DAGBLAD VOOR ALKMAAR EN OMSTREKEN.
Het Circuskind.
No, 19.9
Honderd en veertiende Jaargang.
1912.
VRIJDAG
23 AUGUSTUS.
FEUILLETON.
LANDWEER.
STADSNIEUWS.
ALRMAA
HESrVISG E VING.
Het HOOFD van het Plaatselijk Bestuur te ALK
MAAR brengt, op grond van artikel 1 der Wet van
22 Mei 1845 (Staatsblad No. 22) ter kennis der inge
zetenen, dat bij hem ingekomen en aan den ontvan
ger der Rijks directe belastingen binnen deze gemeente
ter invordering zijn overgegeven
de kohieren der Bedrijfs-belastinlg Nos. 1 en 8, voor
het dienstjaar 1912/13 executoir verklaard door den
Directeur der directe belastingen in Noordholland te
Amsterdam den 19 Augustus- 1912;
dat ieder verplicht is zijn aanslag', op den bij de
Wet bepaalden voet, te voldoen en dat heden ingaat
de termijn van zes weken binnen welken daartegen
bezwaarschriften kunnen worden ingediend.
Alkmaar, den 22 Augustus 1912.
Het Hoofd van het Plaatselijk Bestuur
voornoemd,
G. RIPPING.
De BURGEMEESTER der gemeente ALKMAAR
herinnert de verlofgangers der militie van de lichting
1904, die op 1 Augustus j.l. naar de Landweer zijn
overgegaan nogmaals aan hunne verplichting om zich
vóór of op 30 AUGUSTUS a.s. ter gemeente-secretarie
aan te melden, onder overlegging van hun militair
zakboekje. i
De Burgemeester voornoemd,
G. RIPPING.
ALKMAARSGHE WINKELIERSVEREEN1-
GING.
In het „Gulden lies" vergaderden gisteravond een
dertigtal leden der Alkmaarsche Winkeliersvereeni-
ging, die gevolg gegeven hadden aan de uitnoodiging
van de in de algena-eene vergadering van 8 Augustus
1.1. benoemde commissie, bestaande uit de heeren E.
G. Wentink, I). Geels en H. Jansen, aan welke werd
opgedragen te onderzoeken of het voortbestaan der A.
W. V. wenschelijk is.
Om ongeveer half negen opende de heer E. G, Wen-
tink, die voorzat, de vergadering met een welkom aan
de aanwezigen. Spr. wees er. op, dat het doel dezer
vergadering allen per circulaire bekend) was gemaakt
Alvorens de vergadering- verder in te leiden, meende
spr. tot plicht te- hebben namens de commissie een
woord van dank te brengen aan het afgetreden be
stuur voor de krachten, aan de vereeniging besteed.
Daarna kwam de voorzitter tot de vraagheeft- de A.
W. Y. recht van bestaan? Deze vraag beantwoordde
spr. bevestigend, d'och) wat ziet men? Dat bekrompen
heid en afdaling in klein gedoe soms- de behartiging
van het algemeen belang belet, Een feit is echter, ver
volgde spr., dat we in voldoend aantal zijn, om te zor
gen voor een goed levensbestaa-n der vereeniging. De
enkeling beteekeut weinig. Wanneer een bestuur geko
zen wordt bestaande uit mannen met lust en ijver, die
de A. W. V. tot een bloeiende vereeniging maken, dan
kan belangrijk werk onder handen worden genomen.
De vereeniging kan meehelpen tot een krachtige be
vordering- van het gemeentebelang. Spr. bracht een
wotord van hulde aan het Dagelijkse!! Bestuur der ge
meente Alkmaar voor hetgeen het in het belang' dei'
winkeliers steeds heeft gedaan -en vooral aan den bur
gemeester, bfj wien men steeds op een goede ontvangst
kan rekenen, wanneer men een algemeen belang bij
hem komt bepleiten.
Xoodig' is, ook met liet oog op den bloei der omge
ving, een krachtige samenwerking van menschen van
den handeldrijvenden en industrieelen middenstand.
