DAGBLAD VOOR ALKMAAR EN OMSTREKEN.
No. 51.
Honderd en vijftiende Jaargang.
1913
ZATERDAG
1 MAART.
De nieuwe Ambachtsschool.
Het kind eh de school.
HET FRANSCH OP DE LAGERE SCHOOL.
BINNENLAND.
ALKMAARSCHE COURANT
HINDERWET.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van ALK
MAAR brengen ter algemeene kennis, dat heden op
de gemeente-secretarie ter visie is gelegd het aan hen
ingediende verzoek met bijlagen van de Wed. J.
KUIJT, aldaar, om vergunning tot het uitbreiden van
de bestaande bewaarplaats van LOMPEN en BEEN
DEREN, in het perceel Laat, Wijk D No. 58.
Bezwaren tegen deze uitbreiding kunnen worden
ingediend ten raadhuize dezer gemeente, mondeling
op VRIJDAG 14 MAART e.k., 's-voormiddags te elf
uur en schriftelijk vóór of op dien tijd. Gedurende
drie dagen vóór gemelden dag kan de verzoeker en hij
die bezwaren hebben ingebracht, op de secretarie de
zer gemeente van de terzake ingekomen schrifturen
kennis nemen.
Alkmaar, 28 Eebruari 1913.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
G. RIPPING, Voorzitter.
DONATH, Secretaris.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van ALK
MAAR brengen ter algemeene kennis dat in het
gemeenteblad van Alkmaar No. 406 is opgenomen het
besluit van den Raad dier gemeente van 19 Februari
j.l., waarbij is vastgesteld eene
instructie voor den ingenieur bij den dienst der
gemeente-werken te Alkmaar.
Welke instructie, heden afgekondigd, gedurende
drie maanden ter gemeente-secretarie ter lezing is ne-
dergelegd en aldaar tegen betaling van 0.07% in af
druk is verkrijgbaar gesteld.
Alkmaar, 28 Februari 1913.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
G. RIPPING, Voorzitter.
DONATH, Secretaris.
ALKMAAR, 1 Maart.
Wat het jaar 1913 Alkmaar ook moge brengen, een
der belangrijkste data zal zeker wel de dag zijn, waar
op de nieuwe Ambachtsschool officieel wordtgeopend.
Omstreeks half April zal de plechtige opening ge
schieden en de tegenwoordigheid van den Minister
van Binnenlandsche Zaken en van den Commissaris
der Koningin zal aan deze plechtigheid luister bijzet
ten, zal getuigen, dat het inderdaad als een feit van
buitengewone beteekenis wordt aangemerkt, indien de
Ambachtsschool in gebruik wordt genomen, die in
alle opzichten een model-onderwijs-inrichting mag
heeten. Wie van buiten het gebouw in oogenschouw
heeft genomen en hoevelen hebben hun schreden
niet reeds gericht naar den Bergerwegzal onge
twijfeld geheel bevredigd zijn door de schoonheid van
dit .schoolpaleis, dat aan voornaamheid degelijken een
voud paart, gerust een sieraad van onze stad mag hee
ten en den vreemdelingen, die onze gemeente bezoe
ken, al dadelijk een hoogen dunk moet geven van het
geen men hier aandurft en hier doet ter veredeling
van het ambacht en voor de ontwikkeling van de am
bachtslieden. Indien een schoone omgeving opvoedt
tot schoonheidszin en wie zou er aan twijfelen?
dan mag worden getuigd, dat van dit gebouw een le-
vensveredelenden invloed zal uitgaan, dat het bij de
leerlingen den smaak zal ontwikkelen.
Nu deze pracht-school haar voltooiing nadert heb
ben we verzocht eens een kijkje te mogen nemen en
onder het vriendelijke geleide van den president en
den directeur, de heeren mr. F. H. G. van der Hoeven
en H. van der Heij, hebben we een rondegang door
het gebouw gemaakt, welke -ruim twee uur duurde.
