mr ()i i)T \lkm7vkh is door het aanbrengen van Turtmolm thans geheel droog. HET BESTUUR. eereponniug nog lange jaren door den gedecoreerde mocht gedragen worden met genoegen en met eere. De heer Met te Heer-Hugowaard verklaarde niet. ge aarzeld te hebben het hem aangeboden eerelidmaat schap te aanvaarden. Hij betuigde zijn dank voor de hem hiermede aangeboden eer en uitte ook zijn beste wenschen voor den verderen bloei der vereeniging. Vervolgens werd er nog menig hartölijk woord ge wijd, allen getuigende van de goede sympathie die men jegens de feestvierende vereeniging en haar bestuur gevoelt. Het officieele gedeelte van het feest was hiermede voor dezen avond afgeloopen en. de regen begon weer te vallen, eerst langzaam, maar spoedig in dier mate dat ieder een goed heenkomen zocht, hetzij in nieuw hetzij in de gebouwen op Oudt Alkmaer. Tot ongeveer 12 uur duurde het toen de laatste be zoekers heengingen en om één uur was de wind al weer zoo hevig dat enkele winkels moesten worden on derstut. Kerkelijke Herdenking. In de Kapelkerk werd Zondagmorgen, 8 October, Alkmanr's Ontzet herdacht. Eén groote schare vul de het kerkgebouw, dat daardoor een recht feestelijk aanzien had. Ds. Vinke begon met te herinneren aan de roemrijke daden van het verleden en wees er met een enkel woord op, wat de ontzetvereeniging in de laatste ja ren had gedaan. Verder wilde hij een waarschuwend woord doen hooren tot hen,'die wèl feestvieren, maar zoo ras Gods groote werken in de geschiedenis verge ten. Hij koos daartoe Ps. 106:12b, 13e tot tekst. In het vervolg der prediking werden Israël en Ne derland, Mozes en Willem de Zwijger met elkander vergeleken en aangetoond, hoe het geloof der vaderen de kracht van ons volk is geweest. Met het zingen van gezang 90 werd deze kerkelijke herdfenking geëindigd. Zondag op Oiult Alkmaer. Gisteren werden er op Oüdt-Alkmaer turnwedstrij- den gehouden, welke veel belangstelling trokken. De hoofdleider, de heer F. W. J. Lambert, opende de wedstrijden. In de pauze zong de gemengde zang- vt-reeniging „Nieuw-Leven" eenige schoone zangnum mers, welke het verdiende succes behaalden. 's Avonds werden de prijzen uitgereikt, nadat de voorzitter van Turnlust, de heer Stavenruiter, een kort woord van dank had gesproken aan allen, die hun steun aan deze wedstrijden hadden verleend. De prijzen, bestaande uit fraaie medailles, werden toegekend als volgt Wedstrijd He graad-Vrije Oefeningen, heeren, le pr. „Willem v. Oranje," Hoorn. 2e pr. „Kracht door Oefe ning", Nieuwendam. 3e pr. „Kracht door Oefening", Ilpendam. 4e pr. „Oefening kweekt Kunst", Helder. 5e pr. „Voorwaarts", Koedijk en „Uitspanning door inspanning,'' Hensbroek. Wedstrijd le graad Staafoefeningen, heeren. le pr. „Door Oefening Ontwikkeling", Utrecht. 2e pr. Ba te, Haarlem. Stokoefeningen, damesafdeelingen. le pr. „Allebé", Hoorn. 2e pr. „Kracht door Oefening," Nieuwendam. 3e pr. „Hébe, Wormerveer. Eereprijs „Carna", Zaan dam. Wedstrijd Knotsoefeningen Dames, le pr. „Carna," Zaandam. Wedstrijd Vrije Oefeningen le graad, heeren. Je pr. „Concordia," Zaandam. 