reukloos Jachtwater
Noordhollandsch
Landbouwcrediet
C H èQU E S.
Het Circuskind.
1. De prachtige nagenoeg nieuwe
VillaHUIS TER DUIN,
2. De fraaie Villa Margaretha,
ANS1NGH MESMAN,
FEUILLETON.
te Egmond aan Zee.
HOOFDPRIJZEN:
BINNENLAND.
ADVERTENTIE N.
Totaal 500 kostbare prijzen.
Onmisbaar voor kinderen is het
a 30 Gt. per FLACON van
ROMAN VAN PAULA BUSOH.
76) -o-
f 1250, in verband waarmede de toelage uit de ge
meentekas kan worden voorgedragen op f 15733.54
en het totaal der ontvangsten en uitgaven kan worden
geraamd op f 22935.05.
De heer Wanna heeft met teleurstelling gezien,
dat de comm. voorstelt den post jaarwedden der ge
neeskundigen van 1500 tot 1200 terug te brengen.
Regenten achtten deze verhooging gewenscht. Hij zou
alsnog willon voorstellen hot bedrag van 1500 te
handhaven.
De heer de Lange zegt dat do commissie
thans tegen deze verhooging was, en het beter oordeel
de, dat de herziening dor jaarwedden voior de genees
kundigen aan do orde werd gesteld) bij do reorganisa
tie van het ziekenhuis.
Do heer van don Bosch zou het voorstel
van den heer Wanna kunnen ondersteunen, doch na
dat de voorzitter erop heeft gewezen dat die zaak
toch weldra aam de orde zal komen bij de reorganisa
tie van het ziekenhuis kan hij zich thans bij het voor
stel der commissie neerleggen.
Daarna wordt overeenkomstig het voorstel besloten.
REKENING STADSZIEKENHUIS, DIENST 1911.
De commissie tot de belastingzaken enz. stelt den
Raad voor de rekening van het stadsziekenhuis, dienst
1911, goed te keuren in ontvang op f 24219.60 en in
uitgaaf op f 22631.59, alzoo met een batig saldo van
f 1588.01, als eersten post van ontvang te brengen
op de rekening over 1913.
Goedgekeurd1.
BEGROOTING BURGERLIJK ARMBESTUUR,
DIENST 1913.
De ontvangsten van het Burgerlijk Armbestuur wor
den voor 1913 geraamd op f27636.68®, waaronder een
subsidie uit de gemeentekas van f 26000.tegen
i 23000.voor 1912. Ten deele is de meerdere sub
sidie het gevolg van het kleine saldo, waarmede de
begrooting %anvangt. Dit saldo toch bedraagt slechts
f 10.68®, tegen f 2032.76 op de begrooting voor 1912.
De inkomsten worden verder geraamd als volgt
onzekere inkomsten f400.—, collecte f75.—interesten
1 816.— en landhuur f 335.De uitgaven wegens
bedeeling in geld en brood worden, evenals voor 1912,
geraamd op f 20.000. Lager is geraamd de post voor
granen en kosten der bakkerij, namelijk op f1100.—
tegen f 1200.verleden jaar, 6n hooger, de posten
verpleging ziekenhuis, begrafeniskosten, besteding in
gestichten en onvoorziene uitgaven, de eerste op
f 2100.of f 500.hooger, de tweede op f 125.
of f 25.— hooger, de derde op f 3300 of f 500.—
hooger en de vierde op f 236.68®, of f 36.685 hooger.
De commissie tot de belastingzaken enz. stelt den
Raad voor te besluiten de begrooting van het Bur
gerlijk Armbestuur voor het jaar 1913 in ontvang en
uitgaaf vast te stellen op f 27636.68, met toekenning
van eene subsidie uit de gemeentekas van f26000.—.
Goedgekeurd.
BEGROOTING BURGERLIJK ARMBESTUUR,
DIENST 1913.
Voorgesteld' wordt de begrooting van het Burgerlijk
Armbestuur voor het jaar 1913 in ontvang en uitgaaf
vast te stellen op 27636.68, met toekenning van
eene subsidie uit de gemeentekas van 26000.
Goedgekeurd.
BEGROOTING GEMEENTEREINIGUNG,
DIENST 1913.
