DAGBLAD VOOR ALKMAAR EN OMSTREKEN.
Van liouten's
Cacao
LIEFDESOFFER
1912
12 MAART.
FEUILLETON.
BINN EN L AN 1).
No. 61.
Honderd en veertiende Jaargang.
Deze Courant wordt eiken avond, behalve op Zon- en
Feestdagenuitgegeven. Abonnementsprijs per 3 maanden
voor Alkmaar f0,80; franco door het geheele Rijk ft,—
Afzonderlijke nummers 3 Cents.
D 1 N S DA O
Prijs der gewone advertentiën
Per regel f 0,10. Bij groote contracten rabat. Groote
letters naar plaatsruimte.
Brieven franco aan de N. V. Boek- en Handelsdrukkerij
v/h. HERMs. COSTER ZOON, Voordam C 9.
Van deze krachtige cacao is zoo
weinig noodig voor een ^eerlijken
kop Chocolade.
Daarom zoo voordeelig.
Telefoonnummer 3.
COURANT
RONA
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van ALK
MAAR brengen ter algemeene kennis, dat in het Ge
meenteblad van Alkmaar, No. 365, is opgenomen het
besluit van den Raad dier gemeente van 31 Januari
1912, waarbij is vastgesteld eene
verordening, houdende geldigverklaring van
verordeningen, tegen welker overtreding straf
is bedreigd.
Welke verordening, heden afgekondigd, gedurende
drie maanden ter gemeente-secretarie ter lezing is ne-
dergelegd en aldaar tegen betaling van 0.10 in af
druk is verkrijgbaar gesteld.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
G. RIPPING, Voorzitter.
DONATH, Secretaris.
Alkmaar, 9 Maart 1912.
ALKMAAR, 12 Maart
Terwijl er den laatsten tijd weer heviger gevochten
wordt op het oorlogsveld' in Tripolis, terwijl een ge
rucht gaat over een op handen zijnde Italiaansche
vlootdemonstratie, zelfs over een bombardement van
het eiland Pamos en van Smyrna, worden van bulten
af blijkbaar ernstig bedoelde pogingen aangewend,
om aan den Italiaansch-Turkschen oorlog een einde
te maken. Zoo heet het, dat de gezanten van Frank
rijk, Engeland en Rusland samen, zijn gekomen, om
de grondslagen voor de vredesonderhandelingen te be-
studeeren en na te gaan, hoe het best een veertien-
daagsche wapenstilstand tuaschen de oorlogvoerenden
te bereiken valt. En dan wordt gemeld, dat er door
de mogendheden Frankrijk, Engeland, Duitschland,
Oostenrijk-Hongarije en Rusland bemiddelingspogin
gen zijn gedaan.
Het doel was oorspronkelijk de eerste stappen in
door
RUDOLF STRATZ.
60) o
Hij drukte zijn tanden op elkaar en dacht: Wat
zijn dat voor gedachten?.... Hoe kan het toch, dat
twee menschen zich dan juist tot elkaar voelen nade
ren, als de band, die hen tot nog toe tezamen hield,
verbroken wordt?.
Zij zwegen nog steeds, keerden om en gingen langs
een anderen weg naar het stadje terug. Het avond
rood bestraalde de torens en oude muren. Vera zei-
de: „Je leeft.. ..en weet niet waarvoor. En heel
in de verte licht een ster. Je kunt haar nooit berei
ken, maar doet in je poging daartoe allerlei dwaashe
den. Maar toch is het een troost, dat zij er is
op deze vervelende wereld.hoe zou l#et anders zijn
uit te houden!.
Hij vond) haar veranderd. Haar gelaat drukte zoo
veel droefheid uit en verkreeg daardoor zoo'n zachte
uitdrukking, als hij nog nooit van haar gezien had.
Zij gingen zitten op een bank, die aan den weg stond
en hadden vandaar een ver uitzicht over veld' en wei
de. Zij zaten hand in hand) en spraken geen woord.
