DAGBLAD VOOR ALKMAAR EN OMSTREKEN. No. 88 Honderd en veertiende Jaargang. 1912 ZATERDAG 13 APRIL. BINNENLAND. Uit den Raad. Dit nummer bestaat uit 3 bladen. ALKMAARSCHE COURANT. Veel leverde de raadsvergadering' van. Woensdag niet op het hoofdpunt, de behandeling van de ver ordening op het werkloozenfonds, werd' opnieuw van de agenda afgevoerd. Er schijnt wel een fatum op deze zaak te rusten. Is het niet bijzonder toevallig, dat er van de vier voorstellers van amendementen geten enkele aanwezig was Overigens bood de agenda weinig stof tot discussie en het meest werd er gesproken in de geheime verga dering vóór een benoeming van een onderwijzeres, door den heer Thomsen aangevraagd. De verordening op den genees-, .heel- en verloskun digen dienst ging zonder eigenlijke discussie en zon der hoofdelijke stemming onder den hamer door. Al leen de nieuwe Sehapenbrug lokte nog eenige bespre king uit, terwijl het vervolg der interpellatie van den heer Fortuin ons eveneens aanleiding geeft hierop te rug te komen. Men herinnert zich, dat de heer den Boesterd, toen de vernieuwing van de Sehapenbrug aan de orde was, met een geheel nieuw plan kwam, waarbij een brug met verhoogde voetpaden was ontworpen. Een, naar het ons nog steeds wil voorkomen, alleszins sym pathiek plan. De voorsteller bleek evenwel in de openbare raadszitting niet in staat dat plan behoorlijk toe te lichten, noch de bedenkingen te weerleggen, welke er tegen werden aangevoerd. Het kwam even wel niet tot een beslissing en de heer den Boesterd benutte de hierdoor ontstane gelegenheid, bood den Baad aan een uit hout vervaardigd modelletje en ver der teekeningen van de brug, zooals hij die zich had gedacht. Bij de commissie van bijstand voor publieke werken ontmoette het plan verschillende bezwaren; zij kon zich daarentegen geheel vereenigen met een nieuw ontwerp, dat door den directeur van gemeente werken was vervaardigd. De heer den Boesterd vond de bezwaren, tegen zijn voorstel ingebracht, gezocht en de oplossing, door de commissie aangewezen, wei nig gelukkig. Vermoedelijk in verband' met de ver kregen ervaring, besloot hij zijn beschouwingen op schrift te stellen en deze dan voor te lezen. Maar helaas het lezen ging hem al niet beter af dan het spreken. Stamelend en struikelend' over zijn eigen zinnen, almaardoor in den zelfden toon lezend; ont wikkelde hij zijn standpunt. Met den besten wil van de wereld waren de technische beschouwingen niet te volgen en niet alle raadsleden waren van den zelf den goeden wild Een uitvoerige aanhaling uit een ver slag van een architecten-vergadering, welke in enkele woorden kon worden samengevat en dan meer indruk had' gemaakt, ging geheel aan de belangstelling voor- dan het ontmoedigende slot aangezien men blijkbaar geen brug met verhoogde voetpaden wilde bouwen, lustte het spreker niet er meerdere moeite voor te geven. De ondervonden tegenstand prikkelde hem niet tot verzet, hij kwam niet onder de bekoring van een aangebonden strijd, welke weinig uitzicht biedt, maar juist daarom aantrekkelijker kan zijn. loch zijn we niet overtuigd, dat het ongelijk aan zijn zijde was. In de bijlage de heer den Boesterd had het voortdurend over bijdrage wordt bijv. wel gezegd, dg^t verhoogde voetpaden daar ter plaatse niet noodzakelijk werden geacht maar gedocumenteerd was die opinie heelemaal niet. En de voorzitter zeide wel veronderstellenderwijze, dat dergelijke paden op een andere plaats nuttiger en noodiger zouden zijn dan hier, doch ook deze veronderstelling werd niet in het minst toegelicht. Wij hébben indertijd op grond van waarneming, die niet van gisteren tot he den dateert, betoogd^ dat het geregelde verkeer juist hier op marktdagen veel te wenschen overlaat, en dat juist hier de voetganger inderdaad in het gedTang