DAGBLAD VOOR ALKMAAR EN OMSTREKEN.
Het derde schot.
NU DE KOUDE
DAGEN NADEREN
RONA Cacao
CiHCI
¥art Houten's
No. 285.
Honderd en veertiende Jaargang.
1912
MAANDAG
2 DECEMBER.
FEUILLETON.
Houdt Uwe kinderen gezond en warm door hun
's morgens, 's middags en 's avonds een kopje
te geven.
Het bevat niet alleen vele voedende bestanddeelen,
maar het volle vetgehalte (cacaoboter) verwarmt
ook Het lichaam. Daarbij zeer lichtverteerbaar.
CRIMINEELE ROMAN VAN
HANS VON WIESA.
STADSNIEUWS.
COURANT.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van ALK
MAAR brengen ter algemeeree kennis, dat in het ge
meenteblad van Alkmaar, No. 890, is opgenomen het
besluit van den Raad dier gemeente van 31 .Tuli en 11
September j.l., waarbij zijn vastgesteld:
Verordeningen, op het heffen en invorderen
van schoolgeld' voor het onderwijs op de Handels
avondschool voor handels- en kantoorbedienden te
Alkmaar.
Welke verordeningen, heden afgekondigd, geduren
de drie maanden ter gemeente-secretarie ter lezing
zijn nedergelegd en aldaar tegen betaling van O.OTVa
in afdruk zijn verkrijgbaar gesteld.
Burgemeester eu Wethouders voornoemd,
G. RIPPING, Voorzitter.
DONATII, Secretaris.
Alkmaar, 80 November 1912.
ALKMAAR, 2 December.
Het is weer een week van spanning geweest. Servië
wilde aanvankelijk niet aan Oostenrijk toegeven in de
Adriatische Zeehavenkwestie. Er ontstonden allerlei
geruchten over mobilisatie in Oostenrijk, Rusland en
Frankrijk en het scheen, alsof de E'uropeesche oorlog
voor de deur stond. De regeeringen spraken evenwel
de geruchten tegen en de oorlogsspoken zijn thans
weer verdwenen. Hun voortdurend komen, zoodra er
maar een crisis in de lucht zit, bewijst intusschen de
onzekerheid van den toestand in Europa.
Het schijnt, dat men het er in de verschillende
Europeesche kabinetten thans over eens is, dat de
Balkankwestie ook ditmaal moet worden opgelost,
zonder dat de kanonnen citer groote mogendheden een
stem in het kapittel hebben.
De Engelsche minister van buitenlandsche zaken,
de heer Grey, heeft de mogendheden uitgenoodigd tot
een conferentie teneinde eenige voorloopige Balkan
kwesties te regelen.
Intusschen is tusschen de oorlogvoerenden een wa
penstilstand gesloten, welke twee weken zal duren,
terwijl de partijen hun posities zullen blijven innemen
-die ze thans bezet hebben. Nu zal waarschijnlijk het
sluiten van den vrede wel spoedig volgen. Koning'
Ferdinand zal zeker wel vinden, dat het: nu mooi ge
noeg is. Is' dat het geval, dan kan worden gezegd dat
de geheele dreigende Balkankwestie als een nacht-
kaarsje is uitgegaan. Met dit al is Turkije een groot
deel van zijn Europeeseh grondgebied» kwijt. De ver
overaars zullen het echter wel niet zoo heel gauw eens
wordenwat veroverd is-, is» nog niet definitief ver
deeld. Het zal in oei e-1 ijk vallen, den Grieken en Ser
viërs af te nemen wat ze nu al hebben, maar reeds de
houding van Grieken en Bulgaren in Saloniki wijst
er op, dat er nog menige harde noot zal -worden ge
kraakt.
Te Bazel is deze week een zeer belangrijk congres
gehouden n.l. het internationaal socialistisch congres,
waarin krachtig betoogd! is1 tegen d.en oorlog. Ver
schillende sprekers hebben tot verzet opgewekt, in ge
val het Balkanconflict tot een Europeeschen oorlog
moc-ht leiden.