2e pr. „Door Oefening Ont wikkeling", Utrecht, tevens eereprijs door; 't grootst aantal punten in 2 wedstrijden. Personeele prijs de heer Stuivenburg, lid van „Door Oefening Ontwikkeling" te Utrecht. Oudt-Alkmaar is dan toch, ondanks allen tegenspoed een aardige omlijsting van het Floris van Teylingen- feest geworden. Zoo tegen het schemeren als de gevels tegen den achtergrond der boomen en tegen de donkere luchten beginnen te vervagen, als de melkboer bij zijn klantjes rondgaat en de bakker op zijn hoorn den volke verkon digt, dat hij weer warme bollen heeft, als de kaarsen bij den goudt- ende silversmidt een mystiek licht met tallooze glinsters werpen op de zilveren schat, dan doet het stadsplein het wel bijzonder mooi. Maar ook bij het brutale licht der electrische booglampen op het terrein en de zachte verlichting der onderhuisjes wordt men aangenaam getroffen door dit historisch kijkspel. Ziet daar dien palingman, zwierig den breedgeran- den hoed op zijn mooien kop, die in zijn fluweelen pak met witten kraag en lubben, breed uitstaande in den deurpost van zijn winkel staat, alsof hij zooeven een oud-Hollandsch meester tot model had gediend. Gluur eens in het huis, waar de hoorn niet te vergeefs tot koopen van warme spijzen lokt, bewonder daarnevens de pronkstukken van hoofddeksels uit den verleden tijd, die bewijzen dat de mode ook vroeger wel eens dwaas was. Maar wat is dat - gejoel, een opstootje? Daar brengen zoowaar kleurige hellebardiers iemand in het huis van Teijlingen. Mocht U strakjes eenzelfde let treffen -niemand is veilig, zelfs geen majoor der Rijksveldwacht, zelfs geen burgemeester -gaat dan gewillig mee en strek U niet, als die onwillige buiten man strakjes deed, lang uit op het niet bijster schoon terrein. Zijt. ghij beschaemd, aj houd, doch u kleur! Men brengt U slechts op het - tijdelijk daarvoor ge bruikte stadhuis en ■Ie zult daar niet t' onpas komen, Want siet, sij seheeren, Daer ien hielen dagh de Burgers de Koopluy en de Heeren. Ge hebt er „de ghelden van het gecoehte poorters- sehap zegghe twee stuyvers aan den ghesworene clerc ter Secretarye" te betalen, in tegenwoordigheid van president-schepen met zijn griffier en thesaurier. En ge kunt tevens 's burgemeesters woning van bin nen bekijken met de antieke stoelen, tafels, aardewerk en de oorspronkelijke teekeningen van Crescent van Berger- en Heilooër poort. Zulk een klein intermezzo breekt de ommegang. Maar we moeten verder. Hebt ge een goede morspenning wel loop. dan die kleine bloemenmeisjes niet voorbij. Ze wonen naast dien winkel, waar voor een kleine twintigduizend gulden moet zijn uitgestald, waar we de Eriesche poort in zil ver zien uitgebeeld en waar we niet weten wat we wel het meest moeten bewonderen het smaakvolle inte rieur of de uitgestalde schatten. Bylo! Het oud-Hol- landsche gebak, de wafelen en poffertjes, prikkelen in de buurt van de Waterpoort den neus. Maar wat nu de dame met haar oud-Hollandschen naam, dien we reeds in de middeleeuwsche dierenepos ontmoe ten, laat haar personeel in twintigste eeuwsche kleedij rondwandelen? Is ze daarom met- haar trawanten in liet zakkenhuis geplaatst? En zou ze zich voor mor gen willen beteren? Ineens ontdekt ge, waar al die pijpjes vandaan ko men, die de poorters zoo genoeglijk loopen te rooken -uit het hoekhuis natuurlijk, waar men ook speciale sigarenmerken ten verkoop aanbiedt Voorbij een win keltje met het meest- moderne artikel dat elk jaar alle landen den postdienst schatten inbrengt er zijn heele mooie prentbriefkaarten komen we in een champagnebar. Noyt schoonder vrouwspersonen de blonde son bescheen, so welgesteld van leên, so vriende lijk van reden al te vriendelijk zelfs! We mogen hier binnentreden als we willen, maar in