DAGBLAD VOOR ALKMAAR EN OMSTREKEN. Honderd en dertiende Jaargang, 1911 WOENSDAG 6 DECEMBER. ENGELSCHE BRIEVEN. Musketiera. INNENLAND No. 287 Deze Courant wordt eiken avond, behalve op Zon- en Feestdagen, uitgegeven. Abonnementsprijs per 3 maanden voor Alkmaar f0,80; franco door het geheele Rijk f 1, Afzonderlijke nummers 3 Cents. Prijs der gewone advertentiën Per regel f 0,10. Bij groote contracten rabat. Oroote letters naar plaatsruimte. Brieven franco aan de N. V. Boek- en Handelsdrukkerij v/h. HERMs. COSTER ZOON, Voordam C 9. De Telefoonnummer 3. ALKMAARSCHE COURANT. SfiiAVi£i LONDEN, 4 December. Loaden gaat zij'U gang. Of de stembus-amazones glazen ingooien en dienders krabben, of Rusland Per- zië bezet, of liet Lagerhuis wetten aanneemt, die vol gens den een de natie rijk en gelukkig en volgens den ander arm en ellendig zullen maken, het doet er alle maal niets toe: Londen gaat zijn gang. Wie door de straten flaneert, door de winkelstraten namelijk, ziet overal duidelijk, dat het Kerstfeest na dert en, nu het gevaar voor een algemeene spoorweg*- staking- in de kerstweek zoo goed1 als geweken is, ver heugt men zich met onbezorgxl gemoed in al de genoe gens bals, soirees, diners, enz. die het nationale feest voorafgaan, vergezellen en volgen. Vooral voor de winkelbedienden zullen de Kerstda gen zelve welverdiende rust brengen. Niet alleen is het in alle winkels zeer druk door de vele klanten, doch het aanhoudend veranderen der étalages in de winkelkasten maakt extra-werk noodig. In gewone tijden wordt in de groote winkels eenmaal 's weeks elke étalage-kast opnieuw uitgestald, doch nu gebeurt het drie, zelfs soms viermaal iu de week; en als de „suffragettes" voortgaan winkelruiten in te gooien, naai- haar aanvoerste, Christabel Pankliurst,- wenscht, dan wordt het nog- drukker. Nu valt van 't jaar de eerste Kerstdag op Maandag en zoodoende heeft men al vast 3 vrije dagen. Doch, naar men weet, heeft men hier ook nog- elke week in alle bedrijven een halven vrijen dag-, op Woensdag, Donderdag of Zaterdagmiddag, van 12 of 1 uur af. Die komt er dus bij. En waar hij op Woensdag' of Donderdag- valt, zooals in de meeste voorsteden en buitenwijken, daar blijven de winkels weliswaar Za terdag voor Kerstmis tot 's avonds laa.t open, doch ze blijven dén ook tot Donderdagmorgen na Kerstmis dicht. In de 'it.y en over het algemeen in de en-gros zaken sluit men Vrijdagsavonds vóór en begint weer Woens dag na Kerstmis. Ieder heeft dus tijd en gelegenheid tot uitrusten en kan zich amuseeren naar hartelust. Ook in andere opzichten gaat Londen zijn gang: ik bedoel onder anderen met het bouwen van hotels. Er komt er nu weef een aan Regent Street, dat ook door Sir Joseph Lyons, den man van' 't bekende „Ly ons' Pop.," zal worden geëxploiteerd. Hij zal dit doen in denzelfden geest waarin hij het Strand Palaee Ho tel drijft: goedkoop, goed, comfortabel en.fooi loos. Doch dit nieuwe hotel wordt, veel grooter, ik ge loof zelfs, dat het '1 grootste wordt in Europa, want het zal niet minder dan duizend kamers bevatten. Het schijnt een heele waag; doch Lyons is een slim koopman, die voorzichtigheid paart aan ondernemings geest. Waar hij nu dag aan dag in het Strand1 Palace Hotel log'é's moet afwijzen en in g-rooten getale ook, is hij vol hoop, dat deze nieuwe onderneming even goed zal slagen als de andere, die van 't, jaar weer een winst van bijna een half millioen guldens afwierp. In elk geval zal het weer een interessant gebouw meer zijn in Londen, evenals de nieuwe winkels van Whiteley. 