Damrubriek. «bk is^ëip ipp up Hp up pn. 1$ ||ffl lÉIl iü ms 1 EUW K H YJj KIL) tiHElD. J A'W,1 Hevig stekende pijn in den rug. VADER EN ZOON OP HET DAMBORD. I m <m I m, %m/" ''tma '"''mm ''ymf HH HL Wfr #s. Wfc WM H Hierna volgde herbenoeming van de heeren W. Strooper, J. Spaans Iiz. en J. Krabman tot leden van de Comm. tot wering van Schoolverzuim, resp. voor Kerkbuurt, Dirkshorn en Waarland. Tot onderwijzers voor het in den a.s. zomer aan meisjes te geven herhalings-onderwijs werden be- noemd de Hoofden van Scholen en de onderwijzeres sen. Machtiging zal worden aangevraagd om uit den post voor onvoorziene uitgaven der begrooting voor 1912 te voldoen een bedrag van 12, zijnde 5 voor kosten van onderzoek van putwater en 7 voor" ar beidsloon bij eeh brandje in den Schagerwaard. De voorzitter deelde mede dat B. en W. eene veror dening hebben ontworpen, waarbij bepaald wordt, dat verlof voor veldarbeid ingevolge de leerplichtwet niet anders kan worden verleend dan in het tijdvak van 8 Juni tot en met 7 September. Zij deden dit voorstel om weg te nemen het bezwaar d'at die verloven, zeer ten nadeele van het onderwijs, gedurende het geheele jaar kunnen worden verleend, zoodat de onderwijzers bijna voortdurend met onvolledige klassen moeten j werken. Het door den arr. schoolopziener terzake uitgebracht advies werd den Raad medegedeeld, waarop de veror dening na weinig discussie met algemeene stemmen werd vastgesteld. Aan B. en W. werd machtiging verstrekt tot het doen uitvoeren van diverse onderhoudswerken aan ge- meente-eigendommen. De voorzitter stelde nog voor bij de Dir. der H. IJ. S. aan te dringen op het behoud van den trein, die te ongeveer 5 uur in zuidelijke richting vertrekt. Daar- j toe werd besloten. Een brievenbus, thans geplaatst bij de school, zal worden verplaatst in de nabijheid van de kaasfabriek en zulks ter voldoening aan een verzoek namens de Groentevereeniging door den heer Zut gedaan. De heer Weel wees op den slechten toestand waarin het Kalverdijker laantje zich bevindt. De voorzitter 1 zal met de onderhoudsplichtigen in overleg treden. I Daarna sluiting. UIT DE RIJP. In de bovenzaal van den heer K. Heuvel werden we door de meisjeszangvereeniging „Euphonia" vergast op de uitvoering van „De Woudkoningin", operette in 2 bedrijven. Vooraf werden de zangnummers „De schoonste feestdag" en „Naar Buiten" op zeer ver dienstelijke wijze ten gehoore gebracht, getuige het langdurig, hartelijk applaus. De operette zelf viel eveneens uitstekend in den smaak van het buitenge woon talrijk publiek, wat in de eerste plaats1 te dan ken was aan de vertolking. Zoowel solisten als koor kweten zich uitmuntend van hun taak. In het bizon der valjen, zoo voor zang als tooneelspel te noemen de dames Joh. Balk als „Selma", N. Kostelijk als „Kate", terwijl ook kleinere rollen w. o. de jongejuffrouw T. Slikker als „Hermine" en jongejuffrouw KI. Ruiter als „August de Domme" op zeer goede manier werden vertolkt. Van de heeren verdienen afzonderlijke ver melding de heer B. Langereis als „Een kluizenaar", en de heer KI. Ruiter als „Acrobaat". Zéér te loven was de onbevangenheid, waarmede de, sommige nog jeugdige, jongens en meisjes zich op het tooneel bewo gen. Dat het geheel zoo uitstekend van stapel liep, was voor een groot gedeelte mede te danken aan de piano-begeleiding van mej. M. van Aken, terwijl ook het mooi verzorgde decor van mej. de wed. Marees er het hare toe bijdroeg. Aan het einde van den avond werden den directeur, den heer Joh. Kroone, verschillende bloemstukken aangeboden, bij één waarvan de heer Romijn in wel gekozen bewoordingen hulde bracht aan hen, die tot het welslagen der uitvoering meegewerkt hadden. Door