het- volgende huis na de Scherm er poort geeft zelfs de perskaart geen toegang de dameskleedkamer is daar gevestigd. In de buurt staan groepjes poorters te praten hoe lust het steetse volck een praetje bij de straet! Het stoort zich. niet aan „de zoete rust," waar men, naar het opschrift zegt, te kust en to keur kan gaan „om sagt te sleepen." Ik, zegt.de eigenaar, Ik lever U voor weinigh geit Mits als gij mij dadlijk telt Het beste dat Ge sagt kan smaken. Kijk echter wel uit en val niet tegen dien hoog-def- tigen velocipede uit het jaar 1861 aan, die als uit hangbord dient van de nieuwe rijwielen en naaimachi nes, welke in den volgenden winkel zijn uitgestald. Zijt ge begeerig hier, in het verleden, de toekomst te loeren kennen? Een waarzegster biedt U daarvoor gelegenheid. Maar meer trekt waarschijnlijk uw aandacht de winkel met botter en kaes, waar het zoo propertjes is en, waar men zulk een aardig interieur heeft gemaakt. Groot, ruim en frisch, maar niet koud is het iu de Taveerne, naast de Boompoort, waar eenighe schenk- nadjen vlug wordt gebracht als ge er maar om denkt dat de Drankwet ook in -Oudt-Alkmaer van kracht is! Op een aardig tooneeltje worden hier voor stellingen gegeven. Lang toeven kunnen we niet het. vendel gaat defileeren. De pieken steken hoog boven de hoofden uit, harnassen blinken en de gewe ren schitteren in het electrische licht, terwijl de trom petten tusschen de gevels schallen of de trom zijn dof fen rommel echoën laat. Als we genoeg commando's gehoord en uitgevoerd gezien hebben, gaan we de wandeling weer beginnen bij een aan de Nieuwlanderpoort gelegen oud-Holland- schen snoepwinkel, waaraan de naam verbonden is, dien men in het niet precies onberispelijk feestpi'ogram zoo vaak ziet afgedrukt. Koffie, thee en suiker kan men daarnevens inslaan. Dan komt het openluchttoo- neel, waar men Adam natuurlijk niet in ballingschap laat gaan, maar waar men het publiek aangenaam be zighoudt en waar door een imitateur zelfs zeer ver dienstelijk wijlen den heer C. Booy, die slechts kort eerevoorzitter mocht zijn, wordt voorgesteld. Een speelgoedwinkel begrenst aan den anderen kant het tooneel en deze wordt opgevolgd door „de Zevenster" een theehuis, dat de herinnering opwekt aan den krui denierswinkel van den heer Polandt, vader van den be roemden generaal Toontje Polandt, die met een Indi sche prinses trouwde. De kleindochter van dezen ge neraal is de echtgenoote van den man, die in dit thee huis woont, Peene en Ooft om yit de vyist te eten en gestoofd zijn in den winkel te verkrijgen, die aan het stadhuis grenst. Het stadhuis is nog niet geheel gereed wat dc jongelui die graag trouwen wilden, bijster spijtig vonden. Zondagavond hadden de pruikenmakers er hun werkplaats opgeslagen. De brandweer is er ach ter gevestigd. In de buurt kan men ook een chocolade winkel vinden. Cakewalk, theatre des Variétés, ballenwerptent, schommelschuitjes, caroussel en andere kermisverma kelijkheden volgen. Oud-Holland vinden we weer te rug in een sigaren- en een nougatwinkel ,in een slag*e- rij, waarin als. zinnebeeld van oud-Hollandschen eetlust een heele koe hangt, of liever hing, in die drie dolfij nen, welke door den wind meegesleurd zijn, zoodat- dit wijn- en bierhuis slechts bij overlevering- zoo heet. Dan komen we bij de Kazerne en naderen de Erie- sche Poort. Maar waarom nu reeds weer te vertrekken? Er heerscht nog feestvreugde, de honderden poor