komt, omdat karren en wagens, zoodra er een opstop ping is ontstaan, niet behoorlijk wachten totdat de menschen zijn gepasseerd, doch maar zoo gauw moge lijk trachten vooruit te komen. Ook lijkt ons zeer eigenaardig het gebruik van het begrip „nuttige breedte" alsof het deel van de brug, dat alleen voor de voetgangers is bestemd, van geen nut zou zijn en een brug eigenlijk alleen moet dienen voor het ver keer van wagens en karren! Het is wel jammer, dat het streven van den heer den Boesterd' om het gemeentebelang te dienen, een streven waarvoor hij getoond heeft iets over te hebben, op deze wijze op een fiasco moest uitloopen. Het was tragisch al trachtte de spreker er zelf ten slotte een vroolijk kantje aan te geven. De heer Meienbrink kwam ter elfder ure met een geheel nieuw plan, een lage brug, maar dit pogen werd handig door den voorzitter afgesneden. Ten slotte werd met twee stemmen tegen het voor stel aangenomen, en krijgen wij dtua een brug met „welstand, zooals er in de bijlage staat, een ijzeren brug met hout omkleed, misschien in imitatiesteen. Over de plaats vani de nieuwe brug, waarover inder tijd nogal wat te doen is geweest, werd thans geen woord meer gerept. Tot goed' begrip van wat Woensdag in verband met de interpellatie van den heer Fortuin is gezegd, moe ten we nog even terugkeeren tot hetgeen in de voor laatste vergadering door dit raadslid werd beweerd en met aplomb werd beweerd. Hij noemde het optreden van den directeur der gasfabriek ontactisch, zeide- dat de directeur zich niet had getoond een commercieel eider vond den directeur in dit bedrijf te deftig, ver klaarde, zonder eenige restrict ie als absolute waarheid, dat de directeur nooit te spreken is voor de kolenlos sers, zeide, dat al deze menschen wel wilden verklaren, dat de directeur niet bereid is hen te hooren, dat deze menschen verklaard hadden, dat zij den directeur niet hebben kunnen spreken, dat de door hem overgelegde schriftelijke verklaring hem door een betrouwbaar man was gegeven, dat hij, wanneer een betrouwbaar man hem zeide, dat is een verklaring van de lossea-s, dit aannam, terwijl hij eindelijk de hoop uitsprak, ..dat wij in de toekomst van dergelijke aardigheden bevrijd zullen blijven." ZiehieT de beweringen van den heer Fortuin in de voorlaatste raadsvergadering. Toetsen wij deze nu eens aan hetgeen gebleken is in de laatste vergade ring en uit een ingezonden stuk in dit blad. De heer Fortuin vestigde den indruk, alsof „een be trouwbaar man," naar later bleek de heer Klomp, hem geheel eigener beweging de verklaring had gebracht. Achterna is gebleken, dat de heer Fortuin den heer Klomp voor wien deze heele geschiedenis ook een les is geweest, welke hij zich niet te vaak kan herinne ren had verzocht die handteekeningen te verzame len. Verder is uit niets gebleken, dat deze kolenlossers, zooals de heer Fortuin beweerde, verklaard hadden, dat zij den directeur niet hebben kunnen spreken. Daarentegen werd de onwaarheid geconstateerd van de bewering des heeren Fortuin, dat al deze menschen wel wilden verklaren, dat de directeur niet bereid is hen te hooren. Het onderzoek dat de burgemeester had ingesteld, leerde, dat niemand ooit den directeur te spreken had gevraagd Men bezie nu eens in dit licht dé dingen, die de heer Fortuin zich veroorloofde te zeggen aan het adres van den directeur, de beschuldigingen die hij jegens dezen met stelligheid! durfde uitspreken. En men beoordeele dan eens, of de heer Fortuin wel verstandig deed met in dit geval niet 's burgemees ters raad op te volgen, om eerst het hoofd] van den tak van dienst te raadplegen, hetgeen hij notabene achterwege liet om op een neutraal standpunt te blij ven t Toen de heer Fortuin in de voorlaatste vergadering het antwoord van den burgemeester op zijn interpella