DAGBLAD VOOR ALKMAAR EN OMSTREKEN.
Inlevering wapenen, kleedlng, uitrusting, ens.
Collecte gewapenden dienst.
Om het koude goud.
Burgerschool 3» Meisjesschool.
Honderd en veertiende Jaargang.
1912
DONDERDAG
WOENSDAG 10 JCLI 1912,
Gemeenteraad van Alkmaar.
FEUILLETON.
No. 150
27 U N I.
TOELATING
Deze Courant wordt eiken avond, behalve op Zon- en
Feestdagen, uitgegeven. Abonnementsprijs per 3 maanden
voor Alkmaar f0,80; franco door het geheele Rijk f 1,
Afzonderlijke nummers 3 Cents.
Telefoonnummer 3.
Prijs der gewone advertentiën
Per regel f 0,10. Bij groote contracten rabat. Groote
letters naar plaatsruimte.
Brieven franco aan de N. V. Boek- en Handelsdrukkerij
v/h. HERMs. COSTER ZOON, Voordam C 9.
Vrijdag 28 Juni a.s.
72)
BURGEMEESTEE en WETHOUDERS van ALK
MAAR brengen ter kennis van de verlofgangers der
Landweer, die in 1905 naar de Landweer zijn overge
gaan, VOOR ZOOVER ZIJ IN HET LAATSTE
JAAR VAN HUNNEN DIENSTTIJD ZIJN, dat
door den Commissaris der Koningin in deze provincie
is bepaald, dat de inlevering van de wapenen,
de kleeding- en uitrustingstukken, bet ledergoed en
de reglementen en dienstvoorschriften door bedoelde
landweerpliclitigen, voor zoover zij in het register van
verlofgangers der Landweer dezer gemeente voorko
men, inoet geschieden op
des voormiddags tea 9 ure, voor zooveel betreft de
manschappen behoorende-tot de Infanterie en de Hos
pitaalsoldaten en des voormiddags ten 10ure voor
zooveel betreft de manschappen van de vesting-artille
rie, genietroepen, pontonniers en administratietroe
pen, in een der lokalen van den NIEUWEN DOE
LEN aan de Doelenstraat te ALKMAAR.
Zij noodigen mitsdien bedoelde verlofgangers uit op
den genoemden datum en de aangegeven plaats aan de
hun bij art. 31 der Laudiveerwet opgelegde verplich
ting tot inlevering te voldoen en brengen voorts in
herinnering' de navolgende bepalingen voorkomende in
de „Regeling" voor die inlevering, vastgesteld bij be
schikking van don Minister van Oorlog van C April
1910, Vlo Afd., No. 90:
„Indien de verlofganger wegens ziekte, verblijf bui
tenslands, of andere geldige redenen verhinderd is
persoonlijk de wapenen, de kleeding- en uitrusting
stukken, het ledergoed en de reglementen en dienst
voorschriften in te leveren, dan is hij, of zijn, bij on
macht zijnerzijds, naastbestaanden gehouden, er
voor te zorgen, dat de inlevering door een ander ge
schiedt. Van de geldigheid' der redenen van verhinde
ring moet blijken uit een bewijs, afgegeven* c. q. gele
galiseerd, door den burgemeester en bij de inlevering
over te leggen door den persoon, die namens den ver
lofganger tot de inlevering verschenen is.
Indien de verlofganger zich tot het inleveren van
zijne wapenen, kleeding- en uitrustingstukken, leder
goed en reglementen en dienstvoorschriften buiten
zijn. woonplaats moet begeven, geniet hij, als de af
stand! van. de woonplaats tot de plaats van inlevering
meer dan 10 K.M. bedraagt, vrij vervoer naar laatstge
noemde plaats en terug."
Met nadruk wordt den manschappen er op gewezen
dat zij bij de inlevering in burgerkleeding, dan wel in
uniform kunnen verschijnen; in het laatste geval zijn
zij voorzien van de noodige burgerkleedingstukken,
om daarin gekleed weder huiswaarts te keeren.