ters en de poorteressen in hun schilderachtige kleedij met de duizenden genoodigden, die misschien ook wel graag eens zoo'n pakje zouden willen dragen, schijnen ons Starters woorden toe te roepen: Laet ons wat lacehen, wat mallen, wat deunen, Singhen en springhen, ja maecken een klanek. Datter het veld begint van te dreunen, Hey, hey, wie weet wanneer het ghebeurd, Dat men 't gezelschap, dus 't samen bespeurd.... (Starter). D© Keveille. Van morgen begon de herdenking van het 50-jarig bestaan der Alkmaarsche Ontzetvereeniging met de traditioneels reveille. De geheele reveille die hetzelf de verloop had als de vorige keeren, ook wat betreft het onthaal der kleinen bij den Burgemeester en de ovatie gebracht aan het eerelid der vereeniging den heer C. W. Bruinvis was een waar succes voor de vereeniging, maar niet minder voor den heer Maas. Tentoonstelling van voorwerpen e gedenk- stokken betrekkelijk bet beleg van Alkmaar in 157S. Om tien uur van morgen werd in het Stedelijk Museum bovenstaande tentoonstelling geopend en al spoedig stroomden de bezoekers binnen. Zij vonden er tal van voorwerpen, schilderijen, platen, teekeningen en handschriftendank zij de goede zorgen van den Heer Bruinvis, netjes gerangschikt en met behulp van een catalogus, waarin mej. Bruining een historische in leiding schreef, gemakkelijk te vinden. Aardig was het waar te nomen, dat er vele ouderen waren, die de jongeren onderrichten en ook grooteren belangstellend om zich verzameld zagen. Daar de heer Bruinvis van een openlijke hulde-be- tuiging niet wilde weten, sprak de heer F. H Ringers, namens de Ontzetvereeniging, in klein gezelschap, waar onder ook de burgemeester zich bevond, onzen archi varis met eenige vriendelijke woorden toe. Hij dankte hem hartelijk voor de betoonde medewerking, stipte eventjes het vele aan, dat de heer Bruinvis voor de kennis der historie dezer stad heeft gedaan en sprak den wensch uit, dat de heer Bruinvis nog vele jaren werkzaam zal mogen zijn, omdat Alkmaar dan een archivaris heeft, die altijd bereid is, wanneer er op zijn medewerking een beroep wordt gedaan, die ten allen tijde met de meeste voorkomendheid iedereen, die iets van Alkmaars rijke historie wenscht te weten, te woord staat en inlichtingen verschaft. Ook aan mej. Bruining werd door den voorzitter den dank der vereeniging vertolkt. De heer Bruinvis bedankte voor de tot hem gespro ken woorden en verklaarde, dat hij, wanneer het hem gegeven mocht zijn, zich nog gaarne ter beschikking van de vereeniging zou stellen. Huldiging bij het Victorleheeld. Ook bij de jaarlijksche plechtigheid bij het Victorie beeld was bijzonder veel publiek aanwezig, waar we o. m. opmerkten den Burgemeester en Secretaris dezer gemeente, de heer C. W. Bruinvis, eere lie der ve-- eeniging, de directeur der Cadettenschool de heer Gre- vinck, benevens een twintigtal cadetten. Na het traditioneels gezang der schoolkinderen werd onder daverend hoerageroep en applaus een fraaie krans aan het beeld gehangen. De heer F. H. Ringers, voorzitter der Alkmaarsche Ontzetvereeniging, hield toen een rede, welke in hoofd zaak aldus luidde Welk een heerlijk oogenblik was het aan den mor gen van de: en dag, toen weder onze driekleur uitwoei van den tor..u onzer aloude öroote kerk, en daar hoog in de lucht, stad en omtrek verkondigde, dat Alkmaar weder hoogtij viert! Ons hart werd verblijd door het gezang en gejubel der