Ook liet gemeentebestuur kan meewerken door verbe
tering der wegen. Veel zaken behoeven voorlichting.
Doch men dient niet af te dalen tot het bevorderen
van privé-belangetjes. Voor degenen, die dit wenschen
te doen is in de vereeniging- geen plaats. Spr. zeide
nu gaarne het woord te geven aan dengen e, die het
verlangen daartoe te kennen gaf.
Medegedeeld werd, dat van een drietal leden een
schrijven was^ ingekomen, waarin ze mededeelden ver
hinderd te zijn de vergadering bij te wonen en zich
voor het voortbestaan der vereeniging verklaarden.
Een ander lid beval aan tot liquidatie over te gaan en
op te richten een winkelrersvereeniging, uitsluitend
Roman van PAULA BUSCH.
11) -o-
De kleine begraafplaats in de buurt van het Johan-
nes-hospitaal die- anders zoo eenzaam en vergeten te
midden van de stad lag, werd) heden door vele- men
schen bezocht. De menschen bleven op straat staan
en keken door de ijzeren tralies van het hek.
„Wat gebeurt hier?" vroeg de een aan den ander.
„O, dé man uit het circus, die onlangs den nek ge
broken heeft, wordt heden begraven en daarom is het
geheele circus hier," was het antwoord.
En inderdaad waren allen bijeen. Ieder, van den
directeur tot den stalknecht toe, waren hiér tegen
woordig, want allen hadden belang gestekt in den vlij-
tigen ereoni, Zelfs de circuskapel' had verzocht den
treurmarsch bij de begrafenis te mogen spelen.
De pastoor der gemeente had juist in de kleine
cipe waarin het lijk opgebaard en met vele bloemen
1 wrsierd was, een rede gehouden over het leven
van den overledene. Nu werd de kist door zes artisten
vau hot circus eruit gedragen. De muzikanten gingen
voorop en speelden den treurmarsch van Chopin Een
paar oude vrouwen uit de kleermakerij, die met Vérco-
ni nog nooit een woord- hadden gesproken, schreiden
het hevigst.
Mira evenwel, de arme Mira, die haar goeden vader
zoo plotseling verloren had, gaf zich geheel aan haar
groote smart over. Steeds heviger begon zij te snik
ken en zij was- door geen toespreken te kalmeeren.
Madame Lewandowsky was in haar nabijheid en
trachtte vriendelijk voor de kleine to zijn. Zij was
heden met haar man overeengekomen Mira te adoptee-
ren. Hoe dikwijls had zij bij haar beide jongens een
voor winkeliers.' Nog' was één lid met kennisgeving
afwezig, terwijl een viertal heeren zich hadden aan
gegeven voor het lidmaatschap der vereeniging.
Op verzoek van don heer A. Fortuin werd lecture
gedaan van een bij hem ingekomen1 schrijven van de
Haarlemsche Handelsvereeniging, houdende een waar
schuwing tegen de practijken eener onsoliede handels
firma.
Den heer H. Jansen, het woord verkrijgend!, kwam
het voor, dat het voortbestaan' der Winkeliersvereeni-
ging wel gewenscht is. Gezamenlijk moeten de win
keliers optreden tegen andere plaatsen. Verschillende
dorpen moeten worden bewerkt, om de bewoners naar
Alkmaar te trekken. Veel goed' zou men te dezen kun
nen doen door de verspreiding' van een orgaan. Men
kan verder aan de vereeniging verbinden een rechts
kundig adviseur. Om tot opwekking te komen voor de
A. W. Y., kan een feestavond' worden georganiseerd,
üc contributie van 1.50 per jaar vindt spr. wel wat
weinig. Deze moet minstens 5 of 10 'sjaars- be
dragen. Spr. meent, dat bij bet voortbestaan der ver
eeniging de contributie dient te worden verhoogd.
De lieer IV. van Yuure zeide tot zijn teleurstelling
to zien, dat de vergadering slecht bezocht was.
