DAGBLAD VOOR ALKMAAR EN OMSTREKEN
No. 105
Honderd m v^ftieude Jaargang»
1013
DONDERDAG
8 MEI.
FEUILLETON.
ERFELIJK BELUST.
BINNENLAND.
ALKMAARSCHE COURANT.
ALKMAAR, 8 Mei.
Men gaf ons een brief ter inzage van een oud-inwo
ner van Heilo, die thans in Californië woont en er
blijkbaar zeer tevreden is. Hij prijst klimaat en na
tuurschoon en zegt nog nimmer berouw te hebben
gehad over hot verlaten van ons land. Zeer uitvoerig
schrijft hij over land dat niet zoover van San Fran
cisco af te koop is, best land, waar men vijf koeien op
de twee bunders winter en zomer door kan houden,
en dat te koop is voor 1700 het bunder al het
geld kan op hypotheek blijven staan, de eerste drie
jaar behoeft geen rente te worden betaald, daarna 0
procent, terwijl de boeren over het geheel 8,5 procent
geven.
,,Je hebt alleen geld noodig om koeien te koopen,
dus iemand met 6000 kan hier geld maken. Mijn
patroon is van plan met Mei a. st. (de brief is ge
schreven in April) naar Holland te gaan, om te zien
eenige jongens met verstand van de melkerij te krij
gen. Er zijn toch heel wat jonge boeren in Holland
met eenig geld, die in Holland met dat huren niets
maken en hier toch werkelijk een fortuin kunnen ma
ken. Ook is hij bereid om een roomboterfabriek te
stichten, wanneer die boeren land zouden koopen en
zij behoeven niet bang te zijn, dat die zaak te niet
gaat, want het is een schatrijk man en eerlijk. Men
kan rekening houden met de groote internationale
tentoonstelling 1915 in San Francisco en als dan het
beroemde Panamakanaal klaar is, zullen de landprij-
zen hooger worden; een ieder zegt, dat het een be
langrijk ding is voor het westen van Amerika wanneer
de Europeesche schepen rechtdoor naar de West kun
nen gaan."
Tot zoover de briefschrijver. In hoeverre zijn raad
goed kan zijn, wagen wij niet te beoordeelen. Mochten
er zijn, die belang in dit onderwerp stellen, dan zou
den .wehun wel in ernstige overweging willen geven
toch vooral uitenterna te informeeren, voordat ze tot
een besluit overgaan.
Wat de schrijver van het Panamakanaal zegt is
stellig waar. Het reuzenwerk, waaraan do mensche-
|ijke energio meer dan dertig jaar heeft gearbeid, dat
éen de Lesseps mislukte, dat door het Noord-Ameri-
kaansche volk met een opoffering van een milliard
gulden is tot stand gebracht, is een werk van zeer ver
rekkende beteekenis. Roosevelts naam zal er aan
verbonden blijvenhij zette het in 1902 door, dat Ame
rika de Fransche concessie kreeg, onder zijn regeering
kwam de onafhankelijke Panama-republiek tot stand,
hij kocht voor 10 millioen dollars de kanaalstreek,
waardoor Amerika over dit kanaal het meest te zeg
gen kreeg.
De waarde van deze „brug voor het wereldverkeer"
ligt natuurlijk in de groote vermindering van den af
stand. Het kanaal maakt den weg van Nieuw-York
naar de Westkust der Vereenigde Staten 8415 zeemij
len, naar de zuidelijke havens 5000 zeemijlen kleiner.
De scheepsverbinding tusschen Nieuw-York en San
Francisco, tusschen de zuidelijke havens Hieuw Orle
ans en Galveston en do Californische metropool zal
van groote beteekenis worden. Zij zal bijv. al dade
lijk de tarieven van het spoor doen verlagen het
is verboden, dat spoorwegmaatschappijen stoombooten
door het Kanaal in exploitatie nemen. Zij zal het
goederenverkeer tusschen de nijvere staten uit het
Oosten en de Weststaten met hun natuurschatten
enorm doen toenemen. En dan de internationale be
teekenis Het Kanaal brengt een groote verminde
ring van afstand in den scheepvaartweg van Nieuw-
York naar Oost-Aziatische en Australische havens,
zoodat Nieuw-York een voorsprong krijgt op de West-
Europeesche havens, hetgeen de Amerikaansche nij
verheid in gunstiger conditie brengt heeft men
wel opgemerkt, welk een vriendelijke houding presi
dent Wilson aanneemt ten opzichte van de republiek
China en hoe men in Amerika aarzelt in te grijpen te
gen de anti-Japansche politiek, welke Californië te
genwoordig voert?
