No. m DAGBLAD VOOR ALKMAAR EN OMSTREKEN. Openbare Verkooping de Boerenplaats genaamd „de Kieft" Honderd en veertiende Jaargang, 1913 ZATERDAG 23 NOVEMBER. huishoudster. COCO te Heerhugowaard. vruchtbaar Weiland, het HUIS ingericht tot twee woningen met ERF en vruchtbaar Weiland, 8TADSNIEU W8. WEEKBLADEN. ADVERTENTIE N. ALRMAARSCHE COURANT naar GUY DE MAUPASSANT. In de geheele naaste omgeving werd de boerderij der familie Lucas- .die „Pachthoeve" genoemd. Waar om dit mil precies zoo was, zon men, niet. kunnen, zeg gen. Aan die benaming van „Pachthoeve" hechtten de boeren zonder twijfel een idee v,an rijkdom en voor naamheid, en inderdaad was deze boerderij ook beslist de grootste, de rijkste en de meest verzorgde uit de geheele laudstreek. De uitgestrekte binnenplaats, begrensdl door vijf rijen prachtige hoornen, die de korte, dikke en gevoe lige apipelhoomen moesten beschutten tegen den scherpen wind van de vlakte, was omringd door lange bijgebouwen, die van pannen voorzien waren en waar in veevoer en graan werden bewaard; verder mooie veestallen, uit kiezelsteen opgebouwd, stallen voor dertig paarden, en eeni uit baksteen opgetrokken woonhuis, dat. denken, deed a-an een, klein kasteeltje. De mesthoopen werden goed onderhouden, de waak honden hadden bun hokken, een massa pluimgedierte bewoog zich in hot. booge gras. Eiken middag namen vijftien personen, meesters, knechten en meiden, plaats aan de lange keukentafel, waarop de soejp dampte uit een grooten pot van aar dewe-rk, versierd' met blauwe bloemen. De beesten, paarden, koeien, varkens en schapen waren vet, goed verzorgd en netjes, en baas Lucas, een groote man, die wat gezet weid, hield drie keer daags inspectie, waarbij hij op alles lette en aan alles dacht. Achter in den stal werd uit medelijden, een) heel oud wit paard verzorgd', dat de -meesteresse tot zijn na tuurlijken dood weruschte te voeden^ omdat zij het had' groot gebracht, altijd bij ziéh had) gehouden en waar aan voor haar herinneringen waren verbonden. Een staljongen van vijftien jaar, Isidbor Duval, kortweg' „Zidoor" genaamd, had de zorg voor dezen invalide, gaf het 'si winters zijn) maat haver en vee voer, en moest het vier keer daags, in, den zomer bren gen naar den heuvel, waar het werd vastgebonden en waar het volop frisch gras kon1 vinden. Het beest, bijna verlamd, hief met moeite zijn zwa re pooten op, zijn knieën waren dik en de enkels ge zwollein Zijn manon die nooit meer geroskamd wer den, leken op witte haren en zijn) lange wimpers ga ven aan zijn oogen een droevige uitdrukking. Wanneer Zidoor hem naar 't grasveld leidde, moest hij vaak aan dén teugel trekken, omdat het beest zot) langzaam liep; en de jongen, gebogen, hijgende, vloekte dan boos, dat hij -dezen- ouden bonk te verzor gen had. Do lui van de boerderij hadden; plezier in de woede van den- bengel tegen C-oco, spraken voortdurend over het paard als van Zidoor, -om d'en kwajongen te erge ren. Ook zijn kameraden) hielden hem er een beetje mee voo-r den gek. Men noemde hem in 't dorp Coco- Zidoor. De jongen was er innerlijk nijdig om en voelde in, zich de begeerte opkomen, zilch oip het paardl te wre ken. Hij was een mager kind, op h-ooge beenen, heel vu ill, met rooie, dikke, harde, steile haren. Hij scheen dom, sprak stotterend, met eindelooze moeite, alsof de gedachten zich