Eenigszins kan men hier uit opmaken, dat de verschil
lende winkeliers de noodzakelijkheid van het bestaan
dier A.W .1 niet inzien. Spr. ziet er ook niet veel heil
in. Er is de laatste jaren weinig verricht, er was bijna
geen actie te voeren, want was dit wel het geval ge
weest, dan zouden de voorstanders van de eventueel te
voeren actie wel voor den dag gekomen zijn.
De heer J. Li-ndl Hzn, was het hier voor een groot
deel mee eens. Met verwondering zag spr. het kleine
aantal aanwezigen. Ook hebben slechte weinigen ant
woord gegeven op de door de commissie verzonden cir
culaire. Spr. bejammert dit. Nu er zoo weinig be
langstelling- getoond wordt, is het 't beste, de vereeni
ging' op te doeken, om haar na één of twee jaar op
nieuw op te richten. Volgens spr. is er thans nie
van te maken.
De voorzitter betreurde ook de weinige belangstel
ling, spr. zeide minstens 50 der leden verwacht te
hebben. Eenig zelfverwijt treft- misschien de commis
sie, doordat ze mogelijk met haar circulaire voor velen
niet duidelijk is geweest.
De heer D. Geels meende, dat in de weinige be
langstelling, welke nu getoond' wordt, een aansporing
moest liggen voor het bestuur der vereeniging', om
met de behandeling van actueele punten de winkeliers
te trekken. Na één of twee jaar zullen) de levenskrach
ten niet ontkiemen tot een sterkere vereeniging. Het
bestaan der vereeniging dient niet afgerekend te wor
den naar het aantal leden, maar n'aar hetgeen er ge
daan dient te worden. De A. W. V. dient haar kracht
te zoeken in het oprichten van vakvereenigingen,
waardoor coöperaties kunnen worden bestreden. Door
vakvereenigingen kan men komen tot Zondagsrust,
kunnen oneerlijke concurrenten worden bestreden. De
Mid'denstandsvereeniging' in haar geheel kan voor de
winkeliers oprichten een informatie- en incassobureau,
kan concurrentie van de gemeente bestrijden (Hoorn),
kan winkeliers in hiet boekhouden onderwijzen, welke
kennis zoo vaak te wenschen overlaat.
De heer J. A. B. Fenijn had gedacht, dat de bespre
kingen een andéren loop zouden nemen en wel over de
vraag, waarom er thans zoo weinig belangstelling be
staat. Spr. liad gedacht, dat door het blootleggen van
deze oorzaken, de richting van dien weg ter verbetering-
zou worden aangegeven. Dat er thans weinig belang
stelling bestaat, is' geen wonder, daar -er de laatste ja
ren gesuft is.
De heer van Vuure wildé den heer Geels antwoor
den naar aanleiding van diens wenk om vakvereeni
gingen te vormen. Spr. is lid geweest van een Sme
den-bond en niettegenstaande men zich alle moeite
heeft getroost, is de vereeniging' gestorven. In theo
rie is het heel mooi. Het vereenigingsleven staat in
Alkmaar niet hoog. 't Is treurig. Spr. zou een goede
vereeniging toejuichen, maar hij twijfelt er aan, dat
men er toe kan komen.
Nog merkte spr. op, dat hij verschillende winkeliers
de laatste dagen had gesproken enj ben had opgewekt
deze vergadering bij te wonen, doch ze- wilden niet ko
men.
De heer L. Trijbetz zeide, dat hem het- vorig jaar eên
kwitantie was aangeboden van de A. W. V., welke spr.
weigerde te betalen, omdat er geen vergadering was
meisje gewenscht en hoe mooi zou het trapèzenummer
huaner kinderen zijn, wanneer zulk een lief meisje als
Mira medewerkte. Veel gemakkelijker zouden zij dan
engagementen vinden en het nummer zou in waarde
aanmerkelijk stijgen. Het kind was handig -en zou hun
bij de repetitie niet teveel moeite geven. Dat had- de
practische vrouw alles met één blik overzien. Het
meest echter verheugde zich Erangois, de oudste zoon.