Soms gaf een inniger druk hunner vingers uiting aan
hun verdriet, als zochten zij, die elkaar zooveel leed
hadden aangedaan in hun leven, toch nog elkanders
steun. era werd langzamerhand wat kalmer. Toen
zij weer in het stadje onder de menschen kwamen,
begon zij vanzelf over uiterlijke dingen te spreken
dat zij nog veel papieren zouden noodig hebben voor
de overbrenging van het lijkje dat wist zij nog van
den dood van haar moeder en zij was er Georg zoo
dankbaar voor, dat hij ook deze zorgen op zich wilde
nemen zij sprak op kalmen, zakelijkeu toon. Zij
Konstantinopel te doen en den schijn op te wekken,
alsof de onderhandelingen tegelijkertijd1 in Rome en
Konstantinopel werden geopend'. Dit is echter niet
geschied beweerd wordt, dat een journalistieke on
bescheidenheid het plan heeft verijdeld, maar ook
wordt gezegd1, dat de mogendheden zelve van opinie
zijn veranderd.
Hoe het zij, Zaterdag zijn de gezanten der vijf ge
noemde mogendheden ieder afzonderlijk naar het Ita
liaansche ministerie van buitenlandsche zaken gegaan
om den minister te vragen, onder welke voorwaarden
Italië met Rusland vrede wilde sluiten*. Het verzoek
werd mondeling gedaan en droeg een vertrouwelijk
karakter.
De Duitsche couranten van gisteravond verklaar
den te weten, dat minister di San Giuliano reeds het
antwoord heeft, gegeven. De correspondent der Lok.
Anz. te Rome seinde bijv.
„Naar ik uit regeeringskringen verneem zou uit het
antwoord van den minister van buitenlandsche zaken
blijken, dat Italië niet eens geneigd is een Wapenstil
stand toe te staan, maar volstrekt van Turkije eischt,
dat het zijn troepen uit Italiaansch Noord-Afrika te
rug trekt, daar het anders te water en te land een
nieuwe en veel krachtiger actie zal beginnen en het
einde van den oorlog niet te overzien zou zijn. De
vraag van de gezanten was overigens streng vertrou
welijk. De eigenlijke officieele vraag zal tegelijker
tijd in Ilome en Konstantinopel gesteld worden.
Ilet Berliner Tageblatt vernam uit Rome, dat in
het antwoord aan de gezanten o.m. staat, dat Italië
vasthoudt aan de annexatie der Noord-Afrikaan3che
Turksche provincie. Daar Italië zeer verzoeningsge-
waren reeds dicht bij huis gekomen, toen zij plotseling
van schrik staan bleef. Er kwam een begrafenisstoet
om den hoek, die hun langzaam voorbijtrok en in de
avondschemering verdween. Bij dit „memento mori"
barstte Vera midden op straat in snikken uit. De
mensehen keken nieuwsgierig naar die elegant-geklee-
de dame; Georg sloeg zijn arm om haar heen en ge
leidde haar, door een paar zijstraatjes, vlug naar hui3.
Binnen' was alles in rust. Alle bezoekers waren
weggegaan en mevrouw Gisbert zat eenzaam in haar
kamer. Toen Vera naar Karla wilde gaan, hield
Georg haar terug:
„Ga nu niet naar binnen!" zeide hij. „Het pakt je
teveel aanl"
Maar zij maakte een afwerende beweging en schoof
hem voorbij de kamer in. Zij uitte een wanhopigen
kreet, half lachend', half weenend, als begreep zij niet,
dat het kind nog steeds dood lag, dat het niet door
een wonder was opgestaan en haar in haar wit kleedje
tegemoet kwam.
„Waarom moest alles mij tegenloopen?" snikte zij.
„Juist mij?"
„Niemand is zonder ongeluk, Vera!"
„Maar ik heb uitsluitend ongeluk! Eu maak
iedereen ongelukkig die met mij in aanraking komt.
God in den Hemel. waartoe ben ik toch op de we
reld?"
„Kom, Vera! Laten wij naar mijn moeder gaan!"
Zij hoorde hem niet.
„Ik had een gelukkige vrouw kunnen zijn!" zeide
zij. „Man en kinderen kunnen hebben.... alles! An
deren hebben het wel!.... Ik niet!.... Door jou!..