Maar ook de weg van Europa naar de heele West
kust van Alaska tot Chili wordt aanzienlijk verkort,
zoodat de vrachtprijzen zullen dalen. Men kan er dan
ook gerust op rekenen, dat dit Kanaal een groote fac
tor ten goede voor het economische leven zal zijn, wel
ke in hooge mate de welvaart zal bevorderen.
Haar verluidt zal nog dit jaar een Amerikaanseh
oorlógsschip den 46 mijlen langen waterweg van Co-
Ion aan de Atlantische Oceaankust naar Panama
aan den Grooten Oceaan afleggen, terwijl het Kanaal
uiterlijk 1 Januari 1915 voor de scheepvaart zal wor
den opengesteld.
Roman van KT,ARA HOFBR.
27) -o-
Zij was juist bezig het haar voor het morgenkapsel
op te maken, toen er geklopt werd.
„Luitenant Von Sorge zou mevrouw gaarne een
oogenblik spreken."
Zij was verbaasd. „Maar Anna, zoo vroeg! Je hebt
het zeker niet goed begrepen."
De altijd wat bedeesde, langzame stem van het
meisje klonk een oogenblik later weer door de deur:
„De luitenant zegt, dat het iets zeer dringends is."
Zij trok haastig een witte, geborduurde morgenja
pon aan; zoo kon zij naar binnen gaan. Zij deed de
deur open. „Goed, laat den luitenant in het salon.
En kom dan terug en neem Jochen...." Zij nam
het kereltje intusschen op haar schoot.
De voetstappen van het meisje, door den looper ge
dempt, verwijderden zich. Na eenige minuten kwam
zij terug.
De kleine Sorge stond midden in het witte salon.
Zij kwam glimlachend op hem t-oe: „Goeden mor
gen, mijnheer Yon Sorge!" Zij stak hem haar hand
toe, liet die vallen, staarde hem aan.... Het was
alsof er een ijskoude hand op haar hart werd gelegd.
De kleine luitenant grijpt naar een stoel. „Me
vrouw.
Zij schudt half werktuigelijk haar hoofd, terwijl zij
nog in zijn jongensachtig gezicht ziet. Dat is vaal en
heeft een vreemde, ernstige uitdrukking, d« lippen
zijn opeengeklemd, er ligt 'n oude trek om zijn mond.
TWEEDE KAMER.
Aan de orde waren gisteren de wetsontwerpen tot
pensionneering van gemeente-ambtenaren en van hun
weduwen en weezen.
De heer T r e u b (V.-D.) oefende kritiek op de
wijze van behandeling van dit ontwerp, waarover de
gemeenten, die reeds pensioenfondsen hadden, niet
zijn gehoord, en op het gebrek aan inzicht in do wijze,
waarop de lasten zullen drukken.
Het ware z. i. wensclialijk geweest, de fondsen van
de groote gemeenten onder rijksregeling te laten
voortbestaan. Al verdient het premie-stelsel naar
het oordeel van spr. de voorkeur, de bezwaren tegen
het omslag-stelsel achtte hij overdreven. Ged. Staten
oefenen immers toezicht uit.
Spr. veroordeelde het, dat de ontwerpen juist in de
zen tijd worden ingediend, nu verschillende gemeenten
in moeilijkheden verkeerden. Hij betoogde ook, dat
een rijksbijdrage gerechtvaardigd en noodzakelijk is.
Het meest bedenkelijke van de regeling aehtte spr.,
dat men afstand kan doen van de wettelijke regeling.
Spr. verdedigde zijn amendementsn om het rijk
3.200.000 te doen bijdragen en de ambtenaren 6V2
pet. in stede van 13(/2. Hij voorspelde, dat de wet
toch niet zal worden uitgevoerd, en gaf den raad, de
behandeling tot het najaar uit te stellen.
De heer Vliegen (S. D. A. P.) noemde de rege
ling ingewikkeld en onduidelijk, en oefende ook kri
tiek op de wijze van behandeling. Het premiestelsel
werd den gemeenten met ruwe hajid opgelegd.
