DAGBLAD VOOR ALKMAAR EN OMSTREKEN.
No. 84
Honderd en vijftiende Jaargang.
1913
ZATERDAG
12 APRIL.
Uit den Raad.
Dit nanuner bestaat alt 3 bladen.
BINNENLAND.
ALKMAAR
Iloe zalig als do jongenskiel
Nog om de schouders glijdt I
hebben we Woensdagmiddag gedacht en onwillekeurig
wijzigde het slot van „het lieve versje van Hölty" zich
in onzen geest aldus i
Eens zult ge, als man, gemeentenaar zijn;
Uw vreugd loopt snel naar 'tend;
Eens krijgt gij 't kiesrecht tot uw pijn
En 'n stembus tot torment.
De lezer zal waarschijnlijk de overgang wat zonder
ling vinden, doch hij bedenke, dat terwijl de gemeen
teraad na een vóórvergadering van twee en een half
uur binnen drie kwartier in publieke zitting de lange
agenda er door roetsjte, er tegenover 't stadhuis in het
bioscooptheater een voorstelling werd gegeven, waar
schoolkinderen naast eenig vermaak veel leering von
den. De jeugdige kinderen aanschouwden op het
doek, hoe dorre heide tot vruchtbaar land gemaakt
wordt, zij zagen de eerste ontwikkeling van planten
die tot booinen groeien den volwassen bezoekers
van de openbare raadsvergadering en den lezers van
het raadsverslag daarentegen is elke voorlichting
onthouden, voor hen heeft er geen verrassend licht
geschenen, dat nieuwe gezichtspunten bood.
Ziedaar in ons goede Alkmaar een krasse anti-the
se, waarbij de scheidingslijn loopt over de veelbespro
ken kleine steentjes van de Langestraat. Aan den
eenen kant: de schoolkinderen, voor wie alles wordt
gedaan om op de meest aanschouwelijke wijze hun
kennis te vermeerderen, hun inzicht te vergrooten,
hun denkbeelden te ""verruimen. Aan den anderen
kant: do belastingbetalers, de kiezers, ten opzichte
van wie bijna alles wordt nagelaten, die tegenwoordig
zoo weinig mogelijk op de hoogte worden gesteld,
wier belangstelling in het gemeenteleven eerder wordt
gedoofd dan aangewakkerd, voor wie bitter weinig
wordt gedaan om hen in staat te stellen strakjes met
kennis van zaken hun stem uit te brengen.
De Alkmaarsche jeugd zag de dingen worden, van
het allereerste begin af aan de Alkmaarsche bur
gerij, het Alkmaarsche kiezerskorps echter wordt vaak
en zelfs dan nog wel eens terloops met belang
rijke vraagstukken bekend gemaakt als de beslissin
gen feitelijk reeds gevallen zijn.
Inderdaad wordt op de wijze waarop dit Woensdag
weer geschiedde ongetwijfeld in strijd metdengeest
der Gemeentewet het zwaartepunt van den ge
meenteraad meer en meer verlegd van de openbare,
naar de niet-voor-het-publiek-toegankelijke voor-, tus
schen- of na-vergaderingen, door raadsleden zelvea
wel eens met „onder-onsjes" betiteld.
Van de Woensdag verstrekte deskundige voorlich
ting, door ons allen betaald, blijven wij verstoken
zij werd enkel bestemd voor de raadsleden. In het
openbaar is daarvan niets gezegd gelijk er zoo vaak
in het openbaar in den Alkmaarschen Raad niets
wordt gezegd. En toch hoe meer geheimzinnig
heid in den Raad, hoe minder belangstelling in de
gemeente voor de gemeente. Bovendien, hoe zul
len de kiezers bij deze methode kunnen uitmaken, of
hun vertrouwenspersonen het opgedragen vertrouwen
waard zijn, hoe zullen zij zich kunnen onttrekken aan
mogelijke, zelfs waarschijnlijke voorlichting "op onvol
ledige, partijdig-eenzijdige wijze? Zal de wetenschap,
dat 't publiek toch niets weet, niet de kans bevorderen
dat de goê-gemeente politiek-propagandistisch zand
in de oogen wordt gestrooid, er toe medewerken, dat
valsche of zeer eenzijdige voorstellingen van hetgeen
de Raad, zijn meerderheid of zijn minderheid, een
groepje raadsleden, een bepaald lid, doet of nalaat,
worden verspreid? Leidt het vermijden van openbaar
heid niet heel gauw tot allerlei onbillijke critiek?