Twee uren? Ileuseh, lezer. En hoe onwaarschijnlijk
u dit moge klinken, het zal u duidelijk worden, wan
neer we u mededeelen, dat het justitie-gebouw met
het huis van bewaring tweemaal in de Ambachts
school zou kunnen worden gemaakt, dat er 2700 M2.
van het 6170 M2. groote terrein is bebouwd, dat er
2,5 Hectare^ bepleisterde muur is, dat de buiten-afme
tingen <3 bij 35 Meter zijn, de hoogte van het hoofd
gebouw 20 Meter bedraagt en het afzonderlijke ge
bouw der smederijen 12 bij 46 en 15 M. hoog is. Trou
wens het gebouw kost ook 260.000.
AA ij zullen de wandeling uitvoerig beschrijven en
plaatsen ter verduidelijking den bij dit artikel behoo
renden platten grond.
Men treedt het gebouw binnen in een ruime vesti
bule en heeft dan aan zijn rechterhand een bergplaats
voor fietsen, en aan zijn linkerhand een kleedkamer,
beide doelmatig ingericht met kapstokken, boterham
kastjes voor jongens van buiten etc. Uit deze loka
len kunnen de leerlingen in den zeskantigen hal ko
men, zoodat de hoofddeuren zooveel mogelijk dicht
Hïi De hal heeft een 0PPervlakte van ongeveer
100 M en verrassend is het zacht-gedempte licht dat
er binnenvalt. Staande in den hal, heeft men het
gezicht op alle gangen van deze verdieping, hetgeen
natuurlijk van groot voordeel is. Rechts vindt men
een ruim schaftlokaal voor jongens van buiten, links
de kamer van den concierge n^t daarnaast een maga
zijn voor materiaal (papier e. d.).
Wij slaan nu de gang. links in, komen bij een leer-
aarskamer aan de linkerhand, met ernaast een maga-
zÜn llet middenschot kan echter worden weggeno
men, zoodat men dan een vertrek krijgt, dat geschikt
is voor leslokaal. Aan het einde der gang is een
noodtrap en in dit gedeelte van den vleugel bevindt
zich de directeurskamer, van waaruit men een ruim
gezicht heeft over het geheele voor-terrein. Daarnaast
een kluis voor de zelfgemaakte brandkast en een ka
mertje voor een schrijver.
Rechts is de ruime schilderswerkplaats met de lak- i
kamer, welke geheel stofvrij moet zijn, daarnaast de
metselaarswerkplaats, waarvan de afmetingen 8 bij
1" JV1. zijn. j
Nu gaan we weer naar den hal en ontmoeten aan
ie einde der gang twee timmermanswerkplaatsen,
met een schoorsteen (voor het koken van lijm). Hier
ebben we in het bijzonder gelegenheid te gewonde-
ien, hoe uiterst practisch alles is ingericht. De krul-
voifen bijv. nadat een luikje in de vloer geopend
v'j,n krMlenkelder geveegd', terwijl van de boven-
epmg de krullen uit de meubelmakerswerkplaats
wordteel^ke,r 1]V!en kdder komen> die af toe
I ?,f; Een klem gangetje leidt naar het
Bii oli I \n de onmiddellijke nabijheid staat.
!8Va"-Met gebouw behoort een hygiënisch
hand °S' 'O ook overal de gelegenheid tot
iden-wass en bestaat- Kasten zijn er zooveel en
nirsil
zoo ruim, dat een huismoeder er versteld van zal
staan. De eene timmermanswerkplaats grenst aan
een magazijn voor klaargemaakte werkstukken, ter
wijl in de nabijheid een verbandkamertje is en ook
hier een noodtraji is gemaakt. Wij gaan in de rich
ting van den hal terug en ontmoeten allereerst een
fraai gymnastieklokaal met een groote verscheiden
heid van moderne werktuigen. Het spreekt wel van
zelf, dat het gymnastiek-onderwijs in het bijzonder
gericht zal zijn op eischen van het ambacht, dat het
bij de beoefenaren vooral zelfvertrouwen, tegenwoor
digheid van geest, ontwikkeling der spieren, lenigheid
zal aankweeken, maar ook op hen een beschavenden
invloed moet hebben. Aan de gymnastiekzaal grenst
de teekenzaal.
