DAGBLAD VOOR ALKMAAR EN OMSTREKEN.
Het Circuskind.
éCétA/^Ce^/
No. 235
Honderd en veertiende Jaargang.
1912
VRIJDAG
4 OCTOBER.
FEUILLETON.
Zw" z- a^r
DICHT BIJ HUIS.
rv.
BINNENLAND.
HINDERWET.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van ALK
MAAR brengen ter algemeene kennis, dat heden op de
gemeente-secretarie ter' visie is gelegd) het aan hen
ingediende verzoek met bijlagen van de firma 0.
BAAN en ZOON, aldaar, om vergunning tot het uit
breiden van de stoomhoutzag'erij en schaverij „d e
S i m s o n," door het oprichten van een STOOMKE
TEL met een verwarmend oppervlak van 70 M2., ter
vervanging van den bestaanden in het perceel Frie-
scheweg Wijk E.
Bezwaren tegen deze uitbreiding kunnen worden in
gediend ten raadhuize dezer gemeente, mondeling op
WOENSDAG 16 OCTOBER e.k., 's-voormiddags te
elf uur en schriftelijk' vóór of op dien tijd. Gedurende
drie dagen vóór gemeldten dag kan de verzoeker en hij
die bezwaren heeft ingebracht, op de secretarie dezer
gemeente van de terzake ingekomen schrifturen kennis
nemen.
Alkmaar, 2 October 1912.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
JAM DE WIT Dz., Voorzitter lo.-B.
DONATH, Secretaris.
POSTKANTOOR TE ALKMAAR.
Lijst van de aan dit kantoor ter post bezorgde brie
ven en briefkaarten, welke wegens onbekendheid van
de geadresseerden niet zijn kunnen worden uitgereikt.
2e helft der maand September 1912.
Brieven.
P. van de Brink, Eist.
W. de Jong, Groningen.
P. de Bruin, Leiden.
H. Heinsfman, N.-Niedorp.
Briefkaarten.
Mej. R. van Dijk, Amsterdam.
Jb. Nuns, Amsterdam.
H. Gude, Waverveen.
Buitenland.
Miss Isman, St. Ives-Cornwall.
Pb. Groedel, Nenart N. J.
ALKMAAR, 4 October.
Een teleurstelling wasi dus Montjoie in den Eifel,
de eerste op reis. We vonden bet volstrekt niet aardig
maar hoe spoedig zou blijken dat we het poëtische
van het stadje nog niet gevonden hadden, al stonden
we er ook midden-in. We moesten gelijk de erva
ring dra leerde met andere oogen kijken dan die
van een vermoeid reiziger, die enkel een steile helling
en een steenige diepte vóór zich ziet en die. in zijn
beenen nog de doorgestane angst en de inspanning
van het pijnlijk-voorzichtig stappen navoelt. Kwam
het van de properheid der kamer want in het hotel
heerschte de aangenaam-s temmende zindelijkheid,
waarnaar men in het buitenland maar al te zeer ver
langen kan -, van het prettig getemperde licht, dat de
gele gordijnen doorlieten, van het verfrisschende water
uit de lampetkan, die nu eens niet met mondjesmaat
werd toegemeten, van de gezellig-klotsende Lauffen-
bach. die vlak beneden de ramen over „Gesteine und
Gerölle" zijn weg naar den Roer zocht? Wij weten het
niet, maar wel weten we, dat we .spoedig oog kregen
voor hetgeen er vanuit het hotelraam te kijk was, voor
de schilderachtige straatjes met de hooge huizen rond-
Roman van PAULA BUSCH.
47) -o-
Dien avond was hot circus uitverkocht. Ieder, die
de schoone, moedige koorddanseres niet des middags
gezien had, vilde haar toch des avonds bozoeken.
De directeur meesmuilde van genoegen en had reeds
bewerkt, dat de pers nog meer dan op de gewone wijze
van deze dame gewag maakte. Op de aanplakbiljetten
in de stad' moest do naam Mira Yerconi reeds op hon
derd pas afstand te zien zijn en extra strooibiljetten
moesten uitgegeven worden, welko hare prestaties al
leen verkondigden.
De jonge kunstenares verliet heden onder bloemen
bedolven de arena. Zij bevond zich in een waren roes,
die haar niet toeliet, helder tei denken. Op de gang
ontmoette haar toevallig de; directeur. Hij bleef voor
haar staan en drukte haar nog met meer geestdrift
dan dien namiddag de hand. „Nu, en waar wilt u he
denavond uw groot succes vieren?" vroeg hij haar.