Jij hebt mij ongelukkig gemaakt!.. Jij, jij alleen!.."
Haar stem beefde. Zij ging vlak voor hem staan,
at heb ik je gedaan, dat ik daar eeuwig voor moet
boeten.... ik en mijn eigen vleesch en bloed! Ik ber:
toch niet slechter dan een ander en wordt gestraft als
een misdadigster. En als ik één1 woordje van medelij
den vraag, blijf je stom als het graf.
„Ik kan niet srpeken, Vera...."
„Waarom niet?"
zind is, wil het Turkije uitgebreide concessies doen op
godsdienstig gebied, terwijl het ook tot het geven van
een schadeloosstelling bereid is.
Vroeger was reeds gemeld, dat Italië o.a. bereid zou
zijn schadeloosstelling te betalen voor de Turksche
staatsdomeinen en voor het aandeel van Tripolis in
de Turksche staatsschuld.
In Rome heeft men tot dusverre niet veel vertrou
wen in deze bemiddeling. De verwachting wordt uit
gesproken, dat de Italiaansche regeering onverwijld
ter zee en te land: krachtig zal optreden, overtuigd,
dat de interventie der mogendheden in elk geval niet
spoedig* succes zal hebben, en dat Italië bewijzen moet
geven van zijn militaire kracht, ter ondersteuning van
de bemiddelingspogingen.
Deze laatste mededeeling gaat weer in de richting
van een actie als in den aanvang werd aangegeven.
Natuurlijk betoogt men in Italië, dat Tripolis voor
Turkije geen waarde heeft en dat Turkije zonder veel
bezwaar kan toegeven.
En het spreekt wel van zelf waarom was anders
de oorlog begonnen? dat. men er in Konstantinopel
precies het tegendleel van denkt. Men moet in do
Turksche hoofdstad' overigens niet bijster ingenomen
zijn met de inmenging van de mogendheden en men
wil geen onderhandelingen aangaan, voordat Italië
het iulijvingsbesluit intrekt.
Zoodra van beide regeeriugeu het antwoord binnen
gekomen zal zijn, zullen die mogendheden onder el
kaar beraadslagen en zoo mogelijk daarna in Rome en
Konstantinopel tegelijkertijd voorstellen doen.
Het is wel een zonderling geval, deze oorlog. Italië
kan zijn tegenstander niet treffen op het gevoeligste
punt en Turkije laat den oorlog maar voortduren, in
dp hoop dat Italië op den langen duur tot onderhan
deling zal worden gedwongen. En zelfs indien de Tur
ken vrede zouden willen sluiten, dan zullen de Arabic-
ren blijven doorvechten.
Italië offert dus menschenlevens en geeft millioe-
nen uit, en Turkije kan Tripolis toch niet herwinnen.
Houdt Turkije op, dan heeft Italië nog met de Ara
bieren te doen.
Hoe de groote mogendheden, wier belang bij het
beëindigen van den oorlog ten zeerste betrokken is,
dezen merkwaardigen toestand bevredigend kunnen
oplossen dat blijft voorshands nog een raadsel.
TENTOONSTELLING TE LONDEN.
De Koningin-Moeder heeft. 50.000 oranjebloempjes
gezonden, welke bestemd! zijn voor de tentoonstelling,
welke de volgende maand in „Olympia" gehouden zal
worden.
Op den laatsten dag der tentoonstelling 30 April
zal door de Nederlandsche Kamer van Koophandel
te Londen, ter gelegenheid van den verjaardag' van
Prinses Juliana, in Piccadilly Hotel een banket gege
ven worden.
Gemengd nieuws.
DRIE BALLONS GEDAALD.
Zondagmiddag te ongeveer 4 uur daalde te Hooge-
veen een luchtballon, bemand! met drie heeren en een
„Dat weet je well"
„En als ik het weet.
„O, zwijg.... zwijg stil.. ..om Godswil!"