de kinderen werd hunnen directeur een lied toe- i gezongen, waarvan de leiding bij den heer Langereis berustte. Beide heeren werden door den heer Kroone in hartelijke woorden bedankt. Jammer was, dat des middags het plaatsbespreken j reden tot algemeene ontevredenheid had gegeven. Stond op programma's enz. als tijd van aanvang daar van 12 uur bepaald, weldra bleek, dat reeds omstreeks 11 uur vele plaatsen waren verhuurd, zóó veel zelfs, dat zij, die „op tijd", dus om 12 uur, kwamen, tot de min aangename ontdekking geraakten, dat reeds ruim 200 stoelen besproken waren. Gemopper en booze hoofden waren een onvermijdelijk gevolg. Worden een volgende maal geen waarborgen gegeven voor een eer lijker regeling, dan zal dit zeker van invloed zijn op het getal der bezoekers. door BERNARD CANTER. Dezer dagen mijn kennis Hebbele van Rantwijck, den bekenden schrijver van gevoelige Sint Nicolaas en Kerstvertellingen, ontmoetend, nadat ik hem in jaren niet gesproken had, van Rantwijck is, gelijk wel alge meen geweten wordt, te St- Petersburg gevestigd ge weest en schrijft uitsluitend) in 't Russisch (pseudo niem: Istonowitch) deed! het mij genoegen den man gezond, opgeruimd en spraakzaam te vinden. Na dat groote ongeluk met zijn vrouw (zij is verminkt bij het spoorwegongeluk te Nisjeni-Nowgerod1 en na lang lij den aan de gevolgen bezweken) was hij een stil, rnen- schenschuw man geworden. Wie tegen zijn veertigste jaar zijn beminde vrouw verliest, is een v erschoppe- ling in de maatschappij. Hij is te oud om een jong meisje te huwen en te jong om een vrouw van gepo- seerden leeftijd te vragen en dus tot die groote veria- tenheid gedoemd, welke het weduwnaarschap zonder kinderen is. Niets is erger, dan het geluk van het huwelijk gekend' te hebben en het dan voortaan te moeten missen. Want van Rantwijck, die uit liefde getrouwd was, gevoelde wel, dat men in het leven maar één keer lief kan hebben, zooals men immers maar één keer geboren kan worden en éénmaal ster ven. Er komen gevallen van schijndood' voor en even zeer gevallen van schijnliefde. En wellicht heeft men het recht van schijngeboorten te spreken, doelend op menschen, die dit leven doorgaan, zonder er zich ooit van bewust te worden, zooals idioten en krankzinnig geborenen. Zij leven schijnbaar een gewoon men- schenleven, doch eigenlijk behoort hun bestaan van de wieg tot het graf in een andere levensfeer dan de Van Rantwijck zoo levenslustig en opgewekt vin dende, noodigde ik hem uit met mij een glas suiker water te gaan drinken. Eigenlijk zei ik niet precies suikerwater, maar enfin er kwam toch ook suiker en water in. Van Rantwijck bedankte en stelde mij voor met hem mede naar huis te gaan om daar wat te gebrui ken. „Heb je al weer een thuis vroeg ik. „Ja." „Nu, ik weet wel dat je niet op straat woont. Maar ik houd niet van huurkamers. Niets stemt mij droef- geestiger dan ergens op een huurkamer met een ge pensioneerde te gaan drinken." „Neen, ik heb een thuis", zei mijn kennis veelbe- teekenend. „Dus dan tóch weer getrouwd?" „De wijze waarop je dat zegt, waardeer ik. Het be wijst, dat je het niet van mij verwachtte, dat ik zou hertrouwen. En je hebt je niet in je verwachting be drogen. Ik ben nog altoos ongetrouwd." „Maar dan heb je geen thuis. Een thuis zonder vrouw is geen thuis. Dat is hoogstens het surrogaat van een thuis. Het lijkt er precies op en toch is 't het niet." Hij glimlachte flauwtjes. „Kom maar mee!" zei hij. Zijn woning lag eenigszins aan den rand van de stad. Het was een vrij groot huis, dat hij geheel be woonde. Trouwens, hij beoefende de literatuur slechts voor zijn genoegen en verdiende dus rijkelijk zijn brood. Wij werden in de gang verwelkomd