DAGBLAD VOOR ALKMAAR EN OMSTREKEN. Om het koude goud. MILITIE. No. 174. Honderd en veertiende Jaargang. 1912. DONDERDAG 25 JULI. FEUILLETON. Deze Courant wordt eiken avond, behalve op Zon- en Feestdagen, uitgegeven. Abonnementsprijs per 3 maanden voor Alkmaar f0,80; franco door het geheele Rijk f 1, Afzonderlijke nummers 3 Cents. Prijs der gewone advertentiën Per regel f 0,10. Bij groote contracten rabat. Oroote letters naar plaatsruimte. Brieven franco aan de N. V. Boek- en Handelsdrukkerij v/h. HERMs. COSTER ZOON, Voordam C 9. Telefoonnummer 3. Tweede Zitting van den Militieraad. MAANDAG .'131 i 5 AUGUSTUS a.s., Open brief aan alle gezakten. BINNENLAND. ALKMAA COURANT tlAVtj 1,11 l1"rT" 11 1 i i i ii njinn-m li li De Burgemeester der gemeente ALKMAAR brengt ter kennis van belanghebbenden, dat de tweede zit ting' van den Militieraad' in het 3e distriet van Koord Holland zal worden gehouden ten Raadhui ze te HOORN en wel voor zooveel de gemeente A 1 k m a a r betreft op des voormiddag» te 10 nren. Volgens art. 45, 4e zinsnede, der Militiewet, wordt in deze zitting- uitspraak gedaan, omtrent: lo. geschiktheid voor den dienst van hen, te wier aan zien het gevoelen der geneeskundigen van den keuringsraad niet van gelijke strekking is; 2o. geschiktheid voor d'en dienst van hen, van wie een nieuw geneeskundig onderzoek,is aangevraagd; 3o. vrijstelling- van in hetzelfde jaar geboren broeders; 4o. vrijstelling, waaromtrent buiten schuld van hen, wie zij geldt, in de eerste zitting geen uitspraak kou worden gedaan; 6o. uitsluiting- van hen, te wier aanzien sedert de eerste zitting eene reden tot, uitsluiting bekend geworden is, voor zoover zij niet reeds hij onherroe pelijk geworden uitspraak vrijgesteld of onge schikt bevonden zijn. Dengenen, die niet verplicht zijn in deze zitting te verschijnen, wordt in hun belang aangeraden daarin op genoemd tijdstip tegenwoordig te zijn. Alkmaar, den 25 Juli 1912. De Burgemeester voornoemd, G. RIPPING. Door BERNARD CANTER. Waarde gedroponen, De vreeselijke tijd van do examens is gelukkig we der zoo goed als voorbij. De geslaagden verlustigen zich in een heerlijke vacantie, in rust na arbeid, in de eerbewijzen van hun medemenschen en in de. zelfge noegzaamheid van hun eigen. Maar de arme afgewe zen examinandi voelen den druk van het fatum, het onrecht van de maatschappij en. den na-angst van de doorgestane pijnlijke uren. Sommigen nemen zich voor met dubbele energie aan 't werk te gaan om een volgenden keer te kunnen slagen. Anderen keeren de gekozen carrière den rug toe en kiezen een anderen weg om in 't. leven voorwaarts tei .komen. Enkelen werpen de schuld op de examinatoren. Onder de ge slaagden zijn er, die eerl lc zichzelf voor den eigen rechterstoel dagend, zichzelf bekennen, dat zij ais dooir een toeval geslaagd zijn. Dat, zoo de vraag dooi den buurman op de bank niet goedl opgelost was en hun was gesteld, dat zij dan zeker onvoldoende zouilen gekregen hebben. En zoo zijn er onder de gezakten velen, die.weten, dat zij geslaagd! zouden zijn, ware de vraag door hun buurman niet goed beantwoord' en aan hen gesteld. Gezakten, troost u! Murmureert niet. Maakt u geen zelfverwijten. Ouders, voogden, ooms en tantes, denkt aan het „Eerbied voor de. overwonnen helden van het schriftelijk plus het mondeling." Bedenkt, Roman uit het Duitsch van GE ORG HARTWIG. 