DAGBLAD VOOR ALKMAAR EN OMSTREKEN
DAT IS DE CACAO
RONA
Van houten's RONA.
No. 16.
Honderd en vflftiende Jaargang.
1913
MAANDAG
20 JANUARI.
FEUILLETON.
In het Land van den Dollar.
die wij zoo lekker vinden en waarvan Moeder
zegt dat ze zoo voordeelig in het gebruik is.
Gij moet bepaald dadelijk een bus gaan koopen,
De naam is
STADSNIEUWS.
POSTKANTOOR TE
Lijst van de aan dit kantoor ter post bezorgde brie
ven en briefkaarten, welke wegens onbekendheid van
de geadresseerden niet zijn kunnen worden uitgereikt.
Ie helft der maandl Januari 1913.
Brieven.
L. Verzijt, Amsterdam.
Fr. Kieft, Amsterdam.
J. Schouten, He^oo.
Mej. O. v. d. Ent, Herema State Fr.
Mej. J. v. d. Maath, Nijmegen.
Vloatdorp ,Schugen.
A. Komen, Haringkarspel.
Briefkaarten.
Aio tall Stanz u Bresswerko, Holthausen.
J. Smeet», Ostende.
J. Loltenz, Ostende.
A. Schoonewil, Essen.
Buitenland.
W. II. Bakker, Amsterdam.
A. van. Damme, Amsterdam.
Dames Ingenhous, Amsterdam.
K. Smit, Amsterdam.
J. Terpstra, Amsterdam.
P. Ursem, Beverwijk-
HINDERWET.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van ALK
MAAR brengen ter algemeene kennis, dat heden op
de gemeente-secretarie ter visie isi gelegd! het aan
Heeren Gedeputeerde Staten dezer provincie inge
diende verzoek met bijlagen van het bestuur van den
polder „Overdie en Achtermeer' aldaar, om vergun
ning tot het. oprichten van een ruwoliediezelmotor van
pl. m. 25 P. K. tot het in beweging brengen van een
centrifugaalpomp op het perceel Overdiepolder Wijk
E. No. ten kadaster hekend gemeente Alkmaar in
Sectie F. No. 152.
Bezwaren tegen deze oprichting kunnen worden in
gediend top raadhuize dezer gemeente, mondeling op
VRIJDAG 81 JANUARI e.k., 's-voorm ididags te elf
uur en schriftelijk vóór of op dien tijd. Gedurende
drie dagen vóór gemelden dag kan de verzoeker en hij
die bezwaren heeft ingebracht,, op do secretarie dezer
gemeente van de terzake ingekomen schrifturen ken
nis nemen.
Alkmaar, 17 Januari 1913.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
r i; Q. RIPPING, Voorzitter.
DONATH, Secretaris.
ALKMAAR, 20 Januari.
De vredesonderhandelingen te Londen zijn in de
afgoloopen week geen steek verder gekomen. Het
scheelde niet veel of de vertegenwoordigers der oor
logvoerende mogendheden waren boos van elkaar ge
gaan, maar tot dusverre hebben ze Londen nog niet
verlaten hoewel de Turken reeds den llden Janu
ari verklaarden, dat ze zouden vertrekken zoo er
binnen twee dagen niet een overeenstemming was be
reikt en de vertegenwoordigers der Balkanstaten drie
dagen daarna dreigden met opheffing der bijeenkomst
Intu^schen hebben de groote mogendheden nu einde
lijk het woord genomen en Turkije Vrijdag in een ge
zamenlijke nota tot toegevendheid aangespoord. Niet
onwaarschijnlijk zal de Turksche regeering een ontwij
kend antwoord geven en dan is het uitwisselen van
nota's weer aan den gang. De gewone Turksche me
thode 1
In het begin der week liepen er onrustbarende ge
ruchten over nieuwe troepenbewegingen van het Oos-
tenrijksche leger aan de Servische grens. En de Roe-
meensche staatscourant bevatte een oorlogszuchtig
gestelde dagorder, waarin de Koning een beroep deed
op de toewijding van het leger. En nog steeds komen
er mobilisatdeberiehten uit Oostenrijk, zoodat de toe
stand onrustwekkend blijft.