België heeft het heengaan te betreuren van de gra
vin van Vlaanderen, de moedter van koning Albert,
die juist op diens naamdag vrij plotseling overleed.
De gravin, die een geborene van Ilohenzollern was,
werd' in 1867 met een broeder van Leopold II, Philips
van Vlaanderen, in den echt verbonden.
De gravin was een in België algemeen beminde per
soonlijkheid, toen door dem d»ood van koning Leopold
haar zoon de hoogste, macht in België kwam te beklee-
den, steeg haar populair!teit nog.
De teraardebestelling- had Zaterdag plaats.
(Vertaald met toestemming van den Duitschea
uitgever.)
21) o—
„Zooals u zegt."
„Onschuldig' betrokken is. Ik veronderstel, dat u
meehelpen wilt de znak tot klaarheid te brengen."
„Dat kunt u denken, mijnheer. alles» wat ik
do-en kan
„Mooi! Ben je op het oogenblik noodig in den mo
len?"
„Als ik den knecht mijn bevelen geef, dan kan ik
wel weg."
„Goed. Heb je iemand om een boodschap te doen?
„De leerjongen- kan wel weg."
„Luister, wat ik van- plan ben. De officier van
justitie heeft mij schriftelijk op de hoogte gebracht
van de zaak. Ik mag geen tijd' meer verpraten, maar
wou dadelijk in de eerste plaats naar dien „Bessen-
steen" en daarna, als het mogelijk is, naar de plek
waar het ongeluk heeft plaats gehad. Hoe ver is dat
hier wel van daan?"
„Maar mijnheer de commissaris, het is pikdonker."
„Laat dat maar aan mij over. Waar woont de hout
vestersleerling
„Bij zijn moedor, in het dorp."
,Hij moet oog'enblikkelijk hier komen. Of wil je dat
zelf op je nemen?"
..Wanneer u het wenscht."
„Ik hoef je niet te zeggen, dat er haast- bij is."
De molenaar stond op en zijn vrouw ook.
„Haal mijn jas als je blieft," zei hij tot haar. Zij
verdween in de aangrenzende kamer en kwam een
oogenblik daarna met de jas terug; de molenaar deed
De Duits-cke Rijks-dag is» na een lange vacantia bij
eengekomen. Ilij heeft den» vrijzinnigen» heer Kampf
met een flinke meerderheid tot president herkozen.
Verder heeft er een interpellatie plaats» gehad over de
duurte, maar tot een motie van wantrouwen jegens de
regeering- is» het niet» gekomen.
De heer Giolitti, de minister-president van Italië,
heeft bij de hei-opening der Kamer, onder applaus, het
wetsontwerp ter goedkeuring van het verdrag' met
Turkije van Lausanne (Ouchy) ingediend.
Aan het slot bracht de heer Giolitti hulde aan allen
die tot deze versterking van Italië's aanzien hadden
meegewerkt.
Inmiddels heeft de sultan van Turkije, ire tegen
woordigheid van den minister van buitenlandsche za
ken, markies Garroni, den gezant van Italië, die zijn
geloofsbrieven aanbood, in plechtige audiëntie ont
vangen. In him toespraken gaven de sultan en de
gezant hun wil te kennen om, voor het welzijn der bei
de landen, de oude betrekkingen te herstellen.
In Hongarije is de parlementaire machine nog altijd
niet op gang, is de vrede tusschen regeeringspartij en
oppositie nog steeds niet hersteld. De uitgesloten op
positieleden hebben gevraagd, weer te mogen worden
toegelaten, maar dit werd geweigerd. Zij hebben ge
tracht het Huis -binnen te treden, doch dit werd voor
komen.
Eindelijk zij nog als» belangrijke feiten der week
vermeld, dat in Amerika de vier betaalde moordenaars
van Rosenthal tot den dood door electrosutie zijn
veroordeeld, dat 24 mijnwerkers int de mijn Saint Mar
tin te Valgarges (Frankrijk) bij een ontploffing bet
leven lieten, dat bij een paniek in een bioscoop-thea
ter te Bilbao 52 personen werden doodgedrukt en
honderd gewond voor het meerendeel kinderen. De
Novemberstormen veroorzaakten vele schipbreuken.
hem dadelijk aan.
