DAGBLAD VOOR ALKMAAR EN OMSTREKEN No. 105 Honderd m v^ftieude Jaargang» 1013 DONDERDAG 8 MEI. FEUILLETON. ERFELIJK BELUST. BINNENLAND. ALKMAARSCHE COURANT. ALKMAAR, 8 Mei. Men gaf ons een brief ter inzage van een oud-inwo ner van Heilo, die thans in Californië woont en er blijkbaar zeer tevreden is. Hij prijst klimaat en na tuurschoon en zegt nog nimmer berouw te hebben gehad over hot verlaten van ons land. Zeer uitvoerig schrijft hij over land dat niet zoover van San Fran cisco af te koop is, best land, waar men vijf koeien op de twee bunders winter en zomer door kan houden, en dat te koop is voor 1700 het bunder al het geld kan op hypotheek blijven staan, de eerste drie jaar behoeft geen rente te worden betaald, daarna 0 procent, terwijl de boeren over het geheel 8,5 procent geven. ,,Je hebt alleen geld noodig om koeien te koopen, dus iemand met 6000 kan hier geld maken. Mijn patroon is van plan met Mei a. st. (de brief is ge schreven in April) naar Holland te gaan, om te zien eenige jongens met verstand van de melkerij te krij gen. Er zijn toch heel wat jonge boeren in Holland met eenig geld, die in Holland met dat huren niets maken en hier toch werkelijk een fortuin kunnen ma ken. Ook is hij bereid om een roomboterfabriek te stichten, wanneer die boeren land zouden koopen en zij behoeven niet bang te zijn, dat die zaak te niet gaat, want het is een schatrijk man en eerlijk. Men kan rekening houden met de groote internationale tentoonstelling 1915 in San Francisco en als dan het beroemde Panamakanaal klaar is, zullen de landprij- zen hooger worden; een ieder zegt, dat het een be langrijk ding is voor het westen van Amerika wanneer de Europeesche schepen rechtdoor naar de West kun nen gaan." Tot zoover de briefschrijver. In hoeverre zijn raad goed kan zijn, wagen wij niet te beoordeelen. Mochten er zijn, die belang in dit onderwerp stellen, dan zou den .wehun wel in ernstige overweging willen geven toch vooral uitenterna te informeeren, voordat ze tot een besluit overgaan. Wat de schrijver van het Panamakanaal zegt is stellig waar. Het reuzenwerk, waaraan do mensche- |ijke energio meer dan dertig jaar heeft gearbeid, dat éen de Lesseps mislukte, dat door het Noord-Ameri- kaansche volk met een opoffering van een milliard gulden is tot stand gebracht, is een werk van zeer ver rekkende beteekenis. Roosevelts naam zal er aan verbonden blijvenhij zette het in 1902 door, dat Ame rika de Fransche concessie kreeg, onder zijn regeering kwam de onafhankelijke Panama-republiek tot stand, hij kocht voor 10 millioen dollars de kanaalstreek, waardoor Amerika over dit kanaal het meest te zeg gen kreeg. De waarde van deze „brug voor het wereldverkeer" ligt natuurlijk in de groote vermindering van den af stand. Het kanaal maakt den weg van Nieuw-York naar de Westkust der Vereenigde Staten 8415 zeemij len, naar de zuidelijke havens 5000 zeemijlen kleiner. De scheepsverbinding tusschen Nieuw-York en San Francisco, tusschen de zuidelijke havens Hieuw Orle ans en Galveston en do Californische metropool zal van groote beteekenis worden. Zij zal bijv. al dade lijk de tarieven van het spoor doen verlagen het is verboden, dat spoorwegmaatschappijen stoombooten door het Kanaal in exploitatie nemen. Zij zal het goederenverkeer tusschen de nijvere staten uit het Oosten en de Weststaten met hun natuurschatten enorm doen toenemen. En dan de internationale be teekenis Het Kanaal brengt een groote verminde ring van afstand in den scheepvaartweg van Nieuw- York naar Oost-Aziatische en