Op al die vragen is slechts een bevestigend ant
woord mogelijk, dat door de electrificatie aardig
wordt geïllustreerd. Aangekondigd is wij zullen
nu maar niet te ver in de geschiedenis teruggaan
dat Alkmaar 1 Mei electriciteit zou hebben. Men
heeft dus recht om te verwachten, dat men in Mei in
de gelegenheid zal zijn gesteld, electrisch licht te
branden of electrische kracht te gebruiken. Geruchten
zeggen evenwel, dat die officieel vastgestelde datum
dwaasheid is, dat het op z'n vroegst Augustus of
September zal zijn. Officieel - wordt gezwegen. Niet
zoodra echter overschrijdt de burger een door de over
heid bepaalden termijn of zij is er onmiddellijk bij om
hem al heel gauw op de meest krasse wijze, te herinne
ren aan zijn verzuim. Ge zijt leverancier van de ge
meente, ge dient, bij ongeluk "Uw rekening te laat in.
ge kunt uw geld nakijken men herinnert zich, dat
dit geval zich enkele jaren geleden in deze gemeente
heeft voorgedaan. Voldoet ge niet op tijd uw belas
ting de overheid weet u onmiddellijk met een aan
maning te vinden. Enz. Enz. Thans heeft de over
heid verklaard U op een bepaalden datum electrici
teit te zullen leveren zij voldoet, aan haar toezeg
ging niet en acht het blijkbaar niet eens noodig U
daarvan behoorlijk tijdig kennis te geven. Do schade,
die het uitstel u wellicht oplevert, wordt u niet ver
goed. Ook daarom is het niet te veel verlangd, wan
neer men gaarne zou zien, dat een gemeentebestuur,
niet kunnende voldoen aan hetgeen het zich blijkens
zijn eigen verklaring voorgesteld heeft, zijn ingezete
nen waarschuwt.
Er is meer. De burger, wrevelig door de noncha
lante wijze waarop de voor zich zelf zoo veeleischendo
en gestrenge overheid hem behandelt, wordt critisch
gestemd. Hij werpt de volle verantwoordelijkheid van
de vertraging op het gemeentebestuur, op een of meer
bepaalde ambtenaren. Hij ziet laksheid, onverschil
ligheid, gebrek aan belangstelling als noodzakelijk ge
volg van afwezigheid van eigenbelangWerd nu
meerdere openbaarheid betracht, werd de burgerij
bijv. bij gelegenheid van een raadszitting, tijdig inge
licht, dat er vertraging in de electriciteitslevering zou
plaats hebben, werd haar desnoods met een enkel
woord, verklaard dat de geheele of voornaamste
schuld niet in Alkmaar schuilt, maar elders, bijv. in
den Haag, dan zou een oorzaak van wrevel, een aan
leiding tot het voeren van onbillijke critiek zijn weg
genomen. Regeeren is voorkomen en voorkomen is
altijd nog beter geweest dan genezen!
Wij komen thans terug op de vergadering van
Woensdag, op de voor-vergadering van twee en een
half uur, waarin de technische adviseur inzake de
electrificatie, de heer Singels uit den Haag, den Raad
heeft voorgelicht. De Gemeentewet zegt dat de Raad
bestaat uit den burgemeester en raadsleden. Op
grond daarvan mag niemand anders zelfs de secre
taris niet in de openbare vergaderingen het woord
voeren.
