DAGBLAD VOOR ALKMAAR EN OMSTREKEN. nmisTdë olympiaT No. 164. Honderd en veertiende Jaargang. 1912. ZATERDAG 13 JULI. BINNENLAND. ALKMAARSCHE COURANT Dit nnmmer bestaat nit 3 bladen. PaTtioulie.ro correspondentie. STOCKHOLM, den 8en Juli 1912. II. Do wedstrijden in het schieten, in lawntennis en voelbal waren eigenlijk nog- slechts de inleiding tot de eigenlijke Olympische spelen. Een inleiding van beteekenis. Vooral op de schiet wedstrijden dient in d'i t opzicht de aandacht te vallen en het feit, dat de Zweden in deze wedstrijden een zoo enorm succes hebben behaald, daar ze 7 van de 18 eerste prijzen, 6 tweede en vier derde prijzen kon den behalen is, waar de kwestie der lands verdediging- bij het geringe aantal inwoners van liet enorme land zeer moeilijk moet heeten, een reden tot buitengewone en gerechtvaardigde vreugde voor de Zweden. Daaruit blijkt toch, dat het percentage dergenen, die ver trouwd zijn met een geweer, hier zeer groot is, want zoo verschillend waren de eisehen, die werden gesteld, dat alleen een groote groep van deelnemers kon leiden t een zoo groot succes, als de Zweden inderdaad be haalden. En wat het voetbal betreft, het. behoeft in ons land wel geen betoog meer, dat juist associatioin-voetbal, dat vrijwillige onderwerping aan de belangen van het geheel eischt, ook paedagogiseh van beteekenis moet worden genoemd. Dat onze voetballers er voor zorg den, dat Nederland van den aanvang' aan wordt ge noemd in het lijstje der prijswinners, daarvoor mogen wij ze te meer dankbaar zijn, daar ons land in de eigenlijke Olympische spelen slechts door een beoefe naar der licht athletiek vertegenwoordigd is. Hier schuilt naar mijn bescheiden meening een fout van ons Olympisch comité. De heer Gryseels, onze eenige vertegenwoordiger voor de licht athletische wedstrijden, kan er niet. voor, dat hij in zijn heat bij den wedstrijd op 100 Meter vierde aankwam, men kan slecht loten en de man, die zijn heat won, is een der beste loopers. Maar het Olym pisch comité kende Gryseels' besten tijd', en wist, dat die zich niet liet vergelijken met de tijden door Arne rikanen, Engelsehen, Zuid-Afrikanen, Canadeezen en Zweden gemaakt. In plaats van .een man met zijn trainer uit te zenden, had men liever d,e besturen van onze bonden en vereenigingen voor lichaamsoefenin gen, de sportredacteuren der blad'eu naar Stockholm moeten zenden, opdat die. hier bij de Olympische wed strijden de „Anregungen" konden krijgen voor Jiun werk. Duurder ware; dat niet geweest. De dagen van Zaterdag, van Zondag en van heden hadden allen moeten bijwonen, die gelegenheid- hebben door hun woord en daadl iets bij te dragen tot de ver betering van ons physiek. Ik wilde, dat ieder bij ons eens had kunnen zi.en, in welke houding die Zweed- sche, Deensche, Finscbe, Noorsche gymnasten het Stadion binnenkwamen verleden Zaterdag, dat men de jonge mannen, die de eer van Amerika, Engeland en zijn koloniën, en de Scandinavische landen op het gebied der lichaamscultuur vertegenwoordigen, eens aan het werk hadukunnen zien, en ik betwijfel geen seconde, dat daaruit voor ons mooie resultaten waren voortgekomen. Natuurlijk, ik ben er fier op, dat wij op menig ge bied, op intellectueel gebied vooral, ook uitmunten, maar de opvatting deugt niet, dat daarmede alles is bereikt. Het oude woord van mens sana, in corpore sano is banaal geciteerd,, het is ook niet in alle opzichten en overal waar. De scherpste geesten huizen dikwijls in zeer ongezonde lichamen, als wilde de natuur compen satie geven voor wat ze hadl onthouden. Maar op deze uitzonderingen komt het voor de rashygiëne niet in de eerste plaats aan, daar is d© doorsnee van veel meer gewicht. In het moeras mogen de allerschoonste bloe men bloeien, daarom) is er nog' geen reden om dit moe ras niet in grasland om te zetten, ten koste v'an deze schoonheid. Wij zijn in dit opzicht stellig ook niet op de laatste plaats. In het land