90) o Allerlei voorstelling-en, spookachtige gestalten tra den haar voor den geest terwijl zij aan het verleden dacht en ongeduldig in de kamers van haar woning' op en neer ging. Af-en toe wrong zij haar handen, en -prak tot zich zelf: „IToe zal ik nog langer met den man samen wonen, die mij dat, heeft aangedaan? Hoe kan ik bij hem blijven met een liefde voor een ander in het hart, die hij thans ook kent? Hoe met hem in één huis' verkee- ren als hij mij om deze liefde veracht?" En geen menschenziel, die zij haar smart en angst Kon toevertrouwen, zonder dat zij van schaamte en verdriet reed's bij de eerste woorden in tranen zou uitbarsten. Maar te midden van haar smart zag- zij plotseling een oud, bekend' en vriendelijk gezicht voor zich. In de Stilte was de gestalte: plotseling te voorschijn geko men. Ella uitte een zachte kreet dat zij daar niet veel eerder aan gedacht bad! Het was of de schrik beelden nu plotseling verdwenen en of de moed' weder keerde. Met koortsachtige gejaagdheid ging zij naar haar slaapkamer en kleedde zich. Toen snelde zij het huis uit, de stoffige straten op, waar een warme wind haar tegemoet kwam, laags vele huizen, eindelijk door klei nere straten. Het was of een gevaarlijke vijand haar vervolgde, zóó joeg zij voort. Tot ze éindelijk voor tante Louise's huisje stond, te herkennen aan de talrij ke- bloempotten voor de vensters. De deur stond aan. Met trillende hand duwde Ella haar open, zij g'ing de gang door en kwam, zonder te kloppen, hij tante Louise over den drempel binnenval len. dat ons geheele leven een onvermijdelijk gevolg is van omstandigheden. Wij komen langzamerhand zoo ver om vele. misdaden te: begrijpen, te verklaren uit afwij kingen in de hersens of in de psyche- van den misda diger. Een der jongere Fransche auteurs heeft, met de genialiteit die het Fransche ras eigen is en die het sinds eeuwen tot den fakkeldrager der menschheid op velerlei gebied! heeft gemaakt, in een kortelings opgevoerd tooneelstuk de afwijkingen en dwalingen van een vrouw jegens ha-ar echtgenoot en kinderen verklaard uit het feit, dat de vrouw aan een hart kwaal leed. Lichamelijke afwijkingen hebben vaak - geestelijke afwijkingen ten gevolge, tenzij dat men de zaak wil omkeeren en zeggen, dat daar de ziel zich het lichaam schept, een afwijking van de ziel, noodza kelijkerwijze -een afwijking van het "lichaam ten gevol ge moet hebben. Dit vraagstuk is- onbeslist. Want al is het waar, dat idioten zich doorgaans door zeer ontwikkelde ledematen, overgroote handen en over groote vól-ten, dikwerf door overgroote magen onder scheiden, daartegenover staat -dat de moderne heelkun de er vaak in slaagt gebrekkig geboren kinderen door verstandige behandeling' volkomen rechtschapen te maken, zoodat liet opvallend' is hoe veel minder ge brekkige ïnensehen men heden ziet tegenover vroeger, in Engeland, het land van de gezonde lichamelijke op voeding, heb ik mij verwonderd) over liet klein percen tage gebrekkige lieden, dat Uien ontmoet. Het zou in teressant zijn in Nederland! statistieken aan. te leggen van t aantal gebrekkigen. Zekere lichaamsgebreken, bijv. scheelzien, planten zich wellicht eeuwen lang bij eenzelfde ge-lacht voort. Wordt dat scheelzien dooi de moderne chirurgie bij één geslacht genezen, dan ziet men tot verbazing, dat, voortaan liet lastige euvel ook bij 't nageslacht wegblijft. De eigenaardige psy che van gebrekkigen is- waarschijnlijk of ten minste doorgaans een gevolg van het lichaamsgebrek, ont staan na de geboorte, niet er vóór. Het met ruggegraats-verkromming behepte kind fal, zoo 't genezen wordt, ni-et opgroeien tot een Sar castisch aangelegd) mensch, maar gelijk aan. de andere, gezond geboren kinderen worden. Waarom nu, als de