't Is volkomen overbodig die te beschrij ven, doch het lijkt me niet onaardig de aandacht te vestigen op twee echt-Londensche bijzonderheden bij ile opening-. De eerste is, dat die opening plaats had door den Lord Mayor der City. Nu is de burgervader van die gemeente van 'tjaar een geneesheer. Doch dit is een toevallige uitzondering, meestal kiest de raad der City den een of anderen winkelier tot Lord Mayor, die den eenen dag keizers en koningen en andere groo te heeren recipiëert en den anderen een winkel plecli- Uil ALEXANDRE DÜMASL 164) I)e vier jongelieden wisten dat nieuws een kwartier uurs na den heer de Tréville, want zij waren de eer-- öan W'e mededeelde. Het was toen, dat Artagnan de gunst waardeerde, welke de kardinaal hem had geschonken, door hem bij de musketiers over ie plaatsen. Zonder deze omstandigheid zou hij ge noodzaakt zijn geweest in het kamp achter te blijven, terwijl zijn vrienden vertrokken. Het spreekt van zelf, dat liet. ongeduld om naar Pa- iijs terug te keeren, het gevaar voor reden had, dat P' ,louw Lonacieux liep, door in het klooster van ethune milady, hare onverzoenlijke vijandin, aan te treilen. i i!00a^sr W/J Lebben gezegd, had Aramis onmid dellijk aan Marie Miehon geschreven, aan die koop vrouw in lijnwaad te Tours, die zulke voorname ken nissen had, ten einde van de koningin het verlof te verkrijgen, juffrouw Bonacieux het klooster te do-en verlaten, om zich naar Lotharingen of België te be geven. Het antwoord was miet achterwege gebleven en acht dagen later ontving Aramis dezen brief: „Waarde Neef! „Hierbij gaat het verlof mijner zuster, om onze jonge dienstmaagd uit het. klooster te Béthune te halen, dewijl gij denkt, dat de lucht aldaar ongezond voor haar is; mijn zuster zendt u die vergunning- met veel genoegen, want zij is dat meisje zeer ge negen, zich voorbehoudende haar in het vervolg nog van dienst te zijn. Ik omhels u. MARIE MICHON." Bij dien brief was een bevel van dezen inhoud ge voegd „De abdis van het klooster te Béthune zal aan tig opent, of 'h hotel, 'n concertzaal of -wat dan ook. Twee of drie jaar geleden zou Whiteley bijvoorbeeld geopend zijn door een winkelier in koffers of een in linoleum. Ik beweer volstrekt niet, dat dit geval wijst op een demonstratiscben geest onder de Londen- sehe winkeliers en kooplui; er zijn geen minder demo cratische menschen denkbaar dan die heeren. Doch het is een eigenaardigheid die men anders nergens ziet. ILet- tweede ding dat inij der vermelding waard schijnt is, dat bij het lunchen na de opening de hoof den van Whiteley's concurrenten mee aanzaten: John Barker, Ilarroda, Maple, Selfridge, Peter Robinson, Shoolhed, Marshall en Selgrove, Swan en Edgar, Wa ring, om me nu maar te bepalen tot hen, die in Ne derland Het best bekend zijn. Zij zaten er naast de vertegenwoordigers van de Staatskerk, Rijks- en Pro vinciale regeering-, Kunst, Letteren, Tooneel, Muziek en gaven er blijk van een echt Engelsehen géést. Dit is niet een uitzondering. Nog onlangs is 't voorge komen, dat zich hier een jong- uitgever vestigde, wien door de andere collega's een diner werd aangeboden, om hun nieuwen concurrent een blijk va,n welgezind heid te geven. Nu zegge men niet, dat al die winkels zoo ver van elkaar liggen, dat zij eigenlijk niet met elkaar concur- reeren. Vooreerst bestaat een groot deel hunner cliënt-Me uit honderd duizenden Engelschen uit de provincie en buitenlanders die er geregeld komen win kelen. In de tweede plaats ziet ook een Londenseho dame er niet tegen op zich t-e verplaatsen en een uur of zoo iii trein, tram of omnibus te zitten, om in den winkel te komen, waar ze wezen wil. E» de spoorwegmaatschappijen doen van hun kant alles om de dames uit de