DAGBLAD VOOR ALKMAAR EN OMSTREKEN.
Van Houten *s
De beste voor den prijs
LIEFDESOFFER
Honderd en veertiende Jaargang.
1912
V R IJ D A O
29 MAART.
FEUILLETON.
BINNENLAND.
No. 76
Deze Courant wordt eiken avond, behalve op Zon- en
Feestdagen, uitgegeven. Abonnementsprijs per 3 maanden
voor Alkmaar f0,80; franco door het geheele Rijk f 1,
Afzondei lijke nummers 3 Cents.
Telefoonnummer 3.
Prijs der gewone advertentiën
Per regel f0,10. Bij groote contracten rabat. Oroote
letters naar plaatsruimte.
Brieven franco aan de N. V. Boek- en Handelsdrukkerij
v/h. HERMs. COSTER ZOON, Voordam C 9.
IN ELK OPZICHT
kan
|den toets der vergelijking
met andere goedkoope
merken doorstaan.
Inderdaad is hetl
1 Kg. ƒ1.50
- 0.80
>4Kg. 0.42|
Mo.. - 0.18.
MAARSCHE
Rona
Cacao
ALKMAAR, 29 Maart.
Uit do oude rooversverhalén kennen' wij allen het
klassieke: „Je beurs of je leven," en allen hebben we
die uitdrukking vreeselijk gevonden. Thans echter
moeten wij wel tot de slotsom komen, dat de roover*
van eertijds goedhartige mensehen waren, althans ver
geleken bij hun Parijsolie collega's van 1912, die geen
keuze laten, maar beurs èn leven eischen.
De brutale moorden on diefstallen van de autodie
ven vormen op het oogenblik het onderwerp van
het gesprek. Zooals onze lezers weten hebben een drie
tal personen Maandag een auto aangehouden en zijn
daarna naar Chantilly gereden, waar ze een bankin
stelling beroofden van ongeveer 50.000 francs, daarbij
ti*© beambten doodende en twee zwaar verwondende.
liet geldt hier een goed georganiseerde bende, met
de meest moderne hulpmiddelen toegerust, welker le
den de rollen onderling uitnemend verdeden, brutalen
moed aan don dag leggen en niet schuwen degenen te
dooden, die hen in den weg treden.
Wat er de laatste maanden alzoo door de bende is
geschied?
door
RUDOLF STRATZ.
74) o—
Toen werd er heftig aan de bel getrokken.. Zij
hoorde, hoe het meisje iets mompelde, en daarop zijn
barsch: „Ach, laat mij met rust!" waarbij hij waar
schijnlijk het weerstrevende meisje op zijde schoof.
Zijn haastig© voetstappen klonken1 in de gang, nader
den de welbekende kamer, daar stond hij, bijna ge
lijktijdig met zijn kloppen, op den drempel, sloeg de
deur aehter zich dicht en trok Vera, die hem tegemoet
snelde, hartstochtelijk naar zich toe. Hij drukte haar
aan zijn borst, en was zoo opgewonden, dat hij geen
woord kon uiten. Eerst nadat zij elkaar vele, vele
malen gekust hadden, met gesloten oogen, de wereld
vergetend, eerst toen, na de bedwelmende zaligheid
van het weerzien, begoni hij:
„Hij zegt mij, dat hij bij je geweest is?"
„Ja."
„Hij zegt, dat je alles weet?"
„Ja."
„Ilij is zooeven bij mij geweest!.... Hij heeft met
mij maar heel kort gesproken staande met zijn
hoed in de hand! Vera.Vera. om Godswil.
„Ja, Georg?"
„Ik begrijp niet, dat je zoo kalm blijft!.... Of
heeft hij jou misschien iets anders gezegd dan mij?
Heeft hij jou misschien eenige hoop gelaten?"
„Niet zóó veel, Georg. Zij willen je niet vrijla
ten!. Dat heeft hij gezegd!"
„En wat heb jij geantwoord?"
„Niets, Georg! Ik heb alleen geluisterd!...."
„Zonder een woord van tegenspraak?"
„Hij heeft mij niets gevraagd. Hij heeft mij een
voudig voor feiten geplaatst!"
„Zoo?.... Anders ben je zoo zachtzinnig niet! Ik
zal jo zeggen, wat ik hem geantwoord heb!. Een
voudig dit: al kom je nu met tien wetboeken en ver
bodsbepalingen, je zult er ons niet onder krijgen!.