De commissie tot de belastingzaken stelt voor de
begrooting voer de gemeentereiniging' voor 1913 vast
te stellen in ontvang op 26241 en in uitgaaf op
47393, onder toekenning eener bijdrage van de ge
meente tot dekking van het vermoedelijk tekort o<p de
exploitatie van 21152.
Goedgekeurd.
BEGROOTING VAN DEN DIENST VOOR DEN
HOUT, DÈ PLANTSOENEN EN DE KWEEKE-
RIJEN, DIENST 1913.
De commissie stelt verder voor de begrooting voor
de plantsoenen good te keuren in ontvang op ƒ1598.28
en in uitgaaf op 10690.13, met toekenning eener bij
drage van de gemeente tot dekking van het tekort op
de exploitatie van 9091.85.
Goedgekeurd.
Aan de orde is thans de
GEMEENTEBEGROOTING DIENST 1913.
De voorzitter geeft gelegenheid tot het hou
den van algemeene beschouwingen.
De heer van Buijsen wenscht een en ander
te zeggen naar aanleiding- vani zijne motie van drie
jaar geleden in zake de inrichting van een grondbe
drijf. Het advies op die motie is nog altijd uitgeble
ven tenzij de opmerking in de memorie van antwoord
thans als zoodanig; moet worden opgevat.
Die opmerking bevat echter naar zijn meening geen
argumenten tegen, doch eerder een voor de instelling
van het grondbedrijf. Er wordt gewezen op het oor
deel van de rechtbank te Amsterdam in zake de ont
eigening voor het uitbreiRingsplan-Berlage. Een be
slissing ton deze is ear 'nog niet. Doch al was1 die er,
dan nog' zou het een argument te meer zijn voor een
grondbedrijf, waardoor de gemeente in het bezit kan
komen van gronden tegen de koopwaarde. Als de ge
meente gronden koopt, die later in exploitatie worden
gebracht, dan kan het een voordeel opleveren, wan
neer do koopprijs plus do rente van de geleende gelden j
na zekeren tijd minder bedraagt dan de koopwaarde -
op dat moment. Stel dat Alkmaar verschillende gron
den aankoopt, dan is men gebonden volgens een lee-
ningbesluit de gelden af te lossen, doch de grond kan
in dien tijd in waarde stijgen en aldus daarvan voor
deel hebben.
Nu kan men wel zeggen, dat het nu voor Alkmaar
niet noodig is, doch' spr. acht het nu juist een ge
schikte tijd, nu de inrichting van dat grondbedrijf
zou vallen in een tijdperk van bloei en vooruitgang
der gemeente. Brengt men een bedrag voor aankoop
op de begrooting, dan komt men -niet telkens- voor een
groote uitgaaf in eeus, terwijl de verhooging in waar
de tengevolge kan hebben, dat de begrooting daardoor
wordt ontlast. Dat kan al reeds met een klein bedrijf
plaats hebben.
Spreker meent dan ook dat thans- door den Raad'
wel in beginsel kan worden besloten of men zoodanig
bedrijf al of niet zal instellen.
De heer den Boesterd stelt zich voor, dat
zoo'n bedrijf wel uitvoerbaar is- voor Amsterdam doch
Alkmaar heeft er in de eerste 50 jaar geen behoefte
aan, er is nog bouwgrond genoeg. Wat hij wel zou
willen is dit, dat de gemeente, die volgens de Woning
wet het recht heeft tot onteigening van straten, we
gen en pleinen, voor de inrichting daarvan een zeker
percentage heft van- de eigenaars, wier grond' daar
door hooger in waarde wordt.
De voorzitter: Dat is dus een belasting op
de meerwaarde.
De heer den Boesterd zegt, dat hij daarme
de bedoelt de eigenaars te doen bijdragen in de kosten
van bestrating, rioleering enz.
De voorzitter wijst er op, dat dat al reeds
bestaat, dat behoeft niet opnieuw te wo-rden bepaald.
De heer d'en B o os terd stemt dat toe, en
herhaalt nog eens, dat hij de instelling van een grond
bedrijf in de -eerste 50 jaar niet noodig acht.