wetenschap on.s dwingt, zacht, mild, vergevingsgezind en medelijdend te zijn voor misdadigers en lieden met afwijkingen, zouden wij niet. eveneens voor degenen, die niet voor een examen geslaagd zijn, rechtvaardiger worden. W8t is een examen? ITet is: het onderzoek door gaans door een aantal lieden of zeker iemand die in st.aat is geweest een bepaalde hoeveelheid wetenschap, kennis en intelligentie te verzamelen en die bepaalde hoeveelheid binnen een zeker tijdsverloop onder abnor male omstandigheden, te kunnen uiten. Abnormale omstandigheden. "Het is niet te bestrij den, dat elk examen den examinandus in abnormale omstandigheden brengt. De eerste voorwaarde- öm zijn kennis w e 1 aan te wenden, dat is rust, rust van den geest, en het gemoed, ontbreekt tijdens elk examen. Er zijn zekere soort lieden, die voor het practisch toe passen van hun kennis volstrekt onbruikbaar zijn; die er nooit in slagen, hun kennis- werkelijk dienst baar te maken voor zichzelven on de menschheid' on toch zich i;n een aantal behaalde aetes verheugen. De ze lieden zijn of gezegend' met- Zenuwen van. staal of zij zijn zenutvlijders. In 't -eeriste geval mist, het exa men bij hen- den verlammenden invloed op de- geest vermogens. In het andere geval' stellen hun over prikkelde zenuwen tot bui ten gewonen, geestesarbeid in staat, maar zij zullen levenslang dan ook alleen iets kunnen- presteeren ander dergelijke omstandighe- Te zuinig om reed's nu de lampen op te steken, zat tante Louise Sie'bold met een breikous ia het half duister. De kous viel haar uit de hand! toen EJla zoo onverwachts binnen kwam vallen. Tijd om op te springen had zij niet meer, want Ella was al voor haar geknield en drukte haar blonde hoofd' in haar ruwe, wolleu schort. „Help mij! O, tante Louise help mij toch!" at zij den vorig-en dag' met tegenzin zich had laten ontvallen tegenover haar moeder en grootvader, dat kwam nu met groote openhartigheid over haar lippen. Zij legde haar hart bloot. En steeds weer, door het geheele verhaal van haar ellende en al de zelfverwijten, die zij zich deed, hier, bleek van haar liefde voor Willi Bachmann. Zij wist het niet, zij sprak zijn naam niet uit, maar tante Louise voelde tusschen haar woorden de waarheid. De oude juffrouw zat stil en luisterde zwijgend' toe. Alleen bij de schildering van de laatste scène, waarbij Krochet Ella had mishandeld' en geslagen, uitte zij eenige toornige woorden. En nogmaals- deedl zij dat toen Lila sprak van de voornemens, waarvan haar grootvader met een enkel woord) had gewaagd. „Nooit, tante- Louise," riep Ella, „nooit, ga ik naar mijn moeder terug. Zij greep de magere hand van liet oudje. „En ook kan ik niet in Krochels huis blij ven." „Waar wil je dan heen, mijn ami, lief kind?" vroeg Louise, met haar hand, liefdëvol over het' haar van de knielende Ella streelend. „Wat wil je dan beginnen?" „Van u leeren, wil ik, hoe men zijn brood verdienen moet. IT was immers ook eens jong en ongelukkig zooals ik. toen mijn vader u verliet, evenals- ik verlaten ben. I bent al de nio-eielijkheden te boven gekomen. Help mij, dat ik ook leer vergeten, wat er is. voorge vallen, help mij, dat ik er niet- voortdurend aan denken moet en mij zelf moet plagen met de- vraag waarom V illi mij verlaten heeft. Hij heeft mij indertijd maar een paar woorden geschreven denk toch eens aan, slechts een paar koele woorden na alles wat er den vorigen dag- tusschen ons was voorgevallen en wat. hij gezegd en beloofd' had. En ik weet, dat ik niet eerder rust zal vinden, waar ik ook gaan moge, voor