voorsteden te halen en het winkelen in de stad zelve gemakkelijk te maken, door g-oedkoope matinee- en winkelretours uit te geven ge durende de namiddaguren. Het verkeersvraagstuk interesseert ons publiek even wel ook, afgescheiden van die goedkoope retourtjes; en al uit het zijn ontevredenheid niet- op de manier der Parijzenaars, die dezer dagen aan het „betoogen" sloegen, naar men weet, toen de treindienst vastliep. Het Ministerie van Bedrijven heeft weer een ver slag- uitgebracht en daaruit blijkt, wat we allemaal wisten, dat ingrijpende maatregelen noodig zijn. Het verkeer neemt aanhoudend toe en. niet alleen voor den tegenwoordigen toestand1, ook voor de toekomst moet gezorgd worden. Zoowel in eigenlijk Londen als in de buitenwijken, heeft men, volgens het verslag, niet al leen gebrek aan groote wegen, doch die er zijn, zijn niet breed genoeg. Om daarin te voorzien wil men niet alleen verbetering aanbrengen in de reeds be bouwde deelen dezer reuzenstad, doch ook bepalingen vaststellen omtrent den aanleg van straten, die, bij liet' maken van nieuwe plannen van uitleg, zullen voor komen, dat mc-ii later in de nieuwe wijkeu met dezelf de moeilijkheden te doen krijgt, welke nu zoo enorm veel g'eld zullen kosten en die- toch uit den weg' moe ten geruimd worden. Om maar een paar cijfers te noemen: In 1904/5 vervoerden de trams in Londen nog geen 10 millioen menschen, doch in 1910/11 meer dan 42 millioen: en in de laatste jaren neemt dat aantal met. zoowat 6 millioen per jaar toe. Met andere woorden het aan tal „reizigers" in Londen neemt naar verhouding sneller toe dan het aantal inwoners. Meer ondergrond- sclie sporen zullen waarschijnlijk niet aangelegd wor den, terwijl ook het tramnet voor niet veel uitbrei ding- vatbaar is. Onze, straten zullen dus veel voller worden, als de middelen ontbreken om de mensehen den persoon, die haar dezen brief zal ter hand stél len, dé novice overleveren, die in1 het klooster op mijne aanbeveling en onder mijn bescherming is op genomen géwordén. In het Louvre, den 10 Augustus 1628. ANNA." Men begrijpt, dat deze bloedverwantschap van Ara mis met een linnenkoopvrouw, die de koningin hare zuster noemde, niet weinig den lachlust der jongelie den opwekte, doch Aramis, na een paar malen tot in het wit der oogten gebloosd te hebben, déor een lompe scherts van Porthos, bad zijn vrienden verzocht, niet meer op dat onderwerp terug' te komen, verklarende dat, indien hierover nog een woord werd gesproken, hij niet- meer in die zaak zijn nicht als onderhande laarster wilde gebruiken. Er werd bijgevolg over Marie Michon door de vier musketiers niet- verder gesproken, die nu bereids had den, wat zij begeerden, namelijk: de volmacht, juf frouw Bonacieux het Karmelieten nonnenklooster te Béthune te doen verlaten. Het is waar, dat dat bevel hen weinig- baatte, zoolang zij in het kamp vóór la Roebelle waren, dat is aan het andere einde van Frankrijk. Ook was d'Artag-nan gereed1 een verlof aan den heer de Tréville te verzoeken, door hem een voudig de gewichtig'heid van zijn vertrek te vertrou wen, toen de tijding hem zoowel als aan zijn vrienden werd medegedeeld, dat de koning naar Parijs zou ver trekken, met een geleidte v.an twintig musketiers, en zij onder dat geleide begrepen waren. D-e blijdschap was groot. Men zond de knechts met die bagage voor uit en men vertrok den 16en des morgens. De kardi- naar geleidde Zijne Majesteit van Surgères tot aan Mauzes, en daar namen de koning en zijn minister van elkaar mét groote vriendschapsblijken afscheid. Intusschen bleef de koning, die uitspanning zocht, hoewel zoó snel mogelijk zijn reis