DAGBLAD VOOR ALKMAAR EN OMSTREKEN. I No. 103 Honderd en vijftiende Jaargang. 1913 DINSDAG 6 MEI. FEUILLETON. ERFELIJK BELUST, Jacht en Visscherij. V i I BINNENLAND. ALKMAARSCHE COURANT De BURGEMEESTER der gemeente ALKMAAR brengt ter algemeene kennis, dat ter secretarie ver krijgbaar zijn blanco-verzoekschriften ter verkrijging van jacht- en vischakten en van buitengewone mach tigingen tot het schieten van schadelijk gedierte. Vreemdelingen, die hier te lande geen vaste woon plaats hebben, lyinnen slechts dan jachtakten beko men, wanneer bij het onderteekend verzoekschrift wordt overgelegd het photografisch portret van den aanvrager. De Burgemeester voornoemd, G. RIPPING. KEKiri§« EVIN G. Het HOOFD van het Plaatselijk Bestuur te AT/K- MAAR brengt, op grond van artikel 1 der Wet van 22 Mei 1845 (Staatsblad No. 22) ter kennis der inge zetenen, dat bij hem ingekomen en aan den ontvan ger der Rijks directe belastingen binnen deze gemeente ter invordering zijn overgegeven: de kohieren der Personeele belasting Nos. 6, 8 en 10, voor het dienstjaar 1913, executoir verklaard door den Directeur der directe belastingen in Noordholland te Amsterdam den 2 Mei 1913 j dat ieder verplicht is zijn aanslag, op den bij de Wet bepaalden voet, te voldoen en dat heden ingaat de termijn van zes weken binnen welken daartegen bezwaarschriften kunnen worden ingediend. Alkmaar, den 3en Mei 1913. Het Hoofd van het Plaatselijk Bestuur voornoemd, G. RIPPING. HINDERWET. BURGEMEESTER en WETHOUDERS van ALK MAAR brengen ter algemeene kennis, dat heden op de gemeente-secretarie ter visie is gelegd het aan hen ingediende verzoek met bijlagen van J. F. JANSEN aldaar, om vergunning tot het oprichten van een be waarplaats voor beenderen in de bestaande lompen bergplaats in het perceel Groot Nieuwland Wijk D No. 80. Bezwaren tegen deze oprichting kunnen worden in- ^ediend ten raadhuize dezer gemeente, mondeling op MAANDAG 19 MEI e.k., 's-voormiddags te elf uur en schriftelijk vóór of op dien tijd. Gedurende drie dagen vóór gemelden dag kan dte verzoeker en hij die bezwaren heeft ingebracht, op de secretarie dezer ge meente van de terzake ingekomen schrifturen kennis neibeji. Alkmaar, 5 Mei 1918. Burgemeester en Wethouders voornoemd, G. RIPPING, Voorzitter. DONATH, Secretaris. Terwijl Zaterdagavond de Nordd. Allg.' Ztg. nog schreef: „Alles wijst erop, dat Montenegro niet zal toegeven en een militafre actie van Oostenrijk en Italië voor de deur staat," is Montenegro dan toch gezwicht voor den druk van Europa en heeft het verklaard het lot van Skoetari in handen der mo gendheden te leggen. Vasthoudende aan de beginse len door het recht, voortgesproten uit de historie en de overwinning, heeft de koning tenslotte het lot van Skoetari aan de beslissing van Europa overgela ten, hetgeen wil zeggen, dat hij de met zooveel opof fering genomen stad heeft prijsgegeven. Zooals wij gisteren reeds schreven, komt thans de kwestie van Albanië aan de orde, die zich ook al weer dreigend aandient. Ja, we zouden haast zeggen, dat de situatie op den Balkan er in de laatste twee etma len nog ernstiger is gaan uitzien, ondanks Skoetari. Oostenrijk en Italië hebben den toestand in Albanië plotseling hoog opgenomen, zij hebben er moord, roof en plundering en wat niet meer ontdekt. En nu weet men wat dit beteekent men denkc maar eens aan de „anarchie in Marokko," die de aanleiding werd voor do ïransche expeditie en de Fransche verovering tot bedoeld gevolg had. Welnu Oostenrijk en Italië staan klaar