kinderstoet, welke door onze straten trok, om ook de meest onverschillige te vertel len, dat het feestdag was, om ook die onverschilligen een blik te doen slaan op die driekleur, die God lof nog hare banen kan ontplooien, die ons telkens weder zegt, dat wij een vrij volk zijn, met eigen taal, eigen gewoonten, eigen zeden en, waai' ook zelfs een enkele het oranje aan die vlag verbindt, ons doet zien, dat Nederland en Oranje nog steeds één zijn en wij genie ten van de vrijheid met zooveel bloed en tranen ge kocht op de plaats waar wij ons thans bevinden. Doch een dubbelen feestdag vieren wij heden er is een tijd geweest dat Nederland zijne Geschiedenis vergat, dat onder de leuze vrijheid te genieten. Hollands vlag ter neder werd getrokken en het volk dansende om eene zoogenaamden Vrijheidsboom, zich overgaf aan vreemden invloed en geknecht werd door den vreemden overheerscher. Toen klonk er geen gejubel als vroeger langs de straten op den 8 October dag, en wij begrijpen dat met weemoedigen ernst, een goed Vaderlander in het jaar 1860 moest zeggen „sedert het jaar 1800 is de Ontzetdag niet meer gevierd," doch bij wilde daarmede zijne vrienden opwekken dezen dag weer in eere te herstellen. Die vrienden het waren leden van het departement Alkmaar van de maat schappij tot nut van het algemeen, die waar zij door hunne vereeniging zoo veel goeds voor de Burgerij be oogden, ook oog hadden voor de Geschiedenis van het Vaderland, doch van huis uit beginnende voor hunne vaderstad zij sloegen de hand aan den ploeg, om de voren te trekken, waarin het zaad werd gezaaid. Het ontkiemende zou doen geboren worden eene Vereeni ging, welke als hoogste doel zou beschouwen, de ge schiedenis van Alkmaar, alom bekend te maken en jaarlijks te herdenken wat groote daden het voorge slacht in dit kleine stedeke had gewrocht. Met dank baarheid herdenken wij die mannen, welke in 1801 be sloten de vereeniging tot viering van den Ontzetdag op te richten. Was dit een gemakkelijke taak? Neen, want veel hadden zij te bestrijden, aan de eene zijde onverschilligheid, ter andere degenen die het beter vonden, die geschiedenis maar te laten rusten, omdat niet allen ze wilden verstaan, zooals ze geboekstaafd is. Als bewijs daarvan diene dat toen door hen aan het Gemeentebestuur werd gevraagd, om bij de eerste feestviering, weder als van ouds de driekleur op de toren te zetten en het carrillon te laten bespelen, zulks geweigerd werd. Toen toonden die mannen iets te hebben overgehouden van de volharding der voorvade ren, wat zij voor goed en heilig hielden, moest ge schieden, en ondanks veler tegenstand hebben zij hun doel bereikt. Zij hebben gearbeid, en nu na 50 jaren rest, het ons hulde daarvoor te brengen, en waar wij de erfenis hebben aanvaard moeten wij deze ook bewaren, moeten we voortbouwen op het fundament door hen gelegd ep qp eiken 8 October dag Qpd pn Jong' Ne derland herinneren aan de verplichting-, om in hunne voetstappen te treden. De vereeniging viert haar gouden feest, doch is het voor iemand een jubilé, dan zeker voor U geachte heer Bruinvis, waar gij met Mr. W. v, d. Kaaij, het- voor recht, hebt, deze dag te beleven, aan U een woord van dank voor alles wat gij aan de Vereeniging hebt gedaan. Nog op hoogei\ ouderdom draagt gij de ver eeniging een warm hart toe, doch daarin ook ITw va derstad, welke, wij weten het, gij zoo lief hebt. Met Mr. v. d. Kaaij, Dr. de Gelder, Masdorp