door ie mand, dien ik op 't eerste gezicht voor een gentleman hield en die 't ook werkelijk later bleek te zijn. Hij was gekleed als een Weensch kellner, met een wit jas je aan. Dadelijk nam hij met gepaste beleefdheid onze winterjassen, hoeden en wandelstokken aan en, een zijdeur openend, kwamen wij in een groote voorkamer, die geheel was ingericht als een modem ongezellig café-restaurant. Men weet, dat de bouwheeren en binnenhuis-architecten van moderne-café-restaurants schitterend het vraagstuk van het anonieme publieke locaal hebben opgelost. Gij kunt, dank zij deze hee ren, thans door de geheele wereld reizen en overal de zelfde kille, hatelijke, onpersoonlijke inrichting tref fend, u overal „thuis" voelen. Gaat gij b.v. van Haarlem in den restauratie-wagen van de electrische tram naar Amsterdam, dan zit gij allergezelligst in draaibare comfortabele, karakterlooze stoelen aan even zulke tafeltjes. Gij voelt u volmaakt zoo thuis als in een café. Vandaar kunt gij b.v. naar „De Kroon" of „Americain" gaan dejeuneeren en u even ongezellig thuis voelen. Vervolgens met een D-trein in een restauratiewagen naar Berlijn of Parijs of Weenen of St. Petersburg of Frankfort a/M. of Keu len of Marseille of Madrid.gij treft daar zeker dezelfde soort anonieme comfortabele, nuchtere café restaurant-ongezelligheid. Gij kunt ook ergens plaats op oen boot naar Engeland nemen. In dé boot de zelfde soort restauratie-zaal en te Londen zult gij ook weer hetzelfde soort lokaal aantreffen. Laat ons niet klagen. Allé standen en klassen in de maatschappij hebben te lijden onder deze moderne uniformiteit. De legers kunnen wellicht verdwijnen en de oorlogen.... maar de kazernes zullen toene men. De heele beschaafde wereld streeft naar den anoniemen wensch in een anonieme omgeving. Alleen de kerkhoven tracht men tegenwoordig gezellig te maken. In Duitschland heeft men reeds een „Fried- hof-kunst". Kortelings een boef sprekend, die inter nationaal gezeten heeft, klaagde ook deze over het 'toenemend gemis aan variatie op zijn gebied. Vroe ger had elke gevangenis, elk tuchthuis zijn eigen sfeer, zijn eigenheid, kortom zijn afwisselingrijk ka rakter. Tegenwoordig, klaagde hij, schijnen al die in richtingen door de geheele wereld' naar eenzelfde sy steem gebouwd! te worden. Hij gaf er dan ook den brui van om opnieuw gevangenisstraf te ondergaan. Het werd hem te vervelend1 en dan bleef hij nog maar liever in de burgermaatschappij. Ik begreep V mans klacht en had met hem te doen. Alle groote redactie- bureau's lijken ook door de geheele wereld tegenwoor dig op elkaar en alle journalisten en alle snelpersen en helaas alle honoraria ook. In van Rantwijck's „home", zoo noemde hij het, stond een leestafel met kiekjesbladen in zwarte porte feuilles, een buffet met links voor „dames" en rechts voor „heeren". Er stonden moderne koffiehuista feltjes met marmeren bladen op gegoten ijzeren draagstukken. Achter het buffet zat een juffrouw, die zich blijkbaar verveelde en stuursch van uiterlijk wa.s (moderne buffetjuffroouwen behooren er zoo uit te zien) en voor 't buffet was een koperen leuning aangebracht. Tegen de wanden, met kille tegelta- bleaux en overigens koud!-witgeel geschilderd, zoodat men het gevoel hadl in een bad-inrichting of een mo derne zindelijke slagerij te zijn, hingen bordjes met verboden d'its en verboden dats, smakelooze reclames in Hist en „Vraag's d'its" en „Vraag's' dats", kortom men kreeg de volkomen illusie een modern koffiehuis te zijn binnengestapt. „Wat zal je gebruiken?" vroeg mijn vriend. „Wil je misschien wat eten?" en hij hield mij een gehecto- grafeerde spijsTijst voor. Ik bestelde een glas bier en een bord erwtensoep. De kellner kwam, liep naar 't buffet, droeg onze be stelling over en ik keek mijn kennis ondervragend aan. „In één ding volg ik de gewone restaurants' hier niet. Ik laat het eten niet te zout maken. Want ik ben niet- verplicht mijn gasten tot bierdrinken te brengen in 't belang van de brouwerij, die aandeelen in mijn onderneming heeft. Want je bent hier in mijn eigen „honxe". 