DAGBLAD VOOR ALKMAAR EN OMSTREKEN.
No. 114
Honderd en vfjftiende Jaargang,
1913
DINSDAG
20 MEI
FEPIjLLETQN.
Kapitein Dodèro.
Deze Courant wordt eiken avond, behalve op Zon- en
Feestdagen, uitgegeven. Abonnementsprijs per 3 maanden
voor Alkmaar f0,80; franco door het geheele Rijk f 1,
Afzonderlijke nummers 3 Cents.
Prijs der gewone advertentiën
Per regel f0,10. Bij groote contracten rabat. Groete
letters naar plaatsruimte.
Brieven franco aan de N. V. Boek- en Handelsdrukkerij
v/h. HERMs. COSTER ZOON, Voordam C 9.
DE VROUW 1813-1913.
Telefoonnummer 3.
m.
BINNENLAND. I
i
ALRMAARSC
COURANT
ALKMAAR, 20 Mei.
Het begrip „Middenstand''' is moeielijk te omlijnen,
maar we gelooven dat het tentoonstellingsbestuur ver
re de grenzen van dit begrip overschrijdt door „Het
Huis 1913" voor te stellen als een type van de gewone
middenstandswoning. Niet zoozeer om de veronder
stelde aanwezigheid van centrale verwarming, warm
watergeleiding en electrische verlichting, dan wel om
de luxueuze inrichting van dit huis. In welke mid-
donstandswoning vindt men bijv. een afzonderlijke
sierlijk-gemeubelde werkkamer, waarin zoowel voor
den heer als de vrouw des huizes een schrijftafel
staat, een dien-provisie-kamer, grenzend aan de keu
ken? En waar het de bedoeling van het bestuur is
geweest om te doen uitkomen, hoe onder den invloed
van wetenschap en techniek het huishoudelijk bedrijf
minder samengesteld is geworden, zoodat er voor de
tegenwoordige huisvrouw tijd genoeg overblijft om
zich te ontwikkelen, om deel te nemen aan maatschap
pelijk werk, daar mag in ernst worden gevraagd of
voor een vrouw met één dienstbode als bewoonster van
dit groote huis (groote vestibule, ruime gang,
keuken, bijkeuken, dien-provisie-kamer, eetkamer,
woonkamer, werkkamer, kinderslaapkamer, slaapka
mers, bad- en waschkamer, dienstbodenkamer) die ge
legenheid er inderdaad wel overschiet. Gelukkiger
dan deze overweging lijkt ons het contrast op het ge
bied van hygiëne, in de huizen van 1813 en 1913 beli
chaamd, een contrast, dat spreekt uit de lichte luch
tige vertrekken van de bewoners, maar evenzeer uit
de dienstbodenkamer, die wel een zeer groote tegen
stelling vormt met de „bedsteêe in de keuken" van
een eeuw geleden.
Wandelend door „het Huis 1913" wordt men her
haaldelijk getroffen door eenvoudige maar door en
door practische dingen, waarop bij het bouwen van
woningen maar zelden wordt gelet. Als zoodanig
zouden wij willen noemen de ruimte in de gang, welke
ingericht is tot berging van fiets en kinderwagen, de
schuifdeuren aan de kinderspeelgoedkastjes, om stoo-
ten te voorkomen, de eigen uitgang van de bijkeuken
in de vestibule, waardoor de vuilnisbak regelrecht
naar de voordeur gebracht kan worden.
Het tentoonstellingsbestuur heeft aanvankelijk het
voornemen gehad om een heusche woning te laten
bouwen, maar dit plan bleek niet voor verwezenlijking
vatbaar. Men heeft zich tevreden moeten stellen met
Novelle van
ANTON G1TTLIO BARRILI.
8) o
Maar daar midden in de stille Zuidzee, haar naam
Op dat oogenblik zoo weinig waardig, zonder de hoop
te kunnen koesteren om de bestorming van de golven
te kunnen afslaan, was zeker een afschuwelijke toe
stand, en de schaduwen van den dood zweefden al over
de kleine wimpels van de Stella del mare. Om de
matrozen uit hun verdooving te schudden deed de
stem van kapitein Fantasia zich hooren, die er de
man niet naar was om de kluts kwijt te raken en nooit
1™.™an<i liet merken dat hij het hoofd verloren had.
joijn geroep„Naar de pompen!" en een kleine hard
handige aansporing van de meest onwilligen, verbra-
.en de betoovering, die het vergaan van het schip zou
bespoedigd hebben.