Mira had alles kalm met zich laten gebeuren. Zij
had den laats ten nacht reeds hij de Lewandowsky's ge
slapen. Met stil geduld had' zij alles verdragen, had
zich zonder tegenstreven door de haar zoo onsympa
thieke vrouw te bed laten brengen. Maar dan, toen zij
alleen en alles om haar kalm geweest was, had zij nog
lang, lang geschreid. En nu liep zij achter de kist
van haar vader en schreide nog veel meer.
De pastoor troostte haar en had gisteren reeds- lang
en vriendelijk met haar gesproken. Maar was er dan
eenige troost?
Da-ar stonden zij nu allen stil voor den diepen, zwar
ten kuil, waarin de vader werd) neergelaten. Ach, da-ar
beneden zou hij liggen, zoo alleen, zoo diep, zoo diep
zij had wel luide willen uitschreeuwen! Kon zij
hem toch slechte een enkele maal zien, voordat de kist
werdl neergelaten. Maar thans haar klein hart
kromp ineen liet men hem re-eds in het graf zak
ken. Zij had nooit geweten, wat de dood was, zij was
de begraafplaats voorbijgeloopen en had' alleen ge
hoord, dat- onder eiken heuvel een doo-de lag. Eu nu
was haar lieve, goede vader ook gestorven en lag daar
beneden in den grond! Zij draaide zich om en schrei
de voort.
Allen traden nu van het graf weg, de plechtigheid
was afgeloo-pen. De pastoor kwam op de kleine toe.
Hij zag het schreiende kind vriendelijk aan en streelde
haar warm voorhoofd.
Kleine Mira," zeide hij, „je vader slaapt slechts en
gij zult hem daarboven wederzien." Hij wees naar den
hemel en Mira volgde zijn hand met. vragenden blik.
gehouden. Daarna, is er weer een jaar lang niet ver
gaderd. Spr. vroeg aan het toenmalig bestuur, waar
om dit het geval was. Was- er gebrek aan belangstel
ling? Waren er geen punten ter behandeling? Als er
iets anders tusschenzit, laten die bestuursleden er dan
mee voor den dag komen.
De voorzitter en de heer Geels wezen er op, dat dit
thans niet aan de orde is. De vraag' is- of men is voor
of tegen het voortbestaan der vereeniging.
De heer J. Cloeck merkte op, dat indien hij welin
gelicht was, de heeren Eenijn en Trijbetz voor het
eerst ter vergadering gekomen waren. De ééne vraagt
naar de oorz-aken van het verval, de andere naar de
redenen, waarom niet vergaderd is. Doch om daarop
antwoord te geven is de vergadering niet belegd, er
dient antwoord te worden gegeven op de vraag: Wat
moeten we? De opmerking, dat men door de slechte
opkomst het best doet dé vereeniging op te- doeken,
laat spr. langs zijn koude kleeren afzakken. Allen ter
vergadering zijn bezield met de gedachte, dat de Win
keliersvereniging nuttig en nood-ig is. Spr. vroeg
aan den voorzitter of deze het goedvindt, dat de aan
wezigen kiezen een propaganda-commissie, welke zich
in verbinding stelt met het Bondsbestuur, er op wij
zend, dat hier nog 105 winkeliers lid zijn der vereeni
ging en dat hier een goéde Middenstandsvereeniging
„de Hanze" bestaat. De propaganda-commissie dient
bij de verschillende winkeliers langs te gaan en dezen
op te wekken tot toetreding. Dan moet men komen
met een vergadering, waar het concept-reglement be
handeld wordt en een -bestuur wordt gekozen, dan we
ten de leden dat ze niet hebben te loopen achter het
oude bestuur, dat geen geestdrift kon wekken, niet
achter de commissie, die haar best doet, maar het ge-
wenschte succes op haar streven niet- ziet, maar dan
kunnen ze de besten kiezen uit de beste winkeliers. Er
moet dan niet worden gesproken over contributie,
over een rechtskundig bureau enz., maar een beroep
worden gedaan op de werkkracht van ieder. Komt er
een propaganda-commissie, dan is er binnen dertig da
gen een vereeniging van 200 leden en een vergadering
met den Bondsvoorzitter, en er i-s gevormd, spr. twij
feit er niét aan, de kern van een g-roote vereeniging.