van onzen grooten buurman wordt zeer zeker nog meer het zwaarste gewicht gelegd op de geestelijke ontwikkeling en niemand' zal ontkennen, dat Duitschlands wonderbaarlijke ontwikkeling in de eerste plaats te danken is geweest aan de cultiveering der geesten. Maar daar heeft men althans nog- een tegenwicht door den vrijwel algemeenen dienstplicht, die niet slechts den grond legt tot de Duitsche disci pline met al zijn deugden en gevaren, maar tegelijker tijd althans gedurende een zekere periode dWingt tot lichaamsoefeningen. Daar bederft een verkeerd dieet gewoonlijk het re sultaat van deze oefeningen, en de te sterke nadruk, dien men er legt op het; gedisciplineerd' en militair oefenen, maakt ook de Duitsche gymnastiek niet zoo zeer tot» een cultuurfactor als diezelfde gymnastiek hier in de Scandinavische landten is. Maar daarover na het merkwaardige; boek van luitenant van Blijen- burg bij ons nog te schrijven, ware uilen naar Athene dragen en water naar de zee. Hem komt de verdienste toe hierop bij ons de aandacht te hebben gevestigd. Het. is een vreugde voor het oog de mannen en vrou wen, hier te zien en dan de kinderen! Bij dé; spelen hebben wij perslieden, -een aantal padvinders als adju danten, die voor ons de uitslagen halen van de wed strijden, die wij niet zelf zien, daar men nu eenmaal maar op één punt tegelijk kan zijn, onze telegramme tjes bezorgen, opdat wij zelf kunnen blijven toekijken enz. En ik wou, dat men deze jongens eens zien kon bij ons. Zonder uitzondering staan ze stevig' op hun voeten, zijn physiek de ontwikkeling bij ons bijvoor beeld minstens één jaar of zelfs twee vooruit en verge leken met Duitschland) wel drie jaar voor de ouderen althans. Dat en nog' veel meer hadden menscheu met een open oog- voor de physieke schoonheid van een volk hier kunnen zien, en ik ben er van overtugd, dat het bun aansporing zou zijn geworden om er voor te zor gen, dat bij ons in dit opzicht) meer gedaan werd, want er i,s geen enkele reden, waarom wij niet ook in dit opzicht vooraan konden komen te staan in de rij der naties zoo goed als de Zweden bijvoorbeeld. En van de ideele zijde der sport, spreek ik nog niet: eens, omdat daarover reeds zooveel door meer bevoeg den is gezegd, dat hetgteen ik zou kunnen beweren en kel herhaling zou kunnen zijn. Er bestaat kans, dat over acht ja reu ons land de Olympische wedstrijders zal ontvangen. Er zal hard moeten worden gewerkt, als wij dan ten minste een figuur willen kunnen maken. Want wat moet het voor de Zweden, die per slot toch ook maar een kleine natie zijn, niet een genoegen wezen, dat ze nu al se dert vijf dagen Zweden vooraan zien staan in het rij tje der deelnemende naties, ook al weten ze dan, dat ze die plaats niet behouden. In Londen waren de Zweden derde, er bestaat vrij veel kans, dat ze dit maal zelfs de Enge-kch'en nog- slaan en dat dit kleine land op de tweede plaats komt onmiddellijk na Ameri ka, dat het gezondste bloed van Europa naar zich trekt, de grootste energie; naar zich toehaalt en daar door in alle wedkampen, waar het aankomt op de eigenschappen van het physiek, onder de allereersten behooren. i Wat onzen stand op het puutenlijstje betreft, er bestaat nog kans, dat wij van de laatste plaats weg komen, dank zij onze schermers, voor het grootste deel officieren, en onze worstelaars. Maar in Berliju in 191(5 moeten wij reeds een eind naar voren komen, en daaraan moet ieder meewerken, die prijs stelt op een gezond volk, op een goed ras. Het tennisracket en de voetbal ziju hulpmiddelen, hulpmiddelen, waarvan ik niet gaarne de beteekenis zou verkleinen. Daar zijn er andere ook, dé buks, de sabel, de speer en de discus, .stellig niet minder waard en voor de cultuur van het lichaam behoeft men niet; eens altijd hulpmiddelen, deze jonge mannen, die op de korte baan of cross country loopen, die springen met of zonder staaf hoog en ver, wedijveren niet alleen in bekwaamheden