Wij staan voor niets meer! Wij zullen ons er door
heen slaan, knoop dat in je oorenEn als daar noo-
deloos een schandaal uit voortkomt, is het de schuld
Met den diefstal van een auto in Villancourt is lu-t
begonnen. Daarop volgde de aanval op den bode van
een bankkantoor, Gaby, in de rue Ordener boven in
Montmartre te Parijs. Hij werd op de openbare straat
in druk verkeer door twee revolverschoten getroffen.
Een auto, die in de buurt, stond en die eenige dagen
vroeger van een rentenier in Puteaux bij Parijs was
gestolen, bracht de roovers met hun buit van ander
half honderd duizend francs in bankbiljetten en pa
pieren van waarde in veiligheid. Later vond men de
auto verlaten op 't strand te Dieppe en een deel der
papieren van waarde bij een heler in Rij seek Hij werd
met andere verdachten in hechtenis genomen, maar de
werkelijke daders ioopen nog rond. Eenige weken la
ter werd een auto gestolen te Saint' Mandé. Toen
hield in de rue du Havre in 't midden van Parijs een
politieagent een auto aan, waarmede harder gereden
werd dan geoorloofd was, vermoedelijk de gestolene.
l)o man v.'iklo nummer en namen opteekenon, hij werd
door een revolverschot, uit de auto op hem gericht,
doorschoten en viel dood op den boulevard, terwijl do
auto zich snel verwijderde. De bende deed1 verder van
zich liooren, dan eens in de nabijheid van Parijs, dan
eens uit 't midden van Frankrijk, dan eens uit 't zui
den, telkens kwamen berichten van onverhoedsche,
brutale aanvallen en diefstallen, o.a. werden twee ge-
weerwinkcls in de me de Lafayette en den boulevard
Haussmnnn bestolen. Woensdag 20 dezer, werd een
poging gedaan om een auto te bemachtigen in Cha
teau, vlak bij Parijs, maar toen wist de chauffeur uit
de bovenverdieping met pistool en geweer de bende te
verdrijven.
Thans heeft men meer succes gehad. Het drietal
personen, dat vermoedelijk in al deze misdaden de
hoofdrol heeft gespeeld, zijn Bonnot, Cnrouy en Gar-
nier, die werden bijgestaan- door Vnlet, Godorowski en
Reymond.
Natuurlijk ziet men met koortsachtige spanning in
Frankrijk uit. naar de arrestatie der bandieten, maar
ook elders brachten zij groote beroering teweeg. Over
al worden ze gezocht, overal zijn ze gezien eir overal
worden er verkeerde personen opgebracht.
De dwaaste geruchten doen de ronde. Alle banken
in de Parijsche voorsteden en elders in bet land wor
den bewaakt door agenten met geladen revolvers, alle
bankloopers zijn zwaar gewapend, terwijl de wagens,
die do belangrijke sommen naar Parijs brengen, op
last vaui de prefectuur geëscorteerd worden door een
twintigtal gewapende soldaten!
Vastgesteld werd, dat de bende in haar bezit heeft
negen karabijnen, negentien revolvers en zes repeteer
geweren, afkomstig van den diefstal bij een wapen
handelaar aan den boulevard Hausmann en bovendien
nog ongeveer twintig magazijnpistolen, gestolen bij
een geweermaker in de rue Lafayette.
Bonnot schijnt een meester te zijn in de kunst, om
/ich te grimeeren. Bij een huiszoeking in zijn woning
te Lyon het vorige jaar ontdekte men tallooze valsche
baarden in alle kleuren. Ilij kon alle gedaanten aan
nemen en het is dus licht te verwachten, dat hij bij
deze gelegenheid nu zijn portret overal wordt ver
toond, zal zorgen er zoo min mogelijk op te gelijken, i
Zijn vrienden moeten zelfs dikwijls moeite hebben ge-
had hem te herkennen.
Hot spreekt intusschen wel van zelf, dat de Frnn-
selie fantasie geducht aan het werk is. Maar de
politie zit er maar mee nu al haar pogingen om de
bandieten in handen te krijgen, tot dusverre vruchte
loos bleven.
van diegenen, die menscheu willen terughouden, die
zich niet laten terughouden...."
Er werd geklopt. Georg draaide zich om, en keek,
over al zijn leden bevend naar de deur, waar mevrouw
VonPfennigreuter verscheen, die Vera verontwaar
digd aankeek.