Australische havens, zoodat Nieuw-York een voorsprong krijgt op de West- Europeesche havens, hetgeen de Amerikaansche nij verheid in gunstiger conditie brengt heeft men wel opgemerkt, welk een vriendelijke houding presi dent Wilson aanneemt ten opzichte van de republiek China en hoe men in Amerika aarzelt in te grijpen te gen de anti-Japansche politiek, welke Californië te genwoordig voert? Maar ook de weg van Europa naar de heele West kust van Alaska tot Chili wordt aanzienlijk verkort, zoodat de vrachtprijzen zullen dalen. Men kan er dan ook gerust op rekenen, dat dit Kanaal een groote fac tor ten goede voor het economische leven zal zijn, wel ke in hooge mate de welvaart zal bevorderen. Haar verluidt zal nog dit jaar een Amerikaanseh oorlógsschip den 46 mijlen langen waterweg van Co- Ion aan de Atlantische Oceaankust naar Panama aan den Grooten Oceaan afleggen, terwijl het Kanaal uiterlijk 1 Januari 1915 voor de scheepvaart zal wor den opengesteld. Roman van KT,ARA HOFBR. 27) -o- Zij was juist bezig het haar voor het morgenkapsel op te maken, toen er geklopt werd. „Luitenant Von Sorge zou mevrouw gaarne een oogenblik spreken." Zij was verbaasd. „Maar Anna, zoo vroeg! Je hebt het zeker niet goed begrepen." De altijd wat bedeesde, langzame stem van het meisje klonk een oogenblik later weer door de deur: „De luitenant zegt, dat het iets zeer dringends is." Zij trok haastig een witte, geborduurde morgenja pon aan; zoo kon zij naar binnen gaan. Zij deed de deur open. „Goed, laat den luitenant in het salon. En kom dan terug en neem Jochen...." Zij nam het kereltje intusschen op haar schoot. De voetstappen van het meisje, door den looper ge dempt, verwijderden zich. Na eenige minuten kwam zij terug. De kleine Sorge stond midden in het witte salon. Zij kwam glimlachend op hem t-oe: „Goeden mor gen, mijnheer Yon Sorge!" Zij stak hem haar hand toe, liet die vallen, staarde hem aan.... Het was alsof er een ijskoude hand op haar hart werd gelegd. De kleine luitenant grijpt naar een stoel. „Me vrouw. Zij schudt half werktuigelijk haar hoofd, terwijl zij nog in zijn jongensachtig gezicht ziet. Dat is vaal en heeft een vreemde, ernstige uitdrukking, d« lippen zijn opeengeklemd, er ligt 'n oude trek om zijn mond. TWEEDE KAMER. Aan de orde waren gisteren de wetsontwerpen tot pensionneering van gemeente-ambtenaren en van hun weduwen en weezen. De heer T r e u b (V.-D.) oefende kritiek op de wijze van behandeling van dit ontwerp, waarover de gemeenten, die reeds pensioenfondsen hadden, niet zijn gehoord, en op het gebrek aan inzicht in do wijze, waarop de lasten zullen drukken. Het ware z. i. wensclialijk geweest, de fondsen van de groote gemeenten onder rijksregeling te laten voortbestaan. Al verdient het premie-stelsel naar het oordeel van spr. de voorkeur, de bezwaren tegen het omslag-stelsel achtte hij overdreven. Ged. Staten oefenen immers toezicht uit. Spr. veroordeelde het, dat de ontwerpen juist in de zen tijd worden ingediend, nu verschillende gemeenten in moeilijkheden verkeerden. Hij betoogde ook, dat een rijksbijdrage gerechtvaardigd en noodzakelijk is. Het meest bedenkelijke van de regeling aehtte spr., dat men afstand kan doen van de wettelijke regeling. Spr. verdedigde zijn amendementsn om het rijk 3.200.000 te doen bijdragen en de ambtenaren 6V2 pet. in stede van 13(/2. Hij voorspelde, dat de wet toch niet zal worden uitgevoerd, en gaf den raad, de behandeling tot het najaar uit te stellen. De heer Vliegen (S. D. A. P.) noemde de rege ling ingewikkeld en onduidelijk, en oefende ook kri tiek op de wijze van behandeling. Het premiestelsel werd den gemeenten met ruwe hajid opgelegd. Spr. zeide, dat het niet aangaat, alleen den gemeen ten den last voor haar ambtenaren op te leggen. Ook voor de ambtenaren achtte hij het ontwerp zeer druk kend. Spr. was bevreesd, dat de gemeenten de pre mies op haar ambtenaren zullen gaan verhalen. Een premie-vrij pensioen achtte hij het eenige juiste be ginsel, dat hij in een amendement heeft neergelegd. De heer De Meester (U.