Overtreding of verzuim van de betreffende bepalin
gen der Landweerwet wordt gestraft op de wijze als
is aangegeven in de artt. 32, 33, 35bis, 35ter an 30 dier
Wet.
Burgemeester en Wethouders voornoemd.
CL RIPPING, Voorzitter.
DONATH, Secretaris.
Alkmaar, Juni 1912.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van Alk-,
maar brengen ter algemeene kennis, dat de jaarlykscha
collecte voor het fonds ter aanmoediging en onder
steuning van den gewapenden dienst in de Nederlan-
den, zal plaats hebben op
Aan de circulaire door het Hoofdbestuur aan de
Districts-Commissiën uitgevaardigd is het volgend# ont
leend:
„Het Hoofdbestuur van liet fonds ter aanmoediging
„en ondersteuning van den Gewapenden Dienst in de
„Nederlanden heeft de eer, opnieuw Uwe krachtige
„medewerking in te roepen ter aanvulling der kas van
„ons fonds.
„Gelijk u bekend is, doet de behoefte aan krach! ige
„medewerking in ons Fonds zich voor dit jaar en in
„de komende jaren meer dan ooit gevoelen.
„De bouwvallige toestand van het Invalidenhuis te
„Leiden Beeft ons toch in de noodzakelijkheid ge
bracht,, om tot den bouw van een geheel nieuw ge
sticht over te gaan, waartoe dan ook door de Buiten-
.gewone Algemeene Vergadering van 14 December
„1911 besloten is.
„Dit besluit, door den drang der omstandigheden
„geheel onvermijdelijk geworden, zal, nadat de bouw
„tot stand gebracht is, waarschijnlijk ten gevolge heb
ben, dat aan rente-derving het Fonds een „jaarlijksch
„verlies komt te lijden van ongeveer 5.200.
„Het is zeker wel geheel onuoodig hierbij op te
„merken, dat dit verlies slechts dan zonder ernstige
„moeilijkheden door ons Fonds zal kunnen worden ge-
.dragen, wanneer de jaarlijksche collecte, waartoe de
„Algemeene Vergadering den 26sten Juli 1911, te Am
sterdam gehouden, overeenkomstig het Koninklijk
„Besluit van 16 November 1820, No. 81, wederom be
sloten heeft, een flinke opbrengst geeft, en dat daar
door met den meest mogelijken aandrang een beroep
„gedaan wordt op de offervaardigheid der Ingezetenen
„ten behoeve van verdienstelijke oud-militairen, die nu
„hulpbehoevend zijn geworden.
„Het verschijnsel, dat gedurende de laatste jaren
„de collecten afnemende waren, zoodat dus ook 'de
jaarlijksche collecte in 1910 956.46% minder op
bracht dan over 1909, en slechts een totaal van
15.062.07V2 tegen J 19.778.70V2, in 1903 opleverde,
„mag niet voortduren.
„Wanneer deze daling ook door Uwe medewerking
„kan worden tot staan gebracht, en door een gestadige
„rijzing vervangen, zullen wij, naar wij vertrouwen in
„staat zijn, de bestaande toelagen onverminderd te
„handhaven.
„In deze omstandigheden is het Hoofdbestuur voor
nemens, om aan nieuwe aanvragen voorloopig' slechts
„dan te voldoen, indien de aanvragers geacht worden
„in hulpbehoevenden toestand te verkeeren, en het be-
„treurt ten zeerste tot dezen maatregel te moeten
„overgaan, in de hoop dat hij slechts tijdelijk zal be
hoeven te zÜn> en liëf door een nog verder gaande
„beperking zal behoeven te worden vervangen.