„O, ik zal in het geheel niet vieren, maar spoedig
gaan slapen, want ik ben werkelijk moede", zeide zij
bescheiden.
„Maar juffrouw Verconi, zulk een jong menschen-
kind als u mag toch niet moede zijn. Noen, neen, dat
sta ik niet toe, wij zullen hedenavond feestvieren."
Mira zag hem verlegen aan. Wat zou zij doen?
Wanneer haar directeur haar zoo beminnelijk invi
teerde, mocht zij dat t-och niet afslaan. Maar zij had
toch in het geheel geen lust in eenig- restaurant te
gaan en een fleseh wijn of zelfs champagne te drin
ken. Zij had zich zoozeer op haar bed verheugd. Ein
delijk scheen haai ©en reddende gedachte ingevallen
te zijn, dia haar heer en gebieder ook niet kon beleedi-
om, voor de massale leirotsen met de oude burchtruïne
op den achtergrond. Hoe aardig van lijn en van kleur
waren die huizen met hun licht-blauwe daken, wat
stond daar hoog in het groen een ouwerwetsch ge
bouw, dat later het hospitaal bleek te zijn, hoe trotsch
werd alles, bekroond dóór de kloeke ronde en vierkante
bouwvallen van het oude kasteel, waarop d'e Duitsche
vlag te wapperen stond.
En de avondwandeling door bet mooie, stille stadje
leerde een keer te meer, hoe gevaarlijk het afgaan op
eerste indrukken soms kan zijn. Door enge korte
straatjes, waarin de huizen van vier, vijf verdiepingen
aanvankelijk wel wat vreemd stonden, zoodat liet ge
heel denken deed aan een Neurenberger speelgoedstad
je door een kinderhand in een klein doosje gebouwd,
kwamen wij weldra bij een boogbrug over den Roer,
waarvan de gewelven geheel bezet waren met vriende
lijke blauwe klokje en groot varens. Het leken guir
landes van levend' groen en levend blauw en de gehee-
le rivier langs had moeder Natuur, even artistiek als
kwistig, de fijne draperieën opgehangen. Zelfs uit de
verweerde leisteenbrokken kwamen ze te voorschijn, de
veldbouquetten van tee re bloempjes en de mossen
maakten van de anders harde, grauwe leisteenen een
molligen, kleurigen ondergrond. Ook de muur langs
de rivier prijkte met deze lieflijke versiering. En aan
den overkant, hoog en ver, daar lagen de begroeide
rotsen met de diep-groene sparrebosschen. Even moes
ten we terugdenken aan onze duinen, ook mooi, maar
zoo geheel anders. doch wie vergelijkt er de schoon
heden van een blondine met die van een brunette?
Onze blonde duinen met hun lichte bebossching heb
ben hun bekoorlijkheden zoo goed als de gindsche ber
gen, waartegen bosschen opdonkeren. Alleen de beko
ring- van het nieuwe, het nog nimmer geziene heeft
het Eifellalidschap voor menigeen op de begroeide
heuvels langs de zee vóór.
Vol verlangen naar den komenden dag keerden we
in de avondschemering in het hotel terug. Daar
wachtte ons een verrassing. Of eigenlijk een verras
sing was het niet meer. Bij de eerste aankomst in
het hotel werd er piano gespeeld, zoolang we er toef
den werd er piano gespeeld. En toen we terugkeer
den werd er piano gespeeld, zoolang we aan den
avonddisch zaten werd er piano gespeeld, toen we
rookten, praatten, kuchten, schuifelden, werd er piano
gespeeld. tot tien uur werd er piano gespeeld. Men
moet zooiets ondergaan hebben, om te kunnen besef
fen wat bet eigenlijk is. Enkele dames kregen hoofd
pijn, sommige heeren de landziekte. Zuchten noch
mopperen hielp. de stroom van moderne en minder
moderne muziek ruischte, kabbelde, kletterde, klotste,
donderde maar door, niet af te leiden, niet te stuiten.
totdat eindelijk met tien tikken de klok het uur der
verlossing sloeg!