voor een expeditie naar Albanië, ten doel hebbende, de orde in die streek te herstellen, de zelf standigheid van een Albaneesch rijk te verzekeren. Het is waar, de conferentie van de mogendheden te Londen heeft reeds in December de Albaneesche kwes- tie opgelost. Maar nu vallen de maskers afItalië en Oostenrijk maken dat ze er bij komen en zullen trachten het zich aangenaam te maken, het. eerste rijk in Walona en Elbassan, het tweede in Skoetari en Durazzo. Zij volgen liet Engelsch-Russisch voorbeeld van Perzië. Toch niet geheel. Immers die beide rij ken waren het geheel eens en handelden in vriend schap. Met Oostenrijk en Italië staat liet evenwel anders. Italië is voor Oostenrijk slechts de niet gewenschte reismakker. „Men doet te Weenen, zegt de heer Theodor Wolff in het Tageblatt, alsof men Italië heeft bewogen tot interventie in Albanië en er verrukt over is, dat Ita lië bereid blijkt den last van de verantwoordelijkheid voor deze onderneming te deelen. .Geloove dat, wie wil. Het is veel waarschijnlijker, dat de Italiaansche regeering Oostenrijk het verlan gen te kennen heeft gegeven, aan de expeditie deel te nemen. „Ziet Oostenrijk niet in, dat zijn vloot in de Adri- atische Zee zal zijn opgesloten, als Italië te Walona zich nestelt? „Het is zeer betwijfelaehtig, dat het samenwonen van Oostenrijk en Italië in Albanië tot de eensge zindheid der mogendheden van het Drievoudig Ver bond zal bijdragen." En in den brief uit Rome van lTndépendance van hedenochtend staat o.mT geschreven: Oostenrijk heeft in het geheim aan het kabinet te Rome laten weten, dat het, om voorgoed de diaboli sche politiek van koning Nikita onschadelijk te ma ken en in de geboorte het koningsschap van Essad pasja te dooden, was besloten een deel van noordelijk Albanië te bezetten, waarop de Italiaansche minister van buitenlandsche zaken heeft geantwoord, dat Ita lië in dat geval midden-Albanië zou bezetten en voor al Walona. ,Er is dus geen sprake van een overeenkomst of S een gezamenlijke verdeeling. „Het geldt hier een erfenisjacht onder familiele- j den, waarbij de een naar een deel grijpt, ten koste van den ander." t Zal Europa dit alles toestaan? Europa heeft den Balkanoorlog niet gewild hij is toch gekomen. Europa heeft den onveranderden toestand in den Balkan uitgeroepen Turkije is uitelkaar gevallen, i En Europa heeft ook beloofd, dat geen zijner mo- - gendheden voordeel zou trekken uit dezen Balkanoor- - log, dit zou het hooge beginsel zijn, waardoor de vre- I de gehandhaafd kon blijven. Thans zien we Italië en Oostenrijk zich gereed ma- ken om ook dit standpunt te niet te doen. Zullen zij j onbelemmerd hun gang kunnen gaan? En wat zal? Rusland doen als het zoo Ottomaansch grondgebied 1 ziet inpalmen? Waarlijk, met de Skoetari-beslissing moge er een S gewichtige kwestie zijn opgelost, de politieke horizont is er weinig door verhelderd en de grauwe onweers- wolken blijven zich samenpakken boven den Balkan. De Prins verlaat Vrijdag wear de residentie ten einde rechtstreeks naar Ober Ursel terug te keeren. Oetnengd nieuws. VRIJDENKERS. Op initiatief van de vereeniging De Dageraad en onder hare leiding zijn Zondag verscheidene afge vaardigden van vrijdenkersvereenigingen in den lande te Amsterdam bijeengekomen om de mogelijkheid van nauwere aaneensluiting te overwegen. Vertegenwoor digd was ook de afd. Alkmaar. Algemeen bleek de wensch te bestaan alle vrijden kers in Nederland in één organisatie te vereenigen. Daar de geschiedenis evenwel heeft