„Zoo gaarne had het den kring uitgebreid in stede
„van ingekrompen. Ofschoon dit echter thans geheel
„onmogelijk is, kan een ruime collecte alsnog de mid-
„delen schenken, die thans ontbreken. Aan de Dis-
trietsbesturen de schoone en dankbare taak de hand
„aan den ploeg te slaan ter bereiking van het doel,
„dat de collecte voor 1912 moge worden een krachtda-
„dige steun voor behoeftige oud-militairen, waarvan
„velen nu grijsaards en invaliden geworden zijn."
(hiarne wordt nan bet konden dezer col-
leote herinnerd en worden de Ingezeteneu
dringend ulfgenoodigd Hnnr mlldcliJU te
Ktenueu. j
Burgemeester en Wetnouders voornoemd,
G. RIPPING, Voorzitter.
DONATH, Secretaris.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van ALK
MAAR brengen ter kennis vaa belanghebbenden, dat
zij die na alloop der zomervacantie hunne kinderen
de Burgerschool of de Meislesschrol wenscheu
te doen bezoeken, daarvan aangifte moeten doen vóór
Of op 15 Juli 0.k. bij de hoofden dezer scholen,
onder overlegging van het geboorte- en inentingsbe-
wijs van het betrokken kind.
De kinderen moeten den leeftijd vau zes jaren heb
ben bereikt. Kinderen, die binnen de eerstvolgende
zes maanden na het tijdstip der toelating, den leeftijd
zullen hebben bereikt, kunnen, onder goedkeuring van
Burgemeester en Wethouders, op de genoemde scholen
worden toegelaten.
De gelegenheid tot aangifte voor de Burgor-
.^Chooi ia aan het Schoolgebouw in de Brillesteeg
op Maandag en Donderdag van half een tot
half twee uur, en voor de Meisjesschool op
WoooBdag en Zat» rdag van half twaalf tot
half een aan het gebouw der school aan de
Oudegracht, waarbij den ouders in hun belang wordt
geraden die aangifte, voor zooveel laatstgenoemde
school betreft, te doen VÓÓr 7 Juü 6.k.
De ouders of verzorgers van z.g. buitetilearlin-
gen wordt uitgenoodigd de aanvragen tot toelating
tot de betrokken gemeentebesturen te richten VÓÓ1'
1 Juli e.k.
Ten slotte noodigen Burgemeester en Wethouders
belanghebbenden uit, liUDne aanvragen niet tot het
laatete oogenblik uit te stellen.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
G. RIPPING, Voorzitter.
DONATH, Secretaris.
Alkmaar, Juui 1912.
Zitting van Woensdag 26 Juui lttlï,
des namiddags 1 uur.
Voorzitter de burgemeester G. RIPPING.
Secretaris de heer C. D. Donath.
Tegenwoordig 15 ledeu. Afwezig de heeren Wanna,
de Lange, Boelmans ter Spill en den Boesterd met
kennisgeving.
De notulen worden goedgekeurd.
Aan de vergadering wordt medegedeeld:
dat ia ingekomen:
a. een adres d.d. 18 Juni 1.1. van den heer W. Bralts,
houdende het verzoek om ontslag uit zijne betrek
king van onderwijzer aan de 5e Gemeenteschool;
Eervol verleend met ingang van 15 Augustus a.s.
b. alsvoren, een adres d.d. 15 Mei 1.1. van vertegen
woordigers der Alkmaarsche bladen, naar aanlei-
Roman uit het Duitsch
van
GEORG HARTWTG.
o
XVIII.
Precies op tijd rolde de zevenuur-trein het station
binnen.
In de halfgeopende deur van een coupé eerste klasse
stond kapitein Krochel en riep met stentorstem den
naam van zijn oppasser, die zich in het gedrang be
vond.
„He, Stobmeier! LIierheen kerel! Wat loopt de
vent daar weer rond als een kip, die den weg niet
weet. lUer dan toch!"
Schuw drong de geroepene door de menigte.
„Om u te dienen, kapitein!"
Hij strekte de hand uit om de bagage aan te pakken.