Kleinere gemeenten storen zich eenvoudig niet aan
dit artikel en zelfs de grootere ook weieens niet in
Bergen liet men den adviseur in de openbare raads
vergadering aan de besprekingen deelnemen en in
Middelburg heeft ook de heer Singels inlichtingen ge
geven en vragen beantwoord in een openbare vergade
ring van den Raad. Strikt genomen is dit echter niet
geoorloofd en willen de raadsleden gezamenlijk des
kundige voorlichting hebben, dan moet er een niet-
openbare vergadering worden belegd, of liever een
bijeenkomst van den burgemeester, den secretaris, de
leden van den gemeenteraad en den adviseur. Een
dergelijke bijeenkomst draagt een geheel ander ka-
akter dan een zitting met gesloten deuren en ner
gens is verboden, dat zij bijgewoond wordt door verte
genwoordigers der pers. Wanneer wij een poging wa
gen om de mogelijkheid en de wenschelijkheid van het
toelaten van de journalisten aan te toonen, dan moge
daarbij vooropstaan, dat wij hier niet voor eigen pa
rochie preeken men zal begrijpen, dat het ons uit
een journalistiek oogpunt vrijwel onverschillig is,
of alle Alkmaarsche bladen iets wel of iets niet
hebben; ons eigen belang zou immers alleen dan bij
dit onderwerp betrokken zijn, wanneer de Alkmaar
sche Courant daarvan het eerst of alleen zou kunnen
profiteeren. Wij spreken hierover dan ook slechts,
om meerdere belangstelling voor gemeentezaken te
wekken, om de openbaarheid van de openbare zaak te
bevorderen. Reeds vroeger schreven we terloops over
deze zaak, maar thans lijkt ons een geschikt oogen-
blik gekomen om haar eens wat uitvoeriger te behan
delen, in de hoop, dat ons betoog op dit punt instem
ming moge vinden ter plaatse, waar men in dezen een
beslissing kan nemen.
Het spreekt wel vanzelf, dat de verslaggevers en de
overzichtschrijvers, indien zij tot de niet voor het pu
bliek toegankelijke vergaderingen in de raadszaal wor
den toegelaten, naar een anderen maatstaf zouden
moeten werken dan in de gewone openbare raadsver
gaderingen. De eersten zouden zich op straffe
van uitsluiting, waartoe immers ten allen tijde het
echt bestaat moeten verbinden, slechts een alge
meen verslag te maken, enkel het zakelijke vermeldend
in den geest van een sectie-verslag, zoodat dus elke
naamsvermelding of persoonsaanduiding achterwege
blijft; de laatsten zouden met hetgeen ze hoorden en
kel hun voordeel mogen doen bij de bespreking van
hetgeen in openbare zitting geschiedt. Mocht er be
zwaar bestaan, dat allen, die aan de perstafel zitten,
werden toegelaten, mocht men bijv. terwille van de
controle en ter voorkoming van misbruik er de voor
keur aan geven slechts één journalist binnen te laten,
dan zou ook dit geen beletsel zijn, mits deze gehouden
werd aan alle bladen hetzelfde verslag te leveren en
hij geen enkel blad mocht bevoorrechten.
Wij gelooven, dat op deze'wijze de intimiteit dezer
niet-openbare vergaderingen en dezulken hebben
wij natuurlijk alleen op het oog ongeschonden zou
blijven en dat alle ingezetenen, die belang stellen in
gemeentezaken en 's Raads handelingen, er van zouden
profiteeren.
Hoe wij ons een dergelijk verslag voorstellen, willen
wij duidelijk maken door het volgende voorbeeld,
waarin het verhandelde van de vóórvergadering van
Woensdag is weergegeven.
Bij de bespreking van het tarief voor de levering
van den electrischen stroom betoogde de adviseur in
de eerste plaats, dat het hem wenschelijk voorkwam
de eerste 600 verbruiksuren per jaar, waarvoor voor
verlichtingsdoeleinden, hijschinrichtingen en alle hui
selijk gebruik 20 ets. per eenheid wordt betaald, terug
te brengen tot 520, opdat meerderen voordeel van het
goedkoopere tarief van 10 ets. per eenheid zouden
kunnen krijgen. Het was hem namelijk gebleken, dat
de winkeliers over het geheel de gewoonte hebben om
hun verlichting zooveel mogelijk te regelen naar de
drukte op straat, zoodat zij bijv. na negen uur het
licht voor hun etalages aanzienlijk temperen en daar
door niet zoo gauw tot de aanvankelijk vereischte 600
branduren komen.