Vijf personen schenen-er niet den minsten hinder
van te ondervinden%en gemoedelijke dikkert, die met
Mohammedaansehe kalmte hij bleek achterna vroe
ger op den Balkan te hebben gewoond -in een boekje
zijn zware Oldenkot te v'erpuffen zat, de twee jonge
lingen, die olkaar voor de piano afwisselden als z&
zich ten minste niet aan quatre-mains te buiten gin
gen, een mijnheer die niets deed en de hotelier die
hem daarbij hielp. De ober, afgeschrikt door de vele
onaangenaamheden welke hij te hooren kreeg, waagde
zich zoo weinig mogelijk in de buurt der gasten
trouwens hij had; ook genoeg aan de bediening van den
nietsdoenden heer en den behulpzamen patroon, die-
door het zwelgen van de muziek schier onleschbaren
dorst schenen- te krijgen. En dè jongens speelden
onvermoeid, maar zeldzaam vermoeiend. Hun reper
toire bestond uit twee lijvige tasschen vol, er was keur
te over. en desondanks moesten ze herhaaldelijk
tot hetzelfde terugkeeren. Na de „Petite Annonce"
„l'lnvitation a la Valse," la Valse charmante," „de
Two step," kwamen „Pierrot und Pierrette" gevolgd
door „der Graf von Luxemburgs" met „Zigeunerblut"
en „Zigeunerliebe". De graaf werd op de hielen geze
ten dóór die Geschiedene Frau, die Lustige Wittwe,
Dollar Prinses, Molly, Veleta, Angeline, de moderne
Eva, de Tonkinoise, de Geisha en een massa meisjes
uit de lichte muziekwereld meer, allemaal oorspron
kelijke „Miidchen aus purem Gold," nu soms wel wat
vervalseht, lawaaierig, drukdoende. Vroeg men zicli
zelf af, hoe lang het nog duren zou, dan antwoordde de
piano: Tu ne sauras jamais. Wanneer de spelende
jongeling eindelijk zou ophouden? I'm afraid to come
gen.
„Ach, juffrouw Tompsen, de goede ziel, heeft zich
hedenmiddag zoo opgewonden, dat zij ziek tehuis ligt
ik kan haar toch niet langer alleen laten."
„Juffrouw Verconi, wees niet bezorgd! om de oude
dame, die zal rustig slapen. Geloof mij, u stoort haar
slechts, wanneer u naar huis wilt gaan om haar te on
derhouden."
„Ik moet haar toch althans zeggen, dat ik eerst la
ter tehuis kom", antwoordde het jonge meisje, want zij
was in twijfel, of zij uitgaan zou of niet, en nu wilde
zij althans de oude ervaren vrouw om raad vragen.
Ja, als het een ander heer geweest was, die haar uit-
genoodigd had, dan had zij wel geweten, hoe zij zich
te houden had. Maar tegen haar directeur moest zij
zich wel anders gedragen en een directeur vertrouwde
zij nu eenmaal. Kon deze man zicli niet verheugen
voor een betrekkelijk kleine gag-e ineens een kunste
nares gekregen te hebben, die hem minstens twee
maanden volle huizen garandeerde? Dan sprak het
van zelf, dat hij haar op alle mogelijke wijzen hul
digde.
En. geheel vrij van vrouwelijke ij delheid! was Mira
ook niet, want, zij verheugde zich een weinig het hot
gemaakt te worden en wel door haar directeur.
„O, juffrouw Verconi, ik zal juffrouw Tompsen een
boodschap zenden. Het is volkomen onnoodig, dat u
nog eerst naar huis gaat", zeide Bellini en Mira voel
de zich eindelijk overtuigd.
Ja, zij had in den korten tijd van haar verblijf al
hier op den licht ontvlambaren Odoardo Bellini een
diepen indruk gemaakt. Dat was een verduiveld meis
je, zooals hij reeds lang gewenscht- had on zoo'
mooi en jong daarbij
In een half uur had Mira zich aangekleed. Zij had
een donkerrood© princesse-robe aangedaan en haar j
zwarten hoed met de roode rozen opgezet. Zij zag er J
eenvoudig en elegant uit, zoodat zich niemand over
haar behoefde te aohamen.
VROUWENKIESRECHT.
De Vereeniging van Vrouwenkiesrecht heeft aan al
le haar bekende kiesvereenigingen^ in ons land een
circulaire gericht, waarin zij medewerking vraagt voor
het verkrijgen van vrouwenkiesrecht.
GRAAF VAN BY LANDT.