Naar de pompen, naar de pompen! Twee waren er
maar aan boord, en deze twee werden in een oogwenk
in or e gebracht. He lichamen, vermoeid door vijf
slapeiooze nachten, waren spoedig met zweet bedekt,
door dat zware werk. Maar het was alles vruchteloos,
itrie dagenlang werd het werk voortgezet, doch het
uater, m plaats van te zakken, wies integendeel met
een gedeelte van het tentoonstellingsgebouw, heeft
dus aan de woning geen twee of meer verdiepingen
kunnen geven, maar een étagewoning moeten maken
en men heeft met bovenlicht moeten werken, zelfs
daar waar dit het meest tegen alle moderne eischen
indruischt. Overigens is het zeker merkwaardig dat
een vrouw mej. Greta Derlinge als architecte is
opgetreden, de indeeling aangaf en ook de meubelen
voor eet-, woon-, slaap en werkkamer en de verlich
tingsartikelen in de vertrekken ontwierp
Behalve „Het Huis 1913" is er nog een eet- en
slaapkamer voor de alleenstaande vrouw ontworpen,
welke wil laten zien, dat1 er voor 800 S 1000 een
smaakvolle, hygiënische kamerinrichting verkregen
kan worden, zoodat de bewoonster, na afloop van haar
werk buitenshuis, er gaarne zal toeven en niet elders
afleiding behoeft te zoeken, waartoe de ongezellige
smakelooze kamers, waarop zij meestal wonen, gereede
aanleiding geven. zegt de commissie.
Ook de plannen voor den aanleg van het terrein der
tentoonstelling zijn door een vrouw mej. van Zijd-
veld tuin-architecte gemaakt en onder haar lei
ding uitgevoerd, de frissche, fleurige tuin is versierd
met beelden en.... met de gedrochtelijke Aalsmeer
der Buxusvormen, misvormde palmboompjes, die een
den en kippen moeten voorstellen.
Het grootsche hoofdgebouw, in hoefijzervorm met
een frontlengte van eenige honderden meters, heeft
een monumentalen ingang met zware torens, die den
ruimen hal in het midden bekronen. In dezen hal
vindt men de wandschilderingen van mej. W. C.
Drupsteen, ontwerpster tevens van het bekende recla
mebiljet. Hier is cle vrouw afgebeeld, die opgaat in
den huiselijken kring, maar ook de vrouw, die met
geestdrift arbeidt aan het maatschappelijk werk; de
Amsterdamsehe Maagd wijst op de resultaten van
vrouwenarbeid, gelijk deze tentoonstelling ze te aan-
schauwen geeft. Dan ziet men (1813!) den oorlogs
god en den dood, in wier midden een moeder haar
gevallen /«oon beweent en daarboven leest men de
woorden,,En gij zoudt moeder zijn en vloeken den
oorlog niet!"
De rechtervleugel van het gebouw, dat tevens voor
zien is van een winkelgalerij, is gewijd aan beeldende
kunsten en achtereenvolgens wandélt men door de
afdeelingen statistiek, maatschappelijk werk, kies
recht, coöperatieve keuken, huisindustrie, hygiëne,
bank- en kantoorwezen, museum voor ouders- en op
voeders, onderwijs, kinderlectuur, koloniën,laboratori
umwerk, letterkunde en tooneel, fotografie, tuinbouw,
toegepaste kunst, kleeding, ziekenverpleging en gods
dienstig leven.
Ter illustratie van deze droge opsomming zullen we
in een slotartikel eenige grepen doen uit het rijke,
deels zeer interessante materiaal, dat de vrouwen in
verwonderlijk korten tijd bijeengegaard hebben. Heden
willen we nog even wijzen op de groote, lichte con
greszaal, welke voor 450 personen ruimte biedt^ op
het kostbare Empire-zaaltje, waarin tentoonstellingen
worden gehouden van voorwerpen, die door particu
lieren zijn afgestaan en in direct verband staan met
de vrouw 1813, op het Indische Huis, dat reeds gereed
was, maar in verzakking is gekomen, op een restau
rant, een theekoepel, een lunchroom op de gebouwtjes
voor politie, brandweer, lazaret en Roode Kruisafdee-
ling. E'n ten slotte op de bioscoop, die doet zien, hoe
de vrouw werkt in de Amsterdamsehe diamant-in
dustrie, in de Zeeuwsehe oesterteelt, in de Twentsche
weverijen, in de Brabantsche gloeilampen-industrie,
het uur en de volharding van de arme matrozen werd
slecht beloond. Allen begrepen dat hun pompen geen
redmiddel was, maar slechts een verlengden dood
strijd.