'k Heb nog een biljartkamer en boven een paar in hotelstijl gemeubelde slaapkamers." „Maar hoe kom je tot zoo'n „thuis"? „Dat zal ik je zeggen. Met het oogenblik dat ik van getrouwd man met een prettig echt huiselijk le ven en een „echt knus home" weer zoo iets als een „celibatair" werd, begon mijn lijden. Ik was in de buitenste duisternis van de anonimiteit geworpen, dat is het tegenovergestelde van de „intimiteit". Daar heb ik ontzaglijk door geleden, jaren achtereen. Ten laatste werd (lat zoo erg, dat ik verleerde mij zelf als iets zelfstandigs te voelen. Ik werd iemand, die zich zelf als een ding bezag. Als ik 's middags in een res taurant dineeren ging, zag ik mijzelf het lokaal bin- nenloopen, den kellner mijn jas en hoed overgeven, mijn plaats achter een der, allemaal precies eender gedekte tafeltjes innemen, de spijskaart inzien, be stellen en nadat ik mijn maaltijd door den kellner voor mij gezet had gekregen, eten, met rechts een krant of een kiekjesblad om de tussehenschotelsche verveling af te wisselen met de verveling tijdens het eten. Maar als ik nu andere celibatairs op leeftijd zag, die, Det als ik, binnen kwamen, hoed' en jas af gaven, achter een tafeltje gingen zitten en aten met rechts een kiekjesblad, kreeg ik het gevoel alsof ik in een spiegel keek en mijzelf zag. Zoo is het mij ge beurd, dat ik in een restauratiezaal zittend mijzelf verbeeldde, mij tienmaal aan andere tafeltjes weer kaatst te zien.... Al de celibatairs op zekeren leef tijd in eenzaamheid achter restaurantafeltjes zittend, lijken in hun meewarige positie op elkaar. Zij allen zijn menschen, die hun eigenheid verloren hebben en gedoemd anoniem te leven. Toen heb ik, beste kerel, naar een middel gezocht om van die hantise verlost te worden. Eerst heb ik het beproefd (daar ik nu eenmaal niet meer hertrouwen kon omdat ik niet meer opnieuw lief kon hebben) door mij een smaakvol home in te richten met. een behoorlijke huishoudster. Doch dat maakte mijn verdriet nog grooter. Nu voel de ik thuis eerst recht, w a t ik dooT den dood van mijn vrouw verloren had. Daarom koos ik den ande ren weg, ik ging homoeopathisch te werk, veranderde mijn huis in een café-restaurant „naar de eischen des tij da" ingericht, zooals je ziet. En sedert voel ik mij vrij gelukkig, nu ja in zooverre als iemand in mijn positie, iemand wien 't hart tegen zijn veertigste jaar middendoor is gebroken.door een spoorwegonge luk, het recht heeft 't woord' geluk in den mond te nemen. Ik bedoel, sedert mijn tehuis een nuchter café-restaurant is, gevoel ik mij door de geheele we reld in alle nuchtere café-restaurants thuis. Ik heb nu de illusie, dat ik in dé- geheele beschaafde wereld „at home" ben. Als ik op reis ben, moet ik 's mor gens na 't ontwaken altoos even nadenken of ik thuis, hier in deze lokalen of ergens te Riga, Petersburg, Berlijn, Arnhem of Amsterdam zit. Ik heb de kwaal der anonimiteit door de kwaal zelve bestreden. En wanneer je mij een genoegen wil doen, kom mij dan dikwijls hier opzoeken of liever, kom dikwijls wat. in mijn „home" gebruiken. De vertering is gratis en mijn personeel1 neemt geen fooien aan. Want dat zou de anonimiteit van mijn tehuis breken, daar het im mers de gewoonte is geworden, bij degenen die „in tieme homes" hebben, de intimiteit hunner gastvrij heid met