tie had gehoord, zeide hij haast in zijn schulp te moe ten kruipen, het haast jammer te moeten vinden, dat hij deze interpellatie had gehoudten. Maar.... hij verklaarde nog niet afgeschrikt te zijn om nog eenige critiek te geven. Ware hij maar wèl afgeschrikt! Had hij zijn op niets berustende critiek ma-ar voor zich gehouden, hij zou zichzelf veel verdrietigs hebben bespaard, niet onnoodig stof hebben opgewarreld. In de raadsvergadering van Woensdag stond hij na tuurlijk geheel ontwapend. Hij legde zich hierbij echter niet -neer, doch ging in nijdige zenuwachtig heid? steigeren tegen de macht der feiten. Nu was de directeur der gasfabriek niet meer on tactisch, oncommercieel en te deftig, maar nu werd de handelwijze van den heer Klomp onpractisch, on juist en dun, nu had de heer Fortuin in de vorige vergadering geen beschuldigingen jegens den direc teur geuit, o. neen, maar slechts inlichtingen ge vraagd, nu was de „betrouwbare man" plotseling in deze kwestie minder betrouwbaar geworden. En nu scheen het geschikte oogenblik aangebroken om toch andere menschen te waarschuwen hij, do heer For tuin zou er natuurlijk niet inloopen (hm!), maar, niet waar, anderen moesten op hun hoede zijn. De ko lenlossers kregen er van langs en met name een hun ner moest het geducht ontgelden. Alleen over den heer Fortuin- sprak dé heer Fortuin niet. En bij de zen had hij voor de verklaring van deze zaak juist moeten beginnen. Misschien is hij daartoe overge gaan in kalmer gemoedsstemming. Zijn inbindende verklaring in het nummer van gisteren-, waarin hij schreef weinig lust, te gevoelen de zaak opnieuw te memoreeren, wijst daarop wel. Wij meenden op die zaak wel te moeten terugkomen, eenigszins uitvoerig, omdat 't naar onze meening niet aangaat, dat een raadslid! maar klakkeloos, zonder eenig ernstig onderzoek, zonder eenige kennis van za ken, over gemeente-aangelegenheden praat, daarbij zijn welbespraakheid- den vrijen teugel laat, dingen verkondigt, die niet kloppen met de feiten, beschuldi gingen uitspreekt, die achterna geheel onverdiend blij ken, oorzaak is, dat er een onderzoek wordt ingesteld, dat veel tijd en moeite kost en tenslotte zich niet op de fraaiste wijze uit zijn onaangename positie tracht te redden. En voor onze gemeente èn voor den heer Fortuin is het te wenschen, dat vervuld worde de hoop van den interpellant: „dat wij in de toekomst van dergelijke aardigheden bevrijd zullen blijven." Heeft de heer Fortuin dit interpellatie-fiasco ge heel aan zich zelf te wijten, hij heeft het vermoedelijk wel in zijn hand, indien hij een zaak ernstiger aan pakt en indien hij anders optreedt, aangenamer resul taten te bereiken. Niets zal ons liever zijn, dan dat de heer Fortuin ons weldra de gelegenheid biedt eens even uitvoerig maar in geheel anderen zin alsi wij thans moesten doen, van een door hem behaald! succes- in den ge meenteraad te kunnen gewagen! GRONDWETSHERZIENING. De Staatscommissie voor de Grondwetsherziening is tot hervatting van hare vergaderingen bijeengeroepen tegen Maandag 22 April, ter behandeling van haar eindrapport. VREDESPALEIS. De werkzaamheden voor den aanleg van het plein en den tuin rondom het Vredespaleis doen voorzien, dat tegen den a.s. zomer kan worden begonnen met de afbraak en opruiming van het voormalige Paleis Bui tenrust aan den Scheveningschenweg met de aangren zende gebouwen, die tot het tolhek daar ter plaatse doorloopen. Het gebouw van de Russische Kapel, hoek Anna Paulonastraat en Scheveningscheweg zal verdwijnen zoodra de nieuwe kapel bij de Groothertoginnelaan in gebruik genomen kan worden, hetgeen met November a.s. verwacht wordt. Het Vredesgebouw zal van den openbaren, d. i. de op dat punt zeer fraai te verbroeden Scheveningsche weg, worden afgescheiden door het hek van