Spr. zeide, dat het niet aangaat, alleen den gemeen
ten den last voor haar ambtenaren op te leggen. Ook
voor de ambtenaren achtte hij het ontwerp zeer druk
kend. Spr. was bevreesd, dat de gemeenten de pre
mies op haar ambtenaren zullen gaan verhalen. Een
premie-vrij pensioen achtte hij het eenige juiste be
ginsel, dat hij in een amendement heeft neergelegd.
De heer De Meester (U.-L.) wees er op, dat
het kleine deel van den last, dien de regeering op zicth
heeft genomen, slechts bij wijze van renteloos voor
schot aanvaard is. Er had volgens spr. onderscheid
gemaakt moeten worden tusschen de ambtenaren der
gemeentebedrijven en die, welke de gemeente als over
heid vertegenwoordigen, voor de laatsten had de staat
meer moeten doen.
Spr. achtte het verder irrationeel, dat het rijk wel
voor weduwen- en weezenpensioen, maar niet voor
vroegere diensten der ambtenaren de inkoopsom voor
eigen rekening wil nemen. Hij achtte overigens den
finaneieelen toestand van het rijk minder gunstig dau
de heer Treub.
De heer de Geer (C. H.) zeide volkomen dte op
positie van Rotterdam te begrijpen en bestreed den
heer Rutgers, die de houding van 't bestuur van die
gemeente aanviel. Inderdaad bracht het eerste ont
werp voor Rotterdam en andere gemeenten gnoote na-
deelen, waar terecht van geschrokken werd. Spreker
hoopte, dat de minister verder zal gaan cn dat hij het
den gemeenten niet alleen formeel, maar ook pxac-
tisch mogelijk zal maken haar eigen pensioenregeling
te behouden.
De heer Bos (V.-D.) noemde 't een groote fout,
dat er geen overgangsbepalingen zijn, voor den over
gang van het omslagstelsel naar het premiestelsel.
Spr. verklaarde zich voorstander van het premiestel
sel. Ook wees spr. nog op de bezwaren tagen de red-
Zijn uniform is geheel bestoven-
Zij heft haar handen op. „Wat is èr geVeurd? Wat
is.
Het jonge mensch zoekt naar woorden, zijn gezicht
trekt zenuwachtig.
Zij zegt toonloos: „Om 's hemels wil.gauw.
mijn man.
Hij gaat zacht voort; „Schrik niet, mevrouw hij
is van het paard gevallen.
Zij grijpt zijn pols: „Hij is dood
In dezen kreet, aangrijpend in zijn dofheid, klinkt
de met moeite bedwongen wanhoop.
Hij roept haastig: „Neen, neen!"
Hij schuift zijn hand onder haar ellebogen- „Me
vrouw ik smeek u ga toch zitten.
Zij zinkt in de coquettte bonte zijden knseenp van de
empire-sofa. Voor haar oogen staat het als -een vlam-
menschrift: „Hij leeft."
Nog leeft hij, nog.
De jonge man staat voor Kaar. „W5j hatdden im
mers van morgen vroeg om zeven uur een olsfening in
het Breukanerbosch. Het terrein is daar moeilijk.
Maar de ritmeester is tocji een uitstekend rluiter. Hij
bereed Stella."
Zij knikte doodsbleek-,
„De merrie is eert nerveus dier."
„Maar allen zeggen,, dat de ritmeesl5er w best heeft
gereden, geen achfc zijn paard geslagen beeft. Dat
heeft het beest gemerkt. En vlak voor de steengroeve
schrikt het plotseling. Daar lag een afgeschilde
boomstamen opeens gaat het gr als de duivel
van door.... hij trekt de teugels in ■en opeens
staat het op do achterpotenhij1 valt uit den za
del.
Zij leest hem met hgar wijd opengesperde oogen de
woorden van de lippen* Zij kreunt zaqht., De hoef
slag van «en galop£9¥y9md klinkt) vi<n da gtraat.
geling van den inkoop. De gemeenten, die zelf geen
pensioenregeling hebben, zullen veel meer moeten be
talen dan ze kunnen. Aan de ambtenaren zelf zal
men de premie niet kunnen opleggen. Spr. bepleitte
voorts onder de regeling op te nemen lien, die verbon
den zijn bij het vakonderwijs en aan scholen voor
zwakzinnigen. Gaat dit niet, dan vroeg spr. spoedig
met een regeling voor hen te komen.