l)e heer Geels merkte o-p, dat de heer Cloeck te ver
uitloopt. De weg, dien hij aanwijst, is niet de weg
der commissie. De vraag is: Is het voortbestaan wen
schelijk? Eerst moet men het er*over eens' zijn of de
vereeniging moet blijven bestaan en dan dient over te
worden gegaan tot het verkiezen van -een bestuur.
De heer Cloeck was het daarmee niet eens. Gez-ien
de opkomst, achtte spr. den uitslag' niet- twijfelachtig.
De commissie legt haar werk ook neer. Een propa
ganda-commissie is de eenige weg. Wordt er ge
stemd, dan wordt het: laat maar zakken.
De heer Geels vroeg, wat de rechte bedoeling van
den heer Cloeck was. Dat de commissie bedankt en
dan de werkzaamheden overgaan op de propaganda-
commissie?
De heer Cloeck merkte op, dat de A. W. V. geen
belangstelling heeft kunnen wekken, de commissie
heeft het- ook niet gekund. De vereeniging heeft- nu
nog verbinding met liet hoofdbestuur, er is nog geld
in kas, nu dient doorgegaan te worden.
De heer A. Fortuin zeide met gemengde gevoelens
de o-pkomst ter vergadering gezien te hebben. Het is
niet uit leedvermaak, wanneer spr. constateert, dat er
weifiig belangstelling wordt! getoond. Wanneer spr.
gevraagd wordt, of de A. W. V. moet voorbtestaau,
dan antwoordt hij volmondig': ja! Er is gezegd, dat
de A. I nog veel kan doen. Spr. verzekert, dat
het incassobureau, dat bestaan heeft, uitstekend in
orde was onder de leiding van den lieer Pels. Met
mannenmoed) heeft deze het 2x/2 jaar volgehouden en
op welke wijze werd hem dank betuigd? In de 2x/2
jaar is van het incasso-bureau geen gebruik gemaakt;
door de leden is het op schandelijke- wijze verwaar
loosd. De cursussen in boekhouden zijn hoog noodig.
Vaak is aangeboden gratis onderricht in het winkel-
boekhouden, 0,111. door den heer Versteege, directeur
der Handelsschool. Geen enkele meldde zich voor den
cursus a-an. De glasverzekering is- geëntameerd door
de A. W. V. en op uitbundige wijze door het bestuur
voorgesteld, hoewel het geen onderdeel was, dat tot
der A. W. V. behoorde. De Handelsdagschool is een
stuk werk van de A. W. V. Dat het onderwijs op de
inrichting' op prijs wordt gesteld blijkt- hieruit, dat de
II. IJ. SM. gaarne in dienst neemt d-e leerlingen, die
„Hij kan je zien en hoort alles, wat gij tot hem
spreekt,"
Madame Lewandowsky had juist- op een klein spi-
ritustoestel, dat ook dikwijls diende om daarop een
geheel middagmaal gereed te maken, koffie gekookt.
De oude Lewandowsky lag o-p zijn bed en snorkte.
IVvrouw gaf hem nu een flinken duw -en schreeuwde:
„Hier, oude je koffie!" en zette een bierglas met kof-
lie op het nachttafeltje.
Dan liep zij naar de beide jongens, die in de zijka
mer tot afwisseling met elkaar weer aan het plukha
ren waren. Zij nam een sterke hondenzweep van den
wand en sloeg- er onbarmhartig' op los. „Wilt gij el
kaar loslaten? Mon Dieu die vervloekte bengels!"
Mira, die reeds gedurende -het gevecht der beide
broeders vol schrik op de vensterbank gekropen was,
kroop thans geheel in een hoek. Zoo iets had zij nog
nooit gezien en vol vrees' beschouwde zij d'e groote
zweep, die zoo onbarmhartig- op de kinderen neder-
suisde.