Wij gaan nu weer naar den hal en door een
overdekte gang naar het nevengebouw, waarin de sme,-
derijen zijn gevestigd, links voor de bankwerkers,
rechts voor de smeden. Hier treffen we naast de ou-
derwetsche trekblaasbalgen moderne cylinder-blaasbal
gen, naast een zelfgemaalcten gasmotor electrische
motorén (in een afzonderlijk kamertje) aan, hetgeen
bewijst, dat men er naar streeft de leerlingen ver
trouwd te maken met de tot dusverre gebruikte zoo
wel als- met de- meest moderne werktuigen. Hier zijn
tevens ijzerbergplaatsen en uitstekende waschlokalen.
Al de lokalen zijn fraai beschilderd, zoodat het er
voor de leerlingen wel prettig toeven moet zijn het
verblijf wordt hun in alle opzichten zoo aangenaam
mogelijk gemaakt.
Twee wenteltrapjes leiden naar een tweetal maga
zijnen voor vervaardigde werkstukken.
Van den hal uit gaan we nu langs een breede trap
- trappen, fundamenten, vloeren, wanden, het is al
les gemaakt van gewapend beton! naar de eerste
verdieping. Daar komen we allereerst in de bestuurs
kamer met garderobe, toiletkamer en archief. Weer
links afslaande vinden we aan onze rechterhand een
teekenzaal voor schilders en een magazijn voor werk
stukken. Deze laatste zaal is 19 bij 8 M. en het is
de bedoeling hier een permanente tentoonstelling te
organiseeren, teneinde den belangstellenden een over
zicht te kunnen bieden van het geheêle onderwijs.
Aan den anderen kant der gang is een zaal voor on
derwijs in natuur- en werktuigkunde en dan komen er
drie leslokalen naast elkaar voor meer uitgebreid
lager onderwijs, ten dienste van ambachtsschool en
burgeravondschool. In de gang zelf zijn vele kasten
voor liet bewaren van tijdschriften e. d. aangebracht.
Zeer ruim is de hierop volgende handteekenzaal,
waarnaast zich een teekenzaal voor de burgeravond
school bevindt. Aan de overzijde van de gang komen
we nu allereerst in een vertrek voor klaargemaakte
meubels, een teekenzaal voor meubelmakers (met
gereflecteerd eleetrisch licht), de meubelmakers-
werkplaats met houtstek en magazijn.
Weer gaan we een trap op en hebben opnieuw gele
genheid de fraaie constructie van het gebouw te be
wonderen en ons opnieuw te overtuigen, dat schoon
heid en doelmatigheid uitnemend kunnen samengaan.
Hier zijn de teekenzalen voor machine- en bankwer
kers, smeden en timmerlieden van Ambachtsschool en
Burgeravondschool, vier teekenlokalen voor de Bur
geravondschool (3de klasse smeden, 2de klasse sme
den, 2de klasse timmerlieden, 3e klasse timmerlieden),
een bergplaats voor de kleermakers, een teekenzaal
voor de avondcursussen voor schoenmakers, behan-
gois, stoffeerders en kleermakers. Dan komen einde
lijk de werkplaatsen van de schoenmakers en die van
behangers en stoffeerders. Op de beide platte daken
kan men ten slotte de mooie dakbedekking m oogen-
schouw nemen. Eindelijk is op den zolder gelegen
heid gemaakt tot het netjes bewaren van teekeningen.
We behoeven natuurlijk niet te zeggen, dat het ge
bouw eleetrisch verlicht en centraal verwarmd wordt,
dat de beveiliging voor den bliksem op de nieuwste
wijze geschiedt, welke ook bij het Vredespaleis en de
nieuwe beurs op het Damrak werd toegepastwat
is eigenlijk niet modern, niet naar de eischen van de
ze' tijd ingericht?
Waarlijk, wie zoo'n gebouw zet, houdt niet van hal
ve maatregelen. Die doet alles heel en goed. En
nu weten we wel, dat de kwestie der salarieering van
het leeraarspersoneel als een schaduw over het ge
bouw valt, maar ook die laatste schaduw zal ongetwij
feld worden weggenomen, omdat er dan alle facto
ren aanwezig zullen zijn, die uitnemend onderwijs
waarborgen, die de Alkmaarsche Ambachtsschool ma
ken tot een model-inrichting, welke andere steden on
ze gemeente mogen benijden en waarop zij met recht
trotsch mag zijn!