niet in zijn grove, brute ziel konden vormen. Reeds sedert gertuimen tijd verbaasde hij zich er over, dat men Coco behield); hij ergerde zich over het goed, dat verkwist werd ter wille van het stomme dier. Van het oogenblik af, dat het niet. meer werkte, scheen het hem onbillijk, dat het gevoed werd; schan delijk zelfs Scheen het hem toe, om haver te verkwis ten. het dure haver, voor zoo'n lammen knol. Menig maal, ondanks de hevelen van baas Lucas-, spaarde' hij op het, voedsel voor- het! paard uit door hem slechts een halve maat toe te dienen,en te bezuinigen op zijn stroo en zijn hooi. In het- verwarde brein van het kind ontstond' een toenemende haat, de haat van den hebzuchtig'e.n boer, van den geniepigen, woesten, bru- t.iJen en lafhartigen boer. Toen de zomer terugkeerde, moest hij het paard van heuvel doen verwisselen, 't Was een eind uit de buurt. De kwajongen, eiken morgen giftiger ge stemd, trok met loggen pas tusschen de korenvelden door. De mannen, die in het veld) werkten, riepen hem toe bij wijze van plagerij: „Hola, Zidoor, doe mijn groeten aan Coco." Hij antwoordde niet, hij brak van een haag, waar langs hij ging, een tak en, nadat hij de riemen van het oude paard had verlegd-, om hem vrijuit te laten grazen, naderde hij zelf verraderlijk en ging de knie ën van het dier ranselen. Het beest- probeerde te ont vluchten, achteruit te slaan, te ontkomen aan de sla gen en het draaide aan zijn koord in de ronde, alsof het in een renbaan was opgesloten. En de jongen bleef er razend ,-op los slaan, hem achterna hollen, hardnekkig, met de tanden in woede op elkaar ge klemd. Daarna ging hij langzaam weg, zonder zich ota te draaien, terwijl het paard1 hem met zijn oude oogen nakeek,^ de ribben bebloed, buiten adem van het dra len. Niet eerder dan nadat het de blauwe blouse van den jongen boer in de verte had zien verdwijnen, boog' hij zijn beenigen, witten kop opnieuw naar het gras neen. Daar de nachten zoel waren, liet men Coéo buiten slapen gmder bij het ravijn, achter het boscli. Zi noor alleen zag- naar hem om. De jongen ging er nu vermaak in scheppen om hem met steenen te gooien'. Hij ging op tien pas afstand op een- glooiing zitten, en bleef er -een half uur, wierp nu en dan een scherpen steen naar den knol! me, vastgebonden door zijn vijand, staan bleef, hem echter voortdurend aanzag, omdlat hij niet durfde te fiZGn, voordat do andoi* was hGong'ogaa'ii. Maar aldoor bleef broeien in de hersenen van den longen deze gedachte: „Waartoe dit -paard! voeden, nat tot niets- nut was?" Hem scheen het toe, dat 'dit armzalige biekje aan) -anderen, het voedstel ontstal, den mensehem hun goed, ja hem zelf óók hestal, hem, Zidoor, die toch ook werkte. Langzaam aan, bij kleine afmetingen, verkleinde do jongen toen eiken dag de strook van het weiland, hij zette het grenspaaltje wat, naar voren, waaraan het koord van het paardl werd vastgebonden. Het heest moest dus- vasten, vermagerde, kwijnde weg. Te «wak om de riemen te verbreken, strekte het zijn kop uit naar het volle gras, het frisstehe, sappige gras;, zoo nabij, en waarvan de geur tot hem opsteeg, doch dat liet niet bereiken kon. Daar kreeg Zidoor op een goeden morgen een nieuw ideie: hij zo'u Coco niet meer verplaatsen. Hij had meer dan genoeg van dat verre -loopen, ter wille van dat oude karkas. Toch kwam hij zelf