Hierna bracht een der leden de kwestie van het in
huurkoop Verkrijgbaar stellen van electrische instal
latie voor mingegoeden ter sprake. De adviseur bleek
daarvan geen voorstander te zijn. Hij vreesde vooral
het gevaar van financieele schade, daar de gemeente
niet, zooals een particuliere maatschappij, den aanleg
kan weigeren aan personen, die zij financieel te zwak
acht. Bovendien mocht niet vergeten worden, dat
electriciteit bij gebruik van een dergelijke installatie
duurder zal worden. De Alkmaarsche Winkeliers-
vereenigingen zijn er blijkbaar dan ook dadelijk mee
accoord gegaan, dat van den huurkoop afgezien is.
Door een der leden werd dit laatste betreurd. Dit
lid wees er op, dat de gemeente ook gas levert en in
het gasbedrijf toch ook geen last heeft van wanbeta
Iers. Een ander lid noemde verschillende steden in
het buitenland (Manchester en Crefeld), waar gaska
chels en zelfs heele keukeninrichtingen door de ge
meente in huur worden afgestaan. De adviseur merk
te naar aanleiding hiervan op, dat dit geheel iets an
ders is, wijl groote stukken als fornuizen in geval van
wanbetaling weer kunnen worden weggenomen, terwijl
men bij kosteloozen aanleg van electrische installati
in hot gestelde geval slechts wat buisjes en draadjes
zou overhouden. Ook dient niet te worden vergeten
dat motoren, in huur afgestaan, kunnen worden ge
forceerd. Wat in dit opzicht van de gemeente wordt
gevraagd, zou even goed of beter door particulieren
kunnen worden gedaan. Bovendien werd betoogd, dat
het altijd beter is een dergelijken maatregel te nemen,
wanneer het bedrijf goed en wel aan den gang is, dan
bij den aanvang, waarbij immers de mogelijkheid niet
is uitgesloten, dat men spoedig weer op het besluit
zou moeten terugkomen. Ook werd verklaard, dat bij
invoering van dezen maatregel de gasverbruikers
eveneens aanspraak zouden kunnen doen gelden op
een dergelijke tegemoetkoming.
Tenslotte werd de kwestie van do electrische instal
latie in huurkoop in de aandacht van de commissie
dor gasfabriek aanbevolen.
Men trad voorts in uitvoerige beschouwingen om
trent de verhouding van :het beheer van het electrisch
bedrijf en van dat der gasfabriek. Enkéleledenachtten 1
wel één administratie, .gewenscht, maar zij vonden-het
oeuigszins vreemd, dat de directeur vah de gasfabriek
zou worden benoemd tot directeur van het electrisch
bedrijf. Zij vreesden dat de directeur allicht gepor
teerd zou zijn voor de gasfabriek, welker belangen hij
immers in de eerste plaats moet behartigen, dat hij
teveel zou denken aan de baten, welke de gasfabriek
voor de gemeente afwerpt, hetgeen zou kunnen lijden
tot achterafstelling van het electrisch bedrijf. Ook
werd het weinig rationeel gevonden, dat iemand van
de ontwikkeling van een ingenieur, in wien men im
mers vertrouwen stelt, zou worden geplaatst onder
een directeur^ die op dit gebied natuurlijk zijn min
dere is. Voorts noemde men als een bezwaar tegen een
dergelijke regeling, dat het publiek, hetwelk zich aan
meldt bij den directeur herhaaldelijk door dezen naar
den ingenieur zou moeten worden verwezen, wat tot
noodeloos oponthoud leidt.
Om al deze redenen wenschten meerdere leden aan
den te benoemen ingenieur grootere zelfstandigheid
toe te kennen, de bedrijven administratief te vereeni
gen, maar overigens van elkaar gescheiden te houden.