artistiek smeedwerk, dat de Duitsche Regeering als geschenk heeft aangeboden. De hoofdtrap, welke de gemeente s-Gravenhage zich voorstelt als geschenk te geven, krijgt dezelfde breedte als de escalier d'honneur in de groote opera te Parijs. De kleur van den marmersteen van dezen hoofdtoegang naar boven zal zijn wit waar in zwarte aderen loopen. De marmeren trap met zijkanten eindigt op de eerste verdieping. De voetstukken, die de bij het souvenir behoorende lichtopstanden van gestyleerd koperwerk zullen dra gen, worden aan de voorzijde versierd- met het wapen der gemeente 's-Gravenhage. Gemeugd nlenws. DE WAGENINGSOHE PRENTBRIEF KAARTEN. In antwoord op 's heeren Elberg's request aan den Minister van Justitie, waarin requestrant zich be klaagde over de politie-inmenging bij het expo sec ren der veelbesproken prentbriefkaarten, is den betrokke ne namens den Minister medegedeeld, „dat zijne klacht omtrent de te zijnen huize verrichte inbeslag neming van prentbriefkaarten geen aanleiding geeft voor eenige tusschenkomst van Regeeringsiwege en dat wat zijn grief betreft omtrent de onzekerheid wat moet worden aangemerkt als de zinnelijkheid der jeugd te prikkelen, de rechter in elk voorkomend ge val daaromtrent een beslissing zal hebben te geven." Naar men weet is intusschen de te dezer zake aan den heer Elberg geteekende dagvaarding ingetrokken. EEN „VALER." Een boerenknecht vond bij de nieuwe R. K. be graafplaats aan, den Eikbos-scherweg te Hilversum een lijkkistje staan. Hij waarschuwde de politie; bij ope ning bleek het kistje een kinderlijkje te bevatten, ge wikkeld in een lijkwaadje en een kroontje op het hoofd- Het onderzoek bracht aan het licht dat de va der, wonende in de Reestraat, na behoorlijk alle for maliteiten te hebben vervuld, op weg was geweest het kindje te begraven. Öij had daartoe 1.50 medegeno men, noodig voor begrafenisrechten. Onderweg had hij echter een vriend ontmoet en vond hij het toeu blijkbaar beter dien daalder aan drank te besteden. Het kistje hadden ze daarom maar op straat gedepo neerd. IN- EN UITVAL. Gelezen aaa de achterzijde van een bankbiljet: Volkomen ongerept gaat gij de wereld in; Maar brengt het lot u ooit weer mij in handen, Hoe zult gij zijn? Gekrenkt, beduimeld, vies! De vlijt hebt gij beloond, maar ook wellicht de [schande! En kondt gij spreken van de vele dingen; Waartoe gij hebt gediend en die gij hebt gezien, Niet enkel eer en deugd zoudt gij bezingen Maar u ontsnapte vaak een zucht een vloek mis- [schien (Hlbld.) MINISTERIEEL BEZOEK AAN DE „KRUISBERG." De minister van Justitie, mr. Regout, bezocht Don derdag, vergezeld van den secretaris-generaal mr. Dresselhuijs en eenige ambtenaren van zijn- departe ment, de gebouwen van het Rijksopvoedingsgesticht „De Kruisberg." De burgemeester van Ambt-Doetinehem, de heer W. S. J. Teuhinte, leidde het gezelschap rond door de hun voltooiing naderende gebouwen, waarna de heeren zich terug trokken in een der kamers van het bestaan de gebouw, waar zij waarschijnlijk de opname aan een nadere bespreking onderwierpen. In den namiddag vertrok de minister weer. HOLLANDSCHE LUCHTSCHIPPERS AANGE HOUDEN. Naar de Tel. verneemt is de ballon „Amsterdam" van de Nederiandsche Vereeniging voor Luchtvaart," die te Crefeld de overwinning behaalde, gisterochtend even over de Duitsche grens in de buurt van Gronau aangehouden. In den ballon bevond! zich o.a. een onder-directeur van het Koninklijk Nederlandsch Meteorologisch In stituut te Den Bilt, bij Utrecht. De heeren hebben terstond! na de aanhouding naar Utrecht om legimitatie-papieren geseind. DROEVE BEGRAFENIS. 