Toch hield de kapitein vol en riep dat ze zouden
overwinnen, en hij werkte zelf als de minste van de
bemanning; hij glimlachte bemoedigend tegen de
meest weiwillendenhij glimlachte altijd maar door;
maar zijn glimlach bestierf, toen hij bemerkte dat het
drijfwerk van de pompen door het gebruik was ver
lamd, en dat kon men helaas niet herstellen. Onze
matrozen slaakten een kreet van wanhoop, en bleven
eenige minuten bewegingloos naar het drijfwerk sta
ren.
Zelfs Apollo, een mooie poedel, die altijd aan boord
was geweest, en die de lieveling van de bemanning
was, deelde in de algemeene verslagenheid door tegen
de pompen te blaffen, en staarde met zijn groote wijze
oogen dan d'ezen dan dien matroos aan. Kapitein Fan
tasia had zich al fluitend verwijderd (een teeken dat
hij zeer ongerust was) en fluitend ging hij de kajuit
van het achterschip in, waar de bootsman en ik hem
volgden om overleg te pieken.
zullen we doen Dodèro, vroeg hij
mij, en hij ging zitten op de kaart die op de tafel lag
uitgespreid.
Wel, kapitein, antwoordde ik, ik denk dat het
niet lang zal duren of we zullen de akte van berouw
moeten opmaken!
Fantasia, fantasia! riep hij en het hoofd tus-
die kijkjes geeft in het .leven, der verpleegster, uit het
werken der padvinders, die beelden biedt over de
vrouw in 1813, die de belangrijkste gebeurtenissen op
de tentoonstelling weergeeft, en die ook humoristische
en komische films vertoont. Ziedaar dus voor het j
eerst en tevens voor het laatst iets opgenoemd,
dat tot vermaak strekt. Deze tentoonstelling draagt
uitsluitend een ernstig karakter. Zij wil leeren, doen
zien, welke ingrijpende veranderingen er in een eeuw
tijds zijn gekomen ten opzichte van de plaats der
vrouw in de maatschappij. En in het loeren alleen
wil zij ontspanning zoeken. Zij is een demonstratie,
geen financieele onderneming, zij wenscht bezoekers
te trekken, niet te lokken. Zij vraagt belangstelling
voor en om zich zelve en versmaadt daarom het ker-
mis-aehtige, dat dikwijls het integreerende en meestal
het commercieele deel van een tentoonstelling vormt.
Toch mag gevraagd of vermakelijkheden het bezoek
aan de waarlijk belangwekkende expositie niet zouden
hebben doen stijgen en er dus niet toe zouden hebben
meegewerkt, dat zij meer kennis ging verspreiden, I
meer waardeering voor de vrouw ging wekken, alge- j
meener propaganda-middel werd, kortom meer nog
aan haar doel ging beantwoorden dan thans, naar te a
vreezen staat, het geval zal zijn.
(Slot volgt).
BEGROETING DUITSCIIE KEIZER.
De Koningin heeft aan een missie opgedragen den
Duitschen Keizer te begroeten bij zijne komst te Gel-
dern, nabij de Nederlandsehe grens, op 4 Juni. Deze
missie zal bestaan uit den luitenant-generaal De
Meester, commandant van het veldleger, den kolonel
Weber, adjudant i. b. d., commandant der brigade gre
nadiers en jagers, en den luitenant-ter-zee le kl. jhr.
von Muhlen, adjudant van de Koningin.
ven: hij berekende de gevolgen op ongeveer 9 milli-
oen, welk bedrag tot vijf millioen zou worden terug
gebracht, wanneer men er rekening mee hield, dat in
werkelijkheid meer dan 3y2 pet. rente zal worden ge
maakt.
OeneiiKd nieuw».
GROOTE PROCESSIE.