Tegen de geuite bezwaren werd door den adviseur
allereerst aangevoerd, dat, indien de directeur der
gasfabriek directeur wordt van het electrisch bedrijf,
concurrentie van beide bedrijven uitgesloten is. De
directeur der gasfabriek zal zich stellig zooveel mo
gelijk in het nieuwe bedrijf inwerken en er gaarne toe
medewerken, dat er steeds een goede verstandhouding
tusschen beide titularissen bestaat. Mocht deze rege
ling, welke men voor een proeftijd van een jaar zou
kunnen vaststellen, niet voldoen, dan kan men altijd
nog een scheiding invoeren en dit zou beter gaan, dan
dat men den ingenieur eerst een zelfstandige positie
gaf, welke men hem later wreer zou moeten ontne
men. Bovendien komen de wekelijksche vergaderin
gen van de gascommissie, welke door den directeur
en den ingenieur beiden zouden kunnen worden bijge
woond, aan den gang van zaken in beide bedrijven ten
goede. Voor de éénhoofdige regeling pleit tenslotte
nog, dat samenwerking mogelijk wordt gemaakt, zoo
dat het bijv. dan niet zal kunnen gebeuren, dat een
straat, na pas voor de gasleiding te zijn opgebroken,
den volgenden dag voor de electrische leiding op
nieuw moet worden opgebroken. Tegen dit laatste
argument werd aangevoerd, dat het opbreken toch
door de afdeeling publieke werken geschiedt, zoodat
men wel niet den eenen dag een straat zou dichtma
ken en den volgenden weer opbreken.
De vrees werd uitgesproken, dat de directeur der
gasfabriek in de opdracht tot meerdere werkzaamhe
den eep aanleiding zou vinden, om salarisverhooging
te vragen. Naar aanleiding hiervan werd verklaard,
dat een verhooging van salaris van een gedeelte van
personeel van het gasfabriek bereids voorgenomen is.
Dit voornemen bleek niet aller goedkeuring te kun
uen wegdragen. Enkele leden meenden, dat het geen
aanbeveling verdient, te beginnen met den directeur
een salarisverhooging te geven. Zij vonden dat de
omvang der meerdere werkzaamheden eerst moest
kunnen worden beoordeeld voordat men tot tracte
mentsherziening overging. Daartegenover werd op
gemerkt dat het onbillijk zou zijn, geen salarisverhoo
ging te geven in den tijd, waarin van de werkzaam
heid van den directeur het meest wordt gevergd, Bo
vendien meende men dat een salarisverhooging voor
den directeur een motief te meer zou zijn gelegen, om
naar een goede verstandhouding met den ingenieur te
streven. Hierop werd nader geantwoord, dat de
meerdere belooning dan ook niet het karakter van sa
larisverhooging mocht dragen, doch een persoonlijke
toelage diende te zijn. Een lid gaf in ernstige over
weging voorshands van do voorgenomen tractements-
herziening af te zien.
In verband met den duur van het contract zij ten
slotte vermeld, dat de adviseur van meening was, dat
de gemeente over 10 jaar, mede in verband met de
rijkswetgeving, wel niet tot de oprichting van e
eigen centrale zou kunnen overgaan.
De lezer zal ons toegeven, dat hetgeen in de voor
vergadering behandeld is, van veel meer belang mag
worden geacht dan wat er in de openbare zitting is
geschied.
De voorzitter deelde mede, dat na de voorafgaande
bespreking door het gemeentebestuur een kleine wij
ziging in het tarief werd voorgesteld meer niet.