„Stilte! klonk van daarnaast de ruwe stem van Le
wandowsky nog half in slaap. Dadelijk hield de
vrouw met haar slaan op en d-e jongens staakten hun
geschreeuw. Slechts de kleinere snikte nog. Nu zette
de vrouw een groote kan koffie! op den koffer, die in
een hoek stond.
„Daar drinkt!" riep zij de knapen toe, terwijl- zij hen
in glazen koffie inschonk en Mira, bij gebrek aan een
kop, in den suikerpot haar de-el gaf.
De kleine nam het met tegenzin aan. Een walging
overviel haar, toen zij de onzindelijkheid! om zich heen
zag. Hoe netjes was toch juffrouw Tompsen in alles
geweest, wat door hare handen ging!
„Heden en morgen behoeft gij nog niets te doen".
zeide madame Lewandowsky en dwong zich tot een
lachje, daarbij nam *ij ©an kofferbak en hield dien IIi- f
het diploma der school hebben verworven. Toch was
de belangstelling' der leden alleszins gering. Spr. is
het echter met den heer Cloeck eens, dat geen groot
aantal noodig is. De winkeliers schijnen het 's avonds
te druk te hebben of te lusteloos te zijn, om ter verga
dering te komen. Het bestuur heeft den indruk ge
kregen, dat de leden er genoegen in schiepen niet te
komen en meenden hun plicht als winkelier te hebben
gedaan door 1,50 contributie te betalen. Wat het
verbinden van een rechtskundigen adviseur aan de
vereeniging aangaat, spr. kan zich er niet mee veree
nigen. Spr. is-het eens met- de woorden van een wijs
man', die zeide: Een koopman is de beste advocaat in
eigen zaak.
Spr. is principieel tegen het ontlasten van de com
missie, zooals de- heer Cloeck wil, omdiat deze er een
nieuwe commissie voor in dé plaats wil stellen. Al za
ten achter de tafel, waar thans de commissie zit, ook
de hoofdredacteuren der plaatselijke bladen, die het
soms zeer scherp kunnen zeggen en voor wier techniek
op de^ pen spr. bewondering heeft en waaraan hij gaar
ne zijn hulde betuigt, dan zou er thans niet meer be
langstelling zijn. Laten de opposanten de consequen
ties van hun oppositie aanvaarden, tracht© ieder de
A. W. V. vooruit te sturen, dan krijgèn we met den
steun der pers weer de oude A. W. V.
De voorzitter vroeg of het niet- goed) zou zijn, nu
verschillende leden hun meening' hebben uitgesproken,
om de vergadering een kwartier op te schorten, ten
einde onderling van gedachten te kunnen wisselen.
De heer J. Cloeck achtte dat niet noodig. Spr. durf
de nu de stemming wel aan, overtuigd als hij was, dat
de meerderheid der leden zich) vast vóór het- voortbe
staan zou verklaren.
Bq de stemming, waartoe thans werd overgegaan,
verklaarden zich 29 leden vóór het voortbestaan, ter
wijl 2 bi anco stemmen werden) uitgebracht
De voorzitter vroeg of nu zou worden overgegaan
tot- het benoemen van een best-uur of t-ot aanwijzen van
eenige leden, die als propaganda-commissie zullen
fungeeren.
De heer Fortuin verklaarde zich voor het kiezen van
een bestuur. Spr. zou hierin echter een wijziging wil
len aanbrengen; 9 bestuursleden is te veel. Spr. zou
willen voorstellen het bestuur uit 5 leden te doen
bestaan. Uit het bestuur kan dan wel een propagan
da-commissie worden gevormd.
Dé heer Cloeck merkte op, dat het niet reglementair
is om een bestuur van 5 leden te kiezen. Het tijdstip
is te ongunstig om thans een bestuur te kiezen, beter
kan een propaganda-commissie worden gevormd.
erschillende leden gaven hun gevoelen ten aan
zien hiervan te kennen. De voorzitter verklaarde zich
voor een propaganda-commissie.