Te Maastricht trok Zondagmorgen, begunstigd
door goed weder', de groote jaarlijksche St. Servatius-
processie rond. Honderden en honderden kinderen,
in hun witte en roze gewaden, sommigen met vleugels
als engelen, weeskinderen, congregatiën, harmonieën,
het borstbeeld van Sti Servatius, de noodkist met de
relequiën, en tal van kleurrijke vanen wisselden elkan
der af. Dan volgden alle reguliere en seculaire gees
telijken, en eindelijk hét Allerheiligste, gedragen on
der een rijkvergulden troonhemel, voorafgegaan doof
wierookzwaaiende koorknapen en gevolgd door den
commissaris der Koningin, den burgemeester in
ambtsgewaad, leden van den gemeenteraad, Provincia
le Staten en Tweede Kamer. Duizenden toeschouwers,
waarvan een menigte vreemdelingen, woonden dea
ommegang bij.
INBREKERS GEPAKT.
In den nacht van Zaterdag op Zondag is een poging
tot diefstal door middelen van inklimming gedaan in
een perceel in de Yaleriusstraat hoek Nicolaïstraat te
's-Gravenhage. Op dit tijdstip zag iemand twee man
nen vóór het bewuste huis, waarin een besteldienst is
gevestigd. Eén der mannen ging door het tuimelraam
naar binnen. De man waarschuwde door gebruikma
king van een signaalfluitje de politie, waarna het een
toegesnelden agent gelukte de persoon, die het huis
was binnengegaan te arresteeren. Zijn mededader, die
hem bij het inklimmen behulpzaam was geweest, had
het op een loopen gezet, doch werd in den nacht, aan
gehouden. De beide verdachten hebben reeds vroeger
met de justitie kennis gemaakt.
EERSTE KAMER.
De Eerste Kamer zal in den loop van de volgende
week bijeenkomen ter behandeling van de Raden- en
Invaliditeitswet.
Inmiddels wordt het Voorl. Verslag over de Ziekte
wet verwacht.
SLECHTE GEEST BIJ DE INDISCHE MARINE.
Aan het hoofdbestuur van den Bond van minder
marine-personeel wordt uit Indië geseind, dat de 100
marine-schepelingen zijn afgezonden wegens het wei
geren van de extra-verstrekking op 19 April j.L, den
verjaardag van Prins Hendrik.
VERKIEZINGSBIJDRAGE.
Bij het secretariaat der S. D. A. P. is, volgens Het
Volk, gericht ingekomen dat het partijbestuur der
Duitsclio zusterpartij 3000 voor de verkiezingen der
S. D. A. P. in Nederland heeft bestemd.
DE VERKIEZINGEN EN DE INDISCHE
DEFENSIE.
Naar het Vad. meldt, is het rapport van de staats
commissie voor de defensie van Indië gereed, maar
ligt het in het voornemen der regeering, het verslag
wegens de zeer kostbare voorstellen, die de commissie
doet, niet vóór den afloop der verkiezingen openbaar
te maken. j
Bij het rapport is een afzonderlijke nota van een
der niet-militaire leden gevoegd, waarin tegen de
kostbaarheid dezer voorstellen wordt opgekomen.
mm -
EEN DUUR AMENDEMENT.
Het Vad. heeft zich, naar aanleiding van het be
richt in het Hbld. over de financieele gevolgen van
hot amendement-Treub in de wet op de pensionnee-
ring van gemeente-ambtenaren tot den heer Treub om
inlichtingen gewend.
Deze noemde de voorstelling van het Hbld. overdre-
schen de handen leunend verviel hij in diep gepeins.
Op dat oogenblik verschenen vijf a zes matrozen voor
de deur van de kajuit. Uit hun gemompel bleek, dat
zij ook aan het overleggen Waren geweest en de ma
trozen, die voor de deur verschenen, waren de afge
vaardigden van hun kameraden. Het dreigend gevaar
wischte allo rangsversehil uit en ze wilden niet eens
wachten, dat de kapitein een besluit zou hebben geno
men.
Kapitein, schreeuwde een van hen wat doen
we hier? worden de bootjes niet uitgezet? j
Kapitein Fantasia sloeg geen acht op den weinig
eerbiedigen toon waarop deze woorden werden uitge
sproken, hij gaf zelfs geen antwoord. Hij dacht aan
zijn dierbaar schip, de arme kapitein, en twee tranen
glinsterden in zijn oogen; de eerste geloof ik, die hij
ooit in zijn leven had gestort.
Wat zeg je, Vincenzo? vroeg hij eindelijk,
uit zijn gepeins ontwakend. Ik zeg, en 'ze zeggen
het allemaal dat we de bootjes moeten uitzetten.