De voorzitter is ook van) gevoelen, dat thans
de tijd voor een grondbedrijf nog niet is gekomen. De
inrichting zal nog al wat kosten on de groote voor-
deelan voor de gemeente ziet hij nog -niet. Om de 5
jaar zullen de gronden moeten worden getaxeerd en
bij daling deT waarde zal deze toch door een bijdrage
van de gemeente moeten worden aangevuld.
De heer van Buijsen zegt, dat dOor het
grondbedrijf de tegenwoordige zoowel als- volgende
generatie van de waardevermeerdering zal profitee-
ren. Vooral doordat het een geschikt middel tot spa
ren is voor de gemeente acht hij het aan te bevelen.
De waarde van den grond' blijft, want vermindert de
vaar-le dan past de gemeente bij. Verhoogt de waar-
-de dan profiteert' die tegenwoordige generatie. Zou
men te optimistisch oordeelen) over den bloei van Alk
maar dan past men altijd tooh bij zoodat het nage
slacht ons er dus nooit een verwijt van kan maken,
dat de uitgaven voor den aankoop van grond werden
gedaan.
De voorzitter vindt het wel eigenaardig, dat
in den Haag de waardevermindering van den grond
tengevolge heeft gehad, dat een belangrijk bedrag uit
de gemeentekas moest worden bijgepast.
Gaat dat hier ook zoo, dan kan men ook voor groo
te moeilijkheden komen te staan.
Nu gaat het hier met de financiën nog goed, doch
maken we een grondbedrijf dan krijgen we op onze
begrooting toch de kosten voor de inrichting daarvan;
de boekhouding, de taxatiekosten- -enz., wat -nog al
aanzienlijk zal worden.
De heer don Boesterd wijst er op dat men
uitsluitend voor het volgend geslacht zou werken.
De voorzitter zegt, dat, indien dat zoo mocht
zijn spr. heeft zelf geen belang bij dat nageslacht
hij toch gelooft,, dat dat nageslacht er -niet zooveel
van zal profiteeren. Evenwel zo-u er geen bezwaar zijn
dat de raad zich thans uitsprak.
Den heer L e g u i t komt het voor, dat voor een
goede exploitatie do tijd nog niet daar is. Op het
oogenolik doet de gemeente met ha-ar terreinen nog
niets. Om de kosten die het bedrijf zou meesleepen
is spreker er -niet voor.
De heer Boelmana ter Spill zegt naar
aanleiding van- het' proces der gemeente Amsterdam,
dat de beslissing nog niet is gevallen. Daarom acht
hij het ook niet gewenscht thans een uitspraak te
doen- of op spoed' aan te dringen temeer waar men
geen grond voor exploitatie heeft. Laat men eerst
nog eens afwachten' hoe de beslissing in Amsterdam
zal zijn.
De heer van B u ij se n is dat niet eens; er is
grond beschikbaar als bijv. de grond aan de Hoorn-
sche vaart.
De voorzitter zou dat terrein) te klein en on
geschikt achten en daarom zou de -zaalc te groote
kosten met- zich brengen.
De heer van B u ij s e n is tevreden met de toe
zegging van den heer. Boelmans ter Spill, waarop de
discussie wordt gesloten.
De heer Ringers spreekt in verband met de
opmerking van de tweede sectie in zake de inrichting
vaneen gemeentelijke keuringsdienst de hoop uit, dat
de Raad zich daarover binnen niet te lange-n tijd' zal
uitspreken. Hij acht de zaak van groot belang.
In verband met de opmerking van een lid der eerste
sectie, over het onderhoud der buitenwegen en den 1
toestand der beplantingen zegt de voorzitter dat 1
hij met den heer Govers, die die opmerking maakte,
van gevoelen verschilt. De toestand der buitenwegen
is geenszins slecht.
Den heer Boel mans ter Spill spcij t het
dat dat eene lid niet aanwezig is; daar het de schijn
heeft of in 't algemeen die wegen niet in orde zijn.
Als het nu alleen den Bergerweg geldt, dan moet dat
li(i zich. wat bepaaldeT uitdrukken. De Bergerweg is
niet slecht en wat de beplanting aanga-at men weet,
dat dit op de begrooting niet kon worden gevonden.
De voorzitter zegt in verband met het voor
stel om alle loonen der werklieden t-e verhoogen met
J 1 per week, dat B. en W. dit bepaald noodig hebben
geoordeeld daar 9.40, het bedrag dat een jong ge
huwd werkman zuiver als loon ontvangt werkelijk on
toereikend is.