't Is gebeurd bij Oosthuizen. Daar staat op het land, bij den weg, een woonwagen, waarin hokte een heele bedelfamilie. Vader en moe der en een stuk of zes kinderen. Dat eet en wroet en slaapt daar alles bij elkaar, en 't spreekt vanzelf, dat als er een ziek is; ook de heele familie om den patiënt heen krioelt. Nu was er dezer dagen een twaalfjarig jongetje ziek. Het kind werd! heel ernstig en had! natuurlijk niét de noodige verzorging. 't Duurde dan ook niet lang of het stierf. De dokter vond! het lijkje in zeer moeilijke houding, met opgetrokken knietjes, omdat de stakkerd geen ruimte gehad had zich behoorlijk uit te strekken. De burgemeester werd gewaarschuwd en uit hygië nische overwegingen werd! gelast, dat het kind' zoo spoedig mogelijk moest worden begraven. Toen het lijkje in behoorlijke houding was gebracht door den timmerman van het dorp, werd1 in allerijl een ruw kistje getimmerd, ongeschaafd' en zonder een kwastje verf, en den volgenden middag het lijkje had 's nachts onder den wagen gelegen werd het kind' dan begraven De timmerman, in gezelschap van eeni veldwachter, kwam met het handkarretje op het bepaalde uur aan rijden. Daarop werd het kistje geplaatst, een oude, zwarte doek er overheen, en zoo ging het na-ar de be graafplaats. Vader en moeder vonden het noodig het kind op dezen laatsten tocht te begeleiden.... (Tel.) ELECTRISCHE CENTRALE. Door het bestuur vani het departement Sneek van de Maatschappij van Nijverheid is een commissie aan gewezen om de oprichting van een vereeniging moge lijk te maken tot het verkrijgen van een electrische centrale voor Frieslands Zuidwesthoek, Bolsward, Wommels, Mantgum, Leage-gean, Sneek en tusschen- gelegen plaatsen. EEN BANGE NACHT. Het tjalkschip „Vertrouwen," schipper J. van der Zande van Harderwijk, werd Donderdag, nadat het van het anker was losgeslagen, door den storm op het Enkhuizer zand geworpen. De schipper weigerde hulp, maar liet zijn vrouw en kinderen in een vissehersvaar- tuig naar den wal brengen. Een bange nacht wend door schipper en knecht doorgebracht. De zeeën rol den van het dek; het roer sloeg weg en het schip stootte lek. Nadat Vrijdagmorgen door visscherlui, die met hun botter den geheelen nacht in de nabijheid waren gebleven, de tjalk vlot was gemaakt, werd zij door een sleepboot te Enkhuizen binnengebracht. Het schip en de lading rogge zijn verzekerd. UIT EGMOND AAN ZEE. *Door Jonkvrouw A. C. C. van Brakel, onlangs te Oudenrijn overleden, is o. m. aan de Prins Hendrik- Stichting alhier 25000 vermaakt, vrij van successie. UIT OTERLEEK. Door het Kiescollege te Westzaan is tot predikant bij de Ned. Herv. Gemeente aldaar beroepen ds. J. J. van Meurs alhier. Het drietal1 bestond! uit de heeren van Meurs te Oterleek, S. II. de Groot te Oorschot en J. Broekema te Heerhugowaard. UIT LTMMEN. Door onbekende oorzaak gerankte alhier Vrijdag middag een oud boerenhuis, gebruikt voor bergplaats van hooi en stalling van eenig vee, in brand. Het vee, 8 kalveren, 2 paarden, een jongen stier en een zeug met biggen, konden intijds worden gered. Door den gunstigen wind bleef de op eenige meters afstand staande oude, met riet gedekte boerderij, be spaard. Huurder was de heer A. Admiraal. Eigenares freule II. L. Hoeufft. ONTBINDING DER VEREENIGING IIET KAASCONTROLE-STATION „NOORD-HOLLAND". De Vereeniging „Het Kaascontrole-Station Noord- IIolland" zal 13 Mei a.s. te Hoorn een zeer gewichtige algemeene vergadering houden. In die vergadering toch zal het bestuur voorstellen te besluiten tot onmiddellijke ontbinding der vereeni ging en om de liquidatie aan het bestuur op te dra gen. - Dit voorstel wordt gedaan namens het geheele be stuur. Dit toch heeft reeds geruimen tijd aan het welslagen van de zaak der kaascontro-le getwijfeld. De groote massa kaasproducenten toont weinig of geen belangstelling en bij de weinige aangeslotenen ver flauwt deze. Hun aantal is afnemende. Van den anderen kant blijft de kaashandel in het algemeen, evenals