Thans wordt opgehelderd op welken grond tot
die wijziging is besloten. Het bovenstaande résumé
geeft voorts verschillende argumenten en tegen-ar
gumenten ten opzichte van punten, die eerlang in
den Raad ter sprake zullen komen. Natuurlijk mag
niet worden verwacht, dat alles wat Woensdag is be
sproken, zal wordenherkauwd. Op deze wijze
lijdt dus de openbare behandeling van de openbare
zaak, met de gevolgen, welke wij hierboven schetsten
En bezwaren tegen den door ons aangeprezen maat
regel bestaan er niet, kunnen er feitelijk reeds hier
om niet bestaan wijl immers ieder raadslid het recht
heeft van het gesprokene mededeeling te doen zooveel
en zoo vaak hij wil, het gesprokene in de openbare
vergadering kan herhalen, indien hem dit lust. En
dan hebben we tenslotte nog een krachtig argument
dat voor den maatregel pleit. Zooals hot nu gaat
heeft het deskundige advies slechts oogenblikkelijke
waarde. Over eenigen tijd, over enkele jaren, zal
men zich op de woorden van den adviseur niet meer
kunnen beroepen, omdat men zich niet meer precies
zal herinneren, wat er in die niet gerelateerde verga
dering gezegd is. Wordt er echter een verslag ge
maakt, dan is het gesprokene vastgenageld, dan heb
ben de raadsleden dus ook zij, die in de toekoms
zullen worden gekozen een bron, waaTuit ten allen
tijde kan worden geput. Om al deze redenen hopen
■wij dat de door ons gedachte regeling eens in overwe
ging zal worden genomen en dat die overweging mo
ge leiden tot het nemen van een proef.
En nu zouden we nog over de openbare raadsverga
doring moeten spreken, moeten schrijven over het
adres van een Amsterdamsche organisatie, welke te
Alkiftaar eon verordening op 't werken op en de w
keisluiting op den Zondag wenscht, terwijl geen der
Alkmaarsche vereenigingen tot dusverre behoefte ge
voolde om onzen Raad iets dergelijks te vragen, over
de benoeming, van een electro-teehnisch ingenieur,
waarbij het feit, dat de eerstaanbevolene ingenieur
der stroomleverantie-maatschappij was wel niet
vreemd zal zijn, over de benoeming van een directeur
der gemeentelijke normuallessen, waarbij het -tenslot
te toch nog „reg kom" is, over het succes dat de mid-
denstandsvereenigingen en met name de heeren Pels
en Cloeck, met hun actie inzake het electriciteitsta-
rief hebben behaald, over de strubbeling tusschen het
gemeentebestuur en het bestuur der Huishoud- en
Industrieschool, welke een ditmaal in den Haag ge
smede schakel Mi den keten is
Maar wij hebben heusch den moed niet nog langer
beslag te leggen op de aandacht van den lezer, die dit
relaas tot het einde heeft gevolgd!
TWEEDE KAMER.
De beraadslaging over de Ziektewet werd gisteren
hervat bij art. 38 (vervallen van de aanspraak op zie
kengeld) en art. 39 (gevallen, waarin uitkeering kan
worden geweigerd) met de daarop ingediende amen-
dementen-Patijn, Aalberse en Duys.
Verschillende opmerkingen beantwoordende, zei
inister T a 1 m a, dat hét'met de controle ten plat-
tenlande wel gaan zal. Hij ontkende voor de dokters
uit den weg te zijn gegaan. De geneeskundige behan
deling is z. i. geen arbeiderszaak, doch een zaak van
de geheele minvermogende bevolking, waarvoor de re
geering werkzaam is.
De minister verdedigde daarna art. 39d en art. 38
en bestreed de amendemenién-Patijn.
Het amendement-Duys werd verworpen met 37 te
gen 20 stemmen; en het amendement-Aalberse even
eens verworpen met 33 tegen 24 stemmen.
Het amendement-Patijn op art. 39 was hiermede
vervallen en de artt. 38 en 39 werden z. h. 8. aangeno-
m.
Nadat de heer Schaper (S. D. A. P.) om spoed-
behandeling van het wetsvoorstel-Vliegen c.s. tot rui
mere openstelling van de stembus gevraagd had, werd
de behandeling van de ziekteverzekering hervat bij
art. 40 (aanspraak op ziekengeld na einde der verze
kering), dat z. h. s. werd aangenomen.
Bij art. 44 (aansprakelijkheid van het rijk voor de
itkeering) betoogde de heer T r e u b (V.-D.), dat
het art. slechts in schijn de belangen der bijzondere
kassen dient.