De Franscho republiek heeft voor de eerstvolgende
1
Roman van LENE HA ARE
15) -o-
Na bijna eindeloos wachten verscheen de politie
agent weer onder geleide van den eersten officier.
Deze bleef wezenloos staan bij het zien van de ont
redderde menschen met de gezwollen gezichten, die
daar op de bank zaten.
„Wat hebt u uitgevoerd, kapitein!" was alles, wat
hij zpi.
Zij waren eindelijk gelegimiteerd en de poorten van
de wacht openden zich weer voor hen.
„I wish you a good! trip, lacljy and' officers," riep rle
beleefde beambte hen nog na.
Met een zucht van verlichting' stonden zij weer op
de stille straat.
„Goddank," zuchtte papa Hansen, „denk eens; als
ik om vijf uur niet aan boord was geweest!"
„Wat hebt u ook uitgevoerd, kapitein!" herhaalde
de eerste stuurman hoofdschuddend1.
„Wordt jij nu ook nog lastig, man!" viel papa Han
sen nu kwaad uit. „Houdi op met' je duivelsch geza
nik r
Toen krabde de eerste zich het hoofd en zweeg.
De roode Iertsche politieman kwam plotseling op
den dokter af.
„Wel, sir, did n't I do it fine?" zei hij grinnekend.
Zuchtend trok de dokter zijn portefeuille en gaf
den man eenige dollarbiljetten.
Thank you, sir! I'll do it again for you!" verze
kerde de Ier lachend;, groette en begaf zich waardig
naar zijn post op de hoek van de straat.
Een zachte, fijne regen was al voor eenigen tijd be
gonnen, nu goot het.
Niemand had een parapluie.
„Ook dat nog!" bromde Loe.
Ondanks haar verzet had! de dokter zijn jas uitge
trokken, en hem over haar schouders ^eiangsep.
zeven jaren in den minister-president, den heer Ray
mond Poi-ncaré, een nieuwen president gekregen. Ge
makkelijk is het tenslotte dezen bekwamen man, die
zijn land reeds zulke groote diensten bewees, niet ge
vallen om den tegenstand der radicale partij te over
winnen. Men waa nog niet vergeten, dat hij in de
Dreyfus-zaak eerst kleur bekende, toen er over den
uitslag geen twijfel meer noodig was en ongelukkiger
wijze werd vlak voor do presidentsverkiezing de herin
nering aan deze zaak verlevendigd door het weder in
dienst stellen van kolonel du Paty de Clam. Vooral
de heeren Combes en Clemenceau bestreden hem en
verdedigden krachtig dó candidatuur van den rijken
landbouw-minister, den heer Pams, gunsteling van
den heer Fallières, den tegenwoordigen president.
Maar de heer Poincaré, de man, die verleden jaar in
veertien uur zoo'n kranig kabinet in elkaar timmer
de werd' Vrijdag te Versailles gekozen. Niet onwaar
schijnlijk zal hij als minister-president worden opge
volgd' door den heer Briand, den begaafden spreker en
grooten kenner van de parlementaire tactiek, die
vroeger reeds tijdens een spoorwegstaking toonde een
doortastend man te zijn, van wien een krachtig be
wind mag worden verwacht. Frankrijk krijgt dus wel
goede staatslieden aan het hoofd!
Engeland had de afgeloopen week ook een histori-
schen dag: de aanneming van het wetsontwerp, waar
bij zelf-regeering aan Ierland werd toegekend, op 16
Januari in het Lagerhuis, toch is een feit van groote
beteekenis. Men weet, dat de Ieren door de eeuwen
De eerste stuurman voorop, die nog steeds het hoofd
schudde, Loe aan den arm van den dokter, papa Han
sen en oom Dircksen achteraan hinkend, trokken zij
door het nachtelijk Philadelphia en zochten naar iets,
wat op een rijtuig leek. Maar er was niets te zien.