-L.) wees er op, dat het kleine deel van den last, dien de regeering op zicth heeft genomen, slechts bij wijze van renteloos voor schot aanvaard is. Er had volgens spr. onderscheid gemaakt moeten worden tusschen de ambtenaren der gemeentebedrijven en die, welke de gemeente als over heid vertegenwoordigen, voor de laatsten had de staat meer moeten doen. Spr. achtte het verder irrationeel, dat het rijk wel voor weduwen- en weezenpensioen, maar niet voor vroegere diensten der ambtenaren de inkoopsom voor eigen rekening wil nemen. Hij achtte overigens den finaneieelen toestand van het rijk minder gunstig dau de heer Treub. De heer de Geer (C. H.) zeide volkomen dte op positie van Rotterdam te begrijpen en bestreed den heer Rutgers, die de houding van 't bestuur van die gemeente aanviel. Inderdaad bracht het eerste ont werp voor Rotterdam en andere gemeenten gnoote na- deelen, waar terecht van geschrokken werd. Spreker hoopte, dat de minister verder zal gaan cn dat hij het den gemeenten niet alleen formeel, maar ook pxac- tisch mogelijk zal maken haar eigen pensioenregeling te behouden. De heer Bos (V.-D.) noemde 't een groote fout, dat er geen overgangsbepalingen zijn, voor den over gang van het omslagstelsel naar het premiestelsel. Spr. verklaarde zich voorstander van het premiestel sel. Ook wees spr. nog op de bezwaren tagen de red- Zijn uniform is geheel bestoven- Zij heft haar handen op. „Wat is èr geVeurd? Wat is. Het jonge mensch zoekt naar woorden, zijn gezicht trekt zenuwachtig. Zij zegt toonloos: „Om 's hemels wil.gauw. mijn man. Hij gaat zacht voort; „Schrik niet, mevrouw hij is van het paard gevallen. Zij grijpt zijn pols: „Hij is dood In dezen kreet, aangrijpend in zijn dofheid, klinkt de met moeite bedwongen wanhoop. Hij roept haastig: „Neen, neen!" Hij schuift zijn hand onder haar ellebogen- „Me vrouw ik smeek u ga toch zitten. Zij zinkt in de coquettte bonte zijden knseenp van de empire-sofa. Voor haar oogen staat het als -een vlam- menschrift: „Hij leeft." Nog leeft hij, nog. De jonge man staat voor Kaar. „W5j hatdden im mers van morgen vroeg om zeven uur een olsfening in het Breukanerbosch. Het terrein is daar moeilijk. Maar de ritmeester is tocji een uitstekend rluiter. Hij bereed Stella." Zij knikte doodsbleek-, „De merrie is eert nerveus dier." „Maar allen zeggen,, dat de ritmeesl5er w best heeft gereden, geen achfc zijn paard geslagen beeft. Dat heeft het beest gemerkt. En vlak voor de steengroeve schrikt het plotseling. Daar lag een afgeschilde boomstamen opeens gaat het gr als de duivel van door.... hij trekt de teugels in ■en opeens staat het op do achterpotenhij1 valt uit den za del. Zij leest hem met hgar wijd opengesperde oogen de woorden van de lippen* Zij kreunt zaqht., De hoef slag van «en galop£9¥y9md klinkt) vi<n da gtraat. geling van den inkoop. De gemeenten, die zelf geen pensioenregeling hebben, zullen veel meer moeten be talen dan ze kunnen. Aan de ambtenaren zelf zal men de premie niet kunnen opleggen. Spr. bepleitte voorts onder de