Intusschen had de commissaris een blad papier uit
ziju zakboekje gescheurd ere schreef er in haast eenige
regels op. Toen vouwde hij het briefje toe, deed het
in een couvert en schreef er een adres op.
„Deze brief moet je door den kn-echt zoo gauw mo
gelijk op het kasteel laten bezorgen. Hij moet zich
onder wo,g nergens ophouden en mag met niemand
praten. Zoodra hij terug is, moet hij ons waarschu
wen."
„Is- er nog Iets anders dat u verlangt?"
„Voor het oogenblik niet. Dank u!"
Toen de molenaars vrouw met haar man de kamen'
uit wilde gaan, ri»ep de heer Völk haar terug'.
„En u juffrouw, zou ik u ook iets» mogen vragen?"
„Wat verlangt u, mijnheer?"
„Ik ben sedeTt vanmiddag op de been en» heb nog'
niets gegeten. Zou u mij soms iets» kunnen brengen
een stuk brood met boter bijv. Meer heb ik niet noo
dig."
Voor het eerst verdween de uitdrukking van vrees
en angst van het gelaat, van- het knappe vrouwtje. Zij
had iets te doen, een echt vrouwelijke bezigheid, een
terrein waarop zij zich thuis gevoelde.
„Dadelijk mijnheer, ik zal het u dadelijk brengen."
En wip, was zij de kamer uit.
Nu was Völk alleen.
Hij steunde met h»et hoofd in de hand en begon al
les, wat hij tot nu toe ondervonden had in zijn gedach
ten na te gaan en na te denken, wat hem nu verder
te doen stond: ieder uur dat in zulk een geval onnut
voorbijgaat, kan» vaak niet vergoed worden door dagen
van arbeid en moeite. Alles wat hij in de eerste
plaats moest weten en wat op crimineel ge»bied van
belang was, had de officier hem reeds duidelijk en
zakelijk medegedeeld. Het was zijn taak zelf den weg
in de duisternis te vinden. Het was een goede inval
gew»eest hier in den molen, aan den ingang van het
boseh, aan den hoofdverkeersweg te beginnen met zijn
nasporingen; een toevallig invallende gedachte, ja,
j een toeval, zoo noemen de menschen het, maar zulk
«en to#val sp*»It vaak »»n gewichtige rol in orinii-
VOETBAL.
Alcmaria VictrixHercules» 02.
'tVeld had het- slechte weer goed weerstand' gebo
den en was vrij wel bespeelbaar, 't Was koud op het
terrein en eerei hinderlijke wind stond dwars over het
veld. Toch was er veel publiek, dat van een uiterst
slappe vertooning getuige is geweest. Wij zagen hier
nog zelden zoo'n treurigen tweede-klassewedbtrijd.
In de eerste helft had Alcmaria tegenwind en Her
cules was dan ook meestal de aanvallende partij,
't Vertoonde spel was» van een» zeer laag gehalte. De
neele zaken.
Daar kwam het molenaairsvrouwtje al binnen en
weldra stond' het beste, wat keuken en kelder zoo spoe
dig verschaffen konden, heel netjes voor hem op t»a
fel.
De commissaris liet het'zich goed smaken. Ilij liet
het zich eveneens welgevallen, dat "zij hem een
oogenblik latpr een glas warme grog- bracht; dit alles
beviel hem best.
„Wat voor weer is het 'buiten»?" vroeg hij behagelijk
zijn grog slurpende.
„Mij dunkt, dat hef niet zoo donker meer is als
9traks. Het is gauw volle maan; de wolken alleen
maken dat het zoo d'onker is."
Op verzoek van den» laten gast nam het vnouwtje
eindelijk een stoel en kwam aan do tafel zitten. De
commissaris van politie stak een sigaar op en kwam
al pratende vrij wat dingen te weten omtrent de per
sonen en omstandigheden op het slot. Het vrouwtje
begon steeds spraakzamer te worden en Völk lvad slag'
haiar te laten praten.
