DAGBLAD VOOR ALKMAAR EN OMSTREKEN. Schaakrubriek. Damrubriek. Wo. 124 Honderd en v gitten de Jaargang. 1913 ZATERDAG 31 MEI Deensche Praatjes. W/. mi üh im éii wm w* Dit nummer bestaat uit 3 bladen. BINNENLAND. 7. m. fam. om. HP HP HP HP IIP w,. mm. BP SUP HP i ^iiii ww STADSNIEUWS. AARS Gevonden voorwerpen, Twee portemonnaie's met geld, een geldstuk, eenige spaarbankzegels, een bal, drie centuren, een kinder zak, een bril, twee rozenkranzen, een kunstgebit, een gouden kruisje, twee jassen, een vest, een kinderjasje, een gouden ring, een scheermes in etui, een sigaret tenkoker, een R. K. kerkboek, een gedeelte van een spatscherm, «en zilveren ketting en -een zakje inhou dende een jas. Alkmaar, 28 Mei 1913. De Commissaris van Politie, W. Th. VAN G RIETHUI JSEN. EEN KRUIDENIER. Er was concert in „Cirklen", een geweldig gedis tingeerde vereeniging, waar kunstenaars op elk gebied lid van zijn, en die tot zeer onlangs onder bescherm heerschap van den kroonprins, den tegenwoordigen koning stond, die er veel van hield een avond in deze club door te brengen. Ik toog er heen, ten eerste om te hooren wat er op het gebied van muziek gepres teerd werd, en ten tweede in de hoop om daarna bij h,v,t gemeenschappelijk theedrinken misschien met eenige ongewone menschen in aanraking te komen. Kopenhagen is de geliefde woonplaats van vele we zens, die 'zichzelf een bestaan scheppen door de ga ven te benutten waarmede moeder Natuur hen be deeld heeft, en die tengevolge van dezen verstandigen maatregel de medaille van het leven aan den goeden k. nt kunnen bekijken, en die de weegschaal van het lot naar de zijde van tevredenheid doen overslaan. Hoeveel minder mislukte individuen zouden er niet iif.r.de wereld zijn, als de ouders bij het kiezen van een loopbaan voor hunne kinderen wat minder aan con- ventioneele begrippen offerden, en wat meer acht sloegen op de wenken die de natuur van af de geboor te al aan een goed verstaander geeft. Niet altijd is men zoo gelukkig een dezer bovengenoemde bevoor rechten t§ treffen, maar dezen avond was het toeval mij gunstig. Het traditioneele „kop thee met Smorrebrod" was verorberd, en ik had mij onderwijl aangenaam bezig gehouden met mijne buurvrouw, eene mij tot nu toe onbekende dame van eene onbestemden leeftijd, zoo tusschen de dertig en veertig jaar schatte ik. Iets frisch, en ongedwongen gedistingeerds in hare hou ding deed mij haar rangschikken als de vrouw van den een of anderen bekenden Kopenhagenaar. Wat was dan ook mijne verbazing, toen zij mij op mijn vraag of zij veel aan muziek deed, antwoordde: „Neen, ik doe er zelf volstrekt niet aan, maar ik houd er veel van om goede muziek te hooren. Ik zelf beu kruide nier „Kruidenier!" kon ik niet nalaten verbaasd uit te roepen, want voor mijn geestesoog verrees oogenblik- kelijk de Hollandsche kruideniers-bediende van mijn kinderjaren, met zijn witte kiel aan, en zijne altijd meer of min vuile stroophanden. „Kruidenier „Dat schijnt u te verwonderen", zei mijne buur vrouw lachend, „u bent er zeker niet aan gewend dat- bij u in Holland dames kruidenier zijn, maar zoo iets is hier in Denemarken volstrekt rfiets bijzonders. Alle arbeid adelt, zeggen wij hier. Ik heb nu wat handels talent, het kruideniersvak trok mij aan, ik moest mijn brood op de eene of andere manier verdienen, dus ik werd kruidenier. Het vak verschaft mij een heel goed bestaan, en stelt mij i-n staat mijn handelstalent te ge bruiken, en dat is toch altijd eene satisfactie. Als u soms lust mocht voelen om eens te zien hoe eene Deensche kruidenierster ingericht is, gaat dan nu met mij mee, dan kunt u mijn zaak bekijken. Dat liet ik mij natuurlijk geen tweemaal zeggen, twee andere dames die kennissen