„Ik ben zeer verbaasd, mevrouw!.Ik heb u uit
drukkelijk gezegd, dat ik de bezoeken van den kapi
tein niet langer kan toesetaan
Zij kwam niet verder, daar hij haar in de rede viel:
„God in den Hemel! Laat ons met rust! Ja. dat is
mij totaal onverschillig, wie u bent! Wie waagt liet,
zich op dit oogenblik tusscheu mevrouw Von Vogt en,
mij te plaatsen
Eu terwijl zij verschrikt de vlucht nam, hoorde zij
nog zijn snijdende commandostem: „Er gebeurt een
ongeluk, als iemand ons nu komt storen, mevrouw,
dat zweer ik u!"
Toen werd het. stil. Moeder, dochter en dienst
meisje hadden zich in de keuken teruggetrokken en
wachtten daar bevend op het vertrek van den onwel-
komen bezoeker. Hij lachte toornig en wendde zich
weer tot Vera: „Waar je ook komt, overal ontmoet
je van die Philisters!.Zij maken je gek!.Ik
heb het mijn schoonvader ook gezegd. Maar in ernst,
Vera: wij zijn werkelijk als kaarsen, die aan twee ein
den tegelijk branden!.... Wij moeten gauw tot een
besluit komen. Anders zijn wij weg." Hij balde zijn
vuisten. „Wij moeten hun den heelen rommel voor de
voeten gooien, dat het kraakt!.... Zij kunnen het
ons niet beletten.... zij kunnen ons heelemaal niets
deen. als wij maar willen
Zij keek hem rustig, met groote oogen aan. Hij
vatte haar beide handen en fluisterde hartstochtelijk:
„Verawij zijn toch samen getrouwd. De geeste
lijke heeft ons toch zijn zegen gegeven en die vent
op het stadhuis toch ook. Wij ziju man en vrouw
kijk die lui uit Worms erkennen geen scheiding.
Zij zeggen: een huwelijk blijft een huwelijk in alle
eeuwigheid!.... Dat zegt mijn schoonvader van
mijn tweede huwelijk! Nu ik pas het- op mijn
eerste toeNiet voor de mensehen die mogen
moord eu brand schreeuwen maar voor ons eigen
geweten
Ilij drukte haar vingers zoo stijf, dat zij haar pijn
deden. Hij was half gek van opwinding en de woor
den stroomden hem van de lippen.
„Vera. er blijft ons geen andere keus over! De
mensehen zijn nu eenmaal zoo krankzinnig. Zij dwin-
T WE F DE KAMER.
In de zitting van gisteren waren1 de moties-Arts en
-Ter Laan ter verhooging van de wettelijke minima
der onidorwijzerssalarisaen aan dc orde.
De heer Sm een ge (U. L.) achtte de, eerste mo
tie onvoldoende en zal stemmen voor die van den heer
Ter Laan. Spr. wilde een: voorschrift, dat verhoo-
ginig in elk geval don ouderwijzers zal ten goede ko
men. 11 ij was miet bezorgd voor de hooge kosten.
De heer de Klerk (U. L.) achtte aanneming
van de motie-Ter Laan dringend noodig. Spr. be
streed den heer Tydeman, die de motie te eenvoudig
vond, en den heer Oosterbaara, die genoegen nam met
de 3 ton, waarvan het niet zeker is of de regeering ze
voor dit doel beschikbaar stelt. De zaak is urgent,
want men kan de verbooging niet. aam de gemeentera
den overlaten.
Spr. was tegen den door den beer Arts gewenschten
kindertoeslag.
De lieer Truub (V. D.) bestreed! de incidenteel©
wijziging, door den' heer Arts in zijn motie aange
bracht: de invoeging vara een kindertoeslag. Het gaat
niet aan zich hierbij te beroepen op het precedent der
postambtenaren. Spr. zag hierin een nutteloos propa
gandamiddel tegen hot nieuw-malthusianisme. Dan
ging sj)r. na op welk standpunt men zich behoort te
plaatsen bij het salarieeren. Spr. zocht verband tus
scheu loon en praestatie de minister doet dit ook,
maar bovendien let hij bij liet loon op de behoefte.
Daarbij komt men in strijd met de wet. van vraag en
aanbod,, die niet. uitgeschakeld kan worden in de be
looning van ambtenaren, wil de staat zich zelf niet be-
nadeelen. Spr. betoogde, dat de mot ie-Arts de actie
der ambtenoren wil breken, door de onderwijzers te
splitsen in categorieën met verschillende belangen.
Op die wijze ontkomt dc staat aan de verplichting,
oni door goede loonen het hoofd te bicden aan de con
currentie van particuliere werkgevers. Dc motie-Arts
kan geen goede werkkrachten trekken door het voor
uitzicht van een kindertoeslag. Trouwen is niet liet
hoofddoel van een jong onderwijzer, maar gelegenheid
tot ontwikkeling. Bij loon naar behoefte, zou men
moeten letten op het vermogen van een onderwijzer.