uitgewezen, dat de bondsvorm niet 'de meest geschikte is, om de verschil lende stroomingen met behoud van gemeenschappelij ke actie, vrije beweging te verzekeren, werd de fede ratieve vorm aanbevolen en door de vergadering aan vaard. Met overgroote meerderheid vereenigde men zich met de volgende motie: Het congres verklaart in te stemmen met de fede ratie-idee en noodigt de vereeniging De Dageraad uit, de noodige stappen te doen ten einde die idee tot ver wezenlijking te brengen. ILET NEDERL. ROODE KRUIS EN DE BAD KANOORLOG. Aan een brief van den 25sten April uit Tsjorloe, door hot hoofdcomité van het Nederl. Roode Kruis van dr. Sikemeier ontvangen, is het volgende ont leend Eenige dagen geleden viel onze ambulance de eer ten deel bezocht te worden door de koningin van B.ul- garije. Hare Majesteit, gekleed in het eenvoudige kostuum van de Bulgaarsche Roode Kruis-verpleeg- stors, vertoefde geruimen tijd in ons midden, sprak een vriendelijk woord tot alle patiënten. De innemen de wijze, waarop zij zich in het bijzonder met de zwaar gewonden onderhield en ons haar leedwezen betuigde over het. overlijden van den verpleger Braam, maakte op allen een hoogst sympathieken indruk. In de operatie-kamer toonde de operatie-zuster o.a. eenige snelverbanden van Utermcihlen, welke door de hooge bezoekster, die blijken gaf op dit gebied volko men op de hoogte te zijn, als uiterst practisch werden gewaardeerd. Do koningin wenschte eenige exempla ren van dat verband mede te nemen. k Herhaaldelijk sprak Hare Majesteit hare bewonde ring uit over de doelmatige en volledige uitrusting van ons hospitaal. Besloten werd een adres te zenden aan den minister van landbouw, nijverheid en handel, waarin erop ge wezen wordt, dat door de regeering merken worden vastgesteld, welke uitsluitend bestemd zijn om door of vanwege aangeslotenen bij een onder rijkstoezicht staand kanscontrole-station te worden aangebracht op de door of vanwege die aangeslotenen bereide kaas. an deze bevoegdheid is tot dusverre door den mi nister nog geen gebruik gemaakt; doch de kaaskwestie heeft inmiddels zoowel hier te lande als in het buiten land meer en meer de aandacht getrokken. In Fries land zijn maatregelen in voorbereiding welke wellicht binnenkort tot uitvoering zullen komen, waarbij voor do verschillende soorten kaas, bereid uit volle melk of uit meer of minder ontroomde melk, naar gelang van het vetgehalte in de droge stof, vier verschillende merken beschikbaar zullen worden gesteld ten ge- bruiko van do aangeslotenen bij het kaas-controle-sta tion te Leeuwarden. Hierbij is o.a. voor de volvette kans een minimum-vetgelmlte in de droge stof van 45 procent vastgesteld. Bepleit wordt, zoo spoedig mogelijk een rijksmerk beschikbaar te stellen voor volvette kaas, bevattende minimum 45 pet. volvette. OUDE RECHTEN BESTREDEN. Op 1 Februari ging de pacht van het Veer over de Eendracht te Fholen over in handen van een ander en al spoedig liep het gerucht, dat de oude pachter zelf een veerdienst zou instellen aldus schrijft het Hbld. Er werd een vervoermiddel gemaakt en in de afgeloo- pen week zijn werkelijk pogingen aangewend tot het overzetten, wal aanleiding gaf tot heel wat drukte. Er zijn processen-verbaal opgemaakt, en daar hier sprake is van oude rechten, dateerende uit de dagen van Philips van Bourgondië zou men trouwens reeds vele malen zijn voorheen processen gevoerd tus- schen Tholen en Bergen op Zoom over dit veerrecht hier weer wel eens te doen krijgen met een zaakje, waarvan het