De minister zeide dat al beperkt men de aan
sprakelijkheid tot de openbare kassen, die aansprake
lijkheid voor de bijzondere kassen toch weer terug
keert bij art. 77g.
Na re- en dupliek werd het artikel z. h. s. aangeno
men.
Aan de orde waren daarna de artt. 46 (vaststelling
en openbaarmaking van de premiën) en 47 (regeling
voor de vaststelling der premie).
De heer Duys (S. D. A. P.) lichtte verschillen
de amendementen toe. Zoo om bij de bepaling van de
premie het bedrijfsrisico te leggen op de werkgevers.
Spr. wilde de gevaren-classificatie in de wet. Zijn
tweëdo amendement strekte om de premies te doen
vaststellen door den Raad van Arbeid en niet door
de Kroon. Een derde amendement wil de Kroon de
bevoegdheid geven een gevaren-klassificatie vast te
stellen voor het geheele rijk.
De minister bestreed de amendementen.
I)e heer Duys trok het tweede en derde amen
dement in. Het eerste amendement verwierf 45 stem
men tegen en 5 voor, zopdat de vergadering onvoltal
lig bleek en verdaagd werd tot Dinsdagmorgen 11 uur.
Uenir-ngd nteuwi.
OPLICHTERSTRUCS.
Ter waarschuwing van reizigers en speciaal van hen
wier familieleden in ver afgelegen landen wonen,
deelt een lezer het volgende aan het Hbld. mede:
Een hoer uit Java, wiens familie tijdelijk in Zwit
serland verblijf houdt, ontving uit Pontresina een
telegram, z.g. van zijn vrouw, hem verzoekende haar,
aangezien zij haar geld verloren had, telegrafisch
500 te doen toekomen, hetgeen hij onmiddellijk
deed. Uit haar brieven bleek hem echter later, dat
zij nooit in Pontresina verblijf had gehouden, dus
ook het telegram niet verzonden had.
Nader onderzoek bracht aan het licht, dat een op-
liehtster het telegram met den naam zijner vrouw, die
zij in een der Zwitsersehe plaatsen had leeren kennen,
onderteekend en verzonden had, om op deze manier
aan geld te komen. En dit gelukte haar volkomen.
UIT SCIIERMERHORN.
De Vereeniging tot Exploitatie van een Groenten-
proeftuin, welke over 1912 geen Rukssubsidie heeft
genoten, heeft aan hare aandeelhouders over genoemd
jaar een dividend uitgekeerd groot 28
UIT NIEUWE-NIEDORP.
In de plaats van den heer Jn. v. d. Oord, die ver
trekt naar Alkmaar, is tot directeur van de coöpera
tieve kaasfabriek „de Moerbeek" alhier, benoemd de
heer I). Appel, aldaar.
UIT IIENSBROEK.
1 it de veertien sollicitanten voor de betrekking van
kaasmaker aan de zuivelfabriek alhier is door het be
stuur thans het volgende drietal opgemaaktW. Los
te Alkmaar, K. Pijper te Oudendijk en W. de Groot
te Opmeer.
UIT KOEDIJK.
Men verzoekt ons het volgende alsnog op te nemen:
De alhier gevestigde sociëteit heeft haar laatste
vergadering in dit seizoen met dames-en introducee's
rehouden. Deze bijeenkomst droeg een eenigszius
feestelijk karakter. De heer C. Groot uit Zuid-Schar-
uoude vermaakte de aanwezigen op uitstekende wijze
met verschillende voordrachten. Het uitbundig ap
plaus na elk stukje bewees, hoe genoemde heer zjjn
publiek wist te amuseeren. Hetzelfde kan gezegd
worden van den pianist, den heer Kist, die bet bewijs
leverde, dat ook het muzikale gedeelte in zeer goede
handen was. Voor verdere afwisseling zorgden de
aanwezigen zelf, door gecostumeerd of gegrimeerd
zang en voordrachten ten beste te geven.
Kortom, het was een gezellige avondEerst na
het middernachtelijk uur zocht ie>der zijn woning wc
d»r op.