Als uitgestorven waren de straten. De voetstappen
van de eenzame wandelaars dteunden spookachtig op
het plaveisel.
Het station van de stadsspoor wae ook gesloten; er
reed geen trein meer. Geen electrische tram suisde
meer door de straten.
Te voet ging men dus naar de haven in een stort
regen door steeds akeliger straten en stegen. Over
hobbelig plaveisel, d'oog slijk, door buurten, waar het
naar teer, en buurten, waar het naar rotte visch en
uien rook. Eindelijk kwam men bij de groote loodsen.
Verbeten zwijgend marcheerde het gezelschap er
door. Men vloekte zelfs niet meer. Zwijgend ging
men de glibberige brug op. Zwijgend kreeg de
scheepsjongen Peter, die op het dek stond en
„Gen'avond, kapitein!" zei, een oorveeg.
Doodmoe nam Loe voor haar hut afscheid1 van den
dokter. Zij gaf hem de druipende jas terug.
„U hebt het leelijk koud' gehad', arme kerel!"
„Dat heb ik graag voor u over," zei hij.
Slaperig gaf zij hem de hand'.
„Maar weet u, Amerika imponeert me volstrekt
niet I"
Toen geeuwde zij flink en verdween in haar hut.
IV.
De „ÜV olga had een prachtige reis door de zonnige
golf van Mexico gehad, was dicht langs de ruischende
palmen van Florida's kust gestoomd door warme,
donkerblauwe, tropische wateren.
Het was Loe als ©en droom geweest, dat zachte glij
den door de spiegelgladde zee, die bij zonsop- en on
dergang' in de heerlijkste kleurenpracht straalde.
Voor de eerste maal gevoelde zij de betooveriDg der
tropen, die trage, zoete verslapping na zoele zomerda
gen, de eigenaardig# zenuwspanniDg in lauwe maau-
heen op ergerlijke wijze werden onderdrukt. Zelfs
den schijn van zelfregeering werd het groene eiland
in 1801 ontroofd. Maar een volk, dat een goede
kern heeft, blijft zich zelf, ondanks verdrukking en
uitmergeling. De Ieren hebben nooit het denkbeeld
laten varen, dat hun laud nog eens een eigen volks
vertegenwoordiging in de hoofdstad Dublin zou krij
gen, zij het dan ook ondór de souvereiniteit van Enge-
lands Koning. Tot tweemaal toe heeft de groote li
berale staatsman Gladstone getracht dezen wensch te
verwezenlijken, maar hij slaagde er niet in de meer
derheid van het Lagerhuis voor dezen billijken eisch
te stemmen. De conservatieven wilden niets van Icr-
sche zelfregeering weten. Met de komst van de libe
ralen aan het bewind! ontwaakte echter weer de hoop
der Ieren en daartoe was te meer reden, wijl de libe
rale regeering de Iersche stemmen in het parlement
niet kon missen. Verleden jaar April is de minister
president, de heer Asquith, de belofte gaan inwisselen
en Donderdag is nadat cle heer Balfour uit naam
der conservatieven voor de laatste maal nog eens had
verklaard', dat de wet in het belang van de eenheid
des rijks en de rust in Ierland diende te worden ver
worpen het Wetsontwerp aangenomen met een
meerderheid, nog grooter dan men had verwacht: 307
stemmen voor, 257 tegen.
De beteekenis van dezen uitslag blijkt het best uit
een manifest, dat de Iersche leider, de heer John
Redmond, onmiddellijk uitgaf.
„Deze wet, zoo verklaarde hij, is een grondwet van
nachten.
Het was leeg en rustig geworden aan boord. Het
meerendeel der landverhuizers was in Philadelphia
gebleven. Slechts weinigen, de beste elementen, reis
den mee naar Galveston.
Er was groote schoonmaak gehouden. De benauwde
menschénlucht was uit het schip verdwenen.
Loe veelde zich al» een prinses' in die laatste dagen.