voortzettende, daar hij te Parijs op den 23-sten wenschte te zijn, zich bij wijle ophouden, om op jacht te gaan met de ekster, een vermaak, voor hetwelk hem vroeger door de Luy- nes, den eersten man van mevrouw de Clievreuse, smaak was ingeboezemd, dien hij steeds er voor be- vlugger te vervoeren dan nu mogelijk is; en hoe voller de straten ho-e langzamer en tijdroovender het verkeer. Het brengen van de fabrieken en werkplaatsen naar de buitenwijken, dat hoe langer hoe algemeèner wordt, maakt ook daar de toestanden op den duur onhoud baar; het einde zal dus wezen öf kostbare onteigenin gen, om meer en breeder verkeerswegen te maken, of luchtspooren, öf tunnelstraten, zooals er nu alleen en kele onder de Theems zijn aangelegd. Doch al is de toestand lastig, Londen als geheel agiteert zich er niet over en blijft zijn gang gaan. TWEEDE KAMER. In de zitting' van gisteren zette de Kamer de alge meene beschouwingen over de Staatsbégrooting voort. De heer Troelstra (S. D. A. P.) was aan het woord. Hij betuigde zijn ongenoegen over de op drijving van militaire lasten, over het streven der re geering naar invoering of verhooging'Van indirecte belastingen (belasting van den consument), over hare onbeholpenheid en onzekerheid bij het ontwerpen van sociale wetgeving', en over het gebrek aan steun van de zijde der regeering voor de vakorganisaties, met name voor die van ambtenaren en beambten. Spr. wees met beslistheid het verwijt af, dat door het vele en lange spreken in de Kamer de arbeid zoo slecht op schiet. Het ligt aan de regeering. Als deze en de rechterzijde willen, kan het werk wel afgedaan worden getuige de Milit-iewet. Vervolgens behandelde spr. de R. 0.-„reclame-mo tie," te Utrecht ten gunste van minister Talma aange nomen, waarover hij heftig uitvaart. Hierna besprak de heer Troelstra dé duurte. Spr. heeft, geene bedenking tegen- den door de regeering voorgestelde toeslag- van 20 voor sommige rijksamb tenaren en beambten. Waarom echter die loongrens van -J 1000? Beter ware die grens voor den toeslag te bepalen bij ambtenaren die 1200 en daarbeneden ver-dienen, en dan alle kostwinners den toeslag' t-e ver kenen, rekening houdend met het aantal kinderen. Een meer algemeene salarisherziening blijft urgent. Spr. zal daartoe een motie indienen. Eindelijk behandelde spr. de stakingstroebelen te Amsterdam. De daden van terrorisme neemt hij niet in bescherming, doch hij meent wel, dat zij zijn uitge lokt door de handelingen der overheid, die niet het juiste begrip van het „posten" had1, en er te zeer tegen inging, ja, het posten onmogelijk maakte. Hij diende een motie in, om de regeering uit te nood'igen maatre gelen te nemen om het „recht van posten," waar dit. uitgeoefend wordt zonder schending van wettelijke bepalingen, te handhaven. Wat denkt dé- regeering te doen ter verbetering van den toestand der zeelieden? De wetgever moet ingrij pen. Spr. hekelde het optreden tegen de vakvereeni- gingen, met name tegen die van het spoorwegperso neel. Het wegblijven van de Koningin bij de opening van de Sta ten-Generaal vormt een volgend punt van be spreking. Was do reden er een van privaten aard of hing zij samen met de kiesrechtbetooging? Spr. wijt liet- wegblijven aan de reehtsche pers, die de Koningin beeft willen uitspelen tegen die betooging'. Hij kan zich daarom begrijpen, dat de Koningin ten slotte ge weigerd heeft zich te leenen tot eene anti-socialisti sche betooging, gelijk de rechter pers van de opening- der S. G. had willen maken. Spr. betoogde verder, dat d'e betoogiug voor het al gemeene kiesrecht niet een anti-monarchaal, doch een hield'. Van de