De motie is niet voldoende voorbereid voor een princi-
gen ons, wij moeten en kunnen niet. anders. Dus weg,
weg!.Er uit.alles maar in den steek laten.
het beste is, vanavond nog'.jij en ik.
„Waarheen
Hij zag haar verbluft aan. Ilaar vraag kwam ge
heel onverwachts voor hem. Zij zei kalm: „Aan je
aabstelling in Oost-Afrika behoef je ook niet meer te
denken, als wij. zóó er heen gaan.
„Nee, natuurlijk niet! Voor mijn part!" Hij deed
moeite, zich te beheerschen, maar hij beefde over al
zijn leden. „Wat doet dat er toe? Scheiden kunnen
wij niet, VeraDat éóne jaar van gescheiden zijn
hadden wij misschien doorworsteld. Maar voor al
tijd. dan word ik gek en jij ook, bij de gedachte al
leen al! Dus wat helpt het wij moeten weg!"
„Waarheen?"
Ilij schrok terug voor deze herhaalde vraag. „Dat
weet ik nog niet, en daarnan denk ik ook nog niet.
Wat kunnen wij meer doen dan. het noodlot tarten!
Moeten wij daaraan ten onder gaan ook goed
Maar dan hebben wij tenminste alles gedaan. Het
komt nu op jou aan. Vera! Van jou vraag ik dit
laatste, dit eenige, omdat geen andere weg meer open
staat, ik eiseh het voor al de vreeselijke offers, die ik
reeds gebracht heb! Dan staan wij gelijk en gaan
hand aan hand! Dan kunnen wij lachen!"
...Ie zult niet meer kunnen lachen. Georg!
Hij liet haar handen les en rekte, diep ademhalend,
zijn armen uit: „Vera.... breng mij niet tot vertwij
feling!.... Hier sta ik en heb alles gedaan uit lief
de tot jou! Maar toon mij nu jouw liefde!. Ik
kan je niet sparen!. Ik wil het niet de nood
dwingt ons.... er is geeu andere weg.... geef ant
woord Ja of neen
„Waan breng je mij heen?"
Hij stampvoette.
„Goede Hemel! Dat weet ik niet!"
„Maar i k weet het!"
Het was een oogenblik stil.
„Vera heb je mij lief?"
„Meer dan je deukt 1"
„Kom dan mee!"
Zij zweeg.
Hij keerde zich om en liep, schijnbaar kalmer, de
kamer eenige keeren op en neer. Toen bleef hij plot
seling voor haar stilstaan en haalde langzaam iets uit
zijn zak.... Een revolver blonk in zijn hand.
„Ik heb daar straks gezegd: „Er is geen andere
weg meer!" Er is natuurlijk nog een weg! Die is er
pieele beslissing.
Spr. zal stommen vóór de motie-Ter Laan.
De hoer L i e f t in c k (U.-L.) was het met deze
rede eens en vroeg of de kindertoeslag bij overlijden
van kinderen verminderd wordt. Spr. bestreed den
heer Tydeman, die het aanvangssalaris voldoende
achtte. In alle opzichten is J 500 te weinig. Spreker
verwachtte een gunstigen invloed op het onderwijs,
als de motie-Arts verworpen, de motie-Ter Laan aan
genomen wordt.
De heer De Meester (U. L.) wees op den sinds
1907 verbeterden financieelen toestand, die toelaat om
de onderwijzerssalarissen te verbeteren, nu de rogee-
i-ing zooveel beschikbaar stelt voor andere belangen.
Spr. was tegen de motie-Arts, voer de motie-Ter Laan,
a! betreurde spr. dat de regeering vrij blijft den daar
in geniten wensch niet te verhoorem
De lieer de Geer (C.-H.) wees op de nadeel©it
van kindertoeslag, daïir ouders met veel kindereu
daardoor minder gezochte Werkkrachten warden. Ook
voor ambtenaren heefl deze regeling bezwaar, door het
vernederend karakter van een „nooddrufttoeslag."
I>o heer Arts (R.-K.) verdedigde zijn gewijzigde
motie tegen de verschillende aanvallen. Spr. houdt vol,
dat liet eerste deel van zijn motie slechts 229.000
zou kosten en zegt, dat gezinsloon niets nieuws is.
