DAGBLAD VOOR ALKMAAR EN OMSTREKEN.
oCcuz&t&t,/ Ccl&cut
No. 86
Honderd en vgftiende Jaargang.
1913.
W 0 E NSD AB
12 FEBRUARI.
BESMETTELIJKE ZIEKTE
„P 0 K K E N."
FEUILLETON.
In het Land van den Dollar.
Deze Courant wordt eiken avondbehalve op Zon- en
Feestdagen, uitgegeven. Abonnementsprijs per 3 maanden
voor Alkmaar f0,80; franco door het geheele Rijk fl,—
Afzonderlijke nummers 3 Cents.
Prijs der gewone advertentiën
Per regel f 0,10. Bij groote contracten rabat. Groote
letters naar plaatsruimte.
Brieven franco aan de N. V. Boek- en Handelsdrukkerij
v/h. HERMs. COSTER ZOON, Voordam C 9.
Afsluiting Bergerweg.
afgesloten.
Telefoonnummer 3.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS ran Alk
maar brengen ter algemeene kennis, d»t de Ber
gerweg, ran het Scharloo tot de Tan Teylingen-
straat, tot nadere aankondiging yoor het verkeer
met Rij- en Toertnigen zal zijn
BINNENLANDT
Wordt vervolgd.
ALKMAARSGHE COURANT
Daalde
CACAO
Burgemeester en Wethouders] van ALKMAAB,
Overwegende, dat in deze gemeente bij ©ene vrou
welijke patiënte, verpleegd in de barak van het Stads
ziekenhuis, een geval van POKKEN" is geconsta
teerd
Gelet op art. 18 al. 1 der Wet' van 4 December 1872
(Staatsblad1 No, 134)
Brengen ter algemeene kennis, dat VAN 12 FE
BRUARI a.s. AP AAN1 HET STADS-ZIEKEN-
IIUIS DAGELIJKS DES-MORGENS TE 8 EN TE
12 UUR GELEGENHEID ZAL BESTAAN TOT
KOSTELOOZE INENTING EN HERINENTING.
Alkmaar, 11 Februari 1913.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
G. RIPPING, Voorzitter.
DONATH, Secretaris.
Alkmaar, 11 Februari 1913.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
G. RIPPING, Voorzitter.
DONATH, Secretaris.
esmmBBBms==—s==^=
ALKMAAR, 12 Februari
De vuurtorenwachter van Kaap Saunders seinde
Maandag j.l. naar Londen, dat de Terra Nova, het
schip, dat de Britsche Zuidpool-expeditie van Scott
waa gaan afhalen van het station aan d'e Mc. Mordo-
strnnt, was gepasseerd met bestemming- naarPortLyt
t-elton. Dit eerste bericht werd spoedig door andere
telegrammen gevolgd, waaruit bleek, dat de expeditie
door een vreeselijke ramp waa getroffen. Eindelijk
werd a,an de „Globe" geseind1, dat1 kapitein Scott den
achttienden Januari 1912 de. Zuidpool bereikte. Bij
den terugkeer naar het station werd! hij echter door
een sneeuwstorm overvallen, waarhij Scott en zijn
helpers allo om het leven kwamen.
Deze tijding zal ongetwijfeld door de heelo be
schaafde wereld' met diepe ontroering worden ont
vangen. Seott heeft echter zijn doel bereikt hij is do
tweede reiziger geweest! die aan de Zuidpool voet
heeft gezet. Zooals men zich zal herinneren, is
Amundsen Seott voor geweest.
Scott werd den zesden Juni 1868 te Devonport ge
boren. Zijn eerste Zuidpooltocht ondernam hij in
1902. Hij ontdekte toen, in Oostelijke richting langs
de ijsplaatsi van Ross varende, heb Koning-Eduard-
\II-land. Den 29steu December 1902 bereikte liij 82
gr. 17 min. Dit was een record. Over deze reis
schreef hij het interessanto werk „The Voyage of tho
Discovery."
Gedurende zijn tweede expeditie was Scott aanvan
kelijk gelukkiger. Men had voldoende levensmiddelen
bij zich, en de gezondheid liet niets te wenschen over.
De sneeuwstormen, die, zooals men weet, ook Shackle-
ton zoo teisterden, hebben echter den mannen ten
slotte het leven gekost.