Het geheel e bootsdek behoorde haar alleen. Lui lag
zij onder het groote zonnezeil en liet zich door den
dokter voorlezen, 's Avonds kwam men met papa
Hansen en oom Dircksen om een bowl in den mane
schijn. Zoo'n leventje beviel haar. Urenlang keek zij
uit over de verre, blauwe zee en droomde zooals men
slechts in het Zuiden droomt, van toekomstige won
deren, en geluk en liefde. Het was, als bedwelmden
haar de zachte lucht, dc dansende zonnestralen, als
werden er wensohen in haar gewerkt, die zij in het.
Noorden nooit, had gekend.
En papa Hansen bleef veel langer op, dan anders
zijn gewoonte was, en luisterde geduldig, als de dok
ter voorlas'; moderne romans, met oude romantiek en
rococo.
Nu wa» de dro.om ten einde. De „Wolga" lag aan
de kade in Galveston. Een doffe, drukkende broei-
kaswarmte, veel erger dan de stekende hitte van Phi
ladelphia, maakte het verblijf aan boord bijna on
draaglijk. Duizenden muskieten gonsden in alle
ruimten, die niet door gordijnen en netten beschut
waren. Alle mogelijke geuren van katoenbalen en
andere farmproducten stroomden uit de opslaglood
sen.
Loe was blij, toen eindelijk alle landingsformalitei
ten en de douane waren doorgemaakt en zij naast den
dokter in een groote ouderwetsohe glazen koets zat,
die hen naar het Royal-hotel moest brengen. De dok
ter wilde ook nu nog haar ridder zijn.
„Ongelooflijke hitte!" bromde hij, zich koelte toe
waaiend met de palmbladen, die in de koets lagen.
„Afschuwelijk!" knikte Loe.
„Maar Galveston maakt toch een beteren indruk op
jm» dan Philadelphia. Zoo'n vriedelijk stadje en
vrijheid voor Ierland; een. wet, die verzoening en toe
nadering beteekent van den kant van Groot-Brittnnje
en die» als zoodanig beschouwd zal worden door alle
Ieren, in het eigen land en in den vreemde."
Het in-werking-treden der wet is verzekerd en het
gevolg er van in Ierland zal niet alleen zijn het ope
nen van een nieuw tijdperk van vrede en welvaart,
doch het samensmelten van de Ieren van eiken stand
en elk geloof in één onverbreekbaren band van broe
derschap en liefde, om te bevorderen de welvaart en
het geluk van hun moederland."
In het Hoogerhuis werd d'it belangrijke wetsontwerp
in eerste lezing met algemeene, zegge vijf van de 608
stemmen aangenomen overeenkomstig het heer-
schende gebruik. Bij de tweede lezing beginnen eerst
de debatten en het lijdt geen twijfel of het conserva
tieve Hoogerhuis zal het ontwerp verwerpen. Het
komt dan weer in het Lagerhuis terug, waar het weer
zal worden aangenomen, dan wordt het weer verwor
pen in het Hoogerhuis en als het dan weer aangeno
men is in het Lagerhuis is het tot wet verheven. Men
rekent, dat er op deze wijze twee jaren zoek gebracht
zullen worden en in dien tijd kan er nog heel wat
gebeuren! De conservatieven hebben bijv. hun hoop
gevestigd op Ulster, waar de anti-katholieken zich
met hand en tand verzetten tegen de wet, wijl zij een
katholiek parlement vreezen en waar reeds met on
lusten wordt gedreigdDeze conservatieve hoop
zal echter wel ijdel blijken en met den heer Redmond
mag men verwachten, dat de wet in werking zal tre
den het is nu enkel nog maar een kwestie van tijd,
niet meer van beginsel
DE COÖPERATIEVE VOLKSBANK.
Gistermiddag ten 2 ure had! in de bovenzaal van
het café „Central" een vergadering plaats van aan
deelhouder», spaarders en leden van de coöperatieve
Volksbank.