kijken om van zijn wraak te kunnen genieten. Het beangstigde dier keek hem aan. Hij sloeg het dien dag niet. Hij draaide- om het paard heen, de handen in de zakken. Wel deed hij toch, alsof hij plan had het naar een betere plaats te brengen, maar hij stak het grenspaaltje precies in dezelfde opening, liep daarna weg, verrukt over zijn uitvinding. Het paard, dat hem zag heengaan, hinnikte nog om hem terug te roepen; maar de vlegel zette het op een loopen,liet het alleen achter, héél alleen in de vallei, stevig" vastgebonden, zonder een grassprietje onder zijn) bereik. Uitgehongerd, probeerde bet toch -nog" de- sappige wei te bereiken, die het met zijn neusgaten nog juist even beroeren kon. Hot zakte op zijn knieën neer, strekte hals en kwijlende lippe-n vooruit. Het was alles tevergeefs. Eiken dag opnieuw putte liet oude dier zich uit door nuttelooze wanhopige pogingen. De honger, zoo dubbel gruwelijk door de nabijheid van al het groene voedsel, dat tot aan den horizon zichtbaar was, verteerde het. Dien dag kwam de jongen niet terug. Hij hing in de bossehen, op zoek naar vogelnestjes. Hij keerde den volgenden morgen weer. Coco, uit geput van vermoeienis, lag op den grond. Hij -richt te zich op, toen hij het kind' gewaar werd, nu eindelijk verwachtende, dpt hij van plaats- zou veranderd wor- don. Doch de kleine boer raakte zelfs1 het paaltje niet aan. Wel kwam hij dichter bij, keek naar het dier, gooide hem op den neus een kluit aarde, d'ie tegen het- witte haar uiteenspatte en ging toen fluitende terug. Het -paard bleef staan) zoolang- als het hem nog kon zien, ma-ar toen hij voelde dat zijn pogingen om het naburige gras te bereiken vruchteloos zouden zijn, strekte liet zich op-nieuw neer en sloot zijn'oogen. Den volgenden morgen kwam Zidéor niet. Toen hij den dag daarop bij Coco kwam, ontdekte hij dat liet- beest dood was. Hij bleef even heel' stil staan, keek toen naar liet dier, en was tevreden over zijn werk, maar te zelfdér tijd ook verwonderd, dat allee zoo gauw gegaan was. Hij raakte hem -even met den voet aan, lichtte een der ■beenen op liet het weer vallen, ging er bovenop zitten en bleef zoo ira die houding, kijkende naar het gras, zonder gedachte. Hij keerde, naar de boerderij terug, doch vertelde niets van wat er gebeurd was, want hij wo-u (n-og graag wat ronddwalen in do uren, die hij anders ge woonlijk gebruikte om hot paard naar een andere plek te leid,en. De,11 volgou-den) ochtend! ging hij kijken. Kraaien vlogen weg bij zijn naderen.Ontelbare vliegen spron gen op het lijk om en zoemden rondom. Thuiskomende de-ellde hij het gebeurde mee. Het beest was zoo oud, dat niemand zich erover verwon derde. De baas zeide tot t.wee knechten: „Heem je schoppen mee: en graaf een kuil, daar, waar je liet dier vindt," En de mannen begroeven het paard precies op de plaats, waar liet van honger omgekomen was. En heb lichaam voedde nu het gras, dat welig om hoog schoot, groen en krachtig. GEVESTIGDE PERSONEN A. Scholten, zonder, r.c., Druivenlaan 4. P. Lan- geberg, dekkneeht, Gr. Nieuwlanidl 14.. H. C. J. Pou- lain, keliner, r.c., Koorstraat 20. C. J. Kager, dienst bode, r.c., Langestraat 73. P. de Wijn, bakkersknecht, n.h., Linden gracht 21. J. ter Stal, letterzetster, n.h., Spoorstraat 30. M. Sant, zonder, n.h., Baanpadl 10. P. J. Greidanus, stuurman, n.h., Tuinstraat 1. E. B. vau der Kooij, zonder, n.h., Strafgevangenis. A. Quant, zonder, r.c., Spanjaardstraat- 9. G. Poppen, slagersknecht, r.c., Iluigbrouw-erstra-at 5. L. J. E. Muller, winkeljuffrouw, r.c., Vroom en- Dreesmann. J. M. de Louw, dienstbode, n.h., Langestraat 88. C. Hou tenbosch, groent enh a-ndela ar, r.c., Nieuwpoortslaan •51. M. J. Heijne, dienstbode, r.c., Enidsen 103. T. Greeuw, dienstbode, n.h., Heili-gdand) 28. VERTROKKEN PERSONEN: K. J. Zevenhoven, br-ood'bakkerskn., r.c., O. burgstr. 