Ah, ze zeggen het allemaal! Ze willen haar dus
verlaten, die arme Stella del mare?
En moeten wij armé Christenen ons dan opoffe
ren door haar niet te verlaten? Neen, zoo waar als.,
schreeuwden alle matrozen, die zich achter hun afge
vaardigden verdrongen. We willen de booten uit
zetten
Gooi ze dan in zee do booten, antwoordde de ka
pitein, naar het dek terugkeerend. Maar voorzich
tig aan, dat ze niet tegen elkaar botsen. Kom, brava
EEN MOEILIJKE BESLISSING.
De Voorburgsche politie nam een paar jongemen-
schen in bescherming, die, naar zij zeiden, besloten
hadden, „samen te sterven." Over de wijze, waarop zij
aan dat besluit uitvoering zouden geven, konden zij
het niet eens worden, meldt de N. Ct. De jongeman
gaf de voorkeur aan verdrinken in den Vliet, maar
het meisje verzette zich daartegen. Daarop begaven
zij zich naar het Stationskoffiehuis, waar de jonge
man aanstalten maakte zich dood te schieten; de ca
féhouder wist dat plan te verijdelen door de politie
te waarschuwen.
TREINBOTSING.
Op het stationsemplacement te Hilversum had gis
terochtend een botsing plaats tusschen een van Am
sterdam komenden goederentrein en een rangeerenden
trein, geladen met woonwagens en materiaal van het
Circus Wilke.
Van den rangeerenden trein vielen 'eenige wagens
met woonwagens om en werden uit de rails gelicht.
In een dezer sterk overhellende woonwagens bevonden
zich een vrouw en een kind, die spoedig uit hun nete
lige positie werden gered.
Zij bleken geen ernstig letsel Ie hebben bekomen;
in een nabijzijnde villa werden zij voorloopig liefde
rijk opgenomen.
In den .woonwagen was een begin van brand ont
staan; dit was echter binnen korten tijd gebluscht.
Met de opruimingswerkzaamheden werd dadelijk
aangevangen.
De materieele schade is vrij aanzienlijk.
TE VONDELING GELEGD.
Zaterdagnacht werden bewoners van het pand Al
kemadestraat 24, Rotterdam, gewekt door het huilen
van een kind. Zi.j stelden een onderzoek in en vonden
in het portaal een meisje, vermoedelijk één week oud,
gewikkeld in eenige tricot- en katoenen lappen, alles
ongemerkt, welk kind daar te vondeling was gelegd.
Op het lijfje was een stuk papier geFonden, waarop
met potlood geschreven„Ik ben niet gedoopt."
Terwijl de commissaris van politie een onderzoek in
stelt naar de ouders, heeft een der bewoners van het
huis het kindje voorloopig opgenomen.
jongens, een beetje kalmte, jelui zoekt wat provisie
bij elkaar en je laat de sloep en de booten zakken.
-De booten! riep de bootsman uit, er is maar een
boot over, de andere is met de eerste stortzee wegge
slagen.
- Des te beter, dan zijn we eerder klaar zéi de
kapitein met een treurigen glimlach. Gij, Dodèro,
zult de boot besturen, In de sloep zal ik tien mannen
nemen, gij neemt de andere zeven.
Het gevaar werd dreigend. Sloep en boot werden,
zoo gauw als ik het u vertel, gestreken. Do matrozen
wilden allen in de sloep die sterker leek, zoodat er
een gedrang ontstond. Kapitein Fantasia had veel
moeite om hen tot bedaren te brengen, maar gelukkig,
zoodra hij de tien, die met hem mee moesten gaan,
geroepen had, volgden de gekozenen het bevel eerbie
dig op. Allen begonnen toen de provisie in te laden,
en do tien hadden zooveel meegenomen, dat het wel
leek of ze zich tot een reis van weken voorbereidden.
Voor het proviandeeren van de boot zorgde ik. Een
tonnetje beschuit, een ton water, eenige maatjes
brandewijn, dat was alles; en dat zou, eerlijk verdeeld,
voldoende zijn voor een dag of zes. Ik vergat niet het
kompas, het sextant, de passer en mijn vaarkaart, die
zeker even noodig waren als het water of de beschuit.
De verwarring, de haast waarmee de tien matrozen
van den kapitein zich in de sloep wierpen deed haar
bijna omkantelen.
(Wordt vervolgd).