van haar schenen te zijn, werden meegeïnviteerd, en toen wandelden we met ons vieren om tien uur 's avonds naar haar huis toe. Een keurig gekleed dienstmeisje deed ons open, en hielp ons met het afdoen van ons goed, waarna onze gastvrouw ons in haar heiligdom binnenvoerde. De kamers waren met een artistieken smaak gemeubi leerd die het oog aangenaam aandeed. In de hoeken der eetkamer stonden een paar ouderwetsche maho- nie-hoekkasten, zooals onze grootmoeders bezaten, prachtig, oud, blinkend gepoetst koperwerk hing aan de wanden, en mooie etsen versierden de muren van de gezellige zitkamer. Mijn kruidenier scheen zrch ook de luxe te kunnen permitteeren van een zonder ling te zijn, want- toen zij bij het vertoonen van hare slaapkamer hare kast opende, werd mijn oog aange trokken door een groote menigte schoenen en laar zen, die netjes gerangschikt op den bodem stonden. „Ongeveer 24 paar", zeide mijn gastvrouw, waar schijnlijk de verbazing op mijn gezicht lezend. „Voor iedere maand en voor elke gelegenheid heb ik mijne bizondere schoenen en laarzen, ik zou met niet minder dan 24 a 30 paar toekunnen." _>_>Ik geloof dat ik van carrière zal veranderen, en mij ook op het kruideniersvak ga toeleggen", dacht ik bij mijzelf. 24 Paar schoenen op eenmaal in de kast! Ik heb het in m'n leven- nooit verder dan tot 4 kun nen brengen." „En hier zijn al mijn kragen en lintjes en dasjes", ging zij voort, en ik zag rijen en rijen van deze arti kelen als in een winkel voor mijn verbaasde visie in de kast hangen. In ieder geval had de kruidenier de vrouw nog niet ten ondergebracht! „Maar kom nu mee naar mijn winkel", riep zij uit, en door de slaapkamer bracht zij ons in een aangren zend kabinetje dat geheel als kruidenierswinkel was ingericht, en er allersmakelijkst uitzag. Lange rijen blikken met beschuitjes van Huntley en Palmers, in gemaakte vruchten en groenten in hygiënisch uit ziende glazen bussen, laden vol met rijst, gort, grut ten, stapels eet en kook chocolade, suikerhoeden in alle grootten, enz. enz. stonden alles netjes gerang schikt op artistiek geverfde realen. Geen stofje was er te zien, alles blonk van de zindelijkheid, en zag er zoo appetitelijk uit, dat ik op staanden voet een klant van haar werd. En van uit dit ideale kruideniers- boudoir voorzag zij het grootste gedeelte van hare kennissen van de noodige waren, en verschafte zich zelf een uitstekend bestaan. Na alles bekeken en bewonderd te hebben, gingen wij terug naar de woonkamer, waar het keurige dienstmeisje ondertusschen ververschingen had klaar gezet in den vorm van verschillende likeuren, be schuitjes, vruchten, benevens sigaren en cigaretten. De „kruidenier" gaf het voorbeeld door zich een groot glas likeur in te schenken en een enormen sigaar aan te steken, en er op los te rooken alsof ze een Turk was, en niet eene dame die overal in de eerste kringen van Kopenhagen ontvangen werd. 't Was voor mijne atavistische Hollandsche oogen een allermerkwaardigst gezicht. We zaten weldra ge huld in een dikken rookwolk, en in den loop van het gesprek ontdekte ik dat een der andere dames van het gezelschap een volleerde meester-meubelmaker was, die verscheidene jaren in Amerika gewerkt had, de prachtigste meubels ontwierp, en eigenhandig fabri ceerde, en onlangs o. a. het huis van een millionnair geheel van ingelegde mahonie-meubels voorzien had. Ik moet zeggen ik viel van de eene verbazing in de andere, en toen ten slotte de derde dame bleek eene uitstekende musicienne te zijn, die ons op den mooien vleugel van den „kruidenier" op heerlijke muziek ont haalde, toen dacht ik: „Welk een gelukkig land, waar handel, kunst en nijverheid zich op zulk eene wijze de hand kunnen reiken. Leve