ik de re den als- hun examen schiep. De psychiater's weten er van te verhalen hoe in de gestichten idioten zijn, die verbazingwekkende geestesgaven in één richting ont wikkelen. Deze idioten zouden op sommige examens bepaald' de hoogste punten verwerven. Trouwens vaak ontmoet men in 't. leven hij me-nschen geestesgaven, welke in een ande-re- richting geleid, hun tot geboren examen-helden gesmaakt zouden hebben. Wij hebben te Berlijn een portier van een groot hotel gekend, die de namen van al de gasten onthouden had, die in de laatste drie jaren- dat hotel bezocht hadlden. Wij hoor den er eens een komiek in een klein café-cha-ntant, die zonder souffleur, een voordracht liiel-d waarin hij de eerste regels van wellicht vijf honderd straatliedjes uit de laatste tien jaren op zei. De voordracht duurde bijna een half uur, hoewel de- man zoo rad) sprak als 't maar eenigszins ging. Die portier en die komiek zouden, hadden zij hun geheugen en hun intelligentie gespitst om dè, acte- M. O. in een taal te behalen, ze ker loffelijk heb'ben verworven. s Maar de doktoren, die zich met de ziekten van den geest beziig houden, zouden ook van andere tragedies kunnen verhalen. Van veelbelovende jonge lied-en, wier leven voorgoed vernietigd! is geworden, omdat, zij voor examens studeerend', méér van hun hersens verg den dan deze konden verdragen. Een mijner vrienden uit mijn jeugd dwong zichzelf, om zijn moedter en va der genoegen te dtoen, eindexamen voor een H. B. S. met 5 j. c. te doen, hoewel hij geen wiskunde kon lee ren. Hij slaagde, maar een paar jaar later begon hij aan geestesverlammmg te lijden en liet eigenaardige feit deed zich voor, dat hij juist nu zijn vader e-n moeder als zijn vijanden begon te beschouwen. Hij moest ten laatste naar een krankzinnigengesticht worden gebracht omdat hij zijn ouders wilde dooden Heden, na ruim vijftien jaren, vertoeft die ongelukkige daar nog', terwijl de moeder van hartzeer is wegge kwijnd e-n gestorven. Een andere mijner vrienden had zich de univorseele kennis van Goetho als voorbeeld gesteld en werkte dag en nacht om algemeen ontwikkeld te worden. Ilij deed, nauwelijks 22 jaar oud, zijn examen in de klas sieke en de nieuwe letteren, studeerde buitendien gron dig- plantkunde, kunstgeschiedenis en minerologie. Aangesteld tot leeraar aan een gymnasium, bleek hij, de veelbelovende, die reeds zeer schoone verzen had gepubliceerd, aan idees fixes te, lijden.,.. Hij had te veel van zijn brein gevergd. Ik heb hem nu -een maand) geleden in een inrichting voor zenuwlijders bezocht, Hij was onge-neeselijk krankzinnig; had zijn zakken vol kiezelsteentjes uit den tuin, dien hij mij toonde, zeggend dat. zij schatten waard) waren. Bij 'f afscheid gaf hij mij een vuil pa piertje en schreef er op: „Goed voor een millioen,'" er bijvoegend dat de portier ze mij wel eens zou uit betalen. Een derde vriend, in Duitschland, deed zijn exa mens, studeerend 's nachts- omdat- hij overdag 'les gaf, ten einde zijn familie te kunnen steunen. Hij slaag de, werd tot leeraar aan -een inrichting- voor middel baar onderwijs benoemd'. Na epn paar jaren was hij, nog jong* geheel vergrijsd, begon aan duizelingen te lijden en verloor langzamerhand' het geheugen. Een vierde vriend, die het tot dokter in de medicij nen bracht, hoewel hij een sterk gestel had', werd al jong- door gruwelijke hoofdpijnen geplaagd en is se dert. altoos lijdend. Ziedaar een paar voorbeelden uit mijn omgeving, die elkeen wel zal kunnen aanvullen uit zijn omge ving. den daarvan weet. Ik kan niet gelooven, dat