De heer Fortuin wees er op, dat er nog 105 leden
zijn en er nog 200 in kas is. Spr. wilde een bestuur.
De heer Cloeck wees op art, 10 der statuten. Er is
nog een bestuur. Spr. verdédigde nader een propa
ganda-commissie.
De heer D. J. Levert zeide, dat A. W. V. 9 jaar
heett bestaan. De o ud)-voo rzit t er draagt de schuld vau
den achteruitga ug en deze v-erze-ti zich nu tegen den
heer Cloeck. De leden van de Hanze willen nog wel
lid worden van de A. W. V., mits- er maar vergaderin
gen worden gehouden, 't Spijt spr., dat hij een emi
nent man als de heer Fortuin steeds aan doovemans-
deur werd geklopt.
De heer Fortuin zeide, nu hij persoonlijk in het de
bat werd gebracht, te willen opmerken, dat er een ver
schil voor hem in is gelegen door wien) hij wordt geat
taqueerd. De woorden van den heer Levert laat spr.
langs zich heenglijden. Spr. is er van overtuigd, dat
de heer Cloeck weet, dat spr.'s doel niet is om afbre
kende kritiek te leveren.
Na eenige discussie over de kwestie of het oude be
stuur nog bestuur is of collectief ontslag heeft aange
boden, beantwoordden de oude bestuursleden de vraag
\an den voorzitter of ze bedankt hadden, bevestigend.
Do heer II. Jansen is lid van het nieuwe bestuur, want
deze is als zoodanig- in de vorige vergadering gekozen.
De heer I\ M. II. Pels wees er o-p, dat het bestuur
statuair uit minstens 6 leden moet bestaan.
Het voorstel-Cloeck, het benoemen van een propa
ganda-commissie, ondersteund door twee leden, werd
in stemming gebracht en verworpen met 20 tegen 9
stemmen.
Bij de daarna gehouden stemming verklaarden zich
ra voor. „Hier, dat is je bed. Gij zult in de keuken
slapen. Draag den bak er maar heen!" En daarbij
zette zij den bak voor Mira neer.
IIet_ kind sleepte gehoorzaam het nieuwe bed naai
de kleine keuken, waar op een tafel nog de ongewas-
schen vaten van het middageten stonden. Madame
Lewandowsky bracht haar nog een ouden deken, die
vroeger aan haar lievelingspaard) behoord) had' en ten
overvloede wierp zij Mira een groot-en zak als hoofd
kussen toe, die kostuumlappen en restes van kleeren
bevatte.
„Daarop zult gij goed) slapen", zeide zij.
Mira beschouwde dat van ter zijde met eenigen twij
fel. Ach, het was haar alles om het even, hoe het er
uitzag en hoe het was; alleen proper had het moéten
zijn. Van dit vuil hier had: zij zulk een groote wal
ging.
„Zoo, nu zal ik je laten zien hoe men afwascht", zei
madame Lewandowsky en ging d-e enkele borden en
messen en vorken in een kleinen schotel dompelen,
waarin ados in keuken en huis afge-wasschen en ge-
wassche-n werd. Met de vingers krabde zij de spijsres-
tes van dc borden en droogde ze dan af met een hand
doek, die de geheele familie ook gebruikte.
Van morgen af hebt gij daarvoor te zorgen!" kom-
mandéerde zij, „wij gaan dadelijk naar het circus. Gij
blijft hedenavond bier en kunt gaan slapen." Daarbij
sloeg zij reeds de keukendeur dicht en liet Mira alleen.
Daar zat de kleine nu in haar kofferbak. Ach, hoe
liefdeloos waren deze menschen! Men had haar wel
niet geslagen of met een leelijk woord beschimpt,
maar zij had toch instinctief den toon die hier
heerschte begrepen en vermoedde maar al te wel wat
haar nog wachtte. Hoe goed was toch altijd haar
papi voor haar geweest, de arme, lieve, goede papi en
nu lag hij daar beneden zoo alleen, zoo ver weg va a
kaar.
(Wordt vervul
g'i I-