regeling op te nemen lien, die verbon den zijn bij het vakonderwijs en aan scholen voor zwakzinnigen. Gaat dit niet, dan vroeg spr. spoedig met een regeling voor hen te komen. Minister Heemskerk wees er op, dat het hoo- ren van de gemeentebesturen over het ontwerp moei lijkheden opleverde. Aan de overhaaste behandeling van het ontwerp weet de regeering zich onschuldig. Do regeering heeft het hare gedaan voor een spoedigs behandeling, en zij is ook bereid hot overleg voort te zetten. Hedenochtend zette de minister zijn rede voort. In de avond-vergadering stelde de' heer Mer chant (V.-D.) mede namens een aantal andere le den een motie voor, waarin de Kamer zou uitspreken, dat 't concertgeb. te A'dam een zoo geheel eenige plaats zooveel jaren in de muziekwereld inneemt, dat het ge- wenscht is, dat alsnog een subsidie van 10.060 worde verleend. Over deze motie zal Vrijdag worden ge stemd. Daarna worden eenige klein© wetsontwerpen behan deld. Z. K. H. DE PRINS. I Z. K. H. de Prins is gisteren, na eene afwezigheid van bijna drie maanden, te 's-Gravenhago teruggo- keerd. f' I Er waren veel mensch en bij aankomst van Z. K. H. op het perron aan het station der Holl. Spoorweg Mij. en toen de Prins in eèn open tweespannig_ rijtuig het Stationsplein verliet, werd er door de menigte op j het voorplein verzameld, met hoeden en handen druk gewuifd. STEMMINGSDAG EN EXAMENS. j Men vestigt de aandacht van „Het Centrum" op het feit, dat de examens voor Boekhouden M. O. zijn uit- j geschreven tegen 17 Junr a.s., den dag der stemming. Zou het, zoo vraagt men, geen overweging verdie- nen en in veler belang zijn, een anderen datum te be palen waarop die examens een aanvang nemen, dan juist den dag der stemniing? tiemèngd bIsuwr LEVENSLANG GEëlSCHT. Voor het Gerechtshof te 's-Gravenhage is gisteren beïhandeld de zaak van G. S., landbouwer te Abben- broek, .door de rechtbank te Rotterdam bij vonnis van 18 Februari 1.1. veroordeeld tot twintig jaar gevange nisstraf wegens moord, gepleegd in Mei 1912 te Ab- benbroek op W II. Westerveld, door dezen, na vooral' opgevat voornemen daartoe, een kop koffie ten ge- bruike voor te zetten;.en te verstrekken, vermengd met morphine, welke koffie door genoemden Westerveld is opgedronken en tengevolge waarvan deze is overle den. Van het vonnis der rechtbank waren in hooger be roep gekomen de beklaagde* en het O. M., dat levens lange gevangenisstraf had gevorderd. Het O. M. bij hè-t Gerechtshof eischt# tegen bekl. levenslange gevangenisstraf. TE LAGE BEZOLDIGING. Op de laatst gehouden algemeene vergadering van Zeeuwsche gemeente-veldwachters is ook uitvoerig besproken h.e:t .geval betreffende den gemeente-veld- f wachter van Mel'iskerke (Walcheren), die door zijn lage jaarwedde genoopt is in zijn vrije uren zijn oud vak, dat van timmerman, uit te oefenen, en dat her haalde verzoeken om verbetering in dien toestand tot heden niet baatten. Zelfs een uiteenzetting aan hoo- gere autoriteit had tot gevolg, dat er gewezen werd op art. 136 der Gemeentewet, die den Raad de kooi den der beurs voor de bezoldiging van de politie-be- ambten in handen geeft. Zoo'n geval teekent des to «eer, zegt het Ilbld., omdat in Zeeland reeds meerma len aangedrongen is door Ged. Staten bij de gemeente besturen op behoorlijke bezoldiging van de gemeente veldwachters. de een breed verhaal).... Ik zeg tegen hèm: Al val je zóó dood voor me neer, ik zal er geen traan om la ten. En hij steekt nog naar me en meteen draait-ia om, en valt voor me neermorsdood 1" In het zeer verwaarloosde