Minister Heemskerk wees er op, dat het hoo-
ren van de gemeentebesturen over het ontwerp moei
lijkheden opleverde. Aan de overhaaste behandeling
van het ontwerp weet de regeering zich onschuldig.
Do regeering heeft het hare gedaan voor een spoedigs
behandeling, en zij is ook bereid hot overleg voort te
zetten.
Hedenochtend zette de minister zijn rede voort.
In de avond-vergadering stelde de' heer Mer
chant (V.-D.) mede namens een aantal andere le
den een motie voor, waarin de Kamer zou uitspreken,
dat 't concertgeb. te A'dam een zoo geheel eenige plaats
zooveel jaren in de muziekwereld inneemt, dat het ge-
wenscht is, dat alsnog een subsidie van 10.060 worde
verleend. Over deze motie zal Vrijdag worden ge
stemd.
Daarna worden eenige klein© wetsontwerpen behan
deld.
Z. K. H. DE PRINS. I
Z. K. H. de Prins is gisteren, na eene afwezigheid
van bijna drie maanden, te 's-Gravenhago teruggo-
keerd. f' I
Er waren veel mensch en bij aankomst van Z. K. H.
op het perron aan het station der Holl. Spoorweg
Mij. en toen de Prins in eèn open tweespannig_ rijtuig
het Stationsplein verliet, werd er door de menigte op j
het voorplein verzameld, met hoeden en handen druk
gewuifd.
STEMMINGSDAG EN EXAMENS. j
Men vestigt de aandacht van „Het Centrum" op het
feit, dat de examens voor Boekhouden M. O. zijn uit- j
geschreven tegen 17 Junr a.s., den dag der stemming.
Zou het, zoo vraagt men, geen overweging verdie-
nen en in veler belang zijn, een anderen datum te be
palen waarop die examens een aanvang nemen, dan
juist den dag der stemniing?
tiemèngd bIsuwr
LEVENSLANG GEëlSCHT.
Voor het Gerechtshof te 's-Gravenhage is gisteren
beïhandeld de zaak van G. S., landbouwer te Abben-
broek, .door de rechtbank te Rotterdam bij vonnis van
18 Februari 1.1. veroordeeld tot twintig jaar gevange
nisstraf wegens moord, gepleegd in Mei 1912 te Ab-
benbroek op W II. Westerveld, door dezen, na vooral'
opgevat voornemen daartoe, een kop koffie ten ge-
bruike voor te zetten;.en te verstrekken, vermengd met
morphine, welke koffie door genoemden Westerveld
is opgedronken en tengevolge waarvan deze is overle
den.
Van het vonnis der rechtbank waren in hooger be
roep gekomen de beklaagde* en het O. M., dat levens
lange gevangenisstraf had gevorderd.
Het O. M. bij hè-t Gerechtshof eischt# tegen bekl.
levenslange gevangenisstraf.
TE LAGE BEZOLDIGING.
Op de laatst gehouden algemeene vergadering van
Zeeuwsche gemeente-veldwachters is ook uitvoerig
besproken h.e:t .geval betreffende den gemeente-veld-
f wachter van Mel'iskerke (Walcheren), die door zijn
lage jaarwedde genoopt is in zijn vrije uren zijn oud
vak, dat van timmerman, uit te oefenen, en dat her
haalde verzoeken om verbetering in dien toestand tot
heden niet baatten. Zelfs een uiteenzetting aan hoo-
gere autoriteit had tot gevolg, dat er gewezen werd
op art. 136 der Gemeentewet, die den Raad de kooi
den der beurs voor de bezoldiging van de politie-be-
ambten in handen geeft. Zoo'n geval teekent des to
«eer, zegt het Ilbld., omdat in Zeeland reeds meerma
len aangedrongen is door Ged. Staten bij de gemeente
besturen op behoorlijke bezoldiging van de gemeente
veldwachters.
de een breed verhaal).... Ik zeg tegen hèm: Al val
je zóó dood voor me neer, ik zal er geen traan om la
ten. En hij steekt nog naar me en meteen draait-ia
om, en valt voor me neermorsdood 1"
In het zeer verwaarloosde gezin blijft de vrouw iaat,
twaalf kinderen achter.
DE ROODE MAANDAG DER S. D. A. P.