Graaf Van Bylandt, lid en oud-voorzitter van de
Tweede Kamer, is in zoover van zijne ziekte hersteld,
dat hij niet meer buiten vertoeft en te 's-Gravenhage
is teruggekeerd. De afgevaardigde van Apeldoorn zal
echter nog rust moeten henden en dus vooreerst niet
aan de parlementaire werkzaamheden kunnen deelne
men.
IIET VREDESPALEIS.
l)e werkzaamheden aan het Vredespaleis zijn thans
zoo ver gevorderd, dat verwacht wordt, dat het gebouw
in de tweede helft van Juli of begin van Augustus
van 1913 ter opening gereed zal zijn. Vóór het einde
van heb jaar wordt het1 gebouw op den hoek van de
Anna Paulownastraat en van den ouden Sebevening-
schen weg geamoveerd. Deze amotie zal ook dienen
tot verkoersverbreeding op dit punt. De tuin-, terras-
en vijveraanleg rondom het Vredespaleis is zoo goed
als gereed.
Gemengd nieuws,
1)E HOLLANDSOHE BARONES.
I)e dagbladen te Parijs publiceeren het portret van
freule Van Coehoorn. Deze heeft een bezoek gebracht,
op de redaetie-bureaux der verschillende Parijsche bla
den, en heeft daar verklaard, dat zij het slachtoffer is
geworden van intriges van de laagste soort. Haar ad
vocaat, Maitre Dejardin, heeft een onderhoud aange
vraagd bij den minister van Justitie, Briand, die ech
ter afwezig is. Zijn chef-de-cahinet heeft hem echter
vervangen. Deze heeft verklaard, dat zij geheel vrij
uitgaat in Frankrijk en zich niet ongerust behoeft te
maken.
DE INBRAAK BIJ DE A. E. G.
Het Amsterdamsch gerechtshof wees gisteren arrest
in de zaak tegen de vier personen, die in den nacht
De directeur had zijn rijtuig te harer beschikking
gesteld, waarmede zij naar het restaurant zou rijden.
Hij wilde vooruitgaan, om een tafel en het menu te
bestellen. Dralend steeg zij in het rijtuig. Zij twij
felde nog altijd of zij er goed aan deed. Maar waarom
zou zij haar superieur, die zoo vriendelijk en voorko
mend voor haar was, onnoodig krenken Was dat niet
onverstandig geweest?
Met die bange gedachten was zij voor het lokaal
aangekomen. Een bediende geleidde haar door een
broede, lichte gang, bleef voor een deur staan en noo-
digde Mira uit, binnen te treden.
Hij zou toch niet wagen met haar een chambre só-
parée te nemen? Neen, in de kleine zaal stonden nog
verscheidene tafels, het moest dus oen zijvertrek van
de grooto eetzaal zijn, waarvan zij de ramen zoo helder
verlicht had gezien. Men was hier met anderen samen
en toch alleen, want elke tafel was van de andere
door een schut gescheiden, zoodat men den buurman
niet zien kon. Aan zulk een tafel had Bellini plaats
genomen. Hij stond! verheugd op, toen zij binnentrad.
•Natuurlijk had hij champagne besteld en dronk heden
het eene glas na het andere. Hij had caviaar besteld
en Mira -likte het haar onbekende zwarte goedje met
tegenzin.
„Nu, is dat hier niet prettiger dan reeds zoo vroeg
te gaan slapen?" vroeg hij haar, en zij glimlachte
slechts, want zij wilde geen onwaarheid zeggen. Hij
vroeg haar naar de Eavre's en hare opleiding1 aldaar
en naar haar vader, die zoo vroeg gestorven was.
„Een bekoorlijk meisjo", dacht hij. „De echte cir
cus-kunstenares, die nooit- iets leelijks zal doen. Maar
zij is toch om op te verlieven." Haar schoonheid en
haar moed hadden hem geïmponeerd' en hij voelde, dat
hij achting moest hebben voor dit mooie kind. „En u
hebt geen bloedverwanten meer?" vroeg hij verder.
„Ja, ik had! nog een zuster Natalina, maar die is
reeds lang, lang weg. Ik was nog een. heel klein kind,
toen zij ons verliet.
heme in the dark, zei de piano, van welke er twee to-
nen al niet meer aansloegen, doch die er nog veel te
veel oyer had'.