Om deze kwestie zoo algemeen mogelijk te behande
len, gaan we na op welke scholen het Fransch wordt
onderwezen, met welk doel en met welke resultaten.
De volksschool kent geen onderwijs in het Fransch,
wel de scholen voor Uitgebreid en die voor Meer Uit
gebreid Lager Onderwijs, kortweg de Ulo en de Mulo-
scholen. De Ulo-school wordt bezocht door leerlin
gen, wier ouders het schoolgeld daarvoor maar even
kunnen betalen, want voor velen is helaas duurder on
derwijs synoniem met beter onderwijs. Die leerlingen
worden onze kantoor- en winkelbedienden en klein-
winkeliers. Ze vergeten het Fransch spoedig, omdat
ze het in hun praktijk niet noodig hebben en er te
weinig van geleerd hebben. De Handelsschool van de
Winkeliersvereeniging te Amsterdam heeft dan ook
kennis van Fransch voor toelating facultatief gesteld.
Gevoelen de Ulo-leerlingen in hun betrekking de be
hoefte aan talenkennis, dan leeren ze Duitsch of E'n-
gelsch of beide talen. Dat bewijzen o. a. telken jare
de getallen candidaten voor het Mercurius-diploma.
Dit jaar zijn er o. a. 56 voor Fransch, 136 voor
Duitsch en 233 voor Engelsch. Voor de overgroote
meerderheid der Ulo-leerlingen kon dus de tijd voor
nuttiger onderwijs besteed zijn. Voor de Mulo-leer
lingen dringt het bovenstaande evenzeer. Over de af
schaffing van het Fransch op de lagere school werd
dezer dagen te Amsierdam een gecombineerde verga
dering gehouden van de besturen der Vereeniging van
Leeraren in de Handelswetenschappen, der afdeeling
Amsterdam van het N. O. G. en der Ned. Vereeniging
van Chr. Hand.- en Kantoorbedienden. Daar kwam
men o. a. tot de volgende conclusie: „De mannen
van de practjjk, de leeraren in de handelswetenschap
pen en de kantoorbedienden meenden op grond van
„hun ondervinding te kunnen beweren, evenals de ver
tegenwoordigers van het Onderwijzersgenootschap,
„dat Engelsch in vele opzichten als handelstaal on-
„eindig veel meer voorkomt dan Fransch, iets wat
„ook voor het Duitsch geldt."
Het lager onderwijs heeft dus voor zijn eigen leer
lingen het Fransch niet noodig, wel voor de a.s. leer
lingen der Middelbare School en van het Gymnasium.
Het Rijksverslag over het Lager Onderwijs over 1910
heeft dan ook met verbluffende eenstemmigheid de
wenschelijkheid uitgesproken van afschaffing. Het
Middelbaar en Gymnasiaal onderwijs eischt kennis
yan het Fransch bij toelating. Op het examen is nu
juist Fransch het groote struikelblok, eensdeels om
de vage eischen, die het als taalvak meebrengt, ander
deels omdat het geleerde door jonge hersenen moei
lijk verwerkt kan worden. De L. S. begint mgt, dat on
derwijs dan ook al in de tweede helft van het derde
leerjaar, totdat in het laatste leerjaar Fransch over-
heerschend is geworden en één vierde van den school
tijd eischL Het Middelbaar en Gymnasiaal onderwijs
mag die eischen niet blijven handhaven. Liet zal öf
de^ beginselen van drie moderne talen moeten onder
wijzen of een taal facultatief stellen, wat practisch
moeielijk te regelen is, en waarmee slechte ervaringen
zijn opgedaan, óf.... een taal laten vallen. Welke
van de drie te kiezen is, mag en wil ik hier niet uit
eenzetten. Wel wil ik mededeelen dat de Vereeniging
van Leeraren bij het M. O. zich in 1876, in 1887, in
1890 en in 1903 al ondubbelzinnig verklaard heeft
voor het laten vallen van dien eisch. Naar aanleiding
van het „Ineenschakelingsrapport", dat het Fransch
op de L. S. wil handhaven is de kwestie dit jaar weer
in onderzoek. Het Genootschap van Leeraren aan
Ned. Gymnasiën heeft in zijn vergadering van 1911
de zaak besproken, maar niet beslist. Het Alg, Ned.