twintig musketiers waren er dan zes tien, die zéér verheugd waren, wanneer dat vermaak plaats vond1, terwijl vier van hen het hartelijk ver vloekten. D'Artagnan vooral had bijna een onafgebroken ge suis in de ooren, hetgeen Porthos aldus1 verklaarde „Eten zeer voorname dame beeft mij beduid, dat zulks is, wanneer over u hier of daar gesproken wordt." Het geleide ging door Parijs, dten drieëntwintigsten des nachts; de koning bedankte den heer de Tréville, en veroorloofde hem zijn musketiers beurtelings een vierdaagsch verlof te geven, onder voorwaarde, dat geene zijner begunstigden, op- een of ander publieke plaats mochten verschijnen, o-p straffe eener gevan genschap in de bastille. De vier -eerste verlofpassen waren, zoo-als men licht kan begrijpen, onzen vrienden toegestaan, en nog meer.Athos verkreeg van den heer de Tréville zes in plaats van vier dag-en, ©n voegde bij die zes dagen nog- twee nachten, want. zij vertrokken den vieren- twintigste-n, des morgens. „Wel.' zeide d'Artagnan, die, zooals men weet, nooit aan zijn zaak twijfelde, „liet schijnt, dat wij te veel omslag maken met iets zeer -eenvoudigs; binnen twee dagen, en een paar paarden doodrijdende, ben ik met de hulp van mijn geld te Béthune, ik geef den brief der koningin aan de abdis, en breng den kostba ren schat, dien ik ga halen, naar naar Lotharingen, niet naar België, maar naar Parijs, waar hij het best zal verborgen zijn, vooral gedurende het verblijf van den kardinaal voor la Rochelle. Vervolgens, eenmaal van dien tocht teruggekeerd, zal het ons, gedeeltelijk door de bescherming barer nicht, anderdeels ter be looning voor hetgeen wij persoonlijk voor ha-ar hebben gedaan, niet moeilijk vallen, van de koningin te ver krijgen, wat wij wenschen. Blijft dus hier en vermoeit u niet vruchteloos. Ik en Planchet zijn voldoende voor een zoo eenvoudige boodschap. Hierop antwoordde Athos bedaard!„Ook wij heb ben geld, want ik heb het overschot van den diamant nog niet verdronken en Porthos en Aramis hebben het hunne nog niet geheel verteerd. Wij kunnen dus anti-kapitalistisch karakter droeg, en dat dus de wei gering van den minister, om een deputatie te ontvan gen tot aanbieding van het adres, ongemotiveerd was. Tenslotte constateerde hij vertraging in de sociale wetgeving door deze regeering, die niet anders kon doen, dan het kapitalisme beschermen. Het dient eeu motie in ten g-unste van de pensionneering van arbei ders, die thans 70 jaar zijn, met 2 per week, in af wachting van invoering van de pensioenwet in haar geheel. De kosten van dezen maatregel, die reeds in art. 357 van het verzekeringsontwerp is voorzien, zouden dit jaar ongeveer 2 millioen bedragen. Spreker dringt aan op onmiddellijke behandeling van de motie, of uiterlijk bij hoofdstuk X. De voorzitter achtte dit onmogelijk, met het oog op den beschikbaren begrootingstijd en stelt: voor de motie later te behandelen. Dit voorstel, door den heer Troelstra bestreden, werd aangenomen met 49 tegen 7 stemmen. De heer De Klerk (U.-L.) zal niedegaan met den duurtetoeslag voor de onvermogende ambtenaren; hij dringt aan op accijns- en belas ting-verlaging- voor de minvermogende bevolking, die eveneens onder de duurte lijdt. De heer D o-1 k besprak de viering van het hon derdjarig bestaan van Nederland's Onafhankelijkheid in 1913. Spr. vraagt niet den bouw van een paleis voor de Koningin in Den Haag of Amsterdam. Die zaak is daarvan onafhankelijk. Maar wel zou spr. een blijvend aandenken wenschen aan die feestviering. De Regeering zou daarvoor op de Begrooting van Bin- nenlandsche Zaken een memoriepost kunnen opnemen. Heden half elf