En het laatste stuk notabene. meet me to night
in dreamland! Wat we gedroomd, hebben, weten we
niet meer, maar de piano en de pianisten kwamen er
gelukkig nfiet aan te pas.
Ge gelooft niet aan dezen inuzikalen zondvloed? j
Heusch lezer, er i s in dien dag gespeeld van twee
tot tien uur achtereen, door twee Duitsche gymnasias
ten, logeerend bij hun oom, die voor de branie of mis
schien voor zijn genoegen zijn neven heel den middag
en den avond aan de piano heeft laten zitten, afzon
derlijk of te zamen. Daar is werkelijk geen overdrij
ving in het bovenstaande de keuze en de volgorde
der stukken moge anders geweest zijn, maar overigens
durven we onzen reismakker, onze landgenooten, die
ook de slachtoffers van deze muzikale excentriciteit,
zijn geweest, als getuigen oproepen....
Toen we den volgenden middag na een ferme wan
deling weer in het hotel kwamen, was onze belangstel
ling allereerst gericht op de piano. Goddank die was
dicht wij behoefden geen andere huisvesting te
zoeken
(Wordt vervolgd.)
HET KONINKLIJK PALEIS.
Er is thans een aanvang gemaakt met het herstel
lingswerk aan het Koninklijke Palejs te Amsterdam.
Sedert gisteren staat er tegen den gevel aan de Dam-
zijde een hooge bok, welke reikt tot de consoles boven
de eerste verdieping. Zou dit. het begin zijn van een
alg-eheele restauratie van het gebouw?
PEST TE SOERABAJA.
Te Soerabaja hebben zich twee gevallen van pest,
met doodelijken afloop, voorgedaan. Er zijn verschei
dene verdachte ziektegevallen vastgesteld. Men ver
wacht dat Soerabaja binnenkort door pest besmet zal
worden verklaard.
van 3 op 4 Februari j.l. diefstal met braak pleegden in
het kantoor van de „Allgemeine Elect ricitüts Gesell-
schaft," 1150 werd er gestolen, ten nadeele van den
directeur en 1460, ten nadeele van dte A. E. G.
De vierde kamer der rechtbank had te dezer zake F.
M. F. (die als electricien bij de A. E. G. werkzaam
was), tot 2% jaar, J. KI. P. uit Rotterdam tot 4 jaar,
en A. P. L. R. uit Rotterdam en J. B. ieder tot 5 jaar
geva ngeni sstraf vero ordeeld.
Het Hof veroordeelde de beide eerstgenoemden
eveneens tot 2% en 4 jaar gevangenisstraf, onder af
trek van 5 maanden preventieve hechtenis; de beide
laatstgenoemden tot 4 jaar gevangenisstraf.
EEN VERZUIM.
De „N. Haarl. Ct." ontving een schrijven waarin een
krasse beschuldiging aan het adres van den Voogdij
raad wordt geuit.
Deze Raad zou hebben verzuimd aan de ouders ken
nis te geven van het overlijden van een jongen, die
onder voogdij was gesteld en de moeder zou van dit
overlijden slechts bij toeval hebben kennis gekregen,
doordat zij dien zoon een pakje toezond en dat terug
kreeg uit Udenhout niet een brief, waarin kortweg
werd gemeld, dat de knaap de vorige week overleden
was.
Er werd bij gemeld, dat de onder voogdij gesteld»
wel eens door de moeder en familie werd bezocht.
Het bind heeft naar de zaak geïnformeerd en vertelt
nu het volgende.:
Vader en moeder van den overleden knaap werden
wegens krankzinnigheid! te Meerenberg verpleegd.
Zijn broertjes en zusjes en hijzelf, ter beschikking
gesteld van den Voogdijraad, werden door bemiddeling
van de R.-K. gezinsverpleging geplaatst te Loon op
Zand en de broertjes en zusjes zijn daar nog.
De overleden jongen werd te Loon op Zand blind
en toen gezonden naar een gesticht te Grave, waar hij
na een half jaar zoo idioot werd, dat hij daar niet lan
ger kon blijven, doch werd geplaatst in het gesticht
Assisie te Udenhout.
Daar is de jongen overleden.
Van dat overlijden werd kennis gegeven aan de
broertjes en zusjes en aan de regeering.
Van bezoeken door de moeder of door familie was
in de laatste jaren geen sprake.