De afdeeling Rotterdam van den Bond van Neder-
landsehe Gemeentewerklieden heeft een adres tot den
Raad van Rotterdam gericht met verzoek aan da
werklieden in dienst der gemeente voor zoover het
met de respectieve diensten is overeen te brengen op
2 Juni verlet of verlof te geven.
B. en W. stellen den Raad voor, dit adres te beant
woorden met de herinnering aan de beslissing door
don Gemeenteraad gedurende tal van jaren genomen
op soortgelijke verzoeken betreffende den 1-Meidag,
bij welke beslissing telkens is geconcludeerd, dat het
aan de directeuren der verschillende dienstvakken ia,
om aan de werklieden die een bepaalden dag als een
der hun toegekende vacantiedagen wenschen te kiezen
daartoe, voor zoover de geregelde gang van den dienst
dit gedoogt, de gelegenheid te geven.
VOLKSZANG.
De heer W. Keereweer, kapelmeester van het mu
ziekkorps der voorin, schutterij, heeft naar aanleiding
van een daartoe door het Comité voor eenheid in de*
Volkszang gedaan verzoek besloten om te beginnen
met hedenavond bij elk der volksconcerten, die des
zomers op de Groote Markt te Delft, gegeven worden,
een tweetal liederen uit den bundel te doen spelen,
die dan door allen moeten worden meegezongen. Allé
kinderen die de openbare school uit het 6e of e©»
hooger leerjaar verlaten, ontvangen van gemeentewe-
j ge den door het comité samengestelden bundel.
EEN ONTROUWE GEVANGENBEWAARDER.
Voor de 5e kamer der Rechtbank te Amsterdam
diende gisteren de strafzaak tegen den gewezen ge
vangenbewaarder 2en rang, Roelof Hendrik Schut,
die, zooals we reeds mededeelden zijn tusschenkomst
als gevangenbewaarder had verleend, om Willem Boe-
re en Hendrik Dekker, die in het Huis van Bewaring
waren opgesloten, in de gelegenheid te stellen brief
wisseling te houden met personen buiten de gevange
nis, evenals zij leden van een wijdvertakte dieven- e*
inbrekersbende, aan wier hoofd de beruchte Willem
Boere stond.
Schut had briefjes overgebracht en mondelinge me-
dedeelingen gedaan omtrent de gevangenen, in wier
cellen hij ook eetwaren en versnaperingen binnen
smokkelde. Hij had daarvoor geld ontvangen en.ee*
rijwiel en ook wel een deel van de versnaperingen.
Het O. M. eischte tegen bekl. 2 jaar gev. str.
ONTZETTEND.
Men schrijft aan de „Rott.":
Bij een huiselijkèn twist in het gezin van den hor
logemaker O. te Hilversum, bleef deze plotseling dood.
De vrouw verhaalde: „We hadden ruzie. (volg-
Door de neergelaten jalouzieën strooit de morgenzon
ikringen op het lichte tapijt.
„Het paard ligt in de steengroeve. Het was een
geluk, dat hij bijtijds uit de stijgbeugels kwam.
fomand trekt aan de bel van de étage. De jonge
luitenant ontstelt. „Goede hemel, ik heb mij toch zoo
gehaast Zij brengen hem al
In de deur verschijnt, vlak achter den oppasser, die
hem aandient, Graaf'Harras, geheel ontdaan. Zijn
rood, gezond, door de zon verbrand gelaat, is vaal
bleek. Hij' buigt zich over haar hand. Zijn flinke
stem beeft. „Mevrouw.
Zij buigt zich naar voren, legt haar beide handen
op zijn bestoKen mouwen en gilt buiten zichzelve:
„Folter mij niet-
Haar hoofd met het zwarte haar zinkt achterover.
Hij ziet 't wit y.an de in wanhoop wijdgeopende oogeu
vlak voor de zijne. Het gaat hem geducht ter harte.
En dan zegt men nog wel, dat zij koel is!
Hij schreeuwt haar in 't oor. De woorden komen
afgebroken, hakkelend over zijn lippen: ,,0'm Gods-
a-il neen! Slechts bewusteloos. Een hersenschud
ding! Anders alles intact. Ik bezweer 11, mevrouw,
kijk toch niet zoo wanhopig. Het is niet hopeloos.
Maar hij moet naar 't ziekenhuis. Op den beganen
grond. Wij kunnen hem niet de trap opdragen.