van den beginne af aan, zich onthouden van alle medewerking, tengevolge waarvan vele producen ten zich niet aansluiten en de leden (enkelen uitge zonderd1) niet verdér gaan, dan hun directen afnemer een garantie te geven, terwijl het product zonder ga rantie-merk blijft. Aangezien de directeur thans wegens verandering van werkkring om ontslag heeft gevraagd, meent het bestuur, dat het oogenblik is gekomen, om de zaak op een geschikte wijze af te wikkelen. Voortzetting onder de gegeven omstandigheden acht het bestuur zeer bezwaarlijk uitvoerbaar en zelfs ook niet bevor derlijk aan het bereiken van het doel, n.l. om verbete ring te krijgen in den toestand van verwarring en on zekerheid omtrent het vetgehalte, die er nog altijd be staat, zoowel voor de afnemers als de consumenten van kaas in Edammer vorm. Onze vereeniging, zegt het bestuur, heeft de oplos sing niet kunnen brengen, de kaaskwestie blijft be staan, ook voor dé Nóord-Holl'andsehe Edammerkaas- industrie. Hieraan gedachtig stelt het bestuur zich voor, ten opzichte van den laboratorium-inventaris en andere daarvoor in aanmerking komende eigendom men der vereeniging zoodanige maatregelen te ne men, dat zij ter beschikking gesteld zullen kunnen worden van hen, die in een gunstiger tijd- de zaak op nieuw mochten aanpakken. UIT HEILOO. Het Bestuur van de afdeeling Heiloo van den Volks bond tegen drankmisbruik heeft, evenals in 1910, eene tentoonstelling uitgeschreven op 19, 20 en 21 April a.s., die gehouden zal worden in het café Ruiter. Deze tentoonstelling van huisvlijt belooft weer iets goeds. Velen hebben weer gewerkt en wij hopen met succes. Het aantal inzendingen zal niet zoo groot' zijn als in 1910, maar toen was het getal ook te groot, of lie ver, de ruimte te beperkt. Nu krijgt men beter over zicht van het vele schoone. Ieder bezoeker vindt iets van zijne gading. Kostbare en fijn afgewerkte voor werpen krijgt men te aanschouwen, die voor velen nieuw zijn. 't Is te wenschen dat het weder heerlijk mag zijn, dan zullen bezoekers, zoowel als 't Bestuur profiteeren. Prachtige prijzen zullen aangekocht worden voor de verloting, waaraan jong en oud kan deelnemen tegen 10 cent per lot. Een ieder werke dus mede tot steun en bloei dezer zoo schoone zaak. De jury, bestaande uit de dames Eijbergen en Schram, leeraressen aan de Industrieschool te Alk maar, en de heeren G. J. Blees Kz. uit Zaandam, J. Cock, leeraar aan de Cadettenschool' en H. de Haas, onderwijzer aan het Opvoedingsgesticht, beiden te Alkmaar, zal zeker weer een niet gemakkelijke taak hebben te vervullen! KORTE BERICHTEN. In Eindhoven en aangrenzende gemeenten is zulk een woningnood, dat de donkere oude toren te Woensel door een huisgezin betrokken is, terwijl een metselaarsgezin aldaar van de gemeente een plekje grond tot opslag van eene tent heeft gevraagd, daar he.t met 1 Mei a.s. zonder woning zal zijn. Te Oudemieden (Fr.) is een 7-jarig meisje bij het eierenzoeken verdronken. Pas had het kind' moe der een paar eendeneieren thuisgebracht. De beide veldwachters te Halfweg hebben de laatste dagen, in hoofdzaak de beide Paaschdagen, niet minder dan 60 processen-verbaal opgemaakt we gens te snel rijden door de kom van het dorp, waaT de maximum snelheid' 12 K. M. per uur bedraagt. Bij een winkelier te Amsterdam vervoegde zich Donderdagmorgen een persoon, die voor ruim 9 aan sieraden kocht en het verzoek deed deze voorwerpen aan een adres in de Marnixstraat te bezorgen. Het loopmeisje, dat met de sieraden- daarheen was gezon den, trof nabij genoemd adres den kooper aan, die het gekochte in ontvangst nam. Toen later aan het opge geven adres over het geleverde werd -gedisponeerd, bleek de persoon daar niet woonachtig te zijn.'

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1912 | | pagina 1