van het lichaam, ze doen werk voor hun ras, voor hun volk, voor de verdediging van hun land. Dat men dat hier inziet in d'e kringen, die in de eerste plaats hebben te waken over volk en land', dat is natuurlijk een factor van beteekenis en een groot aantal der overwinningen van de Zweden en Ameri kanen komen op rekening van de belangstelling, die er bestaat bij hun regeeringen voor deze zijde van de ontwikkeling der volkskracht en rassenhyg'iëne. Of elders zooveel belangstelling zou bestaan voor de Olympische spelen als; hier bij regee.ring en vorsten hui»» Bij alle wedstrijden vau beteekenis is het ko ninklijk huis, is de regeering vertegenwoordigd! en beiden doen op allerlei wijs blijken van hun belang stelling. D© feestelijke opening der eigenlijke. Olympische spelen was een aanblik om niet weer te vergeten. Dat prachtige Stadion, waarvan ik u in mijn voren brief een indrukje poogde te geven, eivol. De koninklijke loges ook tot de laatste plaats bezet en daarbij een stemming van geestdrift, die, hoezeer ze u het bloed doet jagen door de polsen, toch nog ruimte laat voor de vervloeking van lamlendigheid, die met een scep tisch lachje toekijkt als anderen zich inspannen tot verwerving van sportieve eer, waarvan „een blikje,' zooals de stereotiepe term daarvoor luidt, enkel het zwakke uitdrukkingsmiddel is. Ik wou, dat ze het hadden kunnen zien, deze scepti ci, hoe daar als. de vlag! van een volk zich vertoonde in de rij der defileerende sportleden degenen voor wie deze vlag uitdrukking is van nationale eenheid uit barstten in betuigingen van bijval, ik wilde, dat ze iets hadden' kunnen zien, van d'e blijdschap der Amerika nen gisteren, toen daar op de noordelijke tribune van het Stadion de vlag met- de sterren en strepen aan alle drie de masten werd gehesehen, als blijk van de over winningen door drie Amerikanen op de korte baan behaald. Van de eigenlijke Olympische wedstrijden hoop ik a.s. week als die afgeloopen zijn een overzichtje te geven. Nu zijn wij nog pas in het begin en tot con clusies is het nog te vroeg. URBAN. VRIJZINNIGE SAMENWERKING IN 1913? Het V.-D. weekblad „De Wereld" schrijft naar aan leiding- van hetgeen „De Vaderlander," bet orgaan van de Liberale Unie, over bovenstaand onderwerp beeft geschreven, hetwelk het blad! ontijdig, voorbarig en onjuist, noemt, o.m. het volgende: De waarheid is het dient nu te worden gezegd dat onderhandelingen zijn geopend en worden ge voerd1, naar aanleiding van de vraag: öf en zoo ja, op wélke wijze, hetzij samenwerking, hetzij ouderling overleg' in 1913 mogelijk zal zijn tusschen de drie vrij zinnig© partijen op de basis van het algemeen kies recht, het dOor geen correctieven verzwakt algemeen kiesrecht. Op dezen grondslag' zullen de onderhandelingen dus öf moeten gelukken. öf anders mislukken. Het komt ons dringend noodig voor, dat men de zaak nu verder haar loop late. Te zijner tijd zal er naar buiten wel alles van blijken, hetzij door voorstel len der hoofdbesturen aan hun organisaties, hetzij door een, in gemeenschappelijk overleg door de onder handelende personen opgemaakt communiqué aan de pers. Leu voordeel kan het tot dusver reeds meegedeelde hebben gehad1: „d'e stellers van moties" kunnen er uit vernemen, dat zij de pen, die zij o. i. tot dat doel nooit hadden moeten opnemen, voorloopig' althans zeker wel uit handen kunuen leggen. Blijkens een telegram van den Hbld.