en anderen hebt gij door woord en geschrift het Uwe er toe hij- gedragen, dat ook anderen opgewekt werden tot den arbeid ik denk aan onzen onvergetelijke stadgenoot Hofdijk, die, goed Nederlander, voor alles zich goed Alkmaarder betoonde. Onze geschiedenis te boek stellende, ons goed recht ter feestviering bepleitende, zorgde hij tevens dat de Rederijkerskamer Bilderdijk, de geschiedenis van Alkmaar's beleg in beelden den volke kon vertoonen. De Nederlandsche Geschiedenis en de Rederijkers waren steeds nauw verbonden, waar de laatsten in de middeneeuwen de voorloopers waren voor de uiting der vrije gedachten, en in beelden weergaven de on deugden en gebreken van hunnen tijd, nu mochten zij medewerken om van Alkmaar hare geschiedenis weder te doen kennen. Een halve eeuw ligt sedert achter ons, eiseh niet van mij dat ik van af deze plaats de gansche geschiedenis der Vereeniging behandel, doch eenige zaken wil ik noemen. Waar reeds in 1860 door Dr. J, J. de Gelder den wensch werd uitgesproken, een maal op deze plaats een gedenkteeken voor den moed der vaderen hier te stichten, mocht hij zijn wensch vervuld zien toen in 1873 de sluitsteen aan de fundee ring van dit gedenkteeken door Z. M. Willem ITI werd gelegd en het standbeeld in 1876 met groote feestelijk heid werd onthuld. Vrijwillig stond het gemeentebe stuur den grond daarvoor af, opdat nimmer de plaats zoude worden vergeten, waar op 18 September 1573 de felste strijd werd gestreden. Bezoek museum en ten toonstelling en sla het oog op het indrukwekkende schilderstuk, hetwelk de worsteling op de wallen voor stelt, zie mannen, vrouwen en kinderen in de bres strijdende te'gen den overmoediger! vijand en breng hulde aan den schilder voor zijn talent en de Ontzet vereeniging voor hetgeen zij gedaan heeft, om te zor gen dat dit schilderstuk, eigendom der gemeente werd en bewaard om oud en jong- altijd weder dien hangen tijd voor de oogen te stellen. Vèr strekten hunne ge dachten heen, opdat het Alcmaria Victrix bekend zou de zijn in verre streken, gaf de Vereeniging eene vlag met dien naam ten geschenke aan het schip, hetwelk hier gebouwd door den heer van der Drift met dien naam was genoemd. Door de mannen van '61 werd de liefde voor stad en lande ook bij' anderen opgewekt, meerdere vereenigingen werden opgericht, doch zijn sedert geheel of bijna verdwenen. Slechts de vereeni ging Floris van Teylingen viert met ons haar gouden feest en ook zij doet alles wat in haar vermogen is, zij dan ook op hare wijze, het feest luisterrijk te vieren. Morgen zal in goede vriendschap de zustervereeniging het hare bijdragen, om in den historischen optocht, voor te stellen eene groep van het toenmalige stadsbe stuur, door hen uitverkoren, omdat hare vereeniging den naam draagt van den kloeken burgemeester, wiens woorden: „met den Prins wil ik leven en sterven", den burgeren moed gaf om den vijand te weerstaan. Niet altijd was de geestdrift even groot, er zijn tij den van verslapping gekomen, doch wij weten, dat in de afgeloopen 50 jaren op eiken 8 Octoberdag- teeken van leven is gegeven, zij het dan soms op een zeer be scheiden wijze, de vlag wapperde, het carillon werd be speeld, een enkele maal een vaderlandsch stuk ten too- neele gevoerd. Nog niet is overwonnen de strijd der meeningen, met genoegen kunnen wij echter zien, dat de 3 Octo berdag te Leiden meer gemeenschappelijk wordt ge vierd. Mocht onze gansche