„Schaapskop!" bromde Krochel, die ongeduldig was
en uit zijn humeur door die hitte in- de coupé, waaraan
zij bijna den geheelen dag waren blootgesteld. Toen
keerde hij zich om en keek de coupé in, waar Ella
haastig haar hoed' opzette.
„Nog niet klaar! Maak toch dat wij zoo spoedig
mogelijk uit dezen oven bevrijd worden!"
Hij sprong op het perron en stak Ella met groote
haast de hand toe om haar bij het uitstappen te hel
pen.
Door zijn gejaagdheid vergat zij haar parapluie, die
in het net lag. Toen zij al een eind het perron op
waren, dacht zij aan het vergeten voorwerp en zei ver
legen:
„Ik moet nog even terug. Miju parapluie ligt nog
in onze coupé."
Krochel vond die vergeetachtigheid zeer onaange
naam en er was al ee»ns een scene door ontstean.
Thans nu hij al opgewonden en geprikkeld was, liep de
in«at terstond over.
„Dat is dan toch aller gekst. Waar heb jij je ge
dachten eigenèijk? Hé! Stobmeier, er is een parapluie
«blijven liggen ga even terug gauw dan toch, ke
rel! op een draf!"
Buiten het station stond het rijtuig van den kapi
tein. Daar wachtte ook de stalknecht- om behulp
zaam te zijn bij het opladen van de koffers.
„Hoe is het met de paarden?" riep Krochel, terwijl
hij naast Ella de stoep afging. „Hoe is het met Li-
lar-lle?"
„Zij heeft zich vannacht aan de ketting verwond",
zei de stalknecht weifelend, want het gezicht van Kro
chel werd rood van toorn. „Ik heb den ganschen dag
met koude omslagen gewerkt."
„Dus weer niet in orde!" zei Krochel dreigend.
„Men moest jelui Hij brak af.
„Wil je zoo goed zijn eihdelijk in te stappen", zoo
wendde hij zich tot Ella, die niet* veel begreep van
Krochel's woede op het personeel. „Een mooie ver
rassing is dat!" Hij nam snel naast Ella plaats, ,,'t
Zijn luilakken niets kan je aan hen overlaten. Zoo
dra je ze den rug hebt toegedraaid1 is het mis!"
Weg rolde het rijtuig in den avondstond. Goud
kleurde de. zon alles waar zij voorbij kwamen.
Ella's hart kl-opte sneller nu zij de bekende huizen
en straten herkende. Zij had daar zoo vaak naar ver
langd op hun reis. Maar toch kreeg zij niet het ge
voel van vreugde, dat zij zich van het weerzien had
i voorgesteld. Waarom lachte zij niet, waarom keek zij
niet vroolijk het raampje uit?
IKroehels donkere blikken en gedachten vroegen
niet naar hetgeen Ella bezighield. Hij brandde van
ongeduld, zich zelf te overtuigen van de schade, die
zijn kostbaar springpaard door de onoplettendheid der
j oppassers was toegebracht en hij vergat dat een jonge
j vrouw naast hem zat, die eens door zijn hartstochte-
lijke begeerte naar haar hevig ontsteld was en nu vol
verlangen wachtte dat hij haar aan zijn vaste hand
vol zorg zou inleiden in de nieuwe verhoudingen, waar
zij zoo schuw tegenover stond.
Nu hield bun rijtuig -til keukenmeid en dienst
meisje stonden voor de ontvangst gereed. Het ge
voel van haar waardigheid als huisvrouw kwam bij de
zen aanblik drukkend over Ella.
Maar zij kwam. spoediger over de moeilijkheden
heen dan zij gevreesd had, want Krochel zei, toen hij
hanr tot de deur gebracht had:
•„Neem me niet kwalijk ik kom zoo dadelijk weer
terug, ik moet, maar even weg. Ik moet even in den
stal zien wat er gebeurd is!"