De raad stemt daarmede i-n.
Met deze verhooging zal een bedrag van 6200 ge
moeid zijn.
Zie Tervolg le blad.
Gemengd nieuws.
UIT BERGEN.
(Vervolg gemeenteraads-zitting.)
Van het bestuur vani „Bergem's fanfare" was het
verzoek ingekomen de vereeniging, welke thans 30 le
den telt-, voor haar 9e en 10e uitvoering een subsidie
van 50 te verschaffen en de jaarlijksche subsidie te
verhoogen van 20O tot 300. Daar de begrooting
reeds was opgemaakt, toen het verzoek inkwam, had
den B. en hiermede nog geen rekening kunnen
houden. Besloten werd d'e subsidie te verhoogen van
200 tot 250. Het bedrag vain 50 zal worden over
geschreven van de post- onvoorzien.
Het uitbreidingsplan der gemeente was aan de ge
zondheidscommissie toegezonden en van- deze terug
ontvangen. De aanleg van(een rioleering wordt door
haar noodzakelijk geacht.
De voorzitter was ook van oordeel, dat deze wel
tot stand moet komen, er zal een 15000 mee ge
moeid gaan. Dit- bedrag kan) niet uit de gewone mid
delen worden bestreden, er zal een belasting op de ge
bouwde eigendommen voor moeten worden geheven.
De heer Veenhuysen wast van oordeel, dat uitstel
slechts hoogere kosten met zich zou meebrengen.
Besloten werd met het oog op de afwezigheid van
twee ledten de volgende vergadering tot stemming
hieromtrent over te gaan eu met begrooting en plan
te komen.
Nog werden mededeelingen gedaan omtrent den
door de Gezondheidscommissie gewensehenten verbin
dingsweg en ©en ontwerp voor de beplanting van den
Kerkedijk' met houtgewas-.
Aan de orde was daarna de kwestie van' het oude
huis achter d'e kerk. Op een desbetreffende vraag
van dan heer Baltu®, die over dteze zaak, welke Teeds
zoo lang hangende is, een definitieve beslissing
wenschte, deelde de Voorzitter mede; dat men zich tot
den Minister gewend heeft. Door een bouwkundige
van zijnentwege is een ondterzOek ingesteld en deze
zeide het te betreuren, indien de gevel uit Bergen
verdween. De Voorzitter vroeg of het wel zoo'n waag
stuk was voor de gemeente een leening van 6000 te
sl-uiten voor de restauratie, om er b.v. een woonhuis,
een badgelegenheid] of een- bergplaats voor dte brand
spuit van- te maken.
Do heeren Veenhuijsien, Swaan en Oldenburg ver
klaarden zich vóór slooping', de Voorzitter en de heer
Baltus vóór restauratie, zoodat tot het -eerste werd
besloten.
De Voorzitter vroeg of, indien bin nen drie weken
iemand zich aanmeldt, die het huis wil restaureeren,
de Raad daarvoor dan te vinden is. Zoo niemand
zich aanmeldt-, dan kan tot slooping worden overge
gaan. Behalve de heer Veeriknijsen, kon de Raad zich
hiermede wel vereemige-n.
De Voorzitter zeide irn verband met dte elect-riscbe
kwestie, dat het nieuwe plan van den heer Nagtglas
Versteegh ©enigszins afwijkend) is van het eerste. Spr.
oordeelde het in het belang der gemeente zoo gauw
mogelijk een openbare lezing te houden, waarin óf de
heer Nagtglas Versteegh öf de heer Smit Kleine op
treedt, om daarna- den heer Nagtglas Versteegh te la
ten komen met- zijn plannen en een dtefinit-ief besluit
te nemen.
Na een langdurige discussie hieromtrent werd be
sloten, dat de Voorzitter één van beide genoemd© hee
ren zal uitmoodigen, waarna hot- gedetailleerde plan
dooa- den beer Nagtglas Versteegh in den Raad zal
worden toegelicht.
Bij de rondvraag wees do heer Vaemhuijsen op den
last, welko op St. Maartensdal <loor do kinderen aan
de ingezetenen wordt bezorgd.