royale fooien aan 't dienstpersoneel te be talen." „Je bent erg vriendelijk voor mij.... gratis verte- ring en geen fooienIk neem dadelijk ©en abon nement. „O", zei hij koeltjes met een afwerend gebaar, „denk niet, dat ik je om jou zelf inviteer. Dat heb je immers niet meer. Ik doe het alleen, omdat ik mijn illusie steeds meer de werkelijkheid' nabij wil doen komen. En daaroom wil ik mij nu ook hoe langer hoe meer in mijn „home" omringen met andere middel mootjes, met van die te-jong-te-oud, en, die net als ik, hun leven verder slijten door, laat ik zeggen, ach ter een balletje gehakt aan te loopen." Toen ik den volgenden middag bij mijn kennis ging dineeren, was een schilder bezig op het raam aan de straatzijde letters te penseelen. „Ik heb nu voor mijn „home" ook een naam gevon den", zei van Rantwijck, ik geloof haast op ironischen toon. „Het heet voortaan „De Nieuwe Gezelligheid." Ingezou-ten Medcileelingen. is één der verschijnselen van nierziekte. Doch er zijn ook andere verschijnselen, die op nierziekte wijzen, zooals: waterzuchtige zwellingen, doffe pijn in de len denen, lendenjicht, blaasaandoeningen, brandende of zanderige urine, graveel of steen, rheumatische pij nen, zenuwhoofdpijn, duizeligheid, blazen onder de oogen, onzuiver bloed, onophoudelijke dorst, haTtaan- doeningen, zwakte en voortdurende vermoeidheid, ontsteking der blaas. Deze verschijnselen vertoonen zich gewoonlijk niet alle tegelijk, doch bij. eiken nierlijder treden er eenige op. Wanneer zich kenteekenen als bovengenoemde voordoen, kan het zijn dat uw ziekte zich Teeds verder uitgebreid heeft dan gij vermoedt de nieren kun nen cel na cel vernietigd worden en de blaas verliest misschien plotseling de macht om de urine op geregel de tijden af te scheiden. Foster's Rugpijn Nieren Pillen genezen deze kwa len, doordat zij de urinewegen zuiveren, zij versterken en heelen de nieren en blaas, en helpen de nieren om het urinezuur en dé verdere schadelijke stoffen, die de bovenstaande verschijnselen en ziekten veroorza ken, uit het lichaam te verwijderen. Zij bereiken de oorzaak der ziekte, daardoor zijn de genezingen duur zaam. Let er op, dat gij de echte Foster's Rugpijn Nie ren Pillen krijgt, Iedere echte doos is voorzien van de handteekening James Foster. Zij zijn te Alkmaar verkrijgbaar bij de heeren Nierop Slothouber, Lan- gestraat 83. Toezending geschiedt franco na ont vangst van postwissel a 1.75 voor één, of 10, voor zes doozen. Aan dé Dammers. Met dank voor de ontvangen oplossingen van pro bleem 173. Stand Zwart: 11/14, 17, 18, 19, 21, 22, 25/28, 30, 35. Wit: 29, 31, 33, 36/41, 43, 44, 46, 47, 49, 50. Oplossing van den auteur: 1. 38—32 1. 27 38 2. 43 23 2. 19 28 3. 29—23 3. 18 38 4. 31—27 4. 22 42 5. 41—37 5. 42 31 6. 36 20 6. 25 14 7. 39—34 7. 30 39 8. 44 11 8. 35 44 9 50 39en wint. Goede oplossingen ontvingen wij van de heeren G. Cloeck, D. Gerling, J. Iloutkooper, A. Klinkha mer, S. de Jong, J. K„ G. van Nieuwkuijk te Alk maar, Jb. Bos, Oudesluis en H. E. Lantinga, Haar lem. Vóór 14 dagen plaatsten wij iet® van den jongen Maarten Noome, die op zoo'n aardige manier een par tij van zijn vader won. Dezer dagen is hij weer zeer ondeugend tegenover zijn vader, op het dambord, opgetreden. Ziehier hoe de zaak zich heeft toegedragen: Vader Noome speelde met zwart een partij tegen zijn twaalfjarigen zoon. Toen de volgende stand be reikt was, moest zwart spelen. V/////A Leclercq speelde indertijd in dezen stand als volgt: 1. 36—31 1. 27 36 2. 26—21 2. 17 26 3. 28 17 3. 12 21 4. 47—41 4. 36 47 5. 44—40 5. 47 29 6. 