de democratie die dit mogelijk maakt." Toen ik dan ook eenige weken later weer eene uit- noodiging van de „kruidenierster" kreeg om met eeni ge kunstenaarsvrienden bij haar te komen soupeeren, toog ik met groote opgewektheid er heen, in de over tuiging dat ik wel weer iets merkwaardigs zou bele ven. En in deze verwachting werd ik niet teleurge steld, want een meer eigenaardig souper heb ik zelden in mijn leven bijgewoond. Toen ik tegen negen uur arriveerde, was de geheele woning al gevuld met gasten, de heeren in rok en wit ten das,'en het meerendeel der dames in gedecolle teerd avondtoilet. Er waren zeker een dertig a veer tig menschen bij elkaar, waaronder vele bekende schil ders en schilderessen, zoowel als acteurs en actrices, schrijvers en muziekmenschem Mijn kruidenierster scheen ook in dit opzicht volbloed Deensch te zijn, dat ze de kunst en alles wat daarmee te maken heeft, verafgoodt. Er werd gemusiceerd, gedeclameerd, en de laatste tentoonstelling van schilderijen op Char- lottenburg werd ijverig besproken, en tegen half elf werd het souper aangekondigd. Nu, het hooren van muziek geeft mij altijd een prozaischen honger, dus ik was van plan al de delikatessen die ons zouden worden aangeboden flink aan te spreken, en vol goede voornemens daaromtrent volgde ik de andere gasten naar de eetkamer. Maar was ik ooit verbaasd, dan was dat zeker nu. Voor iederen gast stond een bord met een paar gemarineerde haringen, daarbij werden gepresenteerd aardappelen en robe de'chambr^, die men zelf moest pellen, benevensboter, en dat was de heele traktaat. En daar zaten we nu allen in onzè mooie japonnen, en aten haring met aardappels! Iedereen liet het zich goed smaken, behalve ik onge lukkig hongerig mensch die geen gemarineerde ha ring uit kan staan Na dezen Lucullus-maaltijd gingen we naar de sa lon terug, eene groote mooie koperen bak werd mid den op den vloer geplaatst, om als aschbak dienst te doen, sigaren en cigaretten werden rondgepresenteerd, en weldra kon men al de aanwezigen nog maar wazig herkennen in een blauwen mist. Al spoedig werd het mij te benauwd in deze atmospheer, en ik verdween van het tooneel, alw.eer verrijkt met de ervaring van tegenwoordig te zijn geweest aan souper. Wat bekommeren die uitverkorenen van het leven zich om lekker eten of drinken! Een haring en een aardappel daar zijn ze volkomen tevreden mee. Be nijdenswaardige stervelingen onze volle medewerking in het totstandbrengen van de aan de orde komende zaken kunt rekenen. Ten slotte spreek ik de hoop en de verwachting uit, dat de gemeente Oudkarspel onder uw bestuur de grootst mogelijke voorspoed moge ten deel vallen. En thans bied ik u het teeken uwer waardigheid aan. Hierna kreeg de burgemeester het woord en sprak het volgende Geachte wethouders Raad vrienden. Het heeft II. M. de Koningin behaagd, mij als burgemees ter dezer gemeente te benoemen. De 1ste wethouder heeft gezegd: het is een moeielijke taak, welke taak ik echter met moed en al mijn krachten zal aanvaar den. Met steun van den Raad en andere autoriteiten, dan moet de gemeente groeien en bloeien. Ik zeg den lsten wethouder dank voor het gespro kene; ik geloof namens den Raad en gemeente te kun nen spreken, wanneer ik den lsten wethouder dank zeg voor hetgeen hij gedurende de ziekte van mijn broeder en,later in het belang der gemeente gedaan ?heeft. Ik hoop op aller steun en medewerking. 