Wijl de ouders krankzinnig waren en men geen fa
milieleden kende, had men gemeend1 te kunnen vol
staan met de mededeel.mg' aan de regeering en da
broertjes en zusjes.
VerdeT meldt het blad, dat- de moeder wel als krank
zinnige is verpleegd! geweest, doch sedert werd ontsla
gen. Van dat ontslag schijnt aan do vereeniging, die
voor de verpleging zorg droeg, geen kennis te zijn
gegeven.
UIT HEER-HUGOWAARD.
Tu de gistel-middag gehouden raadsvergadering
was de lieer Schilder afwezig met kennisgeving.
Na opening las de voorzitter de notulen der vorige
vergadering, welke onveranderd werden vastgesteld.
Ingekomen was een schrijven van den rijksontvan
ger te Alkmaar, houdende mededeeling, dat hij aan
den gemeente-ontvanger had afgedragen een bedrag'
van J 2841.71; een schrijven van B. en W. van Scher-
merhorn, waarin wordt medegedeeld, dat het aandeel
van Heer-Hugowaard in de kwade posten 32.32 be
draagt; bericht van kasverificatie bij den gemeente
ontvanger op 30 Sept. j. 1., toen in kas was en ook
moest zijn J 5578.93y2. Deze stukken werden voor
kennisgeving aangenomen.
Op een desbetreffend verzoek werd ontheffing ver
leend van den aanslag in den H. O. van wijlen C. Po
land over het eerste halfjaar 1912.
De heer J. Leegwater, die een huis bouwde voor de
gemeente, dat 15 April opgeleverd moest worden, heeft;
dezen termijn overschreden en verzocht nu de boete
bepalingen niet toe te passen.
De voorzitter zeide, dat B. en W. nogal tevreden wa
ren over het gebouwde huis en zich er daarom wel mee
konden vereenigen, dat de boete werd kwijtgescholden.
De raad had er ook niets op tegen.
Blijkens een mededeeling van Gedeputeerde Staten
heeft IIeer-Hugowaard 8300 bij voorschot genoten
als bijdrage in de kosten van het lager onderwijs, d. i.
127.20 meer dan de gemeente toekomt.
Ingekomen was een adres van de onderwijzers en
„Eene Natalina. Natalina, en een jockey of wat
de man anders was, die waren langen tijd' geleden
misschien wel tien jaar geleden hier bij mij geën
gageerd.
„Wat?" riep Mira en zij schoof dichter bij. „U kent
mijn zuster, hebt haar gezien? Weet u niet, waar zij
is?" En zij stak hem als smeekend de béide handen
toe. Ach, de wensch, haar zuster eens terug te vin
den, het eenige wezen, dat op de wereld haar behoor
de, was bij haar door de jarenlange scheiding bijna ge
heel ingeslapen, om thans hartstochtelijk te ontwaken.
„Neen, lieve juffrouw Mira, hoe zou ik heden nog
weten, waar zij zich ophouden?"
Mira kon zich niet meer beheerschen. Het verleden
met al zijn leed en smart trad haar voor den geest.
Daar zag zij de drie groote, bruine wagens, haar ge
liefden vader en de groote, blonde, Natalina. Zij
schaamde zich over hare tranen in tegenwoordigheid
van dien vreemden man. Wat zou hij van haar den
ken? Het was reeds laat geworden en zij verzocht te
mogen opbreken, daar zij zeer moede was.
Bellini bood haar voorkomend zijn geleide aan.
Eenige ©ogenblikken later zat zij naast hem in een fi
acre. Zij wisehte zoo nu en dan heimelijk een traan
weg. Het onderhoud had gehaperd on zoo zaten zij
zwijgend naast elkaar.
Daar vatte de jonge directeur haar hand en drukte
die en omvatte haar blanken nek om die te kussen.
„Schrei toch niet meer, ik wil alles doen, om u...."
Mngr Mira viel hem in de rede en weerde hem hevig
af. Zij wilde grof, zeer grof woTden, maar zij waagde
het niet, omdat het haar directeur was. „Mijnheer de
directeur, ik stap dadelijk uit, wanneer u niet weet,
wat betaamt", zeide zij met nadruk.
Toen zat hij plotseling als een pop naast haaf en zij
spraken geen woord1 meer, totdat zij voor het pension
aangekomen waren, waar hij vluchtig den hoed afnam,
toen zij uit het rijtuig staxite.
•A.'.w (Wordt vervolgd).