Treffend! zijn d'e bijzonderheden welke omtrent de
zen noodlottigen tocht naar het koudste punt van de
heele aarde bekend zijn geworden. Kapitein Scott
heeft namelijk tot voor enkele d'agen vóór zijn dood
een dagboek bijgehouden.
Zoo wordt over den dood van een der metgezellen
korporaal Oates medegedeeld:
Zijn voeten en handen waren vreeselijk door de vorst
aangetast, en ofschoon hij heldhaftig bleef door
worstelen, wisten zijn kameradten op 16 Maart, dat
zijn einde naderde. Weken lang hadi hij hevig gele
den, zonder zelfs een klacht te uiten, en hij gaf de
hoop niet op, vóór het droevig einde kwam. Kapitein
Scott schrijft in zijn dagboek: „Hij was een dappere
kerel. Hij sliep dëzen nacht in, hopende niet te zul
len ontwaken. Maar tegen den morgen werd hij toch
wakker. Er stond een sneeuw-orkaan. Oates- zeide:
„Tk ga wat naar buiten, en ik zou, wel wat lang kuu-
nen wegblijvenHij ging de tent uit, den
storm tegemoet, en wij hebben hem niet meer terug
gezien.
Wij wisten, dat Oates zijn dood tegemoet ging, maar
ofschoon wij hem van zijn voornemen trachtten af
te brengen, wisten wij, dat liet do daad was van een
held, en een Engelsch gentleman."
Het schijnt, dat Oates op 16 Maart reeds volmaakt
onmachtig was om verdei' to reizen, maar de andereu
wilden hem niet achterlaten. Om zijn makkers een
kans op redding te geven, moet hij vrijwillig zijn toch
vaststaand doodvonnis aan zich zelf hebben voltrok
ken.
Do anderen gingen verder. Zij werden overvallen
door een sneeuwstorm, die dagen achtereen duurde
en die ten slotte aan de nog levende leden der expe
ditie het leven heeft- gekost. Ziehier hoe kapitein
Seott den naderenden ondergang heeft beschreven op
den dag van 25 Maart 1912:
„Al vier dagen liggen wij hier, terwijl de storm het
ons onmogelijk maakt de tent te verlaten. Wij zijn
zwak, schrijven valt ons moeilijk. Doch ik voor mij
betreur deze reis niet, want zij heeft bewezen, dat En
gelsehon ook tegenwoordig nog ontberingen kunnen
doorstaan, elkaar kunnen bijstaan, en den dood kun
nen ingaan, met evenveel geestkracht als- voorheen.
Wij hebben gewaagd - en dat wisten wij. Het lot
is tegen ons geweest; maar wij hebben daarom niet
het recht te klagen. Doch wij buigen ons voor den
wil der Voorzienigheid); met het vaste voornemen, tot
het laatst ons best te blijven d'oen.
Maar indien wij bereid zijn geweest voor deze on
derneming ons leven te geven, is dat geweest vooi
de eer van ons land. Ik doe een beroep op onze land
genooten, om zox-g' te dragen dat voor onze betrekkin
gen behoorlijk worde gezorgd.
Hadden wij het leven er af gebracht dan zou ik
een verhaal van gehardheid', doorzettingsvermogen en
moed hebben kunnen doen, dat het hart van iederen
Engelschman zou hebben doen trillen.
Deze ongekunstelde anuteekeningen eu onze doode
lichamen moeten rm het verhaal doen; doch"zekerlijk
zal een groot en rijk land als het onze er voor zorgen,
dat voor hen die van ons afhankelijk waren op pas
sende wijze wordt gezorgd."
Zoo voor de wetenschap te leven en zóó te sterven
dat kunnen alleen ware helden.
Int-usschen zijn ideaal, dë ontdekking van de
Zuidpool heeft deze dappere ontdekkingsreiziger be
reikt.
En gisteren heeft de Engels-die minister-president
onder luide teekenen van instemminig in het Lager
huis verklaard', dat het beroep van Scott om de zor
gen voor d'e nabestaanden van hen, die met. hem zijn
omgekomen, niet tot doove ooren is gericht.
De regeering zal voorgaan en ongetwijfeld zal een
beroep op het Britsche volk niet te vergeefsch zijn
de Britten weten daden van heldenmoed naar waarde
te schatten!
EERSTE KAMER.
