tevre
den. „Ik heb alles wat ik noodig heb, Tille en zal nog
meer krijgen. Laat dat eeuwig- gevraag, mijn kind, je
^,,een vn(F'r> die aan je denkt. Laat je dat genoeg
zijn
Toen zij meer begon aan te dringen, verbood hij
haar driftig elke inmenging. Hij was toch geen kind
en onder curateelen stond' hij ook nietHij wist, wat
hij deed. Zij moest hem met rust laten. Dan kuste hij
haar weer, voordat hij uitging, hartelijk op het voor
hoofd, klopte haar op de schouders en verliet het huis
zonder haar tijd te laten voor verdere vragen.
Zij bleef op zulke avonden lang in haar pluchen
stoel zitten, gepijnigd door allerhande bange voorge
voelens. Pas als haar oogen van vermoeidheid dicht
\ielen en zij tandenklapperend uit haar balfslapenden
toestand ontwaakte, zocht zij haar slaapkamer op, trok
de oogleden nog half gesloten haar kleeren uit,
en sliep den aan den dood gelijken slaap der grootste
uitputting, totdat Martha met haar harde knokkels op
de deur klopte.
Haar vader zag' zij dan pas den volgenden middag
bij het eten en als zij hem vroeg, wanneer bij thuis
was gekomen, antwoordde hij bijna altijd:
v»J'e kunt- je ternauwernood ter ruste hebben gelegd,
I ille. juist- kon je je kaars hebben uitgeblazen.
Ik zag nog licht bij je."
Om haar niet te storen, zooals hij zeide, trok hij al
tijd bij den ingang zijn laarzen uit. En zij dankte er
hem voor met een vriendelijken handdruk.
Op een Zondagmorgen, toen zij zich bijzonder goed
gevoelde besloot zij 1-elix in alle vroegte op te zoeken.
Er was iets als een voorjaarskoelte in de lucht, wel
ke door de wijdgeopende vensters der Eennstrasse
naar binnen stroomde.
De zon legde zich op de oude meubelen, speelde te
gen den muur en brak in den hoekspiegel pn son bont-
grepen, en door anderen vervormd, beeft ten slotte
een uitwerking gehad, die geheel het tegenovergestelde
is van hetgeen men ervan verwachten mocht. De vij
andigheid in politiek opzicht, die erdoor tegën mij is
ontstaan, heeft niet afgelaten. De verwezenlijking van
de politieke, fiscale, sociale en oecónomische hervor
mingen; die het stoutmoedigste programma bevatte,
dat ooit aan het Parlement is voorgelegd, is er door
onmogelijk geworden.
Een nuttelooze poging, die uitsluitend kan dienen,
om een precair onmachtig leven, in een omgeving van
kuiperijen en hinderlagen en soms ten koste van el
lendige transacties, te handhaven, stuit mij tegen de
horst. De politiek van het ministerie is zegevierend
uit alle botsingen te voorschijn gekomen, zij is echter
in zijn handen in gevaar. Een ander ministerie zal de
noodzakelijko eensgezindheid kunnen herstellen en
dezen arbeid kunnen volbrengen. Daarom heeft dit mi
nisterie besloten, af te treden."
De heer Briand heeft natuurlijk groot gelijk, dat hij
heengaat. Het is voor hem zelfs een bijzonder gunstig
oogenblik. Eensdeels omdat hij gegaan is vóór een
feitelijke nederlaag te lijden, anderdeels omdat het
schier ondoenlijk lijkt hij de politieke verwarring een
ministerie samen te stellen, dat van langen duur kan
zijn de meest zonderlinge combinaties doen dan.ook
thans reeds de ronde.
Het is niet waarschijnlijk, dat Briands opvolger
zijn voorganger zal overtreffen. Veeleer ligt het voor
de hand, dat men na eenigen tijd weer naar den heer
Briand terug verlangen gaat.
Zijn aftreden is, dit lijkt ons de aannemelijkste
voorstelling, een tooneel-aftredenlinker deur af,
rechter deur weer op.
lieden op de boerderij toe te laten, van wie men ver
moeden kan, dat zij de smetstof bij zich dragen, en de
veehoeders tevens te wijzen op de wenschelijkheid,
uat zij bijzondere aandacht wijden aan hun schapen,
daar deze meermalen het eerst door mond- en klauw
zeer worden aangetast en het daarom geraden is,
wanneer deze dieren eenig verdacht verschijnsel, b. v.
kreupelheid, vertoonen, dadelijk den veearts te raad
plegen.