9, Amsterdam. E. C. Bakker, zonder, n.h., Metiusgr. 8, Rnkhuizen. J. B. van der Gulik, pakhuiskn., r.c., Baorreksweg1 32, Heiloo. A. H. Telrjer, zonder, Rem., Verdr. Oord 33, den Haag. J. C. van As, zonder, n.h., Strafgevangenis, Rotterdam. A. C. Bakker, huis houdster, n.h., Langestraat 33, Dordrecht. J. van der Steen, kleermaker, r.c., Koningsweg 41, Amsterdam. A. Heini-s, schippersknecht, n.h., St.-Anmast.rnat 31, Amsterdam. 1. MeijroosBrand, zonder, geref., Ki nheinivStraat 41, Zaandam. G. Bos, winkelbedien- de, n.h.. Verdr. Oord 91, Amsterdam. J. Ulrich, zon der, n.h., Snaarmanslaan 20, Haarlem. W. O. Doorn, zonder, n.h., Druivenlaan 41, Zijpe. 'j. G. Meijer, ass. huishouding-, Langestraat 101, Delft. W. A. van der Gronden, dienstbode, n.h., Koorstraat 39, Zwolle. P. A. 1 ostma, smidsknecht, n.h., Metiusstra-at 18, A. Paulöwma. N. van Bodegraven, huishoudster, geref., Kweerenpad 17, An-dijk. W. van der Molen, los- ar beider, n.h., St. Annastraat 20, Koedijk. A. J. van Zetten, tuinknecht, n.h., Varnebroek 37, Punnik. „De Watersport ziet er weer goed verzorgd uit en.biedt ook dezen- keer tal van mooie illustraties. Door den heer H. A. van Kampen- wordt een over zicht gegeven van het zeilseizoen 1912; verder bevat het blad o.a. een beschrijving van een oud'-Hollandsch oorlogsschip met. een interessante afbeelding' ervan; op het gebied van de motorsport een beschrijving van de Bermuda-wedstrijden, enz. De „Prins-" van deze week bevat op liet- titelblad een reproductie van het nieuwste uitstekend-geslaag de portret v-an prinses Juliana, allerliefst zit zij op een steel met, een groote bos bloemen in haar handjes •en haar schortje; evenals de vorige afleveringen bevat ook deze tal van kiekjes van het oorlogstooneel, ver der een aardige afbeelding van een wild zwijn met biggen in de bosch bij Apeldoorn, het nieuwe gebouw van de firma Hirseh te Amsterdam, twee kostbare oude bouwwerken uit Enkhuizen, bedreigd' met af braak en overbrenging- naar het buitenland. Ook in „Pak me mee" is het fraaie, nieuwe por tret van prinses Juliana opgenomen. Voorts komen in het nummer tal van interessante foto's van de Bal kanoorlog voor, dé feestelijke intocht van- baron D. Mackay, den nieuw-benoemden burgemeester van Voorburg, in de vleeschhallen te Berlijn, enz. enz. Iugezouden Stohken. Geachte Redactie, Mogen- we U nog eenmaal, naar we hopen voor 't laatst, een.ige plaatsruimte verzoeken, e-n wel naar aanleiding van het schrijven van den heer C. de Boer iu het nummer van uw blad) van den 9en dezer? In antwoord op het praatje van „den grooten -broer" alleen dit: We willen gaarne, desgewenscht, clou heer de Boer mededeeling doen van de namen dei- door ons tot debat aangezochte heeren, met opgave van de redenen van verhindering. Dit is nu de 3e maal, dat in 't publiek twijfel wordt uitgesproken