gezin blijft de vrouw iaat, twaalf kinderen achter. DE ROODE MAANDAG DER S. D. A. P. De afdeeling Rotterdam van den Bond van Neder- landsehe Gemeentewerklieden heeft een adres tot den Raad van Rotterdam gericht met verzoek aan da werklieden in dienst der gemeente voor zoover het met de respectieve diensten is overeen te brengen op 2 Juni verlet of verlof te geven. B. en W. stellen den Raad voor, dit adres te beant woorden met de herinnering aan de beslissing door don Gemeenteraad gedurende tal van jaren genomen op soortgelijke verzoeken betreffende den 1-Meidag, bij welke beslissing telkens is geconcludeerd, dat het aan de directeuren der verschillende dienstvakken ia, om aan de werklieden die een bepaalden dag als een der hun toegekende vacantiedagen wenschen te kiezen daartoe, voor zoover de geregelde gang van den dienst dit gedoogt, de gelegenheid te geven. VOLKSZANG. De heer W. Keereweer, kapelmeester van het mu ziekkorps der voorin, schutterij, heeft naar aanleiding van een daartoe door het Comité voor eenheid in de* Volkszang gedaan verzoek besloten om te beginnen met hedenavond bij elk der volksconcerten, die des zomers op de Groote Markt te Delft, gegeven worden, een tweetal liederen uit den bundel te doen spelen, die dan door allen moeten worden meegezongen. Allé kinderen die de openbare school uit het 6e of e©» hooger leerjaar verlaten, ontvangen van gemeentewe- j ge den door het comité samengestelden bundel. EEN ONTROUWE GEVANGENBEWAARDER. Voor de 5e kamer der Rechtbank te Amsterdam diende gisteren de strafzaak tegen den gewezen ge vangenbewaarder 2en rang, Roelof Hendrik Schut, die, zooals we reeds mededeelden zijn tusschenkomst als gevangenbewaarder had verleend, om Willem Boe- re en Hendrik Dekker, die in het Huis van Bewaring waren opgesloten, in de gelegenheid te stellen brief wisseling te houden met personen buiten de gevange nis, evenals zij leden van een wijdvertakte dieven- e* inbrekersbende, aan wier hoofd de beruchte Willem Boere stond. Schut had briefjes overgebracht en mondelinge me- dedeelingen gedaan omtrent de gevangenen, in wier cellen hij ook eetwaren en versnaperingen binnen smokkelde. Hij had daarvoor geld ontvangen en.ee* rijwiel en ook wel een deel van de versnaperingen. Het O. M. eischte tegen bekl. 2 jaar gev. str. ONTZETTEND. Men schrijft aan de „Rott.": Bij een huiselijkèn twist in het gezin van den hor logemaker O. te Hilversum, bleef deze plotseling dood. De vrouw verhaalde: „We hadden ruzie. (volg- Door de neergelaten jalouzieën strooit de morgenzon ikringen op het lichte tapijt. „Het paard ligt in de steengroeve. Het was een geluk, dat hij bijtijds uit de stijgbeugels kwam. fomand trekt aan de bel van de étage. De jonge luitenant ontstelt. „Goede hemel, ik heb mij toch zoo gehaast Zij brengen hem al In de deur verschijnt, vlak achter den oppasser, die hem aandient, Graaf'Harras, geheel ontdaan. Zijn rood, gezond, door de zon verbrand gelaat, is vaal bleek. Hij' buigt zich over haar hand. Zijn flinke stem beeft. „Mevrouw. Zij buigt zich naar voren, legt haar beide handen op zijn bestoKen mouwen en gilt buiten zichzelve: „Folter mij niet- Haar hoofd met het zwarte haar zinkt achterover. Hij ziet 't wit y.an de in wanhoop wijdgeopende oogeu vlak voor de zijne. Het gaat hem geducht ter harte. En dan zegt men nog wel, dat zij koel is! Hij schreeuwt haar in 't oor. De woorden komen afgebroken, hakkelend over zijn lippen: ,,0'm Gods- a-il neen! Slechts bewusteloos. Een hersenschud ding! Anders alles intact. Ik bezweer 