Zijn hartelijke trouw en kameraadschappelijkheid
doen haar weldadig aan in haar verdriet. Zij grijpt
zijn han<j. „Hij leeft, hij leeft
De dragonder treedt verruimd ademhalend achter
uit. Op zijn voorhoofd staan dikke druppels. Hij
neemt den zakdoek uit den opslag van zijn mouw en
wischt zijn voorhoofd af. Liever de zwaarste exerci
tie. Hij helt om water. En terwijl zij dat aan
haar lippen brengt, trekt hij den jongen luitenant ter
zijde: „Mijn vos staat beneden, Sorge. Hij is geheel
herweet. Een jongen houdt hem vast. Laat h«n
UIT PURMEREND.
Tot lid van het Dag. Bestuur (voorzitter) van den
Overweerschen Polder werd gister herkozen de heer
J. Koning Wz. te Kwadijk en tot Hoofdingeland da
heer J. B. M. Brantjes te Purmerend. Ter vervan
ging van den heer C. Hooyherg Hz. te Purmerend
(niet herkiesbaar) werd gekozen de heer Q. de Ruyter
te Kwadijk.
Op de gisteren gehouden voorjaarspaardenmarkt
werden aangevoerd 185 stuks. Werkpaarden 140 <k
300, slachtpaardsrn 70 160. Handel matig.
UIT BERGEN.
Bij de gister alhier, onder beheer van den architect
J. C. Leijen alhier, door Burgemeester en Wethouders
gehouden aanbesteding van het bouwen van twea
hoogspanningsgebouwen, één in de kom der gemeeuta
en te Bergen aan Zee, werd ingeschreven als
volgt:
O. Nap 2430, A. Bijpost 2388. W. Stroomer
2343. J. Rampen 2080. C. Berkhouwer 2070.
J. IToutcnbos 2021. A. J. Tuinman 1913.
UIT OUDORP.
Bij de gisteren gehouden stemming voor lid van
den gemeenteraad waren uitgebracht op den heer J.
Buren (R. K.) 65 en op den heer J. Klerk (Vrijz.) 68
stemmen, zoodat de heer Klerk verkozen is. Uitge
bracht waren 132 stemmen, waarvan 1 van onwaarde.
naar den stal brengen
De jonge vrouw staat op. JJe brengt mij er toch
heen, Harras?"
„Daarom ben ik hier gekomen."
Zij werpt haar licht zijden mantel over haar mor
genjapon. Het kamermeisje bindt den sluier over
baar tuinhoed. Slechts niemand zien, door niemand
gezien worden.
Met moeite daalt zij aan Harras' arm de trap af.
De zon brandt. De hémel is schitterend blauw. Ieder
een heeft lichte kleeren aan.
Voor de deur staat een bierwagen. De paarden
schudden hun vliegennetten. De koetsier heeft een
bosje jasmijn achter 't oor. Hij neemt zijn muts af.
Overal dat. schelle licht. Zij heeft hoofdpijn. Kleine
kinderen met schooltasschen komen hen tegen.
Verder. Verder. Zij snelt gejaagd voort. ï)e
vroolijkc ritmeester loopt zwijgend naast haar. Hij
kan haar nauwelijks bijhouden. Er komt een rijtuig
yan het station terug. De graaf wenkt. Hij helpt
haar er in. Goddank. Het is donker en koel in het
rijtuig. De oudo paarden komen niet vooruit, Haar
hart klopt alsof zij koorts heeft. Zij moet zich m.et
geweld behcerschen om niet het portier open te ruk
ken en er uit. te springen. misschien is hij reeds
dood. Zij krimpt ineen van angst, O God, slechts
dat niet. Slechts één woord slechts één blik.
Goddank. Zij zijn er. Harras helpt haar bij het
uitstappen. Een oogenblik is zij op het punt, in on
macht te vallen.
Een zuster staat, haar opwachtend, voor de deur.
Zij treedt op hen toe. „Nog niet tot bewustzijn geko
men", zegt zij op den vragenden blik van den graaf.
De jonge vrouw grijpt haar bij den arm. „Maar hij
leeft? Zeg, dat hij leeft.
De diakones knikt. „Ja, mevrouw...." Zij schijnt
nog iets te willen zeggen, maar zwijgt.
(Wordt varvalgd).