De oorzitter zeide, dat op het bord zal worden ge
publiceerd, dat dte kindteren im één groep mogen rond
gaan.
Hierna werd de vergadering gesloten.
UITSLAG VEILING,
bij opbod gehoudten op don 6 November 1912, ton
overstaan van den te Alkmaar gevestigden tnotaris
Mr. A. P. H. de Lange, van de volgende peroeelen te
Egmondbinnen.
A. Eigendom van den heer R. Groot.
1. huis, schuur en erf, groot 32 a. 60 oa. Str. de heer
Jb. Melker 5800.
2. weiland, groot ongeveer 1.2-2.95 H.A. Str. de heer
G. Duinmeijer 4900.
3. weiland, groot ongeveer 1.49.00 H.A. Str. de heer
Jb. Melker 5100.
4. weiland, groot ongeveer 1.64.35 H.A. Str. de heer
Jb. Melker 6050.
5. bouw- en weiland, groot ongeveer 1.34.19 H.A. Str.
de heer N. Groot 6020.
6. weiland, groot ongeveer 1.11.27 H.A. Str. de heor
Jb. Melker 3600.
7. weiland, groot ongeveer 0.80.71 H.A. Str. de heer
Jb. Melker 2900.
8. weiland, groot ongeveer 0.82.59 H.A. Str. dte heer
Jb. Melker 3050.
9. weiland, groot ongeveer 1.13.65 H.A. Str. de heer
Jb. Melker 4100.
10. weiland, groot ongeveer 0.83.050 H.A. Str. de
heer Jb. Melker 3100.
11. weiland, groot ongeveer 0.86.91 H.A. Str. de heer
•Tb. Melker 3100.
Te zamen 47720.
B. eigendom van Mej. de wed. G. Telleman.
een- huis en erf, groot 83 cA. Str. de heer C. de
Goed© 705.
De afslag en combinatiën blijven bepaald op Woens
dag den 13 November 1912 desi voor-middags 10 uur
in het cafe van dten heer C. van der Molen t-e Rinne-
g'om, gemeente Egmondbinmen.
Groote Verloting
Goedgekeurd bij Kon. Besluit van 2 Maart 1912, No. 52.
in hot openbaar ten overstaan van Mr. A. P. H. DE
LANGE, Notaris te Alkmaar.
ter waarde van 11.000 galden.
Deze op eersten stand gelegen en zeldzaam mooie
Villa, bevat ÏO Kamers, Serre, Keuken, bjj keuken
enz., en is verhuurd voor 750 (zeven honderd vijftig)
gulden 'sjaars.
ter waarde van 4SOO galden.
Deze, op een verrukkelijk schoon punt gelegen Villa
is verhuurd voor 300 gulden 'sjaars.
Voorts Salon», Eet- en Slaapkamer-Ameu
blementen, By wielen, Naaimachines, Pendu
les enz.
OO.OOO Loten
Loten verkrjjgbaar bij het Comité der groote Eg-
mondsche Verloting 1 gulden, 11 voor 10 gulden,
benevens bij de Agenten, waar afbeeldingen van de
Villa's te zien zijn.
Het ComitéA. C. BOS, Voorzitter.
J. A. VERDER, Secretaris.
S. PLUIMGRAAFFPenningm.
Apothekers en Drogisten.
Sfagdalenenstraat Telet. 158.
Boven bij het afglijden -stond zij kaarsrecht-, den
eenen voet achter den anderen geplaatst-, de Japan-
sche parasol in do rechterhand' houdend om te balan-
ceerep.
Maar daar gaf het koord plotseling mede, het
zwiepte heen en weder. Mira hield' d© parasol kramp
achtig in do hand, alsof zij zich daaraan wilde vast
houden. Daar zij wist zelve niet-, wat haar over
kwam voelde zij het koord niet meer onder hare
voeten.
Een gillende kreet vulde hot geheele huis. Daarop
doodlsche stilte. Mira lag op den grond, beweging
loos, het gezicht i-n het manè-gezand begraven.
Als oen. razende stormde Olivier de arena binnen,
tilde haar op on sleepte ha-ar mede, voordat nog een
ander hom daarbij kon helpen. De muziek speeldekalm
voort en een jockey kwam vro-olijk binnen galoppeer en.