Spr. drong tenslotte aan op een toezegging van den
minister, dat zoo spoedig mogelijk een onderzoek zal
worden ingesteld unnr liet aantal kinderen van ge
huwde onderwijzers, opdat nog dit. jaar een wetswij
ziging als in het 2de deel zijner motie beoogd, zal
kunnen tot stand komen.
De heer Ter L a a n (S. D. A. P.) repliceerde.
l)e. toevoeging aan do motie-Arts heeft het debat op
oen- verkeerden weg geleid eu noodeloos gerekt.
Spr. verdedigde uitvoerig zijn motie tegen de daar
tegen ingebrachte bedenkingen en bestreed de „fok
premie" van den heer Arts, waardoor een goed© sala-
riëering wordt tegengehouden en alleen de schijn ge
red.
Vervolgens kwam do minister aan het woord,
die evenwel zijn rede wensch te af te breken, gezien dc
nrustige stemming in de vergadering.
De voorzitter antwoordde d'at liet zijn voor
nemen is nog dien middag de stemming te houden.
Over een voorstel om 's avonds te vergaderen, zal spr.
zich nog niet uitlaten, omdat het nog niet gedaan is.
D© M i n i s t e r, de heer Heemskerk, zei daarna
kort te zullen zijn.. Zijn taxatie gegeven van de kos
ten van de eischen van het salaris-comité der onder
wijzers 18 millioera was slechts een ruwe schat
ting. De schatting van den heer Ter Laan is te hoog.
De voorzitter verklaarde hierna, dat roods
twee hoeren na den Minister het woord gevraagd heb
ben; spr. zal daarom afzien van het voornemen om
's middags deze zaak te. doen afhandelen. Ilij schorste
dus de beraadslagingen.
Daarna kreeg de heer T roelstra het woord,
die voorstelde den volgenden, dag met d© Bakkerswet
te beginnen en dus wel avonds te vergaderen, ten
einde klaar te komen. In elk geval zou spr. willen
dat na Pasehen met de Bakkerswet, begonnen zou wor
den.
De voorzitter antwoordde, als men klaar is,
er deze week mede te willen beginnen, maar geen toe
zegging te kunnen geven, dat- er direct na het Pnasch-
reces me© zal worden voortgegaan.
altijd. Wij kunnen van elkaar niet scheiden!. Dat
is duidelijk! Wil je dus niet weg niet mij dan ko
men wij beiden niet meer uit deze kamer! Wil je
dat, dan gebeurt het! Dadelijk! Ik begrijp wel, dat
jij ook niet anders kunt. Beslis dus! Eéni van tweeën!"
Het bleef stil.
„Vera. geef mij antwoord! Wil je vluchten met
mij of niet
Zij was niet bevreesd voor het glinsterende wapen.
Zij was rustig vóór lieni blijven zitten, die dood of le
ven in zijn neerhangende rechterhand hield. Nu zeide
zij: „Laat mij tijd, Georg! Kom vanavond terug.
Zoo tegen zeven uur!"
„Wil je dan gaan?"
„Dan ga ik!"
Zweer het mij
„Dat zweer ik bij onze liefde.
Hij trok haar naar zich toe en hield haar vast om
klemd.... langen.... langen tijd.
Eindelijk smeekte zij: „Ga nu! Ga!"
Hij kuste haar nog eens hartstochtelijk en fluister
de- „lk dank je! Ik dank je! Tk zal alles gaan re
gelen! Klokslag zeven ben ik weer hier!"
Toen keerde hij zich vlug nnar dc deur. Maar zij
riep hem ti-rug: „Kom nog eens, Georg.... bij mij."
Zij wierp zich* in zijn armen, die haar opvingen. Zij
zocht zijn mond. haar pogeu schitterden hartstocht©
lijk, zij drukie hom met de kracht der vertwijfeling to
nen zich aan, zoo heftig, dat hij er bijna van schrok.
Zij smeekte: „Kus mij niet op mijn mond!.... kus
mij op mijn oogen.... op mijn rechter.... op mijn
iinker.
En terwijl hij haar gesloten oogleden kuste, vloog
or een glans van tevredenheid over haar bleek gelaat,
oen zwak. dankbaar lachje toen nog een omhelzing,
lang en innig.
„Zoo...." zeide zij en duwde hem zacht naar de
deur. „Dat is de afscheidskus.
Eén oogenblik keek hij haar wantrouwend aan:
„Wat is e.r, Vera?"
„Niets. Niets!"
Hij aarzelde.
„Ik heb toch jc belofte?"
,,I)ie heb je!"
Hij gaf haar de hand.
„Tot -weerziens, Vera!"
„Tot weerziens!"
(Wordt vervolgd.)