's Avonds tusschen 8 en 9 uur bracht het Harmo niegezelschap „Excelsior" van Noord-Scharwoude, nog een verrassing door het brengen van een serenade aan den nieuwbenoemde, wat natuurlijk heel wat volk op de been bracht. Een tweetal muzieknummers werden ten beste gegeven. UIT WINKEL. Een poging om de 100-jarige onafhankelijkheid fees telijk te herdenken, is voorloopig mislukt, daar geen feestcommissie kon worden gevormd wegens weinig belangstelling. Gebeurd er nog iets, dan is het te voorzien, dat het wel September zal worden. AAN DE DAMMERS. Met dank voor de oplossingen van probleem 236. Stand. Zw. 26, 27, dam op 48. W. 14, 36, 37, 41, dam op 5. Wit speelt en wint als volgt: 1. 14—9 1. 48 31 9—3 2. 3142 of 48 gedw. 41—37 3. 42 of 48 31 3—25 4. 31—42 of 48 gedw. 5—37 5. 42 of 48 31 6. 2548 ca wit wint. Goede opl. ontvingen wij van de heeren: G. Cloeck, D. Gerling, J. ILoutkooper, J. K., G. van Nieuwkuyk te Alkmaar, S. Homan, Wijde Wormer, H. E. Lantin- ga, Haarlem, 2. 3. 4. 5. Gemengd nieuws. UIT OUDKARSPEL. Het was Donderdag voor onze gemeente een gewichti ge dag. Omstreeks 9 uur ging het gerucht, dat onze nieuwbenoemde burgemeester, de heer A. 0. Kroon zou worden geïnstalleerd, wat waarheid bleek toen de burgers per bekkenslag werden verzocht de vlag uit te steken. Met den trein van vijven zou de burge meester aankomen en door enkele autoriteiten wor den afgehaald. Toen dan ook te circa half zes de rijtuigen het dorp binnenreden, was vrijwel algemeen de vlag in top. In de raadzaal waren aanwezig behalve de burge meester en diens echtgenoote, enkele familieleden, de beide wethouders, de raadsleden, de loco-secretaris en de gemeente-ontvanger, terwijl we onder het publiek opmerkten de predikant, de voorzitter van de Een dracht, de dokter, het hoofd der school, de gemeente opzichter, een bestuurslid der ijsclub en nog enkele anderen. De oudste wethouder, de heer A. Kroon Pz., hield de volgende toespraak: Geachte heer Burgemeester. Het is mij zeer aan genaam u namens de gemeente en burgerij als onze nieuwe burgemeester te mogen begroeten. Wij hee- ten u hartelijk welkom in ons midden. Het kan ons toch immers niet anders dan vreugdevol stemmen, dat wij wederom een burgemeester ontvangen uit de burgerij, iemand die met de nooden en behoeften der burgerij ten volle bekend is. En juist daarom ver heugen wij ons in die benoeming omdat de naam Kroon een goede klank heeft in onze gemeente. En wij denken daarbij aan dengene, die op zoo jeugdigen leeftijd van zijn ambt werd weggeroepen, hij, die ook de nooden en behoeften zoo juist begreep. Maar bij een zoo heugelijke gebeurtenis als wij thans medemaken, behooren wij vooruit te zien; niet het minst, nu wij u als burgemeester mogen begroe ten. Geachte heer Kroon, het is een gewichtig ambt, waartoe het vertrouwen van Hare Majesteit' de Ko ningin u heeft geroepen. Ook ik heb een beteekenis van het ambt uiteraard nader leeren kennen en ik weet, dat het ambt den geheelen tnensch eischt. Vele belangrijke zaken die uwe aandacht vragen en afdoening eischen zullen uwe volle werkkracht vorde ren, doch wij weten, dat de gemeente Oudkarspel u lief is en gij alle krachten zult inspannen, om de be langen van de gemeente voor te staan en te beharti gen. Wij voor ons geven u de verzekering, dat u op OM DEN MEESTERTITEL. De wedstrijden om den meestertitel, uitgeschreven door den Ned. Dambond, dreigen o.i. een mislukking te worden. En dit zou niet te verwonderen zijn. Im mers de regeling lijkt ons ditmaal verre van gelukkig in elkaar gezet. 27 spelers hadden zich aangemeld, uit verschillende deelen van ons land. Deze moesten spelen om één meestertitel en waren dus verplicht in den mooisten tijd van 't jaar, gedurende 13 weken hun Zondag te wijden aan twee partijen dam. Zij, die niet in Am sterdam of Rotterdam woonden, moesten daar eiken Zondag voor op reis. Is het te verwonderen, dat na een echt Bohème j den derden Zondag nog maar 15 deelnemers over zijn, 3 uit Rotterdam, 9 uit Amsterdam, 1 uit Haarlem en 2 uit de provincie? En wij gelooven stellig, dat nog meerdere spelers zich zullen terugtrekken, 'tls bijna onmogelijk, en de Ned. Dambond had dat zeer zeker moeten inzien. 