muisje een aardig staartje kan hebben. f VERPLEGER BRAAM. Enkele onderofficieren hadden zich tot een commis sie gevormd met het voornemen, aan alle oud- en ac- tiefdienende onderofficieren van het Nederlandscho leger een verzoek te richten tot het verleenen van fi- nancieelen steun, waardoor overbrenging van het stof felijk overschot van den sergeant-ziekenverpleger W. P. Braam uit Tsjorloe mogelijk zou kunnen worden. De plannen van deze commissie werden krachtig ge steund door kolonel Weber, adjud. in buitengewonen dienst van H. M. de Koningin, commandant der bri gade grenadiers en jagers, en ook het hoofdcomité van het Roode Kruis had de grootst mogelijke medewer king toegezegd en voor zooveel noodig reeds dadelijk verleend. Van dr. Sikemeier werd echter telegrafisch bericht ontvangen, dat zeer overwegende bezwaren zich tot deze overbrenging verzetten, waarna bedoelde commis sie werd ontbonden. Z. K. H. DE PRINS. Z. K. H. de Prins zal morgenavond uit Duitschland in de residentie komen tot het presideeren, den vol genden dag, van de algemeene vergadering van het Roode Kruis en het bijwonen van den liefdadigheids avond. Roman van KXARA EtOFBR. 26) Een vreeselijk vermoeden kwam bij hem op. Bijna ruw maakte hy zich los. „Je zult spreken!" Dat klonk hard en kort. Haar trots kwam boven. „Je zult me niet dwin gen. Zij werd dadelijk weer zaoht: „Ter wille van je zelf77 Hy stond voor haar, tegen het hoog opge^hovM raam van de veranda. De struiken achter hem tee kenden zich in scherpe zwarte omtrekken tegen den zilveren hemel af zooals dat licht teekende geen schilder uit den tuin steeg een reuk van vochtio-o aarde op. En vooral dat witte, tooverachtige licht" zat in den witten rieten stoel, met haar handen op de zijleuningen. Heur haar glanzend tegen do groene bladplanten op den achtergrond, haar gelaat wit in den maneschijn. Hij zei langzaam: „Wat bedoel je met die woor den? U aarom wil je mij ontzien? Ik ben een man." Haar oogen waren donker van opwinding. Zij keek hom angstig aan. „Vraag mij niet Hij vroeg echter weer: „Het. betreft mijn familie?" Zy wendde zich af. Hij boog zich over haar heen, zijn mond op haar wang: „Weet. je alles? De jonge vrouw had een gevoel, alsof zij een slag kreeg. Zy keerde zich om en boog zich ver achter- över: „Je hebt het geweten?!" Hij hield haar in zijn armen vast, „Ik weet het a tang, het heeft mijn jeugd vergiftigd. En plotseling voalde hij, dat haar lenig lichaam zich loswrong, hem met ongekende kracht van zich stiet als iets vreemds, iets afschuwwekkends. Hij hield haar handen vast, „Antoinette!" Haar oogen brandden. Zij siste hem door haar tan den toe, in afgebroken toonlooze woorden en toch mot al de kracht van den hartstocht„Als je een man van eer bent, laat je mij los!" Zijn gezicht werd als versteend. Hij liet haar los. Zij stond op. „Dat kom ik nooit te boven! Nooit! Je hebt het geweten nu is het uit Hij bleef stom. Hij kon zich in haar toestand ver plaatsen, want hij herinnerde zich, hoe het hem inder tijd had getroffen. Ook hij had geraasd, was in op stand gekomen, hoe vele jaren had hij niet noodig ge had om te leeren vergeten. Zij ging voort: „Ik heb het gehoord meedoo- genioos is het mij verteld. Ik heb het aanvaard. Dat was hooger macht. Jij waart er onschuldig aan. Ik was er slechts op bedacht-, dat jij het nooit zoudt te weten komen, ik wilde je onkundig laten van al het vreeselijke. En jij hebt het geweten, hebt mij bedrogen in mijn eerste recht als vrouw; je hebt de vlekkeloosheid