-correspon dent te Batavia heeft zich aldlaar een comité gevormd om gelden tieverzamelen tot- steun van de propaganda voor vrijzinnige candidaten bij de verkiezingen in 1913. EEN LUCHT VAARTORGANISATIE BIJ HET LEGER. Van het departement van Oorlog ontving dfe N. Ct. een exemplaar van het aan den minister van Oorlog uitgebracht rapport eu de daaraan aansluitende voor stellen tot. oprichting ©ener luchtvaart-organisatie bij het leger. Dit rapport is uitgebracht! door een commissie, wel ke bij beschikking van den minister van Oorlog van 26 Maart 1910 was benoemd tot onderzoek van den huldi gen stand) der militaire luchtvaart) teneinde ook ten onzent te geraken tot oprichting' van een militaire luchtvaartoTganisatie. Deze commissie stelt voor: 1. Over te gaan tot oprichting van een centrale or ganisatie voor militaire luchtvaart bij ons leger. Aan deze organisatie o<p te dragen: a. Alle practische werkzaamheden, beproevingen, enzv welke op luchtvaartgebied' in ons leger zullen voorkomen. b. Zich op d'e hoogte te stellen en te houden van al le aangelegenheden o-p luchtvaartgebied, ook iu vreem de legere, teneinde na te gaan of daarvan voor ons le ger met vrucht partij ware te trekken. c. Het geven, ook ongevraagd, van d'e noodige ad viezen omtrent alles was op de militaire luchtvaart betrekking heeft, teneinde te komen tob een vaste in richting en beheer van dat dienstvak en tot heldere in zichten omtr'ent organiseering en gebruik, naar d'e be hoeften van ons leger en de mate van onze draag kracht. (1. De leiding van de oefeningen met het aan te schaffen materieel, zooals dat in bijlage B. is opge somd en omschreven. 2. Reeds dadelijk een officier»aan te wijzen om te worden belast, met de noodige verdere voorbereiding, ls: nadere onderhandelingen met leveranciers, opmaken van ontwerp-eontracten en begrootingen j voorbereiding van ontwerp-reglementen, enz. enz. i 3. Zoo spoedig mogelijk op een suppletoir© begroo- tiug' voor 1912 aan d'e Volksvertegenwoordiging de be schikking te vragen over een bedrag' van 190.000 tot het aanschaffen van en oefenen met 1 kabel- vlieg'ersysteem, 1 kabel bal 1 o n a fdeel i n g, 2 vliegtuigen en 1 of 2 leert'O'astellen, (in welk bedrag tevens begre pen is de, in 1911 bij suppletoir© begrooting aange vraagde en toen door Uwe Excellentie voorloopig' te ruggenomen som van 40.000 voor het maken van een ballonloods en het aanschaffen van hulpmiddelen tot het in gebruik nemen van een motorballon), ter wijl dan op de begrooting voor 1913 een bedrag van 57.000 ware aan te vragen voor exploitatie en oefe ning, benevens een bedrag van 140.000 voor huisves ting en kazerneering. Gemengd nieuw*. UIT OBDAM. In de plaats van mej. Flavinga is benoemd) tot di recteur van de Gemengde Zangvereeniging alhier de lieer J. Saai uit, Sijbekarspel. UIT HARENKARSPEL. Door stemgerechtigde Ingelanden van den polder Woudmeer is d'en 12den dezer met algemeene stemmen besloten voor 1950 aandeel te nemen iu de op te richten vennootschap voor het spoorplan Station- dorp Noordscharwoude. NED. T O ON EEL VERE ElNIG'ING. De heer Herin. Heijermans vertoeft gedurende een tiental dagen te Amsterdam, in verband) met plannen, samenhangende met het faillissement d'er Nederl. Tooneelvereeniging, om een tooneelonderneming op te richten. Deze voornemens hebben bij verschillende stadgenooten een sympathiek onthaal gevonden. Op het oogenblik zijn echter geen definitieve plannen ver wezenlijkt kunnen worden wegens verwikkelingen, met betrekking tot de gefailleerde Ned. Tooneelvereeni ging. Zoodra deze verwikkelingen uit den weg ge ruimd zullen zijn, is de na-amiooze vennootschap in wording bereid op te treden. De heer Heijermans, vernemen wij, zal zich 1 Augustus weder te Amsterdam vestigen. Ilbld. Het leek de damp van een Vesuvius, die langs den zonblauweu zomerhemel trok. De buis die in het' midden vau de tank was opge steld en het blussehingswe.rk moest verrichten, bleek te traag te werken. Toen heeft men langs andere kanalen het reddende schuim toegevoerd, en deze dekte na twintig minuten de brandende massa finaal af. Nu moet. nog geconstateerd worden of er nog benzi ne over is. In elk geval zal er nog wel eens ter dege over gedis cussieerd worden, alvorens onze gemeente er toe be sluiten zal dit procédé toe te passen. De Rotterdamsche brandweermannen weten in elk geval, dat zij voorloopig nog niet op nonactiviteit wor den gesteld. UIT O U DE-NIE DORP. Van de 