27 menschen gedurende 13 weken bij elkaar te krijgen. Waarom de 27 spelers (dan allicht op 30 gekomen) niet verdeeld in drie groepen, volgens de woonplaatsen. Drie plaatsen aangewezen, één als middelpunt voor elke groep, en de 9 of 10 spelers, daar vijf Zondagen laten spelen, om een meestertitel. Er waren dan drie nieuwe meesters gekomen. Zou dat de ambitie niet bevorderd hebben? Dergelijke inte ressante wedstrijden behoeven ook niet altijd in Am sterdam of Rotterdam plaats te hebben. Eïi dan de maand Januari lijkt ons beter geschikt voor een der- gelijken wedstrijd. Wij zullen echter maar kalm af wachten hoe deze zaak tot een goed einde komt. DE LOKZE'T IN DE PARTIJ. De heer Mantel heeft in het Bondstijdschrift mooie vraagstukken gepubliceerd, waarbij wit wint door zwart in een val te lokken. Wij laten hier twee van die fraaie studies volgen. Nummer 1. Wit wint door verlokkend spel waarop zwart ingaat. Oplossing. 1.29—24 1. 19- -23. zwart denkt 't spel te kunnen forceeren. 2. 33—29 gedw. 2. 22—28 3. 42—37!! 3. 18—22 om vrijen doortocht naar dam te krijgen of een schijf winst. 4. 29 27 4. 13—18 5. 32—23 5. 18 40 doch nu speelt wit 6. 4944 6. 40 49 7. 27—22 7. 49 47 8. 22—18 8. 47 20 of 12 23 9. 30—25 9. 12 23 of'47 20. 10. 25 1 wint. Nummer 2. Wit speelt en wint door het zetten van een valstrik. Oplossing. 1. 37—31! 1. 21—27? 2. 26—21 2. 17 37 3. 28 17 3. 12 21 4. 42 22 4. 17 27 5. 38—32 5. 27 49 6. 50—44 6. 49 40 7. 29—23 19 30. 8. 45 1 Mooi! Ter opl. voor deze week. Probleem 237 van G. Mantel, Hengelo. MM., MTMW. MMM wfffZl Zw. 10. 13, 14, 15, 19, 22, 23, 24-, 26, 27, 28. W. 30, 36/39, 41, 42, 44/47, 49. Opl. voor of op 5 Juni b. v. d. blad. No. 395. Jos. Duvergé. w/w//n/( 4///S///6, y/MMMl MMMv, MiUMMlt Mat in 2 zetten. Oplossingen worden binnen 3 weken ingewacht aan het bureau van dit blad. Oplossing probleem No.^392 (E4.) Goede oplossingen ontvingen we van de heeren: P. Bakker te Amsterdam, J. Balder te Harderwijk, P. J. Boom, F. Böttger, C. Brouwer, G. Imhülsen, H. Sjoers te Alkmaar, J. W. Le Comte 's-Gravenhage, J. Deuzeman, Frederiksoord, G. van Dort, Leusden, mr. Ch. Enschedé te Haarlem, Jos. de Koning te Amster dam, M. Korteling te Deventer, J. Reeser te "Voor burg, S. te S., J. Vijzelaar te 's-Gravenhage, O. Vis ser, Reinier H. de Waard te Utrecht, H. Weenink te Amsterdam. GEVESTIGDE PERSONEN. S. Veen, zonder beroep, gref., Stationstraat 68. T. Steenman, dienstbode, n.h., Houttil 12. J. Kom mer, koffiehuishouder, n.h., Kennemerstraatweg 18. H. W. Plant, spoorwegarbeider, n.h., Tuinstraat 65. M. Veerman, dienstbode, r.c., Houttil 5. J. Reek, zon der beroep, n.h., Stuartstraat 76. M. Willems, assist, huishouding, geene, Wilhelminalaan 20. E. Siebenga, zonder beroep, d.g., Spoorstraat 54. P. A. van der Gu- lik, scheepmakersknecht, geene, Zijdam 9. H. Kokkes, zonder beroep, d.g., Varnebroek 34. N. Koeman, zon der beroep, geene, Stuartstraat 10. R. Lodder, koper- slagersbediende, geref., Fabrieksweg 11. W. Hoogstra ten, scheepsmakersknecht, geref., Oudegracht 171. W. N. Schermerhorn, koetsier, n.h., Snaarmanslaan 105. W. Brakenhof, wagenmakersknecht, r.c., Wagen makersstraat 4. A. op 't Veld, dienstbode, r.c., Nieu- wesloot 87. A. G. Punt, dienstbode, r.c., Houttil. A. v. Eeten, dienstbode, n.h., Kennemerstraatweg 164. F. de Vleeschouwer, zonder beroep, r.c., Spoorstraat 85. P. Vlottes, dienstbode, n.h., Kennemerpark 6. 0. A. F. ten Kate, zonder beroep, n.h., Spoorstraat 84. J. A.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1913 | | pagina 5