De minister zoude het voorts op prijs stellen, dat,
wanneer tot afmaking van vee moet worden overge
gaan, ter zake van de benoeming van den schatter
overleg worde gepleegd met den districts-veearts.
TABAKBELASTTNG.
Naar aan De Stand, bericht wordt, heeft het wets
ontwerp tot heffing van een debietrechfc op tabak bij
den Raad van State geen bezwaar ontmoet wat d®
zaak zelf aangaat. Wel adviseerde de Raad tot het
aanbrengen van eenige kleine wijzigingen en tot gron
dige herziening, in overleg met het departement van
justitie, van het hoofdstuk behelzende de bepalingen
van strafrechtelijken aard.
HOFBERICHT.
Z. K. II. de Prins heeft het beschermheerschap aan
vaard van het in September te Amsterdam te houden
zevende Internationaal Congres voor verzekeringswe
tenschap.
HOLLANDSCH-BELGISCHE COMMISSIE.
Blijkens de jongste samenstelling der Hollandsch-
Tielg'ische Commissie hebben van Nederland in het
Algemeen Bestuur voor 1911 zitting de heeren: Tyde-
man, lid der Tweede Kamer; jhr. Van Nispen tot Se-
venaer,-- vice-president der Tweede Kamer; Treub, jhr.
1 an Asch van Wijck, leden dier Kamer en jhr. De
Brauw, laatstgenoemde tevens secretaris van het co
mité.
De heer Tydeman zal de 4e bijeenkomst, die te
's-Gravenhage zal gehouden worden, leiden.
MOND- EN KLAUWZEER.
De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel
heeft de Commissarissen der Koningin uitgenoodigd
de aandacht van de veehouders er op te vestigen, dat,
aangezien het motid- en klauwzeer dikwijls wordt
overgebracht door personen, die in aanraking zijn ge
weest met dieren, welke aan die ziekte leden, b. v.
door veehandelaren, het aanbeveling verdient, geen
BUILENPEST OP JAVA?
De correspondent van De, Nieuwe öt. te Batavia
seint:
Te Soerabaja is vermoedelijk builenpest uitgebro
ken. Het bestuur nam krachtige maatregelen.
KITST VERDEDIGING.
De Nederlandsche sociaal-democratische Kamerled-
den, de heeren Troelstra, Vliegen, Schaper, Ter Laan,
Ilugenholtz en Helsdingen, en acht vertegenwoordi
gers der Belgische socialistische Kamergroep, de hee
ren Vandervelde, Anseele, Bertrand, Wouters, Hubin,
Troclet Terwngne en Huysmans, hebben gisteren in
het gebouw der Tweede Kamer te 's-Grnvenhage ver
gaderd, om te beraadslagen over den toestand, in de
heide landen veroorzaakt tengevolge van de plannen
omtrent de verdediging der Schelde.
Na een uitvoerige gedachtenwisseling zijn de. heide
groepen het eens geworden over de volgende punten:
lo. dat de versterkingen, ontworpen te Vlissingen,
van geen belang zijn voor de verdediging van Neder
land;
2o. dat evenmin de zaak van werkelijk belang is
voor de verdediging van Antwerpen;
3o. dat de socialisten alle middelen, waarover zij
beschikken, in 't werk moeten stellen, om een plan te
verijdelen, dat alleen aan derden voordeelig zijn kan
en dat slechts geschikt is, om nieuwe voorwendselen
te leveren voor de verdere ontwikkeling van het mili
tarisme in de beide landen, en in Eui'opa.
Gemengd nienws.
EEN HANDIGE ZAKKENROLLER.
Dat een portemonnaie door een zakkenroller wordt
gemoerd, is niets nieuws, maar dat, zooals Zaterdag
op de markt te Leiden zekeren S. overkwam, de ledige
portemonnaie weder in een zijner zakken terecht
kwam, i9 zeker een staaltje van behendigheid, dat nog
niet vaak is voorgekomen. Het geld' was natuurlijk
door den sluwen dief medegenomen.
gekleurde, vroolijke vuurpijl.
Van de Dankkerk aan de Wedding drong het geluid
der kerkklokken door. En in de benedenverdieping
werd vierhandig met ongeoefende vingers een ouver
ture van Weber gespeeld.
De ouverturen van Weber behoorden nu eenmaal
bij den Zondagmorgen in de FVnstrasse, evenals de bij
na een uur durende wandeling van den ouden Frank
in sneeuwwitte hemdsmouwen van den eenen hoek dei-
woonkamer naar den andere.