Met die woorden draaide hij zich om en verdweon.
Ella ging langzaam de trap af. Zij wilde zoo graag
blij zijn met hanr eigen huis en thuis en nieuwsgierig
naar alles, maar geen natuurlijke vreugde kwam in
haar hart.
„De deur staat al open", zei het dienstmeisje, dat
haar volgde. Een guirlande was boven den ingang
gehangen, een zee van licht stroomde door de kamer
en gang.
Ella's oogon deden eerst pijn van al dat licht. Zij
liet zich mantel en hoed afnemen, zoodat haar ele
gante gestalte in het lichte reiscostuum nu geheel
uitkwam. Zoo trad zij over den naastbijliggenden
drempel.
Hier kwam zij in het salon, rijk en mooi gemeubeld,
de vroegere huiskamer vau Krochel, daar naast lag
een weelderig ingerichte heeren- en eetkamer, voor de
inrichting waarvan Krochel ook gezorgd had. Ver
schillende erfstukken van waarde stonden hier, want-
hij was de laatste van zijn geslacht.
Ook hier overal bloemen en groen, geschenken van
familie en kennissen.
Ella liet de kaartjes die er hij waren door de vin-
1 gers glijden. Vele namen kende zij reeds en met
al de bloemengeur om haar heen kwam er wat mee.
vreugde ia haar straks zoo droevig gemoed.
Van den kant van den stal drong nu de luide drif
tige stem van Krochel tot- haar door. Even later
kwam hij zelf binnen, nog rood van toorn,
j Hij greep haar bij den schouder en zei:
„De rijzweep moest voor zulke kerel» gehanteerd
worden! Nu, schat, hoe voel je je nu? Wel, wel. wat
een bleeuieu. btaat het je hier aan?"
ding van het door den heer Fortuin gesprokene in
de raadsvergadering van 15 Mei 1912;
Het adres luidt
Ondergeteekenden, vertegenwoordigers der Alk
maarsche bladen, verklaren naar aanleiding van de
beleedigeude uitdrukkingen, heden in de raadszitting
door den heer Fortuin als lid) van den raad gericht
tot den hoofdredacteur der Alkmaarsche Courant, dat
zij als protest de rnadszitting van heden niet meer
zullen bijwonen, tenzij de heer Fortuin rie uitdrukkin
gen heden in de openbare zitting intrekt, terwijl zij
icli voorbehouden hun verdere gedragslijn vast te
stelleu, indien de heer Fortuin tot intrekking zijner
beleedigingen niet bereid is.
De heer D o r b e c k had gedacht, dat de voorzit
ter hieraan een enkel woord zou hebben toegevoegd of
dat er uit den Raad een stem zou zijn opgegaau. Hij
wilde thans verklaren, dat de conclusie, waartoe de
hoer Fortuin in <le vorige zitting is gekomen, althans
door hem niet wordt onderschreven. Spreker bejam
merde de houding, die de pers heeft aangenomen. Deze
heeft hem gespeten. In elk geval was het hier geen
votum van den Raad, doch gold het slechts woordèn.
terloops in de vergadering uitgesproken door een zij
ner leden. Hij verklaarde de hoop te koesteren, dat de
goede verstandhouding tusschen pers en Raad in d«
toekomst zal blijven bestaan, dat deze zaak geen verde
re consequenties zal hebben, macr als afgedaan zal
worden beschouwd.