burgerij eens begrijpen, dat de geschiedenis van Leiden ook die van Alkmaar is, dan zal het beter worden! Verblijden wij ons thans, dat de Vereeniging nog staat en zulke ondubbelzinni ge bewijzen van mede-leven ontvangt, waar bijna de gansche burgerij met. ons feest viert. Het Dagelijksch Bestuur onzen dank voor de mede werking, ook thans weder ontvangen. Ook u heeren onderwijzers, dank dat ge mede hebt willen werken, door de kinderen de nationale en stadsliederen te leeren zingen het lied dat inwerkt op het kinderhart en door het geheele leven niet losgelaten kan worden, en liefde inboezemt voor Vorstenhuis en Vaderland. Daartoe hebt ook gij medegewerkt, heer Maas, waar gij met-uw kennis der muziek ons ter zijde stond. Me de-bestuurders, feestcommissiën, viert blijde feest de zen dag, maar bedenk, wij moeten vooruit! Uw oud voorzitter dr. Wicherinck, zingt het u toe in zijn schoon gedicht, dat getoonzet door den heer Ooushoorn zoo aanstonds zal weerklinken door de gewelven onzer trotsehe kerk: „Herontwaking voor Jong Nederland", dat moet zijne geschiedenis kennen, dat moet ze hoog houden om krachtig te staan als de strijd tot haar komt, de strijd welke misschien gevoerd zal worden, als een geest van laat-maar-gaan, als voor '60, weder tracht de overhand te krijgen de strijd welke nog steeds gestreden moet worden, als vreemde machten opkomen, om van onze geschiedenis datgene weg te nemen, wat onze. vaderen ons brachten, de vrijheid van denken de vrijheid als zelfstandig mensch daarheen te gaan. Begin met eigen taal hoog te houden en vergeet niet wat hier te Alkmaar gebeurde; toen de mare kwam dat de gansche stad door den vijand was ingesloten, ging er eene schrik door die kleine burgers en soldaten. Zij spoedden zich naar het kerkgebouw, een noodpsalm werd biddend opgezongen, tot hulp aan Hem, van wien zij alleen hülp verwachten en toen ge sterkt naar de wallen en allen gorden zich aan, man aan man, ook degenen die niet met de anderen had den kunen opgaan, doch nu eendrachtig den vijand het hoofd boden. Mocht ooit de strijd komen, am ons volksbestaan tc behouden, dat wij dan even eendrach tig de troon moge omringen van Haar die ons regeert, opdat de band tusschen Nederland en Oranje niet worde verbroken en dat ook dan die van Alkmaar mQ- gen roepen: „Van Alkmaar de Victorie, wij Wells oh en dat de driekleur vrij uit over onze hoofden zal wappe ren." Nadat de woorden den heer Ringers met applaus waren begroet, trad de heer P. M. de Wolf, leeraar aan de Cadettenschool naar voren en overhandigde de Ontzetvereeniging namens de afdeeling Alkmaar van het Nederlandsch verbond een fraaie krans, daarbij verklarende dat deze aanbieding een tweeledige betee- kenis had, ten eerste was zij een huldebetuiging aan den heer F. H. Ringers en ten tweede een huldebetui ging aan de Ontzetvereeniging, met welker werken het^Nederlandsch verbond ten zeerste sympathiseert. Verder sprak de heer de Wolf de hoop uit, dat de Alkmaarsche Ontzetvereeniging nog lang zal mogen bloeien en dat de heer Ringers er nog vele jaren ge tuige van zal mogen zijn. Toen ook deze krans aan den arm van hot beeld was gehecht, werd als een dankbetuiging een hartelijk bra vo aangeheven. Eenige volksliederen werden nog door de kinderen gezongen en ten slotte werd op verzoek van enkelen door al de aanwezigen het eerste couplet van het oude Wilhelmus gezongen, hetwelk bij deze plechtigheid, die