voort-zetting. PROVINCIALE STATEN VAN NOORD HOLLAND. Gistermorgen word de winterzitting geopend. De geloofsbrieven van het nieuwgekozen lid mr. H. J. van Ogtrop, gekozen voor Amsterdam VII, werden onderzocht door een commissie, bestaande uit de hee ren Van Hamel, Wildschut en Verkouteren. Deze com missie adviseerde tot toelating, omdat het protest van den- kiezer Merk, dat een vijftal kiezers in etem- district III door den voorzitter verhinderd! waren gé wordén binnen den wettelijken sluitingstijd hun stem uit te-brengen, op een misverstand van den protesteer der moet berusten, terwijl, indien het voorgevallene door Merk juist is voorgesteld, deze vijf stemmen geen invloed op heb resultaat der stemming gehad zouden hebben. Op dit adVies werd zonder discussie tot toelating- besloten. De heer Van Ogtrop werd beëedigd en door den Voorzitter gelukgewenscht met het vertrouwen, dteor de kiezers in hem gesteld. De afdeelingen werden getrokken; een subsidie aanvraag voor eeii ambachtsschool in het Gooi werd in handen van Ged. Staten gesteld) om praeadvies. Besloten werd het voorstel van mr. Hazelhoff Roelfszema, inzake een verordening op het inbreuk maken op natuurschoon (het voorstel is onzen lezers bekend), aan te houden, tot de volgende vergadering. Een vooT-stel-Bar.nstein om aan de beambten en werklieden der provincie, die minder dan 1000 ver dienen, een toelage- te geven van 25, verdeeld in vijf bedragen van 5, werd in handen gesteld! van Ged. Staten. Zoo mogelijk zullen deze iu de volgende zit ting' advies- daarover uitbrengen. De voorzitter stelde voor om de voorstellen niet in de afdeelingen te behandelen, maar in commissies. even goed vier paarden als één doodrijden. Maar, wees er op bedacht, d'Artagnan!" voegde hij er bij met een zoo sombere stem, dat haar klank den jongeling een rilling door het lijf joeg; „wees indachtig, dat Bé thune een stiad is, waar dé kardinaal de vrouw moet aantreffen, die overal waar zij hare voeten zet, onheil na zich sleept. Indien gij slechts met vier mannen te doen hadt, dan, d;Artagnan, zou ik u laten gaan, doch nu gij met die vrouw hebt te doen, moeten wij met ons vieren gaan, in de hoop dat het den hemel believe, dat wij met onze vier knechts talrijk genoeg zijn." „Gij jaagt mij angst aan, Athos!" riep d'Artagnan uit, „wat vreest gij d:an toch?" „Allesantwoordde Athos. D'Artagnan raadpleegde de gelaatstrekken zijner vrienden, welke, zoo-als- die van d'Artagnan zeiven, den indruk eener hevige onrust vertoonden. Men ver volgde nu de reis in snellen draf en zonder een woord te spreken. Den 25sten des avonds bereikte men Arras; terwijl d'Artagnan voor de herberg- „de gouden Egge" af steeg om een glas wijn te drinken, kwam een ruiter van de binnenplaats, waar hij zijn paard had verwis seld, en reed in vollen draf met zijn v-ersch paard den weg naar Parijs op. In hetzelfde oog-enblik, dat hij uit de koetspoort de straat opreed', sloeg de wind den mantel open, waarin Hij zich had gewikkeld, hoewel men in de maand Augustus was, en. nam zijn hoed weg, dien de reiziger echter nog tijdig genoeg vast hield en weder op het hoofd drukte. D'Artagnan, die zijne oogen op dien man hield! gevestigd, werd zeer bleek en liet zijn glas vallen. „Wat deert u, mijnheer?" zeide Planchet-, „Hier, heeren, mijn meester bevindt) zich niet wel." De drie vrienden snelden toe en vonden d'Artagnan, in plaats van zich onpasselijk te bevinden, bezig- naar zijn paard te loopen. Zij hielden hem voor de deur staande. „Wel, waarheen loopt gij in duivelsnaam?" vroeg Athos. (Wordt vervolgd).

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1911 | | pagina 1