Gisteravond vergaderde de Eerste Kamer. Voor
zitter was de heer mr. W. J. van WeM'eren baron
Rcngers, die mededeelde dat de heer Sehinimelpen.-
ninck door lichte ongesteldheid! verhinderd' wasi zijn
functie waar te nemen en die een warm woord vai
hulde wijdde aan de nagedachtenis van den minister
van justitie, den heer Regout, wiens karaktervast!
heid, wegsleepeude welsprekendheid, werklust en
werkkracht, hij bijzonder prees.
Ingekomen was een schrijven van den heer J. P.
Havelaar (Zuid'-Holland chr.-hist.) waarbij hij mede
deelde^ dat hij zijn ontslag nami als lid dhr Kamer,
wijl hij met het oog op zijn gez-ondhd-eidstoe&tand en
toegenomen hardhoorendiheidl meent zijn mandlaat niet
meer naar behooren te kunnen vervullen.
De voorzitter zeide dat d'e Kamer deze mededeeling
wel met leedwezen zou vernemen. Hij sprak d'e beste
wenschen uit voor de gezondheid van den heer Havo
laar.
Besloten werd de rest van de begrooting in de af-
deelingen te behandelen, hedenochtend te beginnen,
en voorts in openbare zitting bij-een te komen op Vrij
dag a.s. om 11 uur, om een aanvang te maken met de
openbare behandeling van de Staatsbegrooting. Op
verzoek van de regeering zal de beraadslaging Zater
dag en zoo noodig Maandag worden voortgezet.
TWEEDE KAMER.
Aan de orde was gisteren de voortgezette behande
ling van do invaliditeits- en ouderd'om&verzekèring en
van de amendementen-De Visser en Treub tot rege
ling van de risico-overdracht.
De heer Goeman Borgesius (U. L.) zei
voorstander te zijn van de risico-overdracht, doch niet
van een onbeperkte. liet voordeel' van de risico-over
dracht zag spr. hierin, dat zij bevordert, dat niemand
te Veel of te weinig- krijgt. Spr. is tegen een eenzij
dig- onderzoek naar de resultaten van de risico-over
dracht-, door d'e bank en diende daarom zelf een motie
in, de wenschelijkheid uitsprekende, dla-t de minister
een commissie daartoe benoemt.
De lieor Nolens (R.-K.) betoogde, dat het in
het algemeen ongewenseht is eerst bij het openbaar
debat in het ingewikkelde ontwerp regelingen te bren
gen, welke niet in liet stelsel passen. Spr. vestigde
ook de aandacht op het daaraan verbonden financieele
gei aar. Spr. gevoelde ook voor de regeeringswijzig-ing
niet heel veel, maar hij zal zich niet verzetten, wan
neer de groep van personen en instellingen, onder de
risico-overdracht vallende, niet zoo groot zal zijn,
dat het van invloed' wordt op het geheele ontwerp.
Minister Talma bestreed het amendement-
Treub. Van zelfbeheer, meende spr., zal1 in het stelsel
van dezen afgevaardigde niets terecht komen. Hij
vreesde ook voor selectie en ongeregelde premie-beta
ling en wees op nog andere fouten.
Ook het amendement-De Visser vond spr. bedenke
lijk om verschillende redenen. Zoo niet onaanneme
lijk, dan acht de minister d'e amendementen tooh on
verantwoordelijk.
De heer P a t ij n (Lib.) verkreeg voor de derde
maal liet woord, bestreed den minister en den heer
Duys.
De heer De Visser (C.-H.) verdedigde nader
zijn amendement en bracht daarin enkele redaotionee-
le wijzigingen.
De heer Treub (V. D.) verdedigde nader zijn
amendement, waarna d'e vergadering tot hedenmorgen
11 uur werd1 gesloten.
IIET MINISTERIE HEEMSKERK.
Heden is het 5 jaar geleden, dat het kabinet Heems
kerk optrad. Van de tegenwoordige ministers heb
ben alleen de heeren Heemskerk. Kolkman, Talma en
Do Marees van Swinderen da volle 5 jaren deel van
het ministerie uitgemaakt.