hiermede een einde nam, een ernstigen indruk maakte. Het teestcoucert, Reeds lang voor den aanvang stroomde het groote kerkgebouw vol -wel een bewijs, dat het feestconcert, waarbij ruim 300 dames en heeren de cantate „Her- ontwaking" ten gehoore bracht, gedicht door den heer dr. J. W. Wicherink, getoonzet en gedirigeerd dooi den heer J. Henri Oushoorn, en waarhij de heeren Bram v. d. Stap, concertzanger te Delft en L. Robert, organist te LIaarlem, als solisten optraden, wederom een aantrekkelijk nummer van het feestprogram is. Woensdag komen we op het concert nader terug we moeten nu ons verslag wel eindigen. HET KONING WILLEM HUIS. Ook hier heerschte feestvreugde. De Julianakapel. onder leiding van mevrouw en deu heer de Groot trad hier op en met veel succes. Niet alleen was de zaal steeds zoo goed' als geheel bezet, maar het publiek was zeer dankbaar, vooral wan neer de sopraan-zangeres, mej. Currie Maris, optrad. IN DILIGENTIA. In Diligentia is het vroolijke rad tijdens de feestda gen in volle werking en wel tot groot vermaak der „raddraaiers", die op het langzaam beginnende doch steeds een vlugger tempo draaiend rad draaien tot zoolang dat zij er af worden geslingerd zonder zich evenwel pijn te doen. De groote machine voor Diligentia, de niet minder groote constructie der inrichting bewijzen wel dat de heer Harp wat durft ondernemen om het publiek bij feestdagen aangenaam te maken. (O ngecorrigeerd EEN POLITIEVERZOEK. De Commissie van Politie te Alkmaar verzoekt be kend te worden gemaakt met den eigenaar van 4 ko teren gewichten (een van 5 Hectogram, een van 2 H.G., een van 1 H G. en een van 5 D.G.), welke ge wichten aan het politiebureau berusten en vermoedelijk zijn ontvreemd uit een winkel alhier omstreeks 20 September j.l. TE WATER. Het 7-jarig zoontje van den heer I. Prins Az. ge raakte heden bij de herdenking bij het monument te water en werd door een landbouwer uit de omgeving gelukkig weder op het droge gebracht. LEVERING LIJNKOEKEN. De levering van ruim 100.000 stuks lijnzaadkoeken door de Onderlinge Vereeniging alhier, is opgedragen aan de Emm. dampfoel Fabriek te Deventer voor f 12.55 104 st. (kilogram). AGENDA. Zangvereeniging Toonkunst. Dinsdag geen repetitie. Laatste Berichten. MOORD. ROTTERDAM, 9 October. Bij een twist, heden nacht te Katendrecht, bracht de bootwerker Hoogen- 0ijk den roeier Kleyweg een steek in den buik toe en diens meisje een steek in de zijde. De stuurman en de stoker van het Efigelsche stoomschip Pathenic wilden den geweldenaar grijpen, maar de stuurman kreeg een steek in de borst en viel dood neer. De stoker kreeg een snede over den arm. Twee geneesheeren verleen den hulp. Kleyweg is naar het ziekenhuis gebracht. Het lijk van den stuurman is naar de begraafplaats gebracht. De moordenaar is in zijn woning gearres teerd. TELEGRAFISCH WEERBERICHT. 9 October. Medegedeeld door het Koninklijk Nederlamdswh Meteorologisch Instituut te De Bilt-, OVERZICHT. (Geldig tot den avond van den 10 Oct.) In het gebied van de waarneming is de hoogste be kende stand van den barometer 774.9 te Stornoway. De laagste stand van den barometer 748.8 te Ha- paranda. VERWACHTING. Zwakke tot matige noordoostelijke later toenemende noordelijke tot noordwestelijken wind, meest zwaar bewolkt, waarschijnlijk regenbuien, iets koeler. NEERSLAG te Alkmaar 8 October 22.4 mM,

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1911 | | pagina 2