het waar is wat zij gezegd hebben, namelijk dat hij maar ge schertst heeft en den spot heeft gedreven met mijn ijd-elheid en lichtgeloovigheid." De laatste -woorden fluisterde zij afges-tooten voor zich heen. Het trilde en beefde om den moudi van. Louise Sie- bold en haar voorhoofd' rimpelde dreigend! toen zij El- la's hoofd ophief. Een diepe verachting kwam. er in haar op voor de menschen, die dit alles bedreven hadden, en die er in hun egoïsme niet tegen op hadden gezien een lief, on schuldig wezen, als Ella in het ongeluk te-storten. „Je zegt, dat het, je rust zou geven als je de reden wist van Willi's handelwijze," zei ze- toen. „Ik weet die reden. De vraag is alleen of je -sterk en verstan dig genoeg bent. alles te liooren net of liet een ander betrof, kalm en krachtig." „Ik wil sterk zijn, tante," zei Ella, haar betraand gezicht opheffend, dat in dit oogenbllk treffend op haar vaders gelaat geleek, zooals1 hij er vroeger had uitgezien. Tante Louise kon niet anders dan het aan haar borst drukken. „Ik ben sterk, tante Louise ge loof mij." Niemand' zou achter de zachte stem, waarmee Loui se isieholil nu van de leugens ging spreken, die door Bergitzky verzonnen Waren, het diepe leed' h-ebben ver moed dat zij gevoelde. „Je grootvaderBij ied'er woord gleed haar hand over de wang van Ella, die met. groote span ning toeluisterde. „Je grootvader heeft Willi's ouders bang ge-maakt, dat de ziekte van je vadér op jou erfelijk zou overgaan, ja over moest gaan." Een kreet van schrik ontsnapte aan Ella's lippen. Zij wilde opspringen, maar van schrik kon zij geen lid verroeren. „Ik ik. stamelde zij. „Stil!" zei Lou-ise streng, hoewel het haar moeite kostte zelf kalm to blijven bij haar ophelderingen. ..Het is natuurlijk onzin. Je vader is nooit krankzin nig geweest. Diep ongelukkig was hij, anders niets Hij was een man, die nieit klaar kan komen met zich zelf. Hij had verdriet, was innerlijk niet »t-erk en werd Zij allen waren na hun examens gelukkig geweest. Ouders en familie waren trot-sch op hen geweest. Zij haddén gefuifd' e-n vol moed de toekomst onder da oogen gezien. Welk een rampzalig „zakken" vra# echter eigenlijk hun „slagen" geweest. Daarom, gij die u door het „afgewezen" t&ans wel licht, zoo ongelukkig gevoelt, ik raad u aan u zelf eens te onderzoeken. Gij moet u noodzakelijk er u reken schap van geven, waarom gij niet slaag-det. Kwam het, omdat gij te voren niet genoeg „blokte," 'bedenk dan, dat soms de onoverwinnelijke tegenzin, in zekere stu die niet luiheid is of gemis aan energie, doch het. in stinctief verzet van uw psyche. De instinct tot zelf behoud, ieder ingeschapen, waarschuwt u, uw beste geesteis-eigenschappen niet te, vernietigen ter wille van de verkeerd- geplaatste eerzucht van u zelf of van uw« familie. Wat u en de uwen op dit oogenblik wellicht voorkomt domheid' en luiheid te zijn, kan zuiver en on partijdig beschouwd, waarschijnlijk juist een bewijs van uw gezond, uw d'oor-e.n-dóor gezond innerlijk zijn. Gij, die. hier voor dit examen niet slaagdet, straks als gij wat anders aanvat, zult gij juist uitmunten. Hoe meer natuurlijke intelligentie, hoe meer individualiteit gij bezit, des te sterker zal' uw afkeier zijn van de op gedrongen- wetenschap, die, doorgaans voor examens geëischt worden. Zeker, die examens gedaan heeft zal zich later wel eens met smart herinneren, hoe hij voor en tijdens liet, examen zich als een slaafje voeldo en zich zelfs als een slaafje gedroeg'. Maar slavernij, onderworpenheid', blinde gehoorzaamheid kan nooit samen gaan met