omtrent onze geloofwaardigheid', 'tls kras! Het handhaven van het. st-andp-unt van „hij durft niet!" deed1 ons denken aan wat Prof. Strycken de zer dagen schreef in het tijdschrift „Van Onzen Tijd": „Links heeft nog- niets geleerd. Het begrijpt nog zijn naam niet. Het meent nog, dat vrijzinnig heid' beduidt hoogmoed, dat liberalisme beteekent zelfverheffing." Het „uitschakelen van een deel der Bijzondere Scholen" geschiedde alleen, omdat we van de R. K. seinden „geen gegevens bezitten." Heeft de heer de Boer ons P. S. niet gelezen? Indien wel, dan heeft hij de bedoeling ervan niet begrepen. Dat ligt niet aan onsze was toch duidelijk genoeg. Hadden we gegevens van al de Bijz. scholen kunnen vermelden, dan zouden die met. dubbele kracht gesproken hebben. Het verblijdde on-s, te mogen eonstateeren, dat het onderscheid tus-sehen Rijkssubsidie en- -restitutie den hee.r de Boer thans duidelijk is, wat blijkbaar nog niet 't geval was, toen de woorden „terugbetaalde m'illioentjes" werden neergeschreven. Deze woorden zijn dus hiermede ingetrokken. „Wij, vrijzinnigen," schrijft de heer de Boer, „ach ten de sect arische school in haar geheel uit den boo ze." Aan zulk eeu verpletterend oordeel hebben de voorstanders der Bijz. school, die tot 1 Jan. 1.1. 1030 scholen stichtten (Prot. Chr.we moeten weer „uit schakelen"), bevolkt met 163807 leerlingen, voorloiopig genoeg, zou men zoo zeggen-, 'tls alleen maar jam mer, dat uitsluitend met het bezigen van dikke woor den een beginselstrijd) niet uitgestreden wordt. De Grondwetscommissie, verklaart in haar meerder heid, dat zij bij de voorgestelde wijziging van Art, 192 „rekening houdt met de macht 'der feiten," dit laatste o. i. zeer terecht. Een feit toch is het, dat in ons land) een zeer groot deel der ouders van de neutrale Overheidssehool geen gebruik kan maken, zondter zijn overtuiging geweld aan te doen. Het zijn die ouders, welke zich, inzake de opvoeding hunner kinderen, niet willen stellen on der den dwang van den Staat, maar ondter de macht van Gods Woord, dat hun een richtsnoer is ook bij de opvoeding van' hun kinderen.. Een feit is bet, dat d'ie duizenden ouders zich het uits-luiten.d) recht, dat zij over hun kinderen bezitten, uiet willen ontnomen zien door den Staat. A\ a-ar nu de school de ta-ak der opvoeding voor een groot deel van de ouders over neemt^ daar wenschen zij, dat èn buis- èn schoolopvoe- d'ing- écn zullen zijn in den vols,ten zin des woordn. In beide willen zij het- woord) de-s Heilandk recht laten wedervaren: „Laat- de kinderkens- tot Mij komen en verhindert hen niet." En zij zouden ze verhinderen, wanneer zij hun- schoolopvoediing gaven, waarin van Hem, den Heiland, ook 'van kinderen, gezwegen moet worden. Hij heeft immers ook gezegd: „Wie mèt Mij niet is, die is tégen Mij, en wie met Mij niet ver gadert, die verstrooit?" Daartusschen is geen «rid den weg; in dat woord ligt die scherpste tegenstelling, die denkbaar is, het teekent de- antithese. (Niet de antithese, die op zekeren tijd) zou „uitgevonden" zijn en waarop de heer de Boe.r, als op een earicatuur, doelt). liet leert, dat va-n Hem zwijgen beteekent: Hem verloochenen; een waarheid, die op één lijn staat met het oordeel van de bestrijders der „absolute neutraliteit." En nu eeu vraag: Vormen die ouders, één als ze zijn in hun beginselen betreffende