11, mevrouw, kijk toch niet zoo wanhopig. Het is niet hopeloos. Maar hij moet naar 't ziekenhuis. Op den beganen grond. Wij kunnen hem niet de trap opdragen. Zijn hartelijke trouw en kameraadschappelijkheid doen haar weldadig aan in haar verdriet. Zij grijpt zijn han<j. „Hij leeft, hij leeft De dragonder treedt verruimd ademhalend achter uit. Op zijn voorhoofd staan dikke druppels. Hij neemt den zakdoek uit den opslag van zijn mouw en wischt zijn voorhoofd af. Liever de zwaarste exerci tie. Hij helt om water. En terwijl zij dat aan haar lippen brengt, trekt hij den jongen luitenant ter zijde: „Mijn vos staat beneden, Sorge. Hij is geheel herweet. Een jongen houdt hem vast. Laat h«n UIT PURMEREND. Tot lid van het Dag. Bestuur (voorzitter) van den Overweerschen Polder werd gister herkozen de heer J. Koning Wz. te Kwadijk en tot Hoofdingeland da heer J. B. M. Brantjes te Purmerend. Ter vervan ging van den heer C. Hooyherg Hz. te Purmerend (niet herkiesbaar) werd gekozen de heer Q. de Ruyter te Kwadijk. Op de gisteren gehouden voorjaarspaardenmarkt werden aangevoerd 185 stuks. Werkpaarden 140 <k 300, slachtpaardsrn 70 160. Handel matig. UIT BERGEN. Bij de gister alhier, onder beheer van den architect J. C. Leijen alhier, door Burgemeester en Wethouders gehouden aanbesteding van het bouwen van twea hoogspanningsgebouwen, één in de kom der gemeeuta en te Bergen aan Zee, werd ingeschreven als volgt: O. Nap 2430, A. Bijpost 2388. W. Stroomer 2343. J. Rampen 2080. C. Berkhouwer 2070. J. IToutcnbos 2021. A. J. Tuinman 1913. UIT OUDORP. Bij de gisteren gehouden stemming voor lid van den gemeenteraad waren uitgebracht op den heer J. Buren (R. K.) 65 en op den heer J. Klerk (Vrijz.) 68 stemmen, zoodat de heer Klerk verkozen is. Uitge bracht waren 132 stemmen, waarvan 1 van onwaarde. naar den stal brengen De jonge vrouw staat op. JJe brengt mij er toch heen, Harras?" „Daarom ben ik hier gekomen." Zij werpt haar licht zijden mantel over haar mor genjapon. Het kamermeisje bindt den sluier over baar tuinhoed. Slechts niemand zien, door niemand gezien worden. Met moeite daalt zij aan Harras' arm de trap af. De zon brandt. De hémel is schitterend blauw. Ieder een heeft lichte kleeren aan. Voor de deur staat een bierwagen. De paarden schudden hun vliegennetten. De koetsier heeft een bosje jasmijn achter 't oor. Hij neemt zijn muts af. Overal dat. schelle licht. Zij heeft hoofdpijn. Kleine kinderen met schooltasschen komen hen tegen. Verder. Verder. Zij snelt gejaagd voort. ï)e vroolijkc ritmeester loopt zwijgend naast haar. Hij kan haar nauwelijks bijhouden. Er komt een rijtuig yan het station terug. De graaf wenkt. Hij helpt haar er in. Goddank. Het is donker en koel in het rijtuig. De oudo paarden komen niet vooruit, Haar hart klopt alsof zij koorts heeft. Zij moet zich m.et geweld behcerschen om niet het portier open te ruk ken en er uit. te springen. misschien is hij reeds dood. Zij krimpt ineen van angst, O God, slechts dat niet. Slechts één woord slechts één blik. Goddank. Zij zijn er. Harras helpt haar bij het uitstappen. Een oogenblik is zij op het punt, in on macht te vallen. Een zuster staat, haar opwachtend, voor de deur. Zij treedt op hen toe. „Nog niet tot bewustzijn geko men", zegt zij op den vragenden blik van den graaf. De jonge vrouw grijpt haar bij den arm. „Maar hij leeft? Zeg, dat hij leeft. De diakones knikt. „Ja, mevrouw...." Zij schijnt nog iets te willen zeggen, maar zwijgt. (Wordt varvalgd).

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1913 | | pagina 1