werkelijk kunnen. Want het werke lijke kunnen houdt altoos gelijken tred! niet, de hoeda nigheid van het karakter. Nergens wordt met meer succes examen gedaan, dan in China. Toch staat do Chineesche wetenschap op zeer lage trap. Nergens wordt er met examens meer geslabakt en geknoeid- da o in Frankrijk. Toch danken wij aan Frankrijk juist op wetenschappelijk gebied) ontzaggelijk veel. Het vele gedrilde- kennen, dat d'oo-r de examen-manie zoo bevorderd wordt, staiat het kunnen in den weg. De gedwongen aangeleerde wetenschap döodt de instinc ten, verdrukt de natuurlijke intelligentie. Gelukkig dat de velen die niet voor de di'il-examens slagen, de studie den rug töëkeerèn en zich in het practiselie le ven werpen. En men staat dan verbaasd) welke uitste kende mannen groeien van d'e „afgewezen-en," terwijl nien onder de menschen met de stapels acten er zoove- len aantreft, die volkomen ongeschikt zijn, juist voor datgene, waarvoor zij opgeleid werden. Daarom niet-geslaagden troost u. Als gij niet ge heel en al uw studie verwaarloosd hebt (en dat komt slechts zelden voor) is het zakken voor een examen vaak te beschouwen als liet slagen voor het, leven. Uw aard was niet slaafsch genoeg om onderworpen alles te memoriseeren, wat men van u eisclite. Gij hadt nu eenmaal niet de natuur van een hotel-portier of een café-eoncert-komiek. MINISTER HEEMSKERK 60 JAAR. Ier gelegenheid van liet- feit, dat de minister van binnenlnndsehe zaken, de heer Heemskerk, eenige da gen geledén zijn ÓOsten verjaardag vierde, boden zijn amhtgenooten hem gisteravond te Seheveningen een diner aan, waaraan ook de minister van buitenland,>- sche zaken, de heer De Marees) van Swinderen, deel nam, die daartoe zijn verlof, dat hij in Engeland door bracht, voor één dag had onderbroken. dientengevolge ziek." „Ik kan ni-et begrijpen, dat, grootvader zooiets heeft kunnen zeggen,fluisterde Ella. „En zij geloofden dat? En Willi hij ook?" „Wat hij geleden heeft zoo lang als hij liet vermoed de, kun je je niet voorstellen. Wat hij echter leed, na dat hij zoowel als zijn ouders er achter kwamen dat Bergitzky hen bedrogen had, is nog veel erger. Waar jij nu zit, daar zat hij gisteren, wanhopig en vertwij feld." Het werd! Ella te moede of zij vonken voor zich zag schitteren en in haar ooren ruisehte het alsof er water in haar nabijheid naar beneden viel. 1 ante Louise riep zij en zonk toen bewusteloos in de armen van de oude juffrouw. Toen zij haar oogen weer opsloeg, bemerkte zij dat zij in een leunstoel lag. Op de tafel- brandde, de lamp met getemperde lichtkracht. „Nu willen wij er niet meer over spreken," zei Loui se, een kop opgewarmde, maar sterke koffie binnen brengend. ...Ie drinkt dit nu eerst, eens uit en g-aat, dan naar huis. En morgen spreken wij verder over de zaak. Het is allemaal hatelijke boosaardigheid en kwaadsprekerij geweest." ..Het is of er een zware last van mij afgenomen is," zei Ella, haar blauwe oogen dankbaar op het, gerim pelde gelaat van haar tante bevestigend'. „Neen, nu begrijp ik alles zooiets kon hij mij natuurlijk niel ronduit schrijven. Dan moest hij wel een schijn van wreedheid op zich laden." „Nu, zie je daarom heb ik je ook alles maar ge zegd. En nu maak dat je weg komt. Ik heb geen koffie meer, dus moet je naar huis. Loop op een draf en lach om den onzin „Nog één vraag, tante!" vroeg Ella met smeekende stem. „Waarom heeft grootvader mij zoo...." „Ik weet het niet. Misschien kom ik er nog wel op." fWordt vervolgd).

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1912 | | pagina 1