de opvoeding hun ner kinderen, een „secte"; is du-s het schoolonderwijs, dat deze ontvangen, „sectnriseh?" Wie dat beweert, toont, niet te weten, wat een -secte is- en do-et niet an- i dors dan hen napraten, die bij voorkeur op minachten den toon spreken over een zaak, waarvan ze den die pen ernst in 't- minst- niet gevoelen. Veeleer heeft, gelet op de b-eteekenis van 't woord secte, de naam „sekteschool der modernen," waarmee de neutrale -school wel aangeduid' is, recht van bestaan. De he er de Boer spreekt, als verdediger dér Open bare school, van „wij, vrijzinnigen." Die school is dus „de school dér vrijzinnigen." Hieruit volgt lo gisch, dat ze niet is- en niet kan zijn de school van hen, die niet vrijzinnig, maar van) ee-n geheel tegen overgestelde wereld- en levensbeschouwing zijn; van hen, voor wie neutraliteit inzake opvoeding, volg het aangehaalde Schriftwoord, een onding is. onbestaanbaar iets. Onze schoolstrijd is- een strijd voor recht. Tiet on recht, door de Overheid! gepleegd' door de bevoorrech ting barer school boven de Bijzondere, wordt zoo wei nig gevoeld. Wie zich eens 't geval indenkt, dat in ons land' de toestand op schoolgebied precies hot te- j gen de el was van wat die nu is, en dat de voorstanders der Bijzondere school dan- eischten, dat hun school ook voor ha-ar tegen-standers moest dienen, voor dien komt dat onrecht, in t volle licht, te staan. De beroering, di-e thans reeds gewekt wordt, wanneer er sprake is van de opheffing een-er Openbare school, zou dan im mers tot, een storm van verontwaardiging aangroei en De Openbare school is eens genoemd- „de school, waaraan de natie gehecht is." Welnu, als eenmaal heit beginsel zegeviert: „de vrije school voor heel do natie!" (niet de Prot,, Chr. of de R. Ka tb. school, ma-ar de vrije, zooals- de. ouders haar wenschen, niet voor een deel der ouders, maar voor héél de natie), dan zal het Wijken, in hoeverre die naam recht van bestaan heeft. Zeer waarschijnlijk zal dan ook blij ken, dat. het oordeel van mannen als Dr. Colenbran der -en Prof. Krabbe omtrent de t-oekomst der Open bare school, uitgesproken in de bekende Gidsartike len, juist geweestt is. Ten s-lo-tte, M. de Red., meen-en we, den beer de Boer en met hem het hoofdbestuur van Volksonder wijs, te kunnen gerust stellen omtrent, „dé bekende praktijken van sommige schoolbesturen, die zich op de bekende wijzen grooter subsidies verschaffen dan waarop de wet recht geeft," Met die „bekende prak tijken" zal liet zoo'n) vaart niet loopen, zoolang Gedep. Staten nog' de controle oefenen over de subsidie-aan vragen. De gevallen, waarin de subsidie geweigerd' werd, zelfs om geringe informaliteiten ('tl betrof eens een verschil van enkele eenten, d'ie te weinig aan salaris uitbetaald waren), strekken ten bewijze, dat dit- colle ge met groote zorg waakt, tegen het „zich verschaf fen" van te groote subsidie. Aan I-, geachte Redactie, betuigen we onzen welge- meenden d.ank voor de groote onpartijdigheid, waar mede 1 aan beide partijen zoo ruimschoots gelegen heid gaaft, zich uit te spreken. Met de meeste achting, Uw dien3tw. A. S. ENTINOH. W. J. BAAN. Alkmaar, 18 Nov. 1912. GROENTE- (AFSLAG) MARKT. Mijnheer de Redacteur, Vergun mij naar aanleiding van het ingezonden stukje van een belangstellende in- den groentéhan- del, als een der belanghebbenden hierop