Daar werd aan de deuir geklopt.
„Binnen!" riep de commissaris. Er kwam een
jonge man binnen, de houtvestersleerling, dien Völk
verwacht had. Hij stond haastig op.
„Is u de houtvestersleerling? En hoe is uw naam?"
Fritz Miiller."
„Weet u, wie ik ben?"
„Jawel mijnheer; de commissaris van politie."
Völk liep naar den sto»el, waarop hij zijn reistaschje
gelegd had. Hij deed het open en haalde eir een klein
maar net zaklantaarntje uit. Hij deed het klepje
open en stak het aan. Hij keck het kristal-glas nog
eens goed na; een verblindend licht straalde er uit.
Toen deed hij het klepje weer dicht en bevestigde het
lantaarntje, dat niet grooter was 'dun een vuist, -aan
een lederen gordel, dien hij om het stramme lichaam
dToeg.
Nu wierp hij zijn mantel om do schouders, en greep
naar den zwarten hoed met breede randen, die aan
een haak op de deur hing.
,.H#t zal laat word»n van avond, juJfrouw Siopkaa,"
middenvoor der Utrechtenaren maakte na een goede
doorbraak der geheele voorhoede het eerste doelpunt.
Weldra zorgde de rechtshalf van Alcmaria na treurig
spel in de achterhoede voor een tweede punt van Her
cules, door den bal in eigen doel te trappen. Met den
stand 20 voor Hercules brak de rust aan.
Zij, die gedacht hadden, dat Alcmaria in de tweede
helft wel op zou halen, met den wind in 't voordeel,
zijn zeker teleurgesteld. Alle vuur ontbrak eni door
tastend spel was nimmer te ontdekken. Een tweetal
mooie schoten van rechtsbinnen en! linksbuiten had
den beter lot verdiend. Er werd enkele malen gestopt
voor diverse ongevallen en de tweede helft verstreek,
zonder dat. er een doelpunt gemaakt werd. Met een
-0 overwinning kon' Hercules» naar Utrecht terug-
keeren.
't Ziet er voor Alcmaria donker uit. Als er geen
verandering komt, als de oude spelers niet bijtijds bij
springen, behoeft Alcmaria er niet over te denken ook
nog maar één enkelen wedstrijd, van dte vijf re&teeren-
de, te winnen. Het spel der» halifl'inie is treurig. In
de voorhoede wordt slechte door een enkele af en toe
goed spel vertoond en ook de achterhoede had gisteren
haar dag niet. Opgepast Alcmaria! Op deze manier
voortgaande staan de degradatiewedstrijden voor de
deur en wellicht ook de degradatie zelf.
Ook 't Hercules-elftal is niet sterk. De halflinie is
t beste deel. De 4—0 nederlaag die dit elftal de vo
rige week tegen Volharding leed, verwondert ons ech
ter in» 't geheel niet.
Aangenaam was het ons gisterenochtend het vol
gende te lezen in de Utrechtsche Courant' naar aanlei
ding van het bezoek van Hercules aan Alcmaria.
„Hercules gaat naar Altemaria Victrix te Alkmaar.
Dit is o, i. voor de vereenigingen uit deze afdeeling
een der aangenaamste wedstrijden. Immers een goed
veld en een prettige tegenpartij, die bekend is om
haar zuivere spörtopvattingen, zijn wel de voornaam
ste oorzaken van den aaregenamen indruk, die de
voetballer van uit Alkmaar m-edeneemt."
Zeer vleiend voor onzen tweede-klass-er. Een nieuwe
aansporing om alle krachten in te spannen en te zor
gen dat zij tweede-klasser blijft.
-Het terrein» van Wilhelmina werd afgekeurd, zoo
dat Holland niet naar Amsterdam behoefte te gaan.
IIET SINT-NIOOLAASFEEST.
Naar wij vernemen zal het St.-Nicolaasfeest van de
afd. Alkmaar van den B. v. N. O. 4 Dec. a.a. des na
middags worden gevierd. St.-Nicolaas komt daarvoor
over met de boot van kwart over 1 aan de Vooraleer.