Zij hadden beiden gefluisterd! en zagen elkaar nu
verschrikt in het gelaat. Eén oogenblik was het
stil.... Plotseling' wierp zij zich weenend aan zijn
borst. Hij sloeg zijn armen om haar heen, zag haar
gelaat zoo dicht bij het zijne, en bedekte het met kus
sen. En) zij beantwoordde ze, steeds wilder en harts
tochtelijker.
Zij hielden elkaar innig omvat, met gesloten oogen,
en vergaten alles, zichzelf, God en de menschen daar
buiten die gingen hun weg en de tijd' ging voort
maar hier stond! alles stil. Hier was niets.dan1 zij
beiden alleen I
Vera rukte zich plotseling los en wierp een ver
schrikten blik naar het bedje. Maar het kind lag daar
vreedzaam in het goud' der scheidende zon en het was
of er een licht, zonnig lachje speelde op het gezichtje
van de doode, als wilde zij zeggen: „Hebt elkaar lief,
vader en moeder! Waarom zou dat m ij verdriet
doen? Ik bestond) toch door uw liefde!.
Maar toch maakte vrees zich van hen meester. Zij
slopen op hun teenen dé kamer uit en drukten voor
zichtig de deur in het slot, angstvallig als het eerste
mensehenpaar na hun zondeval. Buiten bleven zij
staan, oog in oog. Door het groote gangvenster
vlamde de hemel bloedrood bij het ondergaan der zon.
In beider oogen lagen smart en ook vreugde: Het is
gebeurd'! Door den dood is weer leven gekomen!....
Zij zonken elkaar in de armen, zochten eikaars lippen
en bleven zoo zwijgend.... in de avondschemering..
HOOFDSTUK XVI.
Ilet was ongeveer half Juli en de dagen waren
gloeiend heet. Dat ondervond mevrouw Weigand, de
zuster van Georg Gisbert, toen ze van Maagdenburg
naar Berlijn reisde, en zich door die paar uur sporens
reeds geheel uitgeput gevoelde. Zij behoorde ook niet
tot do sterksten. Haar klein, verstandig gezichtje
dame. De balloueoinmandant deelde mede dat men
gistermorgen te 11 uur te Gelsenkirehen was opgeste
gen. De ballon bereikte een hoogte van 6100 M. In
de hoogere luchtlagen hadlden de reizigers nogal veel
last van kou en sneeuw gehad. Overigens was het een
voorspoedige reis geweest en de landing liep vlot van
stapel.
De ballon „Bochum," opgestegen gisternacht te
een uur in Gelsenkirehen, landde gistermorgen te vier
uur bij Kamperveen. Er waren 2 dames en 2 heeren
in de mand'. De landing is goed) verloopen, echter
zijn de inzittenden herhaaldelijk in de slooten gedom
peld daar de nacht zeer donker en de wind: scherp was.
De snelheid bedroeg 50 K.M. per uur.
Bij het spoorwegstation Meeden-Muntendam
daalde Zondagnamiddag circa half twee de Duitscho
luchtballon „Munsterland," welke des morgens 9.15 te
Munster was opgelaten en bij goed weder en door den
vrij kraehtigen wind naar Noord-Nederland dreef. Ze
bevatte drie reizigers.
DE STAKING IN DE ENGELSCHE MIJNEN.
In verband' met de staking onder de mijnwerkers in
het Ruhrgebied heeft de Steenkolen-Handelsvereeni-
ging, in overleg met do Vereenigde Brandstoffenhan-
delaren te Rotterdam besloten den aanwezigen voor
raad te reserveereu voor de industrie, als gemeente
werken, gasfabrieken, veerdiensten, enz. Particulie
ren zijn dus aangewezen op andere brandstoffen, als
cokes, paarl-cokes, eierbriketten en dergelijke.
In verband met de mijnwerkersstaking is de
Provinciale Stoombootdienst op de Wester-Sckelde
aanmerkelijk gewijzigd. Het aantal vaarten van
Vlissingen op Breskens en van Vlissingen op Terneu-
zen is op de helft teruggebracht.
Naar De Standaard' verneemt loopt te Winters
wijk het gerucht, dat Duitschland' besloten heeft geen
kolen meer uit te voeren.