Olly droeg haar, zoo snel' hij kon, met bevende han
den naar haar kleedkamer. Wat konden hem de lie
den schelen, die hem hoofdschuddend' nastaarden.
Konden zij weten, wat dte vrouw, die hij in zijn armen
droeg, voor hem was?
In de kleedkamer legde hij' haar op de sofa. Hij
wilde haar onderzoeken, co-nst-atoeren wa,t haar scheel
de. Maar was hij thans daartoe in staat-, nu elke ze
nuw in hem trilde, nu hem de tranen in de oogen
stonden en hij zich niet meer op dé voeten kon staan
de houden?
Hij viel voor haar neder. Wat hij daar stamelde,
hij wist het zelf niet. Het was een gebed, een vurig
gebed, dat zij -nog eens de oogen mocht opslaan en
hem zeggen, dat zij leefde.
Nu drongen de anderen in het vertrek. Olivier
stond haastig op en wischte de tranen uit de oogen.
Zij kwamen dicht bij' hem si-aan én vroegen: „O,
dokter, leeft zij nog? Is zij dood?"
Olivier waakte geheele nachten aan het ziekbed van
Mira. De verpleegsters wisselden elkaar af, maar hij
bleef aan baar zijdte zitten en lette op elke ademha-
ling;
Welke bo»ze uren had) hij sedert dien ongeluks-
avond- doorgemaakt! Met elke seconde geloofde hij
de vreeselijke hersenschudding, waarvan de kenteeke-
nen hij en zijne collega's helaas- moesten consta-teeren,
te-zien intreden. Mira had) hevig de koorts, en dte ge
broken aim kon niet de eenige oorzaak daarvan zijn-
Maar zij waren radeloos en schoven alles op inwendi
ge kneuzingen en, daar OIOy hier niet t-e helpen wist,
voel dte hij zich in zijn onmacht zoo gedrukt, dat hij
uren en uren stom daar zat en zich' in zijn smart
steeds meer begroef.
Maar zouden zich als door een wonder al die kwade
vermoedens niet verwezenlijken? Kon niet een ieder
van dag tot dag een groote beterschap in den alge-
meenen toestand! waarnemen?
Hoe regelmatig haalde zij heden adem! Hij boog
zich over haar heen, daar sloeg zij hare oogen op.
Hoe lief zag zij eruit! Hoe kringelden de zwarte
lokken over het blanke voorhoofd! en lijstten het blee-
ke gezichtje in. Hij wendde zich om naar de ver
pleegster, die in een hoek op den stoel zat. De goede,
oude zuster Magdalene was ingedut, en daarover ver
heugde hij zich niet weinig.
„Olly, waakt gij nog altijd) bij mij? Ik voel mij
reeds zoo gezond weer, dat gij thans niet meer je
nachten aan mij moet opofferen," fluisterde Mira
hem toe.
Hij knielde voor haar bed neder. „Liefste, gelooft
gij, dat- ik mijn oogen ook slechts ©en minuut zou
kunnen sluiten, als ik wist, dat gij lijdt, en gij hebt
nog pijn en zijt nog niet genezen."
"Ik dank je, Olly, ik heb nu uit al die duizenden
offers, welke gij mij gebracht hebt, gezien, hoe lief gij
mij hebt - dat maakt mij zoo gelukkigAch, ik voel
dat dit mij mijne ziekte zoo snel heeft doen te boven
komen."
Hij boog zich over haar heen, hij wilde haar niet op
winden, neen, hij wist, dat hij haar voor opwinding
hoeden moest. Maar hij kon hat niet nalaten zijne
armen onder haar hoofdkussen te schuiven en haar
vast aan zijn borst te drukken..
„Mira, geliefde, ik kan den tijd haast niet afwach
ten, dat ik je als mijne gezonde vrouw in dte armen
kan sluiten. Dat was een hfirdo tijd', waarin het mij
duidelijk geworden is; d'at men van de dagen van het
korte leven gebruik moet maken. Wanneer men- ziet,
hoe gemakkelijk een geluk, dat iemand toelacht, kan
vervliegen, dan leert men het te grijpen. En ik zal
nu niet langer dralen."
„Mat zullen je ouders daarvan zeggen? Ik heb im
mers nooit aan je getwijfeld) en geweten, dat gij niet
met mij zoudt spelen, maar ik ben bang voor je ou
ders."