DIPLOMA ZIEKENVERPLEGING.
Op 29 Nov. 1.1. kon in de te Alkmaar gehouden zitting
der examen-commissie voor Alkmaar, den Helden- en
Enkhuizen (ingesteld door den Ned. Bond van Zie
kenverpleging) het diploma voor algemeeno zieken
verpleging na gunstig afgelegd' examen worden
uitgereikt aan de dames C. Holland en R. Stöve, bei
den opgeleid in het stads-ziekenhuis, eu Zr. Basilia,
opgeleid in het St. Elisabethsgestieht alhier.
„DE KERKBODE".
Wij ontvingen een proefnummer van „De Kerk
bode voor Alkmaar en Omstreken," orgaan in Vrij-
zinnig-Protestantschen geest, tevens» Predikbeurten-
blad voor Alkmaar, Akersloot, Bergen, Broek op Lan-
gendijk, Eg-mond-Binnen, Egmond! a. d'. Hoef, Eg-
mond' aan! Zee, Ileiloo, Koedijk, Limmen, Oterleek,
Oudorp, Schoorl -ere Groet en Stompetoren.
De redactie bestaat, uit de predikanten P. Groot
Jzn., te Oudorp, II. Makkink, A. C. de Regt en H.
Westra, terwijl de heeren dr. G. Blokhuis, rector vare
hot gymnasium, J. W. Bh. Feith, em. pred., prof.
dr. H. Oort to Leiden, dr. R. G. C. Schroder, arte en
■ds. J. van Dorp te Egmond! aan» deni Hoef als mede
werkers vermeld staan. Het blad verschijnt om de
14 dagen en wordt gedrukt bij de firma Ilerms. Cos-
ter en Zoon.
In een' „Aan de Lezersi" wordt gezegd, dat het ver
schijnen van dit blad zijn oorzaak vindt in de mee
ning der redacteurs, dat er voor Alkmaar en omstre
ken behoefte bestaat aan» eere vrijzinnig-godsdienstig
blad'. Het feit, dat de redacteurs wo-nen in de nabij-
zeide hij, terwijl hij het vrouwtje de hand gaf. „Uw
man wacht mij hier, totdat ik terug kom."
„Waar heb je hem in den steek gelaten?" vroeg hij,
zich tot dén jongen houtvester wendende.
„De molenaarsknecht wachtte hem op; hij moost
even mee naar het werk."
„Ik zal hem den eersten tijd niet storen, hij kan
aan zijn werk blijven. Nu goeden nacht, juffrouw. Tot
ziens"
NEGENDE HOOFDSTUK.
Toen de politieman buiten kwam wierp hij een on
derzoekenden blik naar de lucht. Er was geen ster
te bespeuren, maar toch vertoonde zich reeds een
zwakke lichtschijn door de donkere wolken heen. Da
toppen der hooge lindëboomen staken in flauwe om
trekken tegen den hemel af.
„Waar verkiest mijnheer naar toe le gaan?" vroeg
de jager.
„Breng mij op den Zijweg door het bosoh tot den
,.J3essensteen."
„Goed, mijnheer! Dezen weg rechts als 't u blieft."
Weldra gewenden de nachtelijke wandelaars» aan de
duisternis. De straatweg, waarop zij zich op dat
oogenblik bevonden, strekte zic-h als een breede 9treep
vnoa' hen uit, en slechts enkele minuten later verhief
zich het bcsch als een donkere muur aan den kant
van don weg.
Nu sloegen zij het bosch in.
Een fris-sche wind kwam hen tegemoet en dreef de
bladeren ritselend over hun voeten. Het ruischen van
hét water, dat het groote rad in rustelooze beweging-
bracht, drong van den molen tot hen door.
Lenigen tijd liepen do twee mannen zwijgend naast
elkaar voort. De commissaris keek wel steeds onder
zoekend, nu rechts en dan links, hij kon echter niets
onderscheiden.
Hij dreef zijn metgezel tot sptted aan.
(W«rdt verrtdawl.)