Verbond heeft zich in 1907 ook voor afschaffing ver
klaard, fnaar was 't er alleen niet over eens van welke
kant de stoot tot afschaffing moest uitgaan.
Men ziet het: de tijd is rijp voor -een beslissing.
W. F. TIEMEIJER,
Amsterdam. Leeraar LI. B. S.
UIT HEER-HUGOWAARD.
In de gistermiddag gehouden voltallige raadsver
gadering werden na opening de notulen der vorige
vergadering gelezen en onveranderd vastgesteld.
De voorzitter deelde mede, dat in verband met een
klacht in de vorige vergadering het drinkwater bij de
school ter onderzoek was opgezonden, doch dat nog
geen bericht was ingekomen.
Ingekomen was de mededeeling, dat de rijksontvan
ger te Schermerhom den 6en Februari 11.70 aan
den gemeente-ontvanger had afgedragen, terwijl de
rijksbetaalmeester te Alkmaar den 22en Eebruari
375 afdroeg aan den gemeente-ontvanger. Van mej.
Kooiman was bericht ingekomen, dat ze haar benoe
ming tot onderwijzeres aanneemt.
Eenige ingezetenen wezen er in een adres op, dat
het pad aan de Krom zeer slecht is. Besloten werd te
onderzoeken, of de polder dan wel de gemeente hier
verplicht is verbetering aan te brengen.
Aan K. van de Bussen werd op zijn verzoek afschrij
ving van H. O. voor den tijd van A0 maanden ver
leend. Nog was ingekomen de goedkeuring door Ged.
Staten van de suppletoire begrooting. -
Aan de orde was daarna de bespreking over een te
lefoonkantoor. De vorige vergadering was besloten
pogingen aan te wenden om een telefoonkantoor te
krijgen. Een 2-tal aanbiedingen was ingekomen op
de oproeping voor de betrekking van telefoonkantoor
houder, n.l. van A. Kwantes voor 175 per jaar en
van J. Zijp, die bovendien 50 vroeg voor het maken
der installatie, voor 250 per jaar. Er ontstond een
langdurige discussie over de meeste geschiktheid van
de aanbieders in verband met de ligging van hun wo
ningen. De heer. Schilder, opmerkende dat het per
ceel van Zijp in het centrum van het dorp gelegen is,
was van oordeel, dat dit over de meerdere kosten kon
doen heenstappen. De heer Met was een andere mee
ning toegedaan, er zullen aldra eenige aansluitingen
zijn en de gang naar het telefoonkantoor kan men
zich dan besparen, daar men vanaf de woning van
een dier aangeslotenen aansluiting aan het telefoon
kantoor kan verkrijgen.
Allereerst werd met algemeene stemmen definitief
besloten tot het vestigen van een telefoonkantoor.
De heer Schilder was van oordeel, dat, nu defini
tief bekend was, dat er een telefoonkantoor zou ko
men, een herhaalde oproeping meer sollicitanten zou
opleveren. Na eenige discussie werd echter met 6 te
gen 5 stemmen besloten geen nieuwe oproeping' te
doen. Met 10 stemmen, 1 blanco, werd hierna tot
telefoonkantoorhouder benoemd A. Kwantes.
De stembureaux voor de verkiezingen voor gemeen
teraad, Provinciale Staten en Tweede Kamer werden
hierna benoemd.
Den heer A. Schilstra, thans onderwijzer te AVeesp,
werd op zijn verzoek een gratificatie toegekend, wel
ke de raad bepaalde op 20, wegens het fungeeren
van 131 Dec. als waarnemend hoofd van school no.
1; den heer A. Wilbrink een gratificatie van 30,
als waarnemend hoofd van school 2 gedurende 1%
maand.