KEN CHRISTELIJK VOLKSDAGBLAD.
Over een week zal een proefnummer verschijnen van
een „Christelijk Volksdagblad." Alvorens definitief
tot de uitgave te besluiten, wil men de ontvangst af
wachten, welke het nieuwe blad! zal hebben. In April
zou men, bij slagen, met geregeld) <1 rakken aanvangen.
UIT SPANBROEK.
Aan de Universiteit van Amsterdam is bevorderd
tot doctor in de geneeskunde, op proefschrift: „Bij
drage tot de kennis der Anatomie van Pancrea» en
Lymphraatstelsel der Primaten," de heer G. C. van
Balen Blanken alhier.
KAASDIEVEN GEVAT.
Door de politie te Gouda werd) Zaterdag aldaar
iemand in hechtenis genomen, bediende bij een expe
diteursfirma, te '8-Gravenhage, verdacht schuldig te
zijn aan de vele diefstallen van kaas, die aan het sta
tion werden gepleegd.
In verband hiermede is ook een schippersknecht uit
Gouda gearresteerd, verdacht mede aan bovengenoem
de diefstallen schuldig te zijn.
Bij een huiszoeking, door de politie, werden in bei
der woningen kazen gevonden, die vermoedelijk van
diefstal afkomstig zijn.
DE DIEFSTAL IN DE UTRECTITSCHE STRAAT
TE AMSTERDAM.
Binnen: enkele dagen zal door den officier van justi
tie aan de rechtbank te Amsterdam worden verzocht
sprak van de zorgen van een veelgeplaagde huisvrouw,
die jaar in jaar uit in den tredmolen loopt. Zij was
niet graag in Berlijn, hoe dichtbij het ook was. Het
zeide te veel. Met zijn onrustig leven en bewegen wek
te het allerlei bij haar op, wat maar beter was, dat 't
sliep waarmede zij langzamerhand daar aan do
Elbe had afgerekend. Je dacht na over zooveel, wat
anders had kunnen zijn als' alles anders geweest was
maar toch had't je het boodschappenlijstje voor
Tietz of Wertheim in je zak en deed wat plicht was.
Maar ditmaal liet mevrouw Weigand, die er met
haar goedkoopen strooien hoed! en eenvoudige zomer
blouse echt provinciaal uitzag, het warenhuis voor
wat het was, stapte onmiddellijk in een taxameter,
liet zich door het heete, stoffige straten naar het
Wannsee-station brengen en ging van daar met een
treintje naar Zehlendorf.
Daar informeerde zij naar het pension van de da
mes Pfennigreuter, en vroeg, daar aangekomen, aan
het meisje, dat haar opendeed!: „Kan ik mevrouw van
Vogt even spreken? ik ben mevrouw Weigand en
heb geschreven, dat ik komen' zou!"
Het meisje ging naar binnen en kwam een oogen
blik daarna terug: „Mevrouw verzoekt u, binnen te
komen
Met kloppend hart ging mevrouw Weigand de trap
pen op. Zij was een paar jaar ouder dan haar gewe
zen schoonzuster, maar hadl toch in den tijd, dat zij
verwanten waren, door Vera's elegance en hoogmoed,
een gevoel van gedruktheid nooit van zich af kunnen
zetten. Ook nu moest zij haar best doen, om kalm
binnen te treden.
Toen de deur openging, stond' Vera op van haar
schrijftafel en bleef midden in de kamer staan. 'Het
verdriet had haar schoonheid nog verhoogd, tot groo
te verbazing van haar bezoekster, die verwacht had',
een lijdende, door smart gebogen vrouw voor zich te
zien, zes weken na den dood van haar kind. Maar Ve-
ra's wangen waren niet bleeker dan anders, haar groo
te, grijsblauwe oogen stonden levendig en haar bewe
gingen getuigden van ingehouden veerkracht, terwijl
zij een tweeden stoel naderbij schoof en zeide: „Gaat
u zitten, mevrouw! U wilde mij spreken?"
t .Vordt vervolgd.