Roman van LENE HAASE.
da) o
an de Cundelilla-company ha,dl hij tegen Loe geen
woord meer gerept, 't Was alsof hij er zich voor
schaamde. Doch een» in die week reed hij naar San
Antonio, en wanneer er een bizondere voordeelige ope
ratie was voorafgegaan, kwam hij dikwijls pas den
tweeden dag terug, met een leege portefeuille en doo-
delpk uitgeput. Dan waakte zijn vrouw dag en nacht
bij hem, de koorts met alle denkbare middelen, met
de taaie kracht der wanhoop bestrijdende. In zulke
dagen kwam Loe ook niet tot rast. Ieder oogenblik
moest ze de stad in, om! nu eens dit, dan weer dat te
halen, of liever af te bedelen, want „d'e dokter had het
noodig". De vrouw kende slechtst één hartstocht
dat was haar man, die haar mishandelde. Voor hem
deed ze alles1 en exploiteerde ze haar omgeving, zonder
eeuig geweten of gevoel aan den dag- to leggen. Loe
aatte ze, omdat ze haar afgodi niet onderdanig was
on het nu en -dan waagde zijn plannen te dwarsboomen.
Waarschijnlijk had mevrouw Stower geen behoorlijke
opvoeding genoten, want het was haar absoluut on
mogelijk haar woest temperament ook maar eenigs-
zms te beheerschen. Als ze driftig- werd', kon ze uit-
ïu ingen gebruiken, die in een achterbuurt thuis
e oorden. Dan bleef er niets van al haar voornaam-
e|. ,0Ter; I-oe rond! het niet de moeite waard op der
gelijke uitbarstingen te antwoorden. Met een hoog
moedig verwonderden blik mat ze de doldriftige
h°ofdi tot de voeten en ging aan haar
work, im mevrouw Stower haatte haar dubbel voor
ai© stomme verachting.
n ^anatie'ke' Duitsche Loe was, deden
fLvTi8 v at ze konden om haai' in haar over-
'llieita«reT°eI te krenken en al wat
e bespotten. In den beginne had het in
haar gekookt bij zulke aanvallen; nu trok ze er glim
lachend de schouder-s voor op.
,,'b Komt me voor, dat u den doorsnee-mensch in
zijn waarde als staatsburger overschat", hadl ze eens
heel onverschillig opgemerkt, toen dr. Stower haar
voor do zooveelste maal met nadruk vertelde, dat hij
zich zoo gauw mogelijk als Duitscb onderdaan had la
ten schrappen om Amerikaanseh1 burger te kunnen
worden.
„Een onherstelbaar verlies is dat voor Duitschland
zeker niet geweest,"
Dat had) haar een kwaadaardigen blik bezorgd.
Bij een andere gelegenheid! had ze van de Duitsdh-
Amerikanen in 'f algemeen gezegd: „Nu ze d'e goede
eigenschappen der Duitschers1 niet! bezitten, schijnen
ze t noodig te achten de slechte eigenschappen der
Amerikanen aan te nemen. Me dunkt, ons land kan
zich gelukwenschen, dat het ze niet meer tot! zijn on
derdanen behoeft te rekenen."
Loe toonde zich tegen de Stowers opgewassen, dat
voelden ze tot hun ergernis.
Maar wat was het voor een leven op die manier!
Het Jonge meisje leed' er onder, naar lichaam en naar
ziel. Aog- nooit hadl ze zoo hard gewerkt, zooveel slaap
opgeofferd. Ze was zoo slank geworden, dat ze hierin
geen Amerikaanscihl meisje meer iets1 toegaf. Als de
dagtaak eindelijk was afgeloopen, trok ze zich in haar
bungalow terug, die ze gelukkig slechts tijdelijk had
behoeven at te staan, ging op haar drempel zitten en
staarde in de ruisehend'e toppen der pecanboomen,
treurig, soms Wanhopig te moede. Buiten de dien
sten, die ze hen bewees, bemoeide ze zich niet meer
met de stowers. Ze had een gevoel of hun tegen
woordigheid haar verontreinigde. Mr. Westess was
afgereisd. Andere menschen had ze niet leeren ken
nen. Ze behoorde immers bij de Stowers; dus kwam
iedereen in New Braunfels haar met koud wantrou
wen tegemoet. Ook j uf f rouw Eggoling had' zich over
Loe kwaad gemaakt. Daar stond haar verstand' voor
stiL hoe iemand zoo'n goede partij kon afslaan en
zoo n hondenleven blijven leiden. En mr. West-e&s- zag
lies zoo licht te schatten. Ja, dat zwoegen van ge
slacht op geslacht, was -den Duitschen emigranten tot
vloek geworden. Het had hen hardi en inhalig ger
maakt. Loe kon zich dat' alles heel goed begrijpen,
maar liet was na het voorgevallene ook in het' Comal-
hot-el ongezellig geworden. Dus zat ze maar liever
avopd op avond op den deurdrempel' van haar bum
ga low.