34 3 Ter oplossing ditmaal het volgende probleem van I ransehen bodem, 't Is lang niet gemakkelijk en zal daarom velen wat hoofdbreken kosten, 't Loont ech ter de moeite wel. Probleem 174 van J. Bourquin (Fr.) Zwart: 7, 10/14, 16/20, 24. Wit: 26, 27, 28, 29, 33, 34, 35, 36, .40, 43, 47. Opl. voor of op 21 Maart. No. 335. H. VAN BEEK te Naaldwijk. Tornooi „Pittsburgh Gazette Times" 1911. mmm En hij speelde 1116. „Neen, neen, vader, dat gaat niet", werd hem daar na toegeroepen. „Ik speel nu 3328, u moet 3 slaan van 24 naar 35. Ik laat dan 2822 volgen, en sla daarna van 32 naar 3 op dam." „Drommels, ja", zei vader, „dat gaat niet. Maar ik heb me ook even vergist." Hij kreeg verlof de zet te rug te doen en een ander stuk te spelen. En hij speelde 1722. „Deze zet had ik moeten doen", werd hierbij opgemerkt. Doch de oolijke zoon lachte erg ondeugend en zei,,'t Is al weer mis, va der", en liet volgen: 1. 37—31 1. 26 28 1 2. 39—34 2. 28 30 3. 40—35 3. 24 33 4. 35 4 op dam. Vader gaf toen eerlijk de partij op. Wij gelooven stellig, dat Maarten Noome. als hij ijverig voortgaat, een sieraad zal worden van de dam mersfamilie Noome. SLAGZET. Een eenvoudige leerzame slagzet is er mogelijk in den volgenden stand: Mat in 2 zetten. Oplossing van No. 332 (M. FEIGL). 1 Dc6 b5 enz. Goede oplossingen ontvingen wij vanP. J. Boom, F. Böttger, O. Bramer, J. II. Miihren Jr.1) en C. Vis ser te Alkmaar; Mr. Ch. Enschedé en P. Fabriek te Haarlem, P. Bakker, Jos. de Koning en H. Weenink te Amsterdam, J. W. Le Comte en J. Vijzelaar te 's-Gravenhage, J. Reeser te Voorburg, Mr. A. van der Ven te Arnhem, J. Deuzeman te Fredériksoord, G. H. B. Hogewind te Utrecht, H. Strick van Linschoten te Rijswijk en O. Boomsma te Kampem No. 335 verschijnt voor de eerste maal onder den naam van den auteur, waar het te voren in de „Pitts burgh Gazette Times", gelijk alle wedstrijd-problemen onder zijn motto verscheen. Het is ongetwijfeld een goede opgave, gelijk wij trouwens van dezen componist gewend zijn. Bijzonder uitblinken doet zij echter niet, terwijl zij bovendien niet van dat soort is, dat tegenwoordig iu een wedstrijd de aandacht der prijswinners trekt. Tweezetten met tempodwang tot grondslag, aardige matstellingen en dito sleutelzet staan achter in waar deering bij dreig 2-zetten1, waarin de dreiging in een aantal varianten op verschillende wijze wordt gepa reerd. Daar is o. i. werkelijk dit voor te zeggen, dat men meer kans heeft in een dreig 2-ze,t iets verrassends te ontdekken, omdat dit in tempo-opgaven vrijwel uitge sloten schijnt. Ziedaar nu een onderwerp, lezer, waarover zooveel te zeggen valt, dat het werkelijk niet- onpraktisch schijnt, er het zwijgen toe te doen, ten minste op deze plaats. 1) Van wien wij verzuimden de goede oplossing van No. 331 te vermelden. Ingezonden Stukken. WelEd. Heer Redacteur Naar aanleiding van het verslag der lezing van Dr. Kromsigt in het voorlaatst nummer verzoek ik U be leefd onderstaande regelen te plaatsen. Ik was ook onder het gehoor van ZEw. en zou zeer gaarne na afloop met den geachten spr. van ge dachten hebben gewisseld. Een rede echter waarvan het motto reeds onjuist is, waarvan de inleiding geheel is uit de lucht gegrepen, waarvan alle gegevens strijden, zelfs met de eerste eischen van waarheid en oprechtheid, terwijl alle mo tieven, waardoor scheiding en doleantie zijn ontstaan, zorgvuldig werden verzwegen, laat zich met het stel len van een paar vragen, terwijl het rijtuig reeds voor de deur stond, waarmee de spr. moest vertrekken, niet behoorlijk weerleggen. Wil eehter Dr. Kromsigt of een der H.H. Predi kanten hier ter stede daarvoor, zij het ten mijnen koste gelegenheid geven, dan ben ik daartoe gaarne bereid. Met beleefden dank, Uw dw. dien., W. WOLZAK Gz.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1912 | | pagina 6