van de familie geschonden, die ik met J jou moest voortzetten, wTaarvoor ik mijn leven, mijn estaan in de waagschaal stel als een roover ben je msebroken mijn kinderen zijn. Zij kon het niet uitspreken. Zij werd onrechtvaar dig kende geen maat in haar ontzetting. Haar ge- heele natuur kwam in opstand. Hij had in het volle evustzyn van het verleden haar getrouwd, haar ge dwongen, hem de kinderen te schenken, half van ge zond, met strengheid zuiver gehouden bloed, half van het schuim der menschheid, van misdadigers en eer- ioozen een vreeselijk mengsel, de hoogere natuur van het eene deel onderworpen aan de omlaag trek kende macht van het andere. zij was niet redelijk meer, met logisch, vergat alle billijkheid. Sleeks de verontwaardigde stem va* het oude. rein gehouden BESTRIJDING VAN KNOEIERIJEN IN DEN BOTER- EN KAASHANDEL. De vereeniging tot bestrijding van knoeierijen in den boter- en kaashandel heeft gisteren te Amsterdam haar jaarlijksche algemeene vergadering gehouden on- der leiding van den lieer F. Middelbeek. Het aantal leden was op 1 Januari 1913 afgenomen van 225 tot 211. De ontvangsten bedroegen in 1912 349.47, de uit gaven 394.09V2, zoodat er een nadeelig saldo was van 44.62V2. De periodiek aftredende bestuursleden, de heeren dr. G. T. O. Schey, II. B. Hijlkema en W. Heusdens, werden herkozen. In de plaats van den heer O. II. Ilummelinck, die bedankt heeft, werd in het bestuur gekozen de heer J. M. Hummelinck, te Vlaardingen. UIT HOORN. Hoorn is gistermorgen gewekt door 20 kanonscho ten van de kanonneerbooten Hefring en Wodan, door klokgelui en door de reveille, die door drie muziek korpsen op verschillende plaatsen in do stad werd ge blazen. Met den trein van 10 u. 44 min. kwamen do autoriteiten, die per rijtuig naar het Houten Hoofd werden geleid, waar de plechtigheid van de opening van de Vluchthaven plaats had. Onder meer waren aanwezig minister Talma, de com missaris der Koningin in Noord-Holland, de heer mr. dr. W. F. van Leeuwen, het Kamerlid De Jong, mr. Smeenge, de heer Zimmerman, oud-burgemeester van Hoorn, de heer Winkel, burgemeester van Medemblik, de commandanten van de Hefring en de Wodan, le den van het eere-comité, van Ged. Staten, de hoofden van rijks- en prov. waterstaat Het eerst werd het woord gevoerd door den burge meester van Hoorn, die in 't bijzonder minister Tal- ma welkom heette, daarbij de verzekering gevende, dat het gemeentebestuur het op zeer hoogen prijs stelt dat Z.Exc., nu zijn ambtgenoot van waterstaat de ope ningsplechtigheid niet kon bijwonen, zich bereid had verklaard hier tegenwoordig te zijn. Vervolgens ging spreker in een uitvoerige rede de totstandkoming van de haven na. Hierna kreeg minister Talma het woord. Het was hem aangenaam, nu de minister van waterstaat ver hinderd was de opening te verrichton, in diens plaats te komen. Do aandrang om tot de totstandkoming van dit werk te geraken, is niet uit technische krin gen gekomen, maar uit de kringen van koophandel, nijverheid en visscherij. Hulde bracht spreker aan het gemeentebestuur, dat ondanks de groote moeilijk heden de totstandkoming heeft weten te bewerken. Hij hoopte, dat het werk zal bijdragen tot den bloei van Hoorn. Na_ de rede van den minister begaven de autoritei ten zich aan boord van de booten, waarna de eerste boot, waarop minister Talma was, het touw voor de ha ven gespannen, doorvoer. Tegelijkerheid werden er 25 vlaggen in top gehe- schen en maakten de Hefring en Wodan met kanon gebulder de opening aan het zeer