De brief aan oom en tante was nog niet geschrei
ven, uit vree-s voor den algemeenen spot der familie»
die haar allicht laf zou noemen, en ze had de door
haar verpleegde patiënten in 't geheim verzócht, haar
een getuigschrift te geven, om. oom en tante later te
kunnen bewijzen, hoeveel ze had gedaan.
Dagelijks snuffelde ze de couranten door, in dé
hoop een betrekking te vinden, overeenkomstig haat-
stand en bekwaamheden; dan zou ze zich van de Stol
wers kunnen vrijmaken, zonder een klaagbrief naai
Potsdam te moeten schrijven. Want dat zou als een
gang naai- Canosso voor haar geweest zijn, waartegen
heel haar ziel in opstand! kwam. Ze hadl immers- zelf
gesmeekt de reis naar Amerika te mogen onderne
men! Doch in de couranten stonden slechts aanvra
gen om grove werkkrachtendienstboden, zwart,
bruin of wit, arbeidsters voor in de katoenvelden,
winkelmeisjes maar zoo iets kon een von Wersien
tocli niet worden! Aan beschaving of ontwikkeling
scheen niemand behoefte te- hebben. Maar ze was
hier immers ook in een nieuw, land, onder een hard
werkende bevolking-, die feitelijk, wat beschaving be
trof, geen hoogere klasse kende!
Sedert de afschaffing der slavernij waren de ar
beidskrachten schaarsch geworden in de Zuidelijke'
staten. De bevrijde negers bleken een plaag voor het
land te zijn. Ze werkten maar juist voldoende om te
kunnen vegeteeren. Altijd' vergenoegd1 als kinderen,
denken, dë wolkoppen niet' zoover als van vandaag- tot
morgen. Ze kwamen dus' slechts als losse arbeiders
in aanmerking. Daarbij maakten de haat en de min-:
achting, die de blanken tegenover hen voelen, dat ze
zich, indien eenigszins mogelijk, zonder negers red-
zo nu den eersten tijd! ook niet weer een leelijk
schadepostjeMoeder Eggoling had! veel te hard
moeten werken in haar leven, om dat finantieel ver-
den. Van fc Zuiden kwamen de Mexicaansche emi
granten, de „peones", de laagste klasse van het bruine
volk; uitstekende werkkrachten, vooral in het land
bouwbedrijf. Deze toevoer was echter lang niet vol
doende, om aan dë behoefte te voldoen. Daarbij wist
hel, blanke plebejer-ras niet met dlie bruine „caballe-
ros om te springen. Ze beschouwden ze bijna als ne
gers, omdat ze niet blank waren. Een brutaal' uitbui
ten, geringschattende behandeling van den kant der
Amerikanen, valschheid en list aan den kant der „pe
ones", maakten de verhouding meestal tot een zeer
onbehaaglijke. Zoo kwam het, dat de couranten
steeds vol advertenties stonden voor blanke arbeids
krachten, vooral voor blanke dienstmeisjes. Telkens
weer las Loe: „Dienstbode", of „Keukenmeisje" ge
vraagd. Duitsche genieten d'e voorkeur.
En Loe las die advertenties tandenknarsend. Na
tuurlijk, omdat die Duitsche vrouwen dom waren en
fatsoenlijk en zich lieten exploiteeren. De slechte ele
menten noemden zich geen Duitschers moer. Ging 't
haar bij de Stowers niet evenzoo? Een AmerikaaD-
sehe zou opgespeeld, behoorlijk vergoeding verlangd
hebben voor haar praestaties, zou de bescherming dei-
wet hebben ingeroepen, als ze niet betaald hadden.
Maar zij I.oe? Haar gevoel verzette er zich tegen
geld te eischen, scènes te maken. In plaats daarvan
liet ze zich veel onbillijke verwijten zwijgend' welgeval
len, betaalde ze zelf haar waschgoed, dat ze toch in
dienst van de Stowers gebruikte, genoot ze niet an
ders dan haar eten en een twijfelachtig- onderkomen
voor al haar werk. Een onnoozel schaap was ze! Had
ze hot dan beter dan een dienstmeisje? Integendeel!
Waarom reisde ze niet naar San Antonio en nam een
dienst aan? Maar neen, dat kon een von Wersien
toch nooit doen. Loo bleek nog niet „murw" genoeg
voor Amerika.
i