„Ik bon heden een man, die zfine vrouw zelfstandig
kan onderhouden. Ik heb mijne oudere in geen en'kel
opzicht noodig'. Wanneer zij zich tusschen jou en
mijn geluk wiillen dringen, dan moet ik hen vaarwel
neggen, hoezeer ik hen ook liefheb en vereer. Maar ik
boop, dat wij hen mettertijd daarvan overtuigen zul
len, dat elke liefde, die menschen gelukkig maakt,
I een heilige is
„En dat ook eene van het) circus voor een geleeTd
heer doctor zou deugen", zeide Mira glimlachend.
„Ach, Olly, wat wordt er dan van mijn circus", fluis
terde zij hem in het oot.
„Daarmede is- het dan voorbij, lieve, of gelooft gij,
dat ik mijn kleine vrouw daar eiken avond) weder zou
laten arbeidten en zulk een angst) als ik in den Mat
sten tijd doorgestaan heb, weer zou willen doorma
ken Neen, mijn lieveling wordt; dan een echte burger
vrouw."
„Maar eene met kunsfenaar&bloed in de aderen, dio
zich over haar afkomst nooit schamen en haar circus
steeds liefhebben zal."
De ouders van Olivier Bran des waren: geen onmen
sehen. Zij zagen hun zoon lijden onder hunne hard
heid, die zij rechtvaardigheid noemden en voor het
moederoog in het bijzonder bleef de groot-e zielesmart
van baar Olivier, welke hij gedurende de ziekte van
Mira had geleden, geenszins- verborgen. De ouders za
gen het teu slotte meer en meer in, dat zij noch dteor
tfoedheid, noch door ooufSequente gestrengheid) hun
zoon van zijn voornemen konden afbrengen. Nn kwam
het er dus op aan öf geheel te breken, of zich langza
merhand in de hun vroeger onmogelijke gedachte in
-te denken. Olly gaf den strijd met zijn ouders geens
zins op, want hij voelde de kracht in zich beiden te
overtuigen. Hij wist ook, dat zijn moeder een mede
lijdend hart bezat. Men moest slechts de goede woor
den, den goeden weg naar dit hart vinden en Olly
vond dien. Op een zekeren dag had hij aan zijn moe
der, die hem gewillig, zondter in de rede te vallen, tot
bet eind aanhoorde, de treurige gebeurtenissen uit de
jeugd' van Mira verteld1, hoe zij als wees door -ruwe
menschen na den dood van haar go-eden vader behan
deld' werd, hoe zij een moeder nooit -gekend had. Ja,
Olivier wist het nog als heden, hoe Mira hem als
klein meisje, wanneer zij van het wilde spel' op de
barrière uitrustten, hare kleine .beenen met de vele
litteekens liet zien en hem schreiend1 van haar marte
laarschap bij de Lewandowsky's vertelde. Dat waren
geen leugens. Al deze indrukken schilderde hij aan
zijn moeder, en hoe zij nu met eeu diepe voorhoofd-
wonde en gebroken arm daar lag en zich nauwelijks
herstellen kon. En zie een wonder geschiedde, zijn
moeder schreide, schreide de eerste tranen om Mira!
En er zouden nog meer wonderen gebeurenDen vol
genden dag reeds stond zij aan bet ziekbed' van Mira!
Olivier had de zieke voorbereid, om te groote opwin
ding te voorkomen. Weliswaar 'had dat niet veel ge
holpen, want hoe beefden hare handen, teen zij die
voor de eerste maal aan die vrouw toestak. De hand
van mevrouw Brandes bracht die aan haar mond en
kuste ze. En zag Olly goed, vergiste hij zich niet?
Zijn moeder boog zich neder, om Mira op het voor
hoofd te kussen. „Ja, nu zien wij elkaar toch eerder
dan ik gedacht had en ik ben blijde, dat het zoo ge
gaan is!" Dat waren de eerste woorden, welke Oli
vier'» moeder sprak, en Mira zag haar lang aan.
„Hoe dank ik u van ganseher harte, dat u bij mij
gekomen zijt; deze vreugde zal mij gezond maken."
Zij spraken weinig, maar drukten, elkaar des te ste
viger de hand.
B I N B