De voorzitter heeft gemeend hier niet nader
over te moeten spreken, omdat hij zich op het verslag
der handelingen geheel nog kan beroepen op de woor
den gesproken in de vorige zitting.
u. alsvoren, een adres d.d. Mei 1.1. van het Uitroeiend
Comité van de afdeelLng Medemblik en omstreken
der Hollandsche Maatschappij van Landbouw, hou
dende het verzoek ten behoeve van de door die af-
deeling te houden landbouwtentoonstelling een bij
drage te verleenen;
Voor kennisgeving aangenomen.
d. alsvoren, een schrijven d.d. 21 Mei 1.1., van mr. P.
van Heijnsbergen, houdende aanneming zijn er be
noeming tot lid der commissie tot wering ran
schoolverzuim
Alsvoren.
e. alsvoren, een adres d.d. 0 Juni 1.1. van W. A. Croue
C.S., verhuurders van vletten, houdende het verzoek
de veorrdening op het heffen en invorderen van ha
ven- en kaaigelden te willen herzien;
Alsvoren.
f. alsvoren, een schrijven d.d. 29 Mei LI., van de Ged.
Staten, ten geleide van de goedgekeurde 2e supple
toire gemeente-begrooting, dienst 1912;
Alsvoren.
g. nisvoren, een schrijven d.d. 2 Juni 1.1. van dr. J.
Dirken, houdende dankbetuiging voor zijne benoe
ming tot stadsarts;
Alsvoren.
h. alsvoren, een schrijven d.d. 22 Mei 1.1. van Ged. Sta
ten, ten geleide van het goedgekeurde voljaarsch
kohier der belasting op de gebouwde eigendommen,
dienst 1912;
Alsvoren.
i. alsvoren, een schrijven d.d. 22 Mei 1.1. van Ged. Sta
ten, ten geleide van het goedgekeurde suppletoir
kohier der belasting op de gebouwde eigendommen,
dienst 1911;
Alsvoren.
j. alsvoren, een adres, ongedatee.nl, den lOden Juui LI.
ontvangen, van den Nationaleu Boud van nandels-
en Kantoorbedienden „Mercurius," houdende het
„liet is hier zeer mooi", zei ze, en, hem Vriendelijk
aanziende, voegde zij er aan toe: „Je moet je niet
dadelijk aan alles zoo ergeren."
„Heb je je daaraan gestooten!" zei hij, terugtre
dend. „Nu, dat moet andera worden. Een echte ca-
valeriedame moet minstens zooveel belang in de paar
den van haar man stellen als hij zelf. Al» het goed
was, zou je nog vóór mij in den stal hebben moeten
zijn." Hij koek rond. „Dat alles hier, schat, is miju
oud«f rijk. Laat ons nu naar het nieuwe, jouw rijk,
gaan. Kom, laten wij eens zien hoe het er daarbin
nen uitziet."
Ilij boog haar hoofd achterover en kuste haar op
haar zachte lippen, die al vaak genoeg pijn hadden
geleden onder zijn harden baard.
Naast de huiskamer lag het salon en, door een
kleedkamer daarvan gescheiden, de slaapkamer.
Op den drempel van het salon bleef Krochel ver
stijfd staan, terwijl de jonge vrouw een heftigen
schrik kreeg.
„Wat i- dat nu'" zei kapitein Krochel, haastig uaar
binnen gaan.lc en Ella met zich meetrekkend. „Wat
is dat voor ren schamel ameublement 't is of de ka
mt r leeg is!"
Nu herinnerde Ella zich, dat haar moedor gezegd
bad, dat. als zij eenmaal getrouwd was, zij zieh al wat
zij wilde van Krochel's geld kon aanschaffen. Zij
kleurde diep.
De kamer was groot met- een erker; als zij goed
werd ingericht kon het niet anders dun eeii zeer mooi
vertrek zijn. maar thans met veel te weinig meubel*
i n onvoldoende gestoffeerd, bad het niet veel van een
- lion, liet eenig vriendelijke in de kamer waren de
•minden met bloomen, waarvoor de jongste regiments-
kamoraden hadden gezorgd.
„Ik weet het niet", zei Ella. „Er zal misschien nog
meer komen of...."
Krochel bromde iets tusschen de tanden, dat Ella
i t verstond. Teen zei bij op scherpen toon:
,.Zi o kan het natuurlijk niet blijven!"
(Wordt vervolgd.)