antwoord te geven. Bij voorbaat hiervoor mij-n dank. I w belangstellende noemt de' Korenbeurs d» aangewezen plaats voor liet houden van de groente- (afslag)markt. Volgens zijne berekening is daar veel meer ruimte dan op bet thans daarvoor aange wezen terrein „de platte Ste.enenbrug," maar hij ver geet daarbij te vérmeiden dat bij eenigszin-s- drukke veilingen) niet alleen de steenenbrug maar ook het Kerkplein, de Yisebma.rkt, de halve Hek els-tratde Kapelsteeg en een gedeelte va.n het Vedronkenoord voor bergplaats van wagens en groente- in gebruik ge nomen wordt. Wat anders de Korenbeurs betreft, dit zou een ide ale plaats voor bet houden dér veilingen- zijn. Maar volgens hetgeen ik in.de voorstellen van B. en W. aan den gemeenteraad' gelezen heb, wordt niet alleen de groenteveiling verplaatst, maar besta-at het plan de g-eheele groente-handel1 -op één plaats (den Li-min er- ho-ek) te concentreeren. Dit) zou, dunkt mij, op de Korenbeurs moeilijk kunnen aangezien op marktda gen de plaats, noodig voor de schuitjes, in het vaar water niet beschikbaar zou zijn. En- in den- drukken tijd! zou de groente-handel niet zoo spoedig af-geloopeni zijn, dat de Graan- en Zaad- markt enz. er geen hinder va.n zouden ondervinden; tenminste wanneer de jaarlijksche tentoonstelling van groente, bloemen enz. op een Do-ndtexdag valt, moet de Korenbeurs voor de belangen van de graan markt al des namiddags om 4 uur ontruimd! zijn. Het voormalige bestuur der Tuinbouw- eu Han- dolsvere-eniging „Algemeen- Belang," waartoe ik toen ook behoorde, had eemdge jaren geleden reed's met B. en W. een conferentie, over dit, punt en juist op deze bezwaren stuitte het plau tot verplaiats-ing naar de Korenbeurs af. Wat de plannen van- Burgemeester en Wethouders aan den gemeenteraad' voor verplaatsing naar den f.inmierhrek betreft, vele der belanghebbenden zul len t met mij eens zijn dat de-Limmerhoek voor den groentehandel veel t-e veraf -gelegen) is van d'e midde len van vervoer. Mocht er in de onmiddellijke nabij heid1 van de tegenwoordige marktplaats meer ruimte gemaakt kunnen worden, dan zou deze daartoe vee! heter geschikt- zijn. Hoogachtend, H. PASTOOR. Alkmaar, 20 November 1912. yens een in de herberg van den heer PIJPER, aan den Midden weg, op Donderdag den 5 December löia 's voormiddags ten ÏO ure van: bestaande in eene BOERENWONING met SCHUTTE ERF en TLHN, alsmede alles bijeen gelegen aan de oostzijde van den Midden weg, nabij den zuidelijken dijk in den polder en in de gemeente Heerhugowaard, te zamen 13 hectaren 31 aien, waarvan de aanbieding zal geschieden in 25 op het terrein afgebakende gedeelten gelegen ter weers zijden van een ontworpen weg, welke gronden zeer geschikt zijn voor den bouw van kool en andere ge wassen; en gelegen aan de westzijde van den Middenweg in den polder en in de gemeente Heerhugowaard te zamen groot 13 hectaren 24 aren 80 centiaren, waarvan de veiling zal plaats hebben in 5 gedeelten. Uitvoeriger in de biljetten en op de kaartjes om schreven. Inlichtingen te bekomen ten kantore van den No taris P. A DE GELDER te Stompetoren in de ge meente Oterleek, alwaar ook kaartjes op aanvraag le verkrijgen zijn. Een net BI RGERMEIS.TE, 32 jaar, zoekt eene betrekking als Br, letter A, Hulppostkantoor Oterleek.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1912 | | pagina 13