,,U zult verkouden worden, papa," zei Tille, terwijl
zij de ramen sloot.
Daarna ging zij voor den spiegel staan en zette een
zwart fluweelen kapothoed op, welken zij eenige dagen
geleden bij de modiste op den hoek had gekocht.
Frank keek zijn dochter onderzoekend aan
„Gij ziet er nu precies als een dame uit, Tille."
Hij knikte voldaan.
„Ge ziet .er heel voornaam uit. Dat heb je toch van
mij, 1 ille, je dierbare moeder was heel eenvoudig aan
gelegd. Wat zou het ook, kind, in haar geboorteplaats
is nog nooit een modedame groot geworden."
Ottilie lachte goed geluimd. „Nu, papa, ik weet
niet of ik juist talent heb voor een modedame!" Bij
Paul word ik daarover altijd duchtig' onderhanden ge
nomen 1"
ïTank liep om zijn dochter heen en hielp haar met
haar pelerine uit zwarte mantelstof met grof, breed
soutache geboord.
„Stil maar, mijn kind, stil maar. Echte voornaam
heid verloochent zich nooit.
„Wat heb je hiervoor betaald, Tille?"
„Vijftig mark."
„Duur, mijn kind! Duur! Je moet altijd eerst met
mij overleggen. Ik had je zooiets veel goedkooper
kunnen bezorgen, veel goedkooper. Maar natuurlijk,
aan vader wordt nooit iets gevraagd."
Met goedhartig, afkeurend hoofdschudden trok hij
aan Ottilies mantel. „Wacht een oogenblik", zei hij
eensklaps, terwijl zij de zwarte handschoenen aantrok.
Hij verdween een kort oogenblik in zijn kamer. Ot
tilie hoorde hoe hij de lade eener commode opentrok
DE VLUCHTELINGEN TERUG.
De beidé knapen die einde vorige week uit het Rijks
Opvoedingsgesticht te Leiden waren gevlucht, zijn we
der gevat en naar het gesticht teruggebracht.
EEN SCHEEPSRAMP.
Van Terschelling werd gisteren gemeld dat er in de
en druk bezig was met allerhande doozen. Daarna
sloot hij ze weer en bracht een glinsterenden armband
mede.
„Kijk eens, Tille, dat staat voornaam. Een heel
smalle gouden band, en slechts drie kleine, blauwe
steentjes in het midden. He? Kom, mijn kind, geef
me je hand eens. Neen, maar dat past prachtig!"
Ottilie keek werktuigelijk naar den gouden band.
„Hoe komt u hier aan, papa?"
Frank lachte zacht bij zich zelf: „Niet waar, Tille,
piekfijn? Ja.... je oude vader heeft smaak. Nu,
mijn kind.... zet geen groote oogen op. Natuurlijk
is de armband niet echt. Maar bedriegelijk, wat?
Houd hem maar aan, Tille, ik verheug er mij in, hoe
fijn, je er uitziet!"
Hij drong haar zacht de deur uit en keek haar na,
totdat zij bij de kromming der trap uit zijn oog ver
dween.
Op straat maakte Ottilie den armband los, bekeek
hem van alle kanten, schudde het hoofd en stak hem
i ii haar zak.
Wat dat nu weer een idee van vader was!.
Juffrouw Jonas deed zelf de deur open, toen Ottilie
zacht aanbelde.
„Is mijn broer, mijnheer Frank, nog thuis?"
..Mijnheer Frank slaapt nog", zei juffrouw Jonas.
„Maar als u in mijn kamer wilt wachten, mevrouw."
„Ik heet 'juffrouw Frank.
„Ik vraag excuus.
Juffrouw Jonas ging haar voor naar de woonkamer
en verzocht haar op de sofa te gaan zitten. „Ik meen
de, dat de juffrouw de moeder was, neem mij niet
kwalijk?"
„Bijna is het zoo", zei Ottilie en keek naar een hoop
zeer elegant heerenwaschgoed, dat in een opengesla
gen mangeldoek op de tafel lag.
„U moet niet naar de wanorde zien, maar de waseli-
vrouw brengt de wasch altijd Zondagmorgen en dan
kijk ik dadelijk na of er nog- wat aan hapert. Mijn
heer is zeer eigen geworden."
Eigen geworden!. Dat zeide veel.
ÊÜiü&'J^ib. (Wordt vervolgd).