Te half drie opende de voorzitter, de heer J. Bree-
baart Jz. de door een 150-tal personen bezochte verga
dering. In zijn inleiding wees hij er op, dat op het
gerucht in het einde van het vorige jaar, over den
slechten toestand bij de coöperatieve volksbank, den
derden Januari een leden-vergud. volgde, gepresi
deerd dóór mr. Verdam, die er in zijn openingswoord
op wees, dat de toestand' de ontbinding van de veree-
niging noodzakelijk maakte. Spreker zeide naar aan
leiding' van die openingswoorden, dat buiten de com
missarissen, niemand der leden met dón toestand be
kend was en drong dns op het benoemen van een com
missie aan. De commissarissen, Verdam en Kooij,
gingen hier tegen in en trachtten gedaan te krijgen,
dat het voorstel verworpen werd. De leden waren
echter wijzer en benoemden de commissie, die het
recht kreeg zich deskundigen te assumeeren. De
commissie, bestaande uit' de heeren J. A. B. Fenijn,
M. Zuid'scharwoude en spreker benoemde tot deskun
dige den heer Elfring, leeraar in het boekhouden, en
heel spoedig toog de commissie aan het werk en zoo
als men wel al gelezen zal hebben, waren die werk
zaamheden van korten duur. Do commissie meende
echter dat hetgeen zij ontdekt had, toch voldoende was
om deze vergadering uit te schrijven. Met nadrivk
wees spreker er op, dat de drie categorieën, n.l. de
aandeelhouders, de leden en de spaarders één belang
hebben en wel het belang om gedaan te krijgen, dat
de commissarissen aansprakelijk worden gesteld voor
hunne nalatigheid. Het is daarom van veel belang,
dat de spaarders, aandeelhouders en leden niet. ver
deeld worden in groepen. Er moet gered worden wat
er te redden is. Spreker ging hierna na op welke
wijze tegen de commissarissen opgetreden kan wor
den. Bovenal zal getracht worden de commissarissen
nog goedschiks- te bewegen tot het op zich nemen der
schadeloosstelling.
Aangezien de voorgenomen actie eenig geld zal
vooral niet dat vreeselijke haasten ©n jachten."
„Neen," zei de dokter lachend, „het tempo van cle
ze droschke is zelfs hoogst gemoedelijk."
De stad vertoonde een vreemde mengeling van zui
delijken smaak en noorschen handelsgeest. Nuchtere
practische winkels in de hoofdstraten. Maar de zij
wegen overdekt tegen de zon. En onder deze zonneda
ken speelden zich afwisselende straattafereelen af.
Blanken zaten in schommelstoelen voor de deuren.
Daarnaast stond de hoog© voetbank van een zwarten
schoenpoetser. Mexicaansche vruchten- en curiosi
teitenhandelaars. Chineescho gaarkeukens, wier deur
uitnoodigend open stond, met het opschrift: „Chop
Sucy," een geliefkoosd Chineesch gerecht. Dames in
zeer dunne, witte toiletten deden hun inkoopen in de
warenhuizen. De meesten met gekleurde parasols,
maar zonder hoed. Allen hadden den witten albasten
gelaatskleur, die in Philadelphia zoo opvallend was
geweest, Maar de vrouwen hier waren nog bleeker,
nog slauker, deels van het edele type der oude Zuid-
Ia aders, met do kleine voeten met. hpoge wreef dei-
afstammelingen van een ruitervolk.
„Hier zijn de dames nog chiquer!" klaagde Loe.
De dokter lachte.
„Het is te hopen, dat u uw frissche kleur houdt in
dit afschuwelijke klimaat. Dat marmerwit verveelt
me al 1"
Op de wegen was het druk van automobielen, koet
sen, karren, fietsers en ruiters. Maar alle menschen
schenen veel tijd te hebben. Aan de palen der zonne
daken hadden bruine farmers, met sombrero en ge
kleurd hemd, hun paarden vastgebonden. Meest ma
gere afgejakkerde dieren, die onder den last van het
groote zaclel bijna schenen te bezwijken. Hun heeren
stonden in groepen bij elkaar, kauwden tabak, spuw
den eu praatten, zwarte dienstboden slenterden voor
bij, op een banaan kauwend en voor elk uitstalraam
kijkend.
Wordt vervolgd.