talrijke publiek be kend. Hierna werd de revue gehouden. Zeer vele vis- bloed liet zich hooren. En die overstemde alles, alles. Hij was doodsbleek. Wat bracht dit uur aan 't licht-Antoinette", zei hij met inspanning. „Je weet niet, wat je zegt, Je bent buiten je zelf. Als ik dat niet bedacht Maar het scheen alsof alle goede geesten haar had den verlaten. Zwijgend ging zij hem voorbij naar de deur. In hem ontwaakte het mannelijk gevoel van den meester. „Jij blijft hier." Hij drukte haar in een stoel. „Je luistert nu naar hetgeen i'k je te zeggen heb. Jij hebt mij dingen gezegd, die geen man ver draagt, Nu laat je m ij spreken." Hare heftigheid bedaarde onder zijn beslistheid. Zij schaamde zich, dat zij zich zoo had laten meeslepen. Maar haar polsen klopten. Hij Ring weer tegen liet raam staan. Zijn ernstige blik omvatte haar gestalte. „Ik heb je altijd in alles het overwicht gelaten, Antoinette. Ik zoek bij jou vrede, rust en vergetelheid. Ik heb je in mijn gedach ten op zulk een hoog voetstuk geplaatst, dat je als een ideaal boven alle vrouwen troonde, heb mij inge beeld, dat je hoog boven mij stondt. Tk heb mij veel ingebeeld Zij maakte een beweging. „Laat mij nu als je blieft spreken. Wat bedoel je eigenlijk met de kinderen? Heb je mijn familie ge trouwd of mij?" Zij keek liem aan. „De familie is de meiisch. Het bloed is in jou en de kinderen." Ilij knikte haar toe. „Je hebt gelijk en ook onge lijk. Ja, het wilde, vurige bloed is in mij. God weet. dat ik het voel. Ik zou immers kalmer kunnen zijn. een gemakkelijker beroep kunnen kiezen, buiten kun nen wonen. Mijn omstandigheden zouden dat toela ten. Dan zou je niet meer te lijden hebben onder hetgeen jij gebrek aan zelfbeheerscking noemt en wat ik als een ziekto erken. Maar ieder heeft zijn gaven. Ik ben met hart en ziel soldaat. Je weet wat juist, dit i beroep aan plichtsgevoel eischt. Jij zult ook weten, wat juist dat mij kost." I Zy zag hem strak aan. J Hij wachtte even. i „Wij zijn menschen, wij hebben onze gebreken. Dan moeten onze vrouwen dat verdragen. Daarvoor om- I geven wij jullie met onze liefde, het bewustzijn, dat je ons heiligste bent. Ons ontziet niemand; maar jullie wordt ontzien, Daarvoor moet» je ons verdragen.... Alles kan overwonnen worden, als jullie ons helpt..." „En dan zeg je: de familie is de mensch. Dat is zoon oppervlakkig gezegde. Familie is materiaal, is metaal: wat de menseh van zichzelf mankt, dat is hij. Men kan het goud van zijn afkomst door het slijk sleuren en men kan uit ellendige stof iets maken, dat blijft en nuttig is. Daarop komt het aan! Alleen daarop „Ln daarop heeft mijn vader het. gewaagd een gezin te stichten Ik heb hem verweten, dat hij hot mij go- zegd had. Maar ik zie nu in, dat hij gelijk heeft ge- had. Dat sterkt het karakter, als er hoeken moeten weggeslepen worden." i „Hij was er nu eenmaal. Hij had het niet voor het i kiezen of hij leven wilde. Gestooten in een wereld vol vijandigheden, geteekend van het uur zijner ge- boorte af. Wat bleef hem anders over, dan den strijd op te nemen: „Moyrir ou parvenir!" En ik weet, dat hij het leven heeft gedwongen, tot aan zijn stervensuur in den dood overwinnaar omdat mijn moeder hem. God zegene haar, geholpen heeft." Zij vouwde de handen. „Moge haar zegen op mijn kinderen rusten. Waarom heeft zij haar loven aan zijn lot opgeofferd?" Hij keek baar met een somberen blik aan. „Omdat zij hem liefgehad heeft." (Wordt vervolgd).

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1913 | | pagina 1