14 sollicitanten voor onderwijzeres te Zijde wind zijn de dames G. Brouwer, T. A. M. Flens, A. F. E. Oosterveld', Z. Sieffers en M. H. v. Beijnen opge roepen om op 17 Juli a.s. in de school te Zijdewind een proefles' te geven. D'e eerste 4 zijn. woonachtig te Alkmaar en de laatste te Haarlem. BRAND? (BLUSCH?) PROEVEN. Er waren, zoo schrijft de Maasbode, brandblusclï- proeven op het Waalhaventerrein aangekondigd als gold het 't eerste optreden of beter gezegdl h'et eerste opvliegen van Jan Olieslagers. Het technisch-bureau „Gelria" te Arnhem, als hoofd- ertegenwoordiger van Patentirtes Schaumlöschver- faliren „Perfect" zou op groote schaal aangelegde proeven laten zien, met. dit. nieuwe schuimbluschproce- dé. De eerste proef bestond uit een houten huisje met licht brandbare stoffen gevuld: Het; werd in brand gestoken, maar alvorens het goed inbrandde werd het vuur met behulp van een. handblusch'apparaat ge- bluscht. Men vond echter de proef niet bij zonde, sterk en afdoende, want een p'aar uur later smeulde het zaakje uog. Een tweede proef was een flinke houtten keet met vaten petroleum' en olie gevuld. Dit moest voorstellen een grooten brand in magazijn, loodls of opslagplaats. Het vuur aangelegd brandde het gevalletje als een lier op Zondag'. Het was -een prachtig fantastisch ge zicht. Nu zou het komen, dachten wij. Maar het. kwam niet, en het huis branddte op als een in brand gestoken opgeblazen sigarenzakje. D'e kipspuit met het procédé wilde niet werken, de slang met het witte vocht werkte als een garneerspuit* van een koekenbakker, maar blusSchen deed het niet. Toen kwamen onder hilariteit de mannen van de Rotterdamsche brandweer en spoten de laatste smeu lende resten met wat dikke modder uit. ervolgens kregen wij te zien een ijzeren pan met 50 liter benzine. Maar wij gelooven eerder dat de ben zine al op gebrand was voordat liet schuimprocédé zijn werking deed. Het teerveld, overgoten met teer, petroleum en ben zine met in het midden een ijzeren bassin met benzine gaf ook al geen schitterend resultaat. Toen het ap paraat eindelijk begon te. werken, bleken dé vlammen van zelf gedoofd. Het beste wat te zien werd gegeven was het blus- sehen van een kipbak met olie, benzine en katoen, maar dit was betrekkelijk zoo'u miniatuurbrandje, dat elk ander bluschmiddel hier zijn diensten had kunnen doen. De groote verwachting was nu gesteld) op de groote gemetseld© tank met circa vijftigduizend liter ruwe benzine gevuld. Maar och arme, toen wij met deze proef zouden be ginnen, leek de b'ak nog slechts luttel gevuld'. Deze proefneming werd dus afgelost tot des mid dag-s1 twee uur. Teg'en half drie is de tank werkelijk in brand gesto ken. UIT URSEM. De Raad vergaderde gistermiddag in «ene door drie raadsleden aangevraagde vergadering. Op verzoek van den voorzitter deelde de waarnemen de secretaris, de heer de Leeuw uit Schermerhorn me de, dat de commissie voor d'e dokterswoning het kozijn in de voorkamer naar de achterkamer wilde verplaat sen en het kozijn van de- achterkamer en een zijraam van de voorkamer laten vervallen. De werkzaamheden vorderden thans, in d'i© mate dat de commissie overtuigd was dat het huis niet meer lek zou zijn. De voorzitter vond het raam in de voorkamer het mooiste uitkijkraam. De heer de. Geus merkte op dat het ook een leelijke inkijk is. De heer Schaap achtte d'e groote deuren in de ach terkamer overbodig. De heer Kobbus vond' dit groote trekgaten. Do heer Oudt merkte op dat d'e commissie reeds tot, uitvoering vau deze werkzaamheden had' besloten, maar een raadsbesluit wensehte, omd'at de burgemees ter de opmerking gemaakt had, dat de commissie daartoe niet het recht bad. De voorzitter en de heer de Geus voerden hierover nog het woord', waarna de raad met één stern tegen, die van den voorzitter, besloot de werkzaamheden uit te voeren. Het schilderen van het huis kwam hierna in bespre king. De voorzitter achtte het niet gewenseht. dit nu reeds uit te voeren en wilde hiermede wachten tot men een dokter had, daar deze soms een ander be hangsel verkoos en men hierover na een benoeming in overleg' kon treden met den dokter. De heer Schaap deelde mede, dlat de commissie er voor is het nu reeds te doen, daar het een heel stuk werk is. De heer Oudt was er ook voor het nu te doen daar het toch gebeuren moet en steeds hetgeen g'ebeuren moest uitgesteld is geworden. Den dokter beloofde men steeds verbeteringen en tot uitvoering kwam men niet. Eindelijk komt er een rapport van den opzichter en dit blijft buiten, weten van den Raad zeven weken in handten van B. en W. Het i.s zeer wel mogelijk met het oog op de examens dat. men een dokter kan krijgen die direct lean komen en dan moet de woning klaar zijn. Spreker is er daarom voor, dat de z&lfdie commissie die met mede werking van den opzichter voor het droogmaken van de woning zorgde ook voor bet schilder- en behang- werk zorg zal dragen. De voorzitter merkte op dat de dokter wel eens over verbeteringen had gesproken, maar er zich steeds teg'en verklaard had werklieden in zijn huis te ont vangen. Wij kunnen dus op de woorden vau den vo- rigen dokter iu deze niet veel1 aan. Spreker was er voor met het behangen te wachten tot men zeker weet dat het huis droog* is, daar ook de opzichter, die er nu al drie jaar is en wiens eerste taak wias het huis droog' te maken, de zaak ook ni'et verder heeft ge bracht. De heer Oudt zeide dat de redeneering van den voor zitter niet klopt. Wanneer het waar is, dat de dokter geen volk in zijn huis wilde hebben, dan kan den op zichter ook geen verwijt treffen dat het huis niet droog is. U schijnt, zeidie spreker, dus aan het adres van den dokter en den opzichter niet veel moois te wil len richten. De voorzitter achtte het niettemin een feit dat de eerste taak voor den opzichter was, dichtmaking van de dokterswoning, en dit) is nog- steeds niet bereikt. Op uitvoering van het schilderwerk, nadat gebleken is, dat de woning* dicht is, bleef spreker aandringen, ter wijl de lieer Oudt zich hiertegen bleef verzetten. De heer de Geus merkte op dat de voorzitter met zijn beschuldigingen aan het adres van den opzichter te ver gaat. Nooit is tegen den opzichter gezegd' „je moet den boel in orde laten brengen." Wel heeft men hem opgedragen een rapport uit te brengen. De voor zitter ontkende zulks, waarop op een vraag- van den heer de Geus de heer Stam verklaarde, dat de zaak nu pas ter hand g'enomen is en dat de opzichter nooit een dergelijke opdracht kreeg. De heer de Geus constateerde dus, dat den opzich ter niets kon worden verweten. Hij drong- er verder op aan, met het schilderen -en behangen te beginnen als de timmerlieden klaar zijn, dan komt de zaak dit jaar af. De laatste 20 raadsvergaderingen is de dok terswoning steeds een onderwerp van gesprek geweest. Spreker hoopte dat dit de eerstvolgende 20 vergade ringen niet het geval zal zijn. Op voorstel van den heer Oudt. werd met de stem van den voorzitter tegen btesloten d'e uitvoering vau 't behang- en schilderwerk aan de commissie op te dra gen. Bij het tweede punt der agenda, „aanschaffing nieu we slang aan de brandspuit" zeide de voorzitter bij het probeeren van de spuit aan alle leden gevraagd te hebben of zij voor aanschaffing van een nieuwe slang waren, waarvoor zich alle leden voorstanders hadden verklaard. Als hoofd van de politie had spreker daar op om alle onheil te voorkomen, direct een slang aan geschaft. De heer Oudt waardeerde den spoed van den voor zitter, maar vondi deze toeh bevreemdend, daar destijds tevens besloten werd aan de timmerlieden prijsopgave te vragen. De handelwijze van den voorzitter was dus in strijd met een raadsbesluit. Ook had